Gedelegeerde verordening 2017/391 - Aanvulling van Verordening 909/2014 met technische reguleringsnormen tot nadere bepaling van de inhoud van de verslaglegging over interne afwikkelingen - Hoofdinhoud
10.3.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 65/44 |
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2017/391 VAN DE COMMISSIE
van 11 november 2016
tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere bepaling van de inhoud van de verslaglegging over interne afwikkelingen
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende de verbetering van de effectenafwikkeling in de Europese Unie, betreffende centrale effectenbewaarinstellingen en tot wijziging van Richtlijnen 98/26/EG en 2014/65/EU en Verordening (EU) nr. 236/2012 (1), en met name artikel 9, lid 2, tweede alinea,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Europese Autoriteit voor effecten en markten (European Securities and Markets Authority, ESMA) heeft het „Report on the outcome of the Committee of European Banking Supervisors call for evidence on custodian banks internalisation of settlement and Central Counterparties-like activities” van 17 april 2009 bestudeerd. Uit dat verslag blijkt dat zowel de voorschriften en toezichtprocedures ten aanzien van afwikkelingsinternalisatoren, als de interpretatie van het concept „interne afwikkeling” sterk verschillen van lidstaat tot lidstaat. |
(2) |
Overeenkomstig Verordening (EU) nr. 909/2014 moeten afwikkelingsinternalisatoren verslag uitbrengen over hun interne afwikkelingen. Om tot een goed overzicht van de reikwijdte en omvang van interne afwikkelingen te komen, dient de inhoud van de desbetreffende verslaglegging nader te worden bepaald. De verslagen over interne afwikkeling moeten gedetailleerde informatie bevatten over het geaggregeerde volume en de geaggregeerde waarde van afwikkelingsopdrachten die door afwikkelingsinternalisatoren buiten effectenafwikkelingssystemen worden afgewikkeld. In deze informatie moet met name melding worden gemaakt van de activacategorie, het soort effectentransacties, het soort cliënten en de emittent-CSD (Central Securities Depository, centrale effectenbewaarinstelling). Een afwikkelingsinternalisator moet alleen over interne afwikkelingen verslag uitbrengen wanneer hij een afwikkelingsopdracht door een cliënt van de afwikkelingsinternalisator in zijn eigen boeken uitvoert. Een afwikkelingsinternalisator hoeft geen verslag uit te brengen over latere aanpassingen van girale posities om de afwikkeling van opdrachten door andere entiteiten in de houderschapsketen van effecten te weerspiegelen, omdat deze niet als interne afwikkeling worden aangemerkt. Ook hoeft een afwikkelingsinternalisator geen verslag uit te brengen over transacties die op een handelsplatform zijn uitgevoerd en die door het handelsplatform voor clearing aan een centrale tegenpartij (CTP) of voor afwikkeling aan een CSD zijn overgedragen. |
(3) |
Om een grotere onderlinge vergelijkbaarheid van gegevens van afwikkelingsinternalisatoren te bewerkstelligen, moeten de berekeningen die op de waarde van interne afwikkelingsopdrachten in de zin van deze verordening betrekking hebben, op objectieve en betrouwbare gegevens en methoden gebaseerd zijn. |
(4) |
De in deze verordening vastgelegde rapportagevereisten kunnen verregaande wijzigingen in IT-systemen, markttests en aanpassingen in juridische regelingen van de betrokken instellingen vergen. Daarom is het noodzakelijk die instellingen voldoende tijd te gunnen om zich op de toepassing van die vereisten voor te bereiden. |
(5) |
Deze verordening is gebaseerd op de ontwerpen van technische reguleringsnormen die de ESMA aan de Commissie heeft voorgelegd. |
(6) |
De ESMA heeft openbare raadplegingen gehouden over de ontwerpen van technische reguleringsnormen waarop deze verordening is gebaseerd, heeft de mogelijke daaraan verbonden kosten en baten geanalyseerd en heeft de bij artikel 10 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad (2) opgerichte Stakeholdergroep effecten en markten om advies verzocht. |
(7) |
Overeenkomstig artikel 9, lid 2, van Verordening (EU) nr. 909/2014 heeft de ESMA bij de ontwikkeling van de ontwerpen van technische reguleringsnormen waarop deze verordening is gebaseerd, nauw met de leden van het Europees Stelsel van centrale banken samengewerkt, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
-
1.„interne afwikkelingsopdracht”: een opdracht door een cliënt van een afwikkelingsinternalisator om door middel van een boeking in een register, of anderszins, een geldbedrag ter beschikking te stellen van, dan wel de rechten op of de belangen in één of meer effecten over te dragen aan de ontvanger, waarbij de afwikkelingsinternalisator de opdracht in zijn eigen boeken en niet via een effectenafwikkelingssysteem afwikkelt;
-
2.„mislukte interne afwikkelingsopdracht”: het niet plaatsvinden van de afwikkeling, of de gedeeltelijke afwikkeling, van een effectentransactie op de door de betrokken partijen overeengekomen datum als gevolg van een gebrek aan effecten of contanten, ongeacht de onderliggende oorzaak.
