2005/243/EG, Euratom: Definitieve vaststelling van gewijzigde begroting nr. 10 van de EU voor het begrotingsjaar 2004 - Hoofdinhoud
29.3.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 80/1 |
DEFINITIEVE VASTSTELLING
van gewijzigde begroting nr. 10 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2004
(2005/243/EG, Euratom)
DE VOORZITTER VAN HET EUROPEES PARLEMENT,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 272, lid 2, voorlaatste alinea,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, inzonderheid op artikel 177,
Gelet op Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (1), inzonderheid op de artikelen 37 en 38,
Gezien de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2004, zoals definitief vastgesteld op 18 december 2003 (2) en aangepast in verband met de uitbreiding van de Europese Unie (3),
Gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure (4),
Gezien het voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 11 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2004, zoals ingediend door de Commissie op 13 oktober 2004,
Gezien het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 10 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2004, zoals opgesteld door de Raad op 29 november 2004,
Gelet op artikel 69 en bijlage IV van zijn Reglement,
Gezien de resolutie van het Europees Parlement van 2 december 2004,
CONSTATEERT:
Enig artikel
Gewijzigde begroting nr. 10 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2004 is definitief vastgesteld.
Gedaan te Brussel, 2 december 2004.
De voorzitter
J.P. BORRELL FONTELLES
-
PB C 172 van 18.6.1999, blz. 1. Akkoord gewijzigd bij Besluit 2003/429/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 147 van 14.6.2003, blz. 25).
DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN GEWIJZIGDE BEGROTING NR. 10 VAN DE EUROPESE UNIE VOOR HET BEGROTINGSJAAR 2004
INHOUD
ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN
-
A.Inleiding en financiering van de algemene begroting
-
B.Algemene staat van ontvangsten per begrotingslijn
— Titel 1: Eigen middelen
— Titel 7: Achterstandsrente en boeten
STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING
Afdeling III: Commissie
— Ontvangsten
— Titel 7: Achterstandsrente en boeten
— Uitgaven
— Titel 04: Werkgelegenheid en sociale zaken
— Titel 05: Landbouw en plattelandsontwikkeling
— Titel 11: Visserij
— Titel 13: Regionaal beleid
-
A.FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING
Kredieten die gedurende het begrotingsjaar 2004 moeten worden gedekt overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 oktober 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen
UITGAVEN
Omschrijving |
Begroting 2004 (1) |
Begroting 2003 (2) |
Verschil (in %) |
|
43 993 285 000 |
44 780 450 000 |
–1,76 |
|
34 522 302 882 |
28 173 097 000 |
+22,54 |
|
7 510 377 641 |
6 198 406 000 |
+21,17 |
|
4 950 907 978 |
4 694 010 314 |
+5,47 |
|
6 121 983 823 |
5 381 971 098 |
+13,75 |
|
442 000 000 |
434 000 000 |
+1,84 |
|
2 856 200 000 |
2 862 902 686 |
–0,23 |
|
1 409 545 056 |
— |
|
Totaal van de uitgaven (3) |
101 806 602 380 |
92 524 837 098 |
+10,03 |
ONTVANGSTEN
Omschrijving |
Begroting 2004 (4) |
Begroting 2003 (5) |
Verschil (in %) |
Diverse ontvangsten (titels 4 tot en met 9) |
1 116 573 265 |
837 078 989 |
+33,39 |
Overschot van het vorige begrotingsjaar (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 0) |
5 469 843 706 |
7 413 481 988 |
–26,22 |
