Geactualiseerde convergentieprogramma van Tsjechië voor de periode 2006-2009

1.

Wettekst

1.9.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 204/1

 

ADVIES VAN DE RAAD

van 10 juli 2007

over het geactualiseerde convergentieprogramma van Tsjechië voor de periode 2006-2009

(2007/C 204/01)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad van 7 juli 1997 over versterking van het toezicht op begrotingssituaties en het toezicht op en de coördinatie van het economisch beleid (1), en met name op artikel 9, lid 3,

Gezien de aanbeveling van de Commissie,

Na raadpleging van het Economisch en Financieel Comité,

BRENGT HET VOLGENDE ADVIES UIT:

 

(1)

Op 10 juli 2007 heeft de Raad het geactualiseerde convergentieprogramma van Tsjechië voor de periode 2006-2007 onderzocht. Op grond van de politieke situatie in Tsjechië, waar in juni 2006 algemene verkiezingen zijn gehouden en een nieuwe regering op 19 januari 2007 het vertrouwen kreeg van het parlement, is de actualisering pas ingediend op 15 maart 2007, dus na de termijn van 1 december die in de gedragscode is vastgelegd.

 

(2)

Volgens het macro-economische scenario van het programma loopt de reële BBP-groei terug van 6,1 % in 2006 naar 4,9 % in 2007 en stabiliseert deze daarna op dit niveau. Afgaande op de thans beschikbare informatie lijkt dit scenario van plausibele groeihypothesen uit te gaan. De inflatieprognoses van het programma lijken eveneens realistisch.

 

(3)

Het overheidstekort over 2006 wordt in de voorjaarsprognoses 2007 van de diensten van de Commissie geraamd op 2,9 % van het BBP, tegen een streefcijfer van 3,8 % van het BBP in de vorige actualisering van het convergentieprogramma. Dat het tekort meevalt, komt mede doordat de groei van het BBP en de werkgelegenheid hoger is uitgevallen en doordat een fors bedrag aan niet-bestede begrotingsmiddelen is doorgeschoven.

 

(4)

De budgettaire middellangetermijnstrategie van het programma is er vooral op gericht de openbare financiën op lange termijn houdbaar te houden en daartoe met name vooruitgang te boeken richting de middellangetermijndoelstelling (MTD) voor de begrotingssituatie, namelijk een structureel tekort (d.w.z. het conjunctuurgezuiverd saldo ongerekend eenmalige en tijdelijke maatregelen) van 1 % van het BBP. Volgens het programma loopt het nominale tekort over 2007 vooral door een discretionaire stijging van de sociale uitgaven op tot 4,0 % van het BBP en loopt het daarna weer geleidelijk terug tot 3,5 % van het BBP in 2008 en 3,2 % van het BBP in 2009. Het primaire tekort daalt van 2,4 % van het BBP in 2006 naar 1,6 % van het BBP in 2009. De voorgenomen budgettaire consolidatie na 2007 berust op een stijging van de ontvangsten met 0,4 procentpunt van het BBP in de programmaperiode, en met name op een stijging van de „overige ontvangsten” (de feitelijke maatregelen blijven onvermeld, maar vermoedelijk gaat het om EU-overdrachten), die een daling van de belastingen en sociale bijdragen meer dan goedmaakt. De consolidatie vindt echter in hoofdzaak aan de uitgavenzijde plaats, waar de overheidsconsumptie vooral dankzij de loonmatiging bij de overheid een constante daling vertoont die de stijging van de overheidsinvesteringen en de rente-uitgaven meer dan goedmaakt. In vergelijking met de vorige actualisering wordt in het nieuwe programma de beoogde reductie van het tekort tot onder de referentiewaarde van 3 % van het BBP met ten minste twee jaar uitgesteld, dit terwijl een gunstiger macro-economisch scenario wordt gehanteerd. Wel bevat het programma ook een door de nieuwe regering voorgesteld alternatief, namelijk een lager tekort van 3,2 % van het BBP over 2008 en 2,8 % van het BBP over 2009, waarbij allerlei beleidsmaatregelen worden getroffen en de openbare financiën via terugdringing van de verplichte uitgaven worden geflexibiliseerd. Echter, de beleidsmaatregelen moeten nog definitief worden ingevuld en goedgekeurd en het programma biedt alleen voor de bovengenoemde hogere tekortdoelstellingen een samenhangend en voldoende gekwantificeerd budgettair middellangetermijnkader.