Artikel 2
-
1.De in artikel 9, lid 1, eerste alinea, van Verordening (EU) nr. 909/2014 bedoelde verslagen bevatten de volgende informatie:
a) |
de landcode van de plaats van vestiging van de afwikkelingsinternalisator; |
b) |
het tijdstempel van de rapportage; |
c) |
de verslagperiode; |
d) |
de identificatiecode van de afwikkelingsinternalisator; |
e) |
de contactgegevens van de afwikkelingsinternalisator; |
f) |
het geaggregeerde volume en de geaggregeerde waarde, uitgedrukt in euro, van de door de afwikkelingsinternalisator afgewikkelde interne afwikkelingsopdrachten tijdens de verslagperiode; |
g) |
het geaggregeerde volume en de geaggregeerde waarde, uitgedrukt in euro, van de door de afwikkelingsinternalisator afgewikkelde interne afwikkelingsopdrachten tijdens de verslagperiode m.b.t elk van de volgende soorten financiële instrumenten:
|
h) |
het geaggregeerde volume en de geaggregeerde waarde, uitgedrukt in euro, van alle door de afwikkelingsinternalisator afgewikkelde interne afwikkelingsopdrachten tijdens de verslagperiode m.b.t. elk van de volgende soorten effectentransacties:
|
i) |
het geaggregeerde volume en de geaggregeerde waarde, uitgedrukt in euro, van alle door de afwikkelingsinternalisator afgewikkelde interne afwikkelingsopdrachten tijdens de verslagperiode voor de volgende soorten cliënten:
|
j) |
het geaggregeerde volume en de geaggregeerde waarde, uitgedrukt in euro, van alle door de afwikkelingsinternalisator afgewikkelde interne afwikkelingsopdrachten tijdens de verslagperiode m.b.t. cashtransacties; |
k) |
het geaggregeerde volume en de geaggregeerde waarde, uitgedrukt in euro, van alle door de afwikkelingsinternalisator afgewikkelde interne afwikkelingsopdrachten tijdens de verslagperiode per CSD die de in afdeling A, punten 1 of 2, van de bijlage bij Verordening (EU) nr. 909/2014 bedoelde kerndienst met betrekking tot de onderliggende effecten verricht; |
l) |
het geaggregeerde volume en de geaggregeerde waarde, uitgedrukt in euro, van alle onder g) tot en met j) bedoelde interne afwikkelingsopdrachten per CSD die de in afdeling A, punten 1 of 2, van de bijlage bij Verordening (EU) nr. 909/2014 bedoelde kerndienst met betrekking tot de onderliggende effecten verricht; |
m) |
het geaggregeerde volume en de geaggregeerde waarde, uitgedrukt in euro, van de mislukte interne afwikkelingsopdrachten, als bedoeld onder f) tot en met l), waarvan de afwikkeling tijdens de verslagperiode is mislukt; |
n) |
het percentage onder f) tot en met l) bedoelde interne afwikkelingsopdrachten waarvan de afwikkeling is mislukt, ten opzichte van het volgende:
|
Indien, voor de toepassing van de eerste alinea, onder k) en l), de informatie over de CSD die de in afdeling A, punten 1 of 2, van de bijlage bij Verordening (EU) nr. 909/2014 bedoelde kerndienst met betrekking tot de uitgifte van de onderliggende effecten verricht niet beschikbaar is, wordt in plaats daarvan het ISIN van de effecten gehanteerd en worden de gegevens uitgesplitst volgens de eerste twee tekens van de ISIN-codes.
-
2.Indien deze beschikbaar is, wordt de wisselkoers van de Europese Centrale Bank op de laatste dag van de verslagperiode gehanteerd voor de omrekening van andere valuta's in euro.
-
3.De in lid 1 bedoelde geaggregeerde waarde van de afwikkelingsopdrachten wordt als volgt berekend:
a) |
bij interne afwikkelingsopdrachten tegen betaling, het afwikkelingsbedrag van de geldzijde; |
b) |
bij interne afwikkelingsopdrachten zonder enige vorm van betaling, de marktwaarde van de effecten of, indien deze niet beschikbaar is, de nominale waarde van de effecten. |
De in de eerste alinea, onder b), bedoelde marktwaarde wordt als volgt berekend:
a) |
voor de in artikel 3, lid 1, van Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad (4) genoemde financiële instrumenten die tot de handel op een handelsplatform in de Unie zijn toegelaten, de waarde die is bepaald op basis van de slotkoers op de qua liquiditeit meest relevante markt als bedoeld in artikel 4, lid 6, onder b), van genoemde verordening; |
b) |
voor andere dan onder a) bedoelde financiële instrumenten die tot de handel op een handelsplatform in de Unie zijn toegelaten, de waarde die is bepaald op basis van de slotkoers op het handelsplatform in de Unie met de hoogste omzet; |
c) |
voor andere dan onder a) en b) bedoelde financiële instrumenten, de waarde die is bepaald op basis van een prijs die is berekend volgens een vooraf bepaalde, door de bevoegde autoriteit goedgekeurde methode die is gebaseerd op met marktgegevens samenhangende criteria, zoals op handelsplatformen of bij beleggingsondernemingen beschikbare marktprijzen. |
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 10 maart 2019.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 11 november 2016.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
-
Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84).
-
Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten voor financiële instrumenten en tot wijziging van Richtlijn 2002/92/EG en Richtlijn 2011/61/EU (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 349).
-
Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 84).
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.