Overschot aan eigen middelen als gevolg van een overschrijving uit hoofdstukken van het EOGFL, afdeling Garantie (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 1) |
p.m. |
p.m. |
|
Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 2) |
223 160 000 |
263 330 000 |
–15,25 |
Saldi aan BTW- en aan BNP/BNI-middelen uit vorige begrotingsjaren (hoofdstukken 3 1 en 3 2) |
p.m. |
p.m. |
|
Totaal van de ontvangsten van de titels 3 t/m 9 |
6 809 576 971 |
8 513 890 977 |
–20,02 |
Nettobedrag van de douanerechten, de landbouwrechten en de heffingen en bijdragen „suiker” (hoofdstukken 1 0, 1 1 en 1 2) |
12 406 875 000 |
10 906 200 000 |
+13,76 |
BTW-middelen tegen uniform percentage (tabellen 1 en 2, hoofdstuk 1 3) |
13 579 913 763 |
21 748 030 275 |
–37,56 |
Nog te financieren uit de aanvullende middelenbron (BNI-middelen, tabellen 3 en 4, hoofdstuk 1 4) |
69 010 236 646 |
51 356 715 846 |
+34,37 |
Uit de eigen middelen zoals bedoeld in artikel 2 van Besluit 2000/597/EG, Euratom te dekken kredieten (6) |
94 997 025 409 |
84 010 946 121 |
+13,08 |
Totaal van de ontvangsten (7) |
101 806 602 380 |
92 524 837 098 |
+10,03 |
TABEL 1
Berekening van de aftopping van de uniforme BTW-grondslagen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom
Lidstaten |
1 % van de niet-afgetopte BTW-grondslag |
1 % van de verlaagde niet-afgetopte BTW-grondslag (8) |
1 % van het bruto nationaal inkomen |
1 % van het verlaagd bruto nationaal inkomen (9) |
Aftoppingspercentage (in %) |
1 % van het verlaagd bruto nationaal inkomen vermenigvuldigd met het aftoppingspercentage |
1 % van de verlaagde niet-afgetopte BTW-grondslag (10), (11) |
Lidstaten met afgetopte BTW-grondslag |
(1) |
(2) |
(3) |
(4) |
(5) |
(6) |
(7) |
(8) |
|
België |
1 132 980 000 |
1 132 980 000 |
2 825 190 000 |
2 825 190 000 |
50 |
1 412 595 000 |
1 132 980 000 |
|
Tsjechië |
422 185 000 |
281 456 667 |
790 620 000 |
527 080 000 |
50 |
263 540 000 |
263 540 000 |
Tsjechië |
Denemarken |
751 886 000 |
751 886 000 |
1 928 917 000 |
1 928 917 000 |
50 |
964 458 500 |
751 886 000 |
|
Duitsland |
9 451 381 000 |
9 451 381 000 |
21 696 270 000 |
21 696 270 000 |
50 |
10 848 135 000 |
9 451 381 000 |
|
Estland |
48 159 000 |
32 106 000 |
77 069 000 |
51 379 333 |
50 |
25 689 667 |
25 689 667 |
Estland |
Griekenland |
897 770 000 |
897 770 000 |
1 646 135 000 |
1 646 135 000 |
50 |
823 067 500 |
823 067 500 |
Griekenland |
Spanje |
4 571 090 000 |
4 571 090 000 |
7 841 620 000 |
7 841 620 000 |
50 |
3 920 810 000 |
3 920 810 000 |
Spanje |
Frankrijk |
7 575 510 000 |
7 575 510 000 |
16 112 960 000 |
16 112 960 000 |
50 |
8 056 480 000 |
7 575 510 000 |
|
Ierland |
657 675 000 |
657 675 000 |
1 179 773 000 |
1 179 773 000 |
50 |
589 886 500 |
589 886 500 |
Ierland |
Italië |
5 511 310 000 |
5 511 310 000 |
13 338 450 000 |
13 338 450 000 |
50 |
6 669 225 000 |
5 511 310 000 |
|
Cyprus |
94 920 000 |
63 280 000 |
120 306 000 |
80 204 000 |
50 |
40 102 000 |
40 102 000 |
Cyprus |
Letland |
41 803 000 |
27 868 667 |
95 382 000 |
63 588 000 |
50 |
31 794 000 |
27 868 667 |
|
Litouwen |
76 782 000 |
51 188 000 |
170 165 000 |
113 443 333 |
50 |
56 721 667 |
51 188 000 |
|
Luxemburg |
160 257 000 |
160 257 000 |
220 670 000 |
220 670 000 |
50 |
110 335 000 |
110 335 000 |
Luxemburg |
Hongarije |
378 425 000 |
252 283 333 |
731 932 000 |
487 954 667 |
50 |
243 977 334 |
243 977 334 |
Hongarije |
Malta |
27 580 000 |
18 386 667 |
44 080 000 |
29 386 667 |
50 |
14 693 334 |
14 693 334 |
Malta |
