Verordening 2017/1199 - Wijziging van Verordening (EU) nr. 1303/2013 wat betreft specifieke maatregelen voor het bieden van aanvullende steun aan lidstaten die zijn getroffen door natuurrampen

1.

Wettekst

7.7.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 176/1

 

VERORDENING (EU) 2017/1199 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 4 juli 2017

tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1303/2013 wat betreft specifieke maatregelen voor het bieden van aanvullende steun aan lidstaten die zijn getroffen door natuurrampen

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 177,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Na raadpleging van het Comité van de Regio's,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (2),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad (3) voorziet in de gemeenschappelijke en algemene regels die van toepassing zijn op de Europese structuur- en investeringsfondsen, waaronder het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling („EFRO”). Om aan door natuurrampen getroffen lidstaten aanvullende steun te verlenen, moet het mogelijk zijn in een operationeel programma een afzonderlijke prioriteitsas op te nemen met een medefinancieringspercentage tot 95 % die de EFRO-investeringsprioriteiten dekt zoals vastgesteld in Verordening (EU) nr. 1301/2013 van het Europees Parlement en de Raad (4).

 

(2)

De concrete acties die in het kader van de afzonderlijke prioriteitsas voor natuurrampen moeten worden medegefinancierd, zijn die welke strekken tot wederopbouw in reactie op grote of regionale natuurrampen zoals gedefinieerd in Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad (5).

 

(3)

Voor concrete acties uit hoofde van de afzonderlijke prioriteitsas voor natuurrampen moet worden voorzien in een afwijking van de algemene regels betreffende de begindatum voor de subsidiabiliteit van de uitgaven in verband met uitgaven die subsidiabel worden als gevolg van een wijziging van een programma, zodat medefinanciering mogelijk wordt van maatregelen die de lidstatelijke autoriteiten direct na een ramp, maar nog vóór het operationele programma is gewijzigd, nemen.

 

(4)

Om uitgaven die zijn gedaan en betaald vanaf de datum waarop de natuurramp zich heeft voorgedaan, ook al is dat vóór de inwerkingtreding van deze verordening, subsidiabel te maken, moet de overeenkomstige bepaling betreffende de begindatum van de subsidiabiliteit van uitgaven van begunstigden terugwerkende kracht hebben.

 

(5)

Verordening (EU) nr. 1303/2013 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Wijziging van Verordening (EU) nr. 1303/2013

Aan artikel 120 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 wordt het volgende lid toegevoegd:

„8.   Binnen een operationeel programma kan een afzonderlijke prioritaire as met een medefinancieringspercentage tot 95 % worden vastgesteld om concrete acties te ondersteunen die aan alle volgende voorwaarden voldoen:

 

a)

de concrete acties zijn door managementautoriteiten gekozen als reactie op grote of regionale natuurrampen als gedefinieerd in artikel 2, lid 2, en artikel 3 van Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad (*1);

 

b)

de concrete acties zijn bedoeld voor de wederopbouw na de natuurramp, en

 

c)

de concrete acties worden ondersteund in het kader van een investeringsprioriteit van het EFRO.

Het voor de in de eerste alinea genoemde acties toegewezen bedrag is niet meer dan 5 % van de totale EFRO-toewijzing in een lidstaat voor de programmeringsperiode 2014-2020.

In afwijking van artikel 65, lid 9, zijn uitgaven voor concrete acties in het kader van deze prioriteitsas subsidiabel vanaf de datum waarop de natuurramp zich heeft voorgedaan.

Indien de uitgaven in verband met de concrete acties als bedoeld in de eerste alinea zijn vermeld in een betalingsaanvraag die bij de Commissie is ingediend alvorens de afzonderlijke prioriteitsas is vastgesteld, brengt de lidstaat de noodzakelijke aanpassingen aan in de daaropvolgende betalingsaanvraag en, zo nodig, in de daaropvolgende rekeningen die na de vaststelling van de wijziging van het programma worden ingediend.

Artikel 2

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 1 is van toepassing vanaf 1 januari 2014.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 4 juli 2017.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

  • A. 
    TAJANI

Voor de Raad

De voorzitter

  • M. 
    MAASIKAS
 

  • (2) 
    Standpunt van het Europees Parlement van 13 juni 2017 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 26 juni 2017.
  • (3) 
    Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 320).
  • (4) 
    Verordening (EU) nr. 1301/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en specifieke bepalingen met betrekking tot de doelstelling „Investeren in groei en werkgelegenheid”, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1080/2006 (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 289).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.