 

(5)

Het structurele tekort volgens de algemeen aanvaarde methode verslechtert van circa 3

% van het BBP in 2006 naar zo'n 4

Formula

% van het BBP in 2007 om daarna weer geleidelijk te verbeteren tot 3

Formula

% van het BBP in 2009. Evenals in de vorige actualisering wordt in het nieuwe programma als middellangetermijndoelstelling (MTD) voor de begrotingssituatie een structureel tekort van 1 % van het BBP gehanteerd. In vergelijking met de vorige actualisering wordt de verwezenlijking van de MTD een jaar uitgesteld, namelijk tot 2013. Aangezien de MTD ambitieuzer is dan de minimumbenchmark (geraamd op een tekort van circa 1

Formula

% van het BBP), mag worden aangenomen dat de verwezenlijking ervan een veiligheidsmarge tegen het ontstaan van een buitensporig tekort zal bieden. De MTD houdt voldoende rekening met de schuldquote en de gemiddelde potentiële productiegroei op lange termijn.

 

(6)

De risico's voor de begrotingsprognoses van het programma lijken elkaar over het algemeen in evenwicht te houden. De aan het macro-economische scenario verbonden risico's zijn min of meer neutraal, terwijl de fiscale prognoses over het geheel genomen op voorzichtige veronderstellingen lijken te berusten. De beoogde budgettaire consolidatie in het programma hangt sterk af van een matiging van de uitgaven bij de overheidsconsumptie, maar het programma bevat niet genoeg ondersteunende informatie over de wijze waarop deze zal worden gerealiseerd. Daar staat tegenover dat Tsjechië in de voorbije jaren op dit gebied een goede staat van dienst heeft opgebouwd, al konden de begrotingsdoelstellingen gemakkelijker worden verwezenlijkt doordat de groei hoger was dan voorspeld. Ook is een politiek risico verbonden aan het precaire evenwicht in de parlementaire situatie.

 

(7)

Gezien deze risicobeoordeling is de begrotingskoers van het programma niet in overeenstemming met de aanbeveling van de Raad van 5 juli 2004 om het buitensporig tekort in 2008 te corrigeren. Aangezien de economie momenteel „goede tijden” doormaakt en de groei hoger is dan ten tijde van deze aanbeveling werd verwacht, zijn er ruime mogelijkheden om de consolidatie-inspanningen te intensiveren en een snellere reductie te realiseren dan die waarvan in het programma wordt uitgegaan.

 

(8)

Volgens de ramingen bedraagt de bruto overheidsschuld in 2006 30,4 % van het BBP, ruim onder de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 60 % van het BBP. Volgens het programma zal de schuldquote in de programmaperiode met bijna twee procentpunten stijgen.

 

(9)

Van de vergrijzing gaat in Tsjechië een veel groter langetermijneffect op de begroting uit dan gemiddeld in de EU het geval is. Dit komt met name doordat de pensioenuitgaven als percentage van het BBP en de uitgaven in de gezondheidszorg een forse stijging te zien zullen geven. Door met name bij de pensioenen en in de gezondheidszorg structurele hervormingsmaatregelen te nemen om de duidelijke stijging van leeftijdsgerelateerde uitgaven te beteugelen, kunnen de risico's voor de houdbaarheid van de openbare financiën deels worden ingedamd. De begrotingssituatie die aan het eind van de programmaperiode wordt verwacht en die in vergelijking met vorige exercities zelfs is verslechterd, vormt een bedreiging voor de houdbaarheid van de openbare financiën, zelfs als de budgettaire langetermijngevolgen van de vergrijzing buiten beschouwing worden gelaten. Met een consolidatie van de openbare financiën die verder gaat dan momenteel wordt beoogd, zouden de risico's voor de houdbaarheid van de openbare financiën verminderen. Al met al lijkt Tsjechië ernstig risico te lopen wat de houdbaarheid van de openbare financiën betreft.