Nederland |
2 220 805 000 |
2 220 805 000 |
4 599 995 000 |
4 599 995 000 |
50 |
2 299 997 500 |
2 220 805 000 |
|
Oostenrijk |
1 065 330 000 |
1 065 330 000 |
2 289 350 000 |
2 289 350 000 |
50 |
1 144 675 000 |
1 065 330 000 |
|
Polen |
970 307 000 |
646 871 333 |
1 819 610 000 |
1 213 073 333 |
50 |
606 536 667 |
606 536 667 |
Polen |
Portugal |
841 380 000 |
841 380 000 |
1 319 570 000 |
1 319 570 000 |
50 |
659 785 000 |
659 785 000 |
Portugal |
Slovenië |
144 988 000 |
96 658 667 |
255 496 000 |
170 330 667 |
50 |
85 165 334 |
85 165 334 |
Slovenië |
Slowakije |
143 215 000 |
95 476 667 |
316 358 000 |
210 905 333 |
50 |
105 452 667 |
95 476 667 |
|
Finland |
641 720 000 |
641 720 000 |
1 471 320 000 |
1 471 320 000 |
50 |
735 660 000 |
641 720 000 |
|
Zweden |
1 210 952 000 |
1 210 952 000 |
2 788 731 000 |
2 788 731 000 |
50 |
1 394 365 500 |
1 210 952 000 |
|
Verenigd Koninkrijk |
8 457 364 000 |
8 457 364 000 |
16 774 645 000 |
16 774 645 000 |
50 |
8 387 322 500 |
8 387 322 500 |
Verenigd Koninkrijk |
Totaal |
47 495 774 000 |
46 712 986 001 |
100 454 614 000 |
98 980 941 333 |
49 490 470 670 |
45 507 318 170 |
Berekening van het uniforme afroepingspercentage van de BTW-middelen (artikel 2, lid 4, van Besluit 2000/597/EG, Euratom)
Uniform percentage (%) = maximaal afroepingspercentage – bevroren percentage |
|
|
|
Overeenkomstig artikel 5, lid 1, van Besluit 2000/597/EG, Euratom, is de financiële bijdrage van Duitsland (D), Nederland (NL), Oostenrijk (A) en Zweden (S) beperkt tot een kwart van hun normale bijdrage. |
Formule voor een lidstaat waarvan de financiële last beperkt is, bijvoorbeeld Duitsland |
Theoretische BTW-bijdrage van Duitsland = [afgetopte BTW-grondslag van Duitsland / (afgetopte BTW-grondslag van de EU25 – afgetopte BTW-grondslag Verenigd Koninkrijk)] × 1/4 × correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk |
Voorbeeld in cijfers: Duitsland |
Theoretische BTW-bijdrage van Duitsland = 9 451 381 000 / (45 507 318 170 – 8 387 322 500) × 1/4 × 5 391 559 038 = 343 195 613 |
|
Bevroren percentage1 = [correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk – theoretische BTW-bijdragen (DE+NL+AT+SE)] / [afgetopte BTW-grondslag van de EU25 – afgetopte BTW-grondslagen (Verenigd Koninkrijk+DE+NL+AT+SE)] |
Bevroren percentage1 = [5 391 559 038 – (343 195 613 + 80 641 182 + 38 683 932 + 43 971 713)] / [45 507 318 170 – (8 387 322 500 + 9 451 381 000 + 2 220 805 000 + 1 065 330 000 + 1 210 952 000)] |
Bevroren percentage1 = 0,210821947849923 % |
|
|
Overeenkomstig artikel 5, lid 1, van Besluit 94/728/EG, Euratom, is de financiële bijdrage van Duitsland (D) beperkt tot een kwart van zijn normale bijdrage. |
Rekenformule voor Duitsland: |
Theoretische BTW-bijdrage van Duitsland = [afgetopte BTW-grondslag van Duitsland / (afgetopte BTW-grondslag van de EU15 – afgetopte BTW-grondslag Verenigd Koninkrijk)] × 2/3 × correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk |
Voorbeeld in cijfers: Duitsland |
Theoretische BTW-bijdrage van Duitsland = 9 451 381 000 / (44 053 080 500 – 8 387 322 500) × 2/3 × – 293 991 119 = –51 938 184 |
|
Bevroren percentage2 = [correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk – theoretische BTW-bijdrage (D)] / [afgetopte BTW-grondslag van de EU15 – afgetopte BTW-grondslag (Verenigd Koninkrijk + D)] |
Bevroren percentage2 = [– 293 991 119 – (–51 938 184)] / [44 053 080 500 – (8 387 322 500 + 9 451 381 000)] |
Bevroren percentage2 = – 0,00923359477705029 % |
