82/55/EEG: Op ramingen berustende balans van de Raad van 1 februari 1982 betreffende voor de verwerkende industrie bestemd rundvlees voor het tijdvak van 1 januari tot en met 31 december 1982

Inhoudsopgave

  1. Wettekst
  2. 31982X0055

1.

Wettekst

Avis juridique important

|

2.

31982X0055

82/55/EEG: Op ramingen berustende balans van de Raad van 1 februari 1982 betreffende voor de verwerkende industrie bestemd rundvlees voor het tijdvak van 1 januari tot en met 31 december 1982

Publicatieblad Nr. L 026 van 03/02/1982 blz. 0015 - 0016

*****

OP RAMINGEN BERUSTENDE BALANS VAN DE RAAD

van 1 februari 1982

betreffende voor de verwerkende industrie bestemd rundvlees voor het tijdvak van 1 januari tot en met 31 december 1982

(82/55/EEG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 805/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (1), laatstelijk gewijzigd bij de Toetredingsakte van 1979, inzonderheid op artikel 14, lid 2,

Gezien het voorstel van de Commissie,

NEEMT DE ONDERSTAANDE OP RAMINGEN

BERUSTENDE BALANS AAN:

INLEIDING

Deze balans heeft betrekking op het tijdvak van 1 januari tot en met 31 december 1982. Zij is opgesteld aan de hand van de gegevens waarover de Commissie beschikt en op grond van de ramingen die thans kunnen worden gemaakt. Zij berust op de raming enerzijds van de behoeften van de industrie en anderzijds van de in de Gemeenschap beschikbare hoeveelheden vlees van de voor industriële verwerking geschikte kwaliteit en aanbiedingsvorm, hierna »vlees voor verwerking" genoemd.

De behoeften van de industrie aan vlees voor verwerking zijn geraamd op basis van de jaarlijks verwerkte hoeveelheden vers of bevroren vlees.

De in de Gemeenschap beschikbare hoeveelheden vlees voor verwerking zijn geraamd op basis van de daarvoor gewoonlijk gebruikte hoeveelheden vers of bevroren vlees.

HOOFDSTUK I

Beschikbare hoeveelheden vlees voor verwerking

Volgens de in september 1981 door de Lid-Staten aan de Commissie verstrekte gegevens kunnen de in 1982 in de Gemeenschap zelf beschikbaar komende hoeveelheden vers vlees voor verwerking worden geraamd op 1 000 000 ton vlees met been.

Voorts mag worden aangenomen dat per eind 1981 in de Gemeenschap, tengevolge van de interventieaankopen, een bepaalde hoeveelheid vlees in openbare opslag zal zijn; de voor verwerking geschikte hoeveelheid hiervan kan worden geraamd op 68 000 ton vlees met been.

De Gemeenschap is voornemens om met ingang van 1 januari 1982 een tariefcontingent te openen voor 50 000 ton bevroren vlees zonder been, wat overeenkomt met 65 000 ton vlees met been.

Op grond van de ervaring mag worden aangenomen dat in 1982 in het kader van dit contingent 11 000 ton bevroren vlees met been zal worden ingevoerd voor verwerking.

Voor 1982 kan de voor verwerking geschikte hoeveelheid vlees die in de Gemeenschap kan worden ingevoerd uit Botswana, Kenia, Madagascar en Swaziland worden geraamd op 9 000 ton vlees met been.

In 1982 zullen derhalve de onderstaande hoeveelheden vlees geschikt voor verwerking, beschikbaar zijn:

1.2 // // (in ton) // - vers vlees: // 1 000 000 // - bevroren vlees afkomstig van interventieaankopen: // 68 000 // - bevroren vlees ingevoerd in het kader van het GATT-contingent: // 11 000 // - bevroren vlees ingevoerd in het kader van de Overeenkomst met de ACS-Staten: // 9 000 // // 1 088 000

HOOFDSTUK II

Behoeften van de vleesverwerkende industrie

Volgens de in september 1981 door de Lid-Staten aan de Commissie verstrekte gegevens kunnen de behoeften in de Gemeenschap aan vlees voor verwerking in 1982 worden geraamd op 1 148 000 ton vlees met been. In dit cijfer zijn de behoeften voor de vervaardiging van conserven als bedoeld in artikel 14, lid 1, sub a), van Verordening (EEG) nr. 805/68, meegerekend. Deze laatste hoeveelheid wordt geraamd op 126 000 ton.

CONCLUSIE

De behoeften van de verwerkende industrie, inclusief de industrie die de in hoofdstuk II bedoelde conserven vervaardigt welke geen andere kenmerkende bestanddelen bevatten dan rundvlees en gelei, worden geraamd op 1 148 000 ton vlees met been.

De beschikbare hoeveelheid, die wordt gevormd door vlees dat in 1982 in de Gemeenschap wordt geproduceerd, vermeerderd met de hoeveelheid voor verwerking geschikt vlees dat per eind 1981 is opgeslagen en met de hoeveelheid voor verwerking geschikt vlees dat in het kader van de verschillende bijzondere invoerregelingen wordt geïmporteerd, wordt op 1 088 000 ton vlees met been geraamd.

Het tekort aan vlees voor verwerking kan voor 1982 na afronding op 60 000 ton vlees met been worden geraamd.

Er wordt besloten overeenkomstig artikel 14, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 805/68 deze hoeveelheid zodanig te verdelen dat:

  • a) 
    voor 30 000 ton vlees, bestemd voor de vervaardiging van conserven welke geen andere kenmerkende bestanddelen bevatten dan rundvlees en gelei, een volledige schorsing van de heffing kan worden toegestaan,

en

  • b) 
    voor 30 000 ton vlees, bestemd voor de verwerkende industrie ter vervaardiging van andere produkten dan de sub a) bedoelde conserven, een volledige of gedeeltelijke schorsing van de heffing kan worden toegestaan.

Gedaan te Brussel, 1 februari 1982.

Voor de Raad

De Voorzitter

  • L. 
    TINDEMANS
  • (1) 
    PB nr. L 148 van 28. 6. 1968, blz. 24.

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.