 

(10)

Het convergentieprogramma bevat geen kwalitatieve beoordeling van de algemene gevolgen van het uitvoeringsverslag van november 2006 van het nationale hervormingsprogramma binnen het kader van de begrotingsstrategie op middellange termijn. Evenmin verschaft het systematisch informatie over de rechtstreekse budgettaire kosten (of besparingen) van de voornaamste hervormingen waarin het nationale hervormingsprogramma voorziet, met uitzondering van de stijging van de uitgaven aan onderzoek en ontwikkeling in de begroting van 2007, al lijkt in de begrotingsprognoses wel rekening te worden gehouden met de gevolgen van de in het nationale hervormingsprogramma geschetste maatregelen voor de openbare financiën. De in het convergentieprogramma opgenomen maatregelen op het gebied van de openbare financiën lijken aan te sluiten bij de in het kader van het nationale hervormingsprogramma voorgenomen acties. Dit geldt met name voor de verschuiving van de belastingdruk van directe naar indirecte belastingen en voor de extra steun voor onderzoek en ontwikkeling.

 

(11)

De in het programma uitgestippelde begrotingsstrategie is niet in overeenstemming met de globale richtsnoeren voor het economisch beleid die in de geïntegreerde richtsnoeren voor de periode 2005-2008 zijn opgenomen, aangezien wordt afgeweken van het aanpassingstraject dat de Raad in juli 2004 voor de correctie van het buitensporig tekort heeft uitgezet, en de hervorming van de pensioenen en de gezondheidszorg te weinig voortgang vertoont.

 

(12)

Wat de in de gedragscode voor stabiliteits- en convergentieprogramma's gespecificeerde gegevensvereisten betreft, worden alle verplichte en de meeste facultatieve gegevens in het programma vermeld (2).

De algehele conclusie is dat de correctie van het buitensporig tekort in het programma ondanks de betere groeivooruitzichten en ondanks een meevallend tekort over 2006 wordt uitgesteld tot 2010, dit terwijl de Raad in de aanbeveling van juli 2004 ingevolge artikel 104, lid 7, daarvoor het jaar 2008 als termijn heeft vastgesteld. Gezien de aanhoudende groei zou het begrotingsbeleid met het uitstel, dat voortvloeit uit het feit dat het tekort voornamelijk door de beoogde stijging van de sociale uitgaven in 2007 hoger uitvalt, een procyclisch expansief karakter krijgen.

De aanneming en uitvoering van de begrotingsconsolidatie, die is vervat in de momenteel door het Parlement behandelde Wet betreffende de stabilisering van de overheidsfinanciën, zou een stap in de goede richting zijn.

Gelet op de evaluatie hierboven verzoekt de Raad Tsjechië om:

 

i)

ervoor te zorgen dat de begroting in 2007 in geringere mate verslechtert en het buitensporig tekort uiterlijk in 2008 op geloofwaardige en duurzame wijze wordt verholpen;

 

ii)

de samenstelling van de uitgaven zodanig aan te passen dat de verplichte uitgaven er een geringer deel van uitmaken;

 

iii)

met de nodige hervormingen in het pensioenstelsel en de gezondheidszorg de houdbaarheid van de openbare financiën op lange termijn te verbeteren, dit gezien de verwachte stijging van leeftijdsgerelateerde uitgaven.

Vergelijking van de belangrijkste macro-economische en budgettaire prognoses

 
 

2005

2006

2007

2008

2009

Reëel BBP

(verandering in %)

CP mrt 2007

6,1

6,0

4,9

4,8

4,8

COM mei 2007

6,1

6,1

4,9

4,9

n.b.

CP nov 2005

4,8

4,4

4,2

4,3

n.b.

HICP-inflatie

(%)

CP mrt 2007

1,6

2,4

2,6

2,5

2,5

COM mei 2007

1,6

2,1

2,4

2,9

n.b.

CP nov 2005

1,5

2,2

2,0

2,1

n.b.