Bevroren percentagetot = Bevroren percentage1 + Bevroren percentage2 |
Uniform percentage = maximaal afroepingspercentage – bevroren percentagetot |
0,50 % – 0,201588353072873 % = 0,298411646927127 % |
TABEL 2
Verdeling van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (BTW) overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 3)
Lidstaat |
1 % van de verlaagde afgetopte BTW-grondslag (12) |
Maximaal BTW-afroepingspercentage (in %) |
Uniform percentage van de eigen middelen „BTW” (in %) |
Eigen middelen „BTW” tegen uniform percentage |
(1) |
(2) |
(3) |
|
|
België |
1 132 980 000 |
0,50 |
0,298411647 |
338 094 428 |
Tsjechië |
263 540 000 |
0,50 |
0,298411647 |
78 643 405 |
Denemarken |
751 886 000 |
0,50 |
0,298411647 |
224 371 540 |
Duitsland |
9 451 381 000 |
0,50 |
0,298411647 |
2 820 402 170 |
Estland |
25 689 667 |
0,50 |
0,298411647 |
7 666 096 |
Griekenland |
823 067 500 |
0,50 |
0,298411647 |
245 612 928 |
Spanje |
3 920 810 000 |
0,50 |
0,298411647 |
1 170 015 369 |
Frankrijk |
7 575 510 000 |
0,50 |
0,298411647 |
2 260 620 415 |
Ierland |
589 886 500 |
0,50 |
0,298411647 |
176 029 002 |
Italië |
5 511 310 000 |
0,50 |
0,298411647 |
1 644 639 094 |
Cyprus |
40 102 000 |
0,50 |
0,298411647 |
11 966 904 |
Letland |
27 868 667 |
0,50 |
0,298411647 |
8 316 335 |
Litouwen |
51 188 000 |
0,50 |
0,298411647 |
15 275 095 |
Luxemburg |
110 335 000 |
0,50 |
0,298411647 |
32 925 249 |
Hongarije |
243 977 334 |
0,50 |
0,298411647 |
72 805 678 |
Malta |
14 693 334 |
0,50 |
0,298411647 |
4 384 662 |
Nederland |
2 220 805 000 |
0,50 |
0,298411647 |
662 714 078 |
Oostenrijk |
1 065 330 000 |
0,50 |
0,298411647 |
317 906 880 |
Polen |
606 536 667 |
0,50 |
0,298411647 |
180 997 606 |
Portugal |
659 785 000 |
0,50 |
0,298411647 |
196 887 528 |
Slovenië |
85 165 334 |
0,50 |
0,298411647 |
25 414 328 |
Slowakije |
95 476 667 |
0,50 |
0,298411647 |
28 491 349 |
Finland |
641 720 000 |
0,50 |
0,298411647 |
191 496 722 |
Zweden |
1 210 952 000 |
0,50 |
0,298411647 |
361 362 181 |
Verenigd Koninkrijk |
8 387 322 500 |
0,50 |
0,298411647 |
2 502 874 721 |
Totaal |
45 507 318 170 |
13 579 913 763 |
TABEL 3
Vaststelling van het uniforme percentage en verdeling van de eigen middelen op basis van het bruto nationaal product overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), van Besluit 2000/597/EG, Euratom
Lidstaten |
1 % van het verlaagd bruto nationaal inkomen (13) |
Uniform percentage van de eigen middelen „aanvullende grondslag” |
Eigen middelen „aanvullende grondslag” tegen uniform percentage |
(1) |
(2) |
|
|
België |
2 825 190 000 |
1 969 743 143 |
|
Tsjechië |
527 080 000 |
367 484 033 |
|
Denemarken |
1 928 917 000 |
1 344 855 048 |
|
Duitsland |
21 696 270 000 |
15 126 798 217 |
|
Estland |
51 379 333 |
35 822 047 |
|
Griekenland |
1 646 135 000 |
1 147 697 369 |
|
Spanje |
7 841 620 000 |
5 467 234 849 |
|
Frankrijk |
16 112 960 000 |
11 234 073 628 |
|
Ierland |
1 179 773 000 |
822 546 369 |
|
Italië |
13 338 450 000 |
9 299 664 952 |
|
Cyprus |
80 204 000 |
55 918 816 |
|
Letland |
63 588 000 |
0,6972073 (14) |
44 334 019 |
Litouwen |
113 443 333 |
79 093 522 |
|
Luxemburg |
220 670 000 |
153 852 739 |
|
Hongarije |
487 954 667 |
340 205 565 |
|
Malta |
29 386 667 |
20 488 599 |
|
Nederland |
4 599 995 000 |
3 207 150 177 |
|
Oostenrijk |
2 289 350 000 |
1 596 151 574 |
|
Polen |
1 213 073 333 |
845 763 605 |
|
Portugal |
1 319 570 000 |
920 013 861 |
|
Slovenië |
170 330 667 |
118 755 788 |
|
Slowakije |
210 905 333 |
147 044 742 |
|
Finland |
1 471 320 000 |
1 025 815 071 |
|
Zweden |
2 788 731 000 |
1 944 323 661 |
|
Verenigd Koninkrijk |
16 774 645 000 |
11 695 405 252 |
|
Totaal |
98 980 941 333 |
69 010 236 646 |
TABEL 4
Eigen middelen op basis van het BNI — Financiering van de reserves (artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom) (hoofdstuk 1 4)
Lidstaat |
Reserve voor leningen en garantie van leningen |
Reserve voor spoedhulp |
Eigen middelen „BNI”, exclusief reserves |
Eigen middelen „BNI” tegen uniform percentage |
(1) |
(2) |
(3) |
|
|
België |
6 307 952 |
6 307 952 |
1 957 127 239 |
1 969 743 143 |
Tsjechië |
1 176 839 |
1 176 839 |
365 130 355 |
367 484 033 |
Denemarken |
4 306 795 |
4 306 795 |
1 336 241 458 |
1 344 855 048 |
Duitsland |
48 442 414 |
48 442 414 |
15 029 913 389 |
15 126 798 217 |
Estland |
114 717 |
114 717 |
35 592 613 |
35 822 047 |
Griekenland |
3 675 413 |
3 675 413 |
1 140 346 543 |
1 147 697 369 |
Spanje |
17 508 401 |
17 508 401 |
5 432 218 047 |
5 467 234 849 |
Frankrijk |
35 976 261 |
35 976 261 |
11 162 121 106 |
11 234 073 628 |
Ierland |
2 634 142 |
2 634 142 |
817 278 085 |
822 546 369 |
Italië |
29 781 465 |
29 781 465 |
9 240 102 022 |
9 299 664 952 |
Cyprus |
179 076 |
179 076 |
55 560 664 |
55 918 816 |
Letland |
141 976 |
141 976 |
44 050 067 |
44 334 019 |
Litouwen |
253 291 |
253 291 |
78 586 940 |
79 093 522 |
Luxemburg |
492 702 |
492 702 |
152 867 335 |
153 852 739 |
Hongarije |
1 089 482 |
1 089 482 |
338 026 601 |
340 205 565 |
Malta |
65 613 |
65 613 |
20 357 373 |
20 488 599 |
Nederland |
10 270 653 |
10 270 653 |
3 186 608 871 |
3 207 150 177 |
Oostenrijk |
5 111 553 |
5 111 553 |
1 585 928 468 |
1 596 151 574 |
Polen |
2 708 493 |
2 708 493 |
840 346 619 |
845 763 605 |
Portugal |
2 946 274 |
2 946 274 |
914 121 313 |
920 013 861 |
Slovenië |
380 306 |
380 306 |
117 995 176 |
118 755 788 |
Slowakije |
470 900 |
470 900 |
146 102 942 |
147 044 742 |
Finland |
3 285 094 |
3 285 094 |
1 019 244 883 |
1 025 815 071 |
Zweden |
6 226 548 |
6 226 548 |
1 931 870 565 |
1 944 323 661 |
Verenigd Koninkrijk |
37 453 640 |
37 453 640 |
11 620 497 972 |
11 695 405 252 |
Totaal |
221 000 000 |
221 000 000 |
68 568 236 646 |
69 010 236 646 |
Percentage van 1 % verlaagd BNI (15) |
0,0022 |
0,0022 |
0,6927 |
0,6972 |
TABEL 5
Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2003 overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 5)
Omschrijving |
Coëfficiënt (%) (16) |
Bedrag |
|
18,50 % |
|
|
7,68 % |
|
|
10,82 % |
|
|
82 025 811 437 |
|
|
8 875 351 609 |
|
|
5 857 732 062 |
|
|
447 826 885 |
|
|
5 409 905 177 |
|
|
18 346 139 |
|
|
5 391 559 038 |
Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2000 overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van Besluit 94/728/EG, Euratom (hoofdstuk 1 5)
Omschrijving |
Coëfficiënt (%) (19) |
Bedrag |
|
18,71 % |
|
|
10,43 % |
|
|
8,28 % |
|
|
74 700 969 031 |
|
|
6 183 698 001 |
|
|
4 081 240 681 |
|
|
–51 336 943 |
|
|
4 132 577 623 |
|
|
4 426 568 742 |
|
|
|
TABEL 6.1
Berekening van de financiering van de correctie 2003 ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, vastgesteld op –5 391 559 038 EUR (hoofdstuk 1 5)
Lidstaten |
Aandelen in de verlaagde BNI-grondslagen (21) |
Aandelen zonder het Verenigd Koninkrijk |
Aandelen zonder Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Zweden en het Verenigd Koninkrijk |