Output gap

(% van het potentiële BBP)

CP mrt 2007

  • – 
    0,7

0,9

1,1

1,0

1,0

COM mei 2007 (5)

  • – 
    1,1

0,4

0,5

0,5

n.b.

CP nov 2005  (3)

  • – 
    0,8
  • – 
    0,1

0,3

0,8

n.b.

Overheidssaldo

(% van het BBP)

CP mrt 2007  (8)

  • – 
    3,6
  • – 
    3,5
  • – 
    4,0
  • – 
    3,5
  • – 
    3,2

COM mei 2007

  • – 
    3,5
  • – 
    2,9
  • – 
    3,9
  • – 
    3,6

n.b.

CP nov 2005

  • – 
    4,8
  • – 
    3,8
  • – 
    3,3
  • – 
    2,7

n.b.

Primair saldo

(% van het BBP)

CP mrt 2007

  • – 
    2,5
  • – 
    2,4
  • – 
    2,6
  • – 
    2,0
  • – 
    1,6

COM mei 2007

  • – 
    2,4
  • – 
    1,8
  • – 
    2,8
  • – 
    2,6

n.b.

CP nov 2005

  • – 
    4,1
  • – 
    3,0
  • – 
    2,4
  • – 
    1,7

n.b.

Conjunctuur-gezuiverd saldo

(% van het BBP)

CP mrt 2007  (3)

  • – 
    3,4
  • – 
    3,9
  • – 
    4,4
  • – 
    3,9
  • – 
    3,5

COM mei 2007

  • – 
    3,1
  • – 
    3,1
  • – 
    4,1
  • – 
    3,8

n.b.

CP nov 2005  (3)

  • – 
    4,5
  • – 
    3,8
  • – 
    3,4
  • – 
    3,0

n.b.

Structureel saldo (4)

(% van het BBP)

CP mrt 2007

  • – 
    3,4
  • – 
    3,9
  • – 
    4,4
  • – 
    3,9
  • – 
    3,5

COM mei 2007 (6)

  • – 
    2,0
  • – 
    2,8
  • – 
    4,1
  • – 
    3,8

n.b.

CP nov 2005  (7)

  • – 
    3,4
  • – 
    3,8
  • – 
    3,4
  • – 
    3,0

n.b.

Bruto overheidsschuld

(% van het BBP)

CP mrt 2007

30,4

30,6

30,5

31,3

32,2

COM mei 2007

30,4

30,4

30,6

30,9

n.b.

CP nov 2005

37,4

37,1

37,9

37,8

n.b.

Bronnen:

Convergentieprogramma (CP); economische voorjaarsprognoses 2007 van de diensten van de Commissie (COM); berekeningen van de diensten van de Commissie.

 

http://europa.eu.int/comm/economy_finance/about/activities/sgp/main_en.htm

  • (2) 
    De gegevens over de overheidsuitgaven naar functie voor 2009 worden niet vermeld.
  • (3) 
    Berekeningen van de diensten van de Commissie op basis van de in het programma voorkomende informatie.
  • (4) 
    Conjunctuurgezuiverd saldo (zoals in de voorgaande rijen), exclusief eenmalige operaties en andere tijdelijke maatregelen.
  • (5) 
    Op basis van een geraamde potentiële groei van achtereenvolgens 4,2 %, 4,6 %, 4,8 % en 4,9 % in de periode 2005-2008.
  • (6) 
    Eenmalige en andere tijdelijke maatregelen uit de voorjaarsprognose 2007 van de diensten van de Commissie (1,1 % van het BBP in 2005 en 0,2 % van het BBP in 2006, beide met een tekortverhogend effect).
  • (7) 
    Eenmalige en andere tijdelijke maatregelen uit het convergentieprogramma 2005 (1,1 % van het BBP in 2005, met een tekortverhogend effect).
  • (8) 
    Alternatieve tekortdoelstellingen op basis van nog niet goedgekeurde maatregelen van de nieuwe Tsjechische regering: 3,2 % van het BBP in 2008, 2,8 % van het BBP in 2009.

Bronnen:

Convergentieprogramma (CP); economische voorjaarsprognoses 2007 van de diensten van de Commissie (COM); berekeningen van de diensten van de Commissie.

 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.