3/4 van het aandeel van Duitsland, Nederland, Oostenrijk en Zweden in kolom (2) |
Kolom (4) verdeeld volgens de sleutel van kolom (3) |
Financieringssleutel |
Op de correctie toegepaste financieringssleutel |
(1) |
(2) |
(3) |
(4) |
(5) |
|
(7) |
|
België |
2,85 |
3,44 |
5,56 |
1,59 |
5,03 |
271 066 206 |
|
Tsjechië |
0,53 |
0,64 |
1,04 |
0,30 |
0,94 |
50 571 316 |
|
Denemarken |
1,95 |
2,35 |
3,79 |
1,09 |
3,43 |
185 072 230 |
|
Duitsland |
21,92 |
26,39 |
0,00 |
–19,79 |
0,00 |
6,60 |
355 741 367 |
Estland |
0,05 |
0,06 |
0,10 |
0,03 |
0,09 |
4 929 651 |
|
Griekenland |
1,66 |
2,00 |
3,24 |
0,93 |
2,93 |
157 940 375 |
|
Spanje |
7,92 |
9,54 |
15,43 |
4,42 |
13,95 |
752 373 534 |
|
Frankrijk |
16,28 |
19,60 |
31,70 |
9,07 |
28,67 |
1 545 977 063 |
|
Ierland |
1,19 |
1,44 |
2,32 |
0,66 |
2,10 |
113 194 720 |
|
Italië |
13,48 |
16,23 |
26,24 |
7,51 |
23,74 |
1 279 773 409 |
|
Cyprus |
0,08 |
0,10 |
0,16 |
0,05 |
0,14 |
7 695 268 |
|
Letland |
0,06 |
0,08 |
0,13 |
0,04 |
0,11 |
6 101 026 |
|
Litouwen |
0,11 |
0,14 |
0,22 |
0,06 |
0,20 |
10 884 455 |
|
Luxemburg |
0,22 |
0,27 |
0,43 |
0,12 |
0,39 |
21 172 445 |
|
Hongarije |
0,49 |
0,59 |
0,96 |
0,27 |
0,87 |
46 817 389 |
|
Malta |
0,03 |
0,04 |
0,06 |
0,02 |
0,05 |
2 819 539 |
|
Nederland |
4,65 |
5,60 |
0,00 |
–4,20 |
0,00 |
1,40 |
75 423 495 |
Oostenrijk |
2,31 |
2,78 |
0,00 |
–2,09 |
0,00 |
0,70 |
37 537 166 |
Polen |
1,23 |
1,48 |
2,39 |
0,68 |
2,16 |
116 389 760 |
|
Portugal |
1,33 |
1,61 |
2,60 |
0,74 |
2,35 |
126 607 709 |
|
Slovenië |
0,17 |
0,21 |
0,34 |
0,10 |
0,30 |
16 342 578 |
|
Slowakije |
0,21 |
0,26 |
0,41 |
0,12 |
0,38 |
20 235 562 |
|
Finland |
1,49 |
1,79 |
2,89 |
0,83 |
2,62 |
141 167 543 |
|
Zweden |
2,82 |
3,39 |
0,00 |
–2,54 |
0,00 |
0,85 |
45 725 232 |
Verenigd Koninkrijk |
16,95 |
0,00 |
0,00 |
0,00 |
0,00 |
— |
|
Totaal |
100,00 |
100,00 |
100,00 |
–28,62 |
28,62 |
100,00 |
5 391 559 038 |
De berekening is tot op 15 decimalen nauwkeurig.
TABEL 6.2
Berekening van de financiering van de correctie 2000 ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, vastgesteld op 293 991 119 EUR (hoofdstuk 1 5)
Lidstaat |
Aandelen in de BNI-grondslagen |
Aandelen zonder het Verenigd Koninkrijk |
Aandelen zonder Duitsland en het Verenigd Koninkrijk |
1/3 van het aandeel van Duitsland in kolom (2) |
Kolom (4) verdeeld volgens de sleutel van kolom (3) |
Financieringssleutel |
Op de correctie toegepaste financieringssleutel |
(1) |
(2) |
(3) |
(4) |
(5) |
|
(7) |
|
België |
2,94 |
3,56 |
4,91 |
0,45 |
4,01 |
–11 795 938 |
|
Denemarken |
2,01 |
2,43 |
3,35 |
0,31 |
2,74 |
–8 053 754 |
|
Duitsland |
22,59 |
27,37 |
0,00 |
–9,12 |
0,00 |
18,25 |
–53 651 236 |
Griekenland |
1,71 |
2,08 |
2,86 |
0,26 |
2,34 |
–6 873 062 |
|
Spanje |
8,17 |
9,89 |
13,62 |
1,24 |
11,14 |
–32 740 901 |
|
Frankrijk |
16,78 |
20,33 |
27,99 |
2,55 |
22,88 |
–67 276 001 |
|
Ierland |
1,23 |
1,49 |
2,05 |
0,19 |
1,68 |
–4 925 874 |
|
Italië |
13,89 |
16,83 |
23,17 |
2,11 |
18,94 |
–55 691 665 |
|
Luxemburg |
0,23 |
0,28 |
0,38 |
0,03 |
0,31 |
|
|
Nederland |
4,79 |
5,80 |
7,99 |
0,73 |
6,53 |
–19 206 233 |
|
Oostenrijk |
2,38 |
2,89 |
3,98 |
0,36 |
3,25 |
–9 558 660 |
|
Portugal |
1,37 |
1,66 |
2,29 |
0,21 |
1,87 |
–5 509 564 |
|
Finland |
1,53 |
1,86 |
2,56 |
0,23 |
2,09 |
–6 143 162 |
|
Zweden |
2,90 |
3,52 |
4,84 |
0,44 |
3,96 |
–11 643 712 |
|
Verenigd Koninkrijk |
17,47 |
0,00 |
0,00 |
0,00 |
0,00 |
— |
|
Totaal |
100,00 |
100,00 |
100,00 |
–9,12 |
9,12 |
100,00 |
|
De berekening is tot op 15 decimalen nauwkeurig.
TABEL 7
Overzicht van de financiering van de algemene begroting per soort eigen middelen en per lidstaat
Lidstaat |
Netto-landbouw-rechten (75 %) |
Netto-heffingen en -bijdragen „suiker” en „isoglucose” (75 %) |
Netto-douane-rechten (75 %) |
Totaal netto traditionele eigen middelen (75 %) |
Eigen middelen „BTW” tegen uniform percentage |
Eigen middelen „BNI”, exclusief reserves |
Eigen middelen „BNI”, reserves |
Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk |
Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie ten gunste van het Verenigd Koninkrijk in 2000 |
Totaal van de eigen middelen (22) |
(1) |
(2) |
(3) |
|
(5) |
(6) |
(7) |
(8) |
(9) |
|
|
België |
24 707 502 |
27 550 744 |
1 225 727 711 |
1 277 985 957 |
338 094 428 |
1 957 127 239 |
12 615 904 |
259 270 268 |
–3 078 908 |
3 842 014 888 |
Tsjechië |
8 848 733 |
57 532 359 |
66 381 092 |
78 643 405 |
365 130 355 |
2 353 678 |
50 571 316 |
563 079 846 |
||
Denemarken |
7 929 384 |
15 980 951 |
209 135 735 |
233 046 070 |
224 371 540 |
1 336 241 458 |
8 613 590 |
177 018 476 |
–16 290 924 |
1 963 000 210 |
Duitsland |
155 599 798 |
133 520 474 |
2 197 848 296 |
2 486 968 568 |
2 820 402 170 |
15 029 913 389 |
96 884 828 |
302 090 131 |
49 233 892 |
20 785 492 978 |
Estland |
1 379 024 |
9 214 793 |
10 593 817 |
7 666 096 |
35 592 613 |
229 434 |
4 929 651 |
59 011 611 |
||
Griekenland |
12 985 803 |
2 477 240 |
151 362 989 |
166 826 032 |
245 612 928 |
1 140 346 543 |
7 350 826 |
151 067 313 |
–1 603 327 |
1 709 600 315 |
Spanje |
41 140 863 |
15 033 422 |
776 526 590 |
832 700 875 |
1 170 015 369 |
5 432 218 047 |
35 016 802 |
719 632 633 |
–3 468 605 |
8 186 115 121 |
Frankrijk |
143 073 671 |
128 293 057 |
899 844 557 |
1 171 211 285 |
2 260 620 415 |
11 162 121 106 |
71 952 522 |
1 478 701 062 |
16 635 782 |
16 161 242 172 |
Ierland |
804 431 |
4 173 620 |
109 856 357 |
114 834 408 |
176 029 002 |
817 278 085 |
5 268 284 |
108 268 846 |
–1 552 469 |
1 220 126 156 |
Italië |
78 374 494 |
9 268 668 |
1 106 736 689 |
1 194 379 851 |
1 644 639 094 |
9 240 102 022 |
59 562 930 |
1 224 081 744 |
–4 564 420 |
13 358 201 221 |
Cyprus |
1 379 024 |
9 054 536 |
10 433 560 |
11 966 904 |
55 560 664 |
358 152 |
7 695 268 |
86 014 548 |
||
Letland |
919 349 |
5 929 519 |
6 848 868 |
8 316 335 |
44 050 067 |
283 952 |
6 101 026 |
65 600 248 |
||
Litouwen |
3 102 803 |
20 032 159 |
23 134 962 |
15 275 095 |
78 586 940 |
506 582 |
10 884 455 |
128 388 034 |
||
Luxemburg |
229 838 |
13 381 482 |
13 611 320 |
32 925 249 |
152 867 335 |
985 404 |
20 251 088 |
|
220 406 983 |
|
Hongarije |
13 560 397 |
88 141 497 |
101 701 894 |
72 805 678 |
338 026 601 |
2 178 964 |
46 817 389 |
561 530 526 |
||
Malta |
919 349 |
5 689 133 |
6 608 482 |
4 384 662 |
20 357 373 |
131 226 |
2 819 539 |
34 301 282 |
||
Nederland |
217 655 851 |
31 134 739 |
1 133 579 782 |
1 382 370 372 |
662 714 078 |
3 186 608 871 |
20 541 306 |
56 217 262 |
–9 171 563 |
5 299 280 326 |
Oostenrijk |
11 606 780 |
12 872 821 |
164 263 700 |
188 743 301 |
317 906 880 |
1 585 928 468 |
10 223 106 |
27 978 506 |
–2 610 155 |
2 128 170 106 |
Polen |
15 169 257 |
98 958 863 |
114 128 120 |
180 997 606 |
840 346 619 |
5 416 986 |
116 389 760 |
1 257 279 091 |
||
Portugal |
21 949 455 |
1 568 330 |
87 820 982 |
111 338 767 |
196 887 528 |
914 121 313 |
5 892 548 |
121 098 145 |
–1 401 699 |
1 347 936 602 |
Slovenië |
2 528 210 |
16 346 241 |
18 874 451 |
25 414 328 |
117 995 176 |
760 612 |
16 342 578 |
179 387 145 |
||
Slowakije |
4 251 989 |
27 724 508 |
31 976 497 |
28 491 349 |
146 102 942 |
941 800 |
20 235 562 |
227 748 150 |
||
Finland |
4 022 152 |
3 136 556 |
77 724 775 |
84 883 483 |
191 496 722 |
1 019 244 883 |
6 570 188 |
135 024 381 |
–2 235 647 |
1 434 984 010 |
Zweden |
15 858 769 |
7 713 534 |
285 097 679 |
308 669 982 |
361 362 181 |
1 931 870 565 |
12 453 096 |
34 081 520 |
–3 881 694 |
2 644 555 650 |
Verenigd Koninkrijk |
537 589 266 |
24 164 652 |
1 886 869 068 |
2 448 622 986 |
2 502 874 721 |
11 620 497 972 |
74 907 280 |
–5 097 567 919 |
–15 776 850 |
11 533 558 190 |
Totaal |
1 325 586 192 |
416 888 808 |
10 664 400 000 |
12 406 875 000 |
13 579 913 763 |
68 568 236 646 |
442 000 000 |
— |
— |
94 997 025 409 |
-
B.ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN PER BEGROTINGSLIJN
ONTVANGSTEN
TITEL 1
EIGEN MIDDELEN
Titel Hoofdstuk |
Omschrijving |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
1 0 |
DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER a), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM) |
865 125 000 |
460 461 192 |
1 325 586 192 |
1 1 |
BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER a), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM) |
359 925 000 |
56 963 808 |
416 888 808 |
1 2 |
DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER b), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM |
9 981 825 000 |
682 575 000 |
10 664 400 000 |
1 3 |
EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER c), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM |
13 579 913 763 |
13 579 913 763 |
|
1 4 |
EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER d), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM |
68 510 236 646 |
500 000 000 |
69 010 236 646 |
1 5 |
CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN |
0 |
0 |
|
1 9 |
KOSTEN VOOR DE LIDSTATEN IN VERBAND MET DE INNING VAN DE EIGEN MIDDELEN |
— |
— |
|
Titel 1 — Totaal |
93 297 025 409 |
1 700 000 000 |
94 997 025 409 |
HOOFDSTUK 1 0 —
DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
1 0 |
||||
DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER a), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM) |
||||
1 0 0 |
||||
Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom) |
||||
1 0 0 0 |
Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom) |
865 125 000 |
460 461 192 |
1 325 586 192 |
Artikel 1 0 0 — Subtotaal |
865 125 000 |
460 461 192 |
1 325 586 192 |
|
Hoofdstuk 1 0 — Totaal |
865 125 000 |
460 461 192 |
1 325 586 192 |
1 0 0
Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)
1 0 0 0
Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
865 125 000 |
460 461 192 |
1 325 586 192 |
Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder a).
Het betreft hier rechten die worden geïnd bij invoer uit derde landen van onder een gemeenschappelijke marktordening vallende landbouwproducten. Deze landbouwrechten dienen ter compensatie van het verschil tussen de wereldmarktprijzen en de prijzen die binnen de Gemeenschap gelden.
Vanaf 2003 worden de ramingen netto gegeven (zonder inningskosten).
Lidstaten |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
België |
16 125 000 |
8 582 502 |
24 707 502 |
Tsjechië |
5 775 000 |
3 073 733 |
8 848 733 |
Denemarken |
5 175 000 |
2 754 384 |
7 929 384 |
Duitsland |
101 550 000 |
54 049 798 |
155 599 798 |
Estland |
900 000 |
479 024 |
1 379 024 |
Griekenland |
8 475 000 |
4 510 803 |
12 985 803 |
Spanje |
26 850 000 |
14 290 863 |
41 140 863 |
Frankrijk |
93 375 000 |
49 698 671 |
143 073 671 |
Ierland |
525 000 |
279 431 |
804 431 |
Italië |
51 150 000 |
27 224 494 |
78 374 494 |
Cyprus |
900 000 |
479 024 |
1 379 024 |
Letland |
600 000 |
319 349 |
919 349 |
Litouwen |
2 025 000 |
1 077 803 |
3 102 803 |
Luxemburg |
150 000 |
79 838 |
229 838 |
Hongarije |
8 850 000 |
4 710 397 |
13 560 397 |
Malta |
600 000 |
319 349 |
919 349 |
Nederland |
142 050 000 |
75 605 851 |
217 655 851 |
Oostenrijk |
7 575 000 |
4 031 780 |
11 606 780 |
Polen |
9 900 000 |
5 269 257 |
15 169 257 |
Portugal |
14 325 000 |
7 624 455 |
21 949 455 |
Slovenië |
1 650 000 |
878 210 |
2 528 210 |
Slowakije |
2 775 000 |
1 476 989 |
4 251 989 |
Finland |
2 625 000 |
1 397 152 |
4 022 152 |
Zweden |
10 350 000 |
5 508 769 |
15 858 769 |
Verenigd Koninkrijk |
350 850 000 |
186 739 266 |
537 589 266 |
Totaal van post 1 0 0 0 |
865 125 000 |
460 461 192 |
1 325 586 192 |
HOOFDSTUK 1 1 —
BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
1 1 |
||||
BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER a), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM) |
||||
1 1 0 |
Productieheffingen op suiker |
355 915 972 |
56 963 808 |
412 879 780 |
Artikel 1 1 0 — Subtotaal |
355 915 972 |
56 963 808 |
412 879 780 |
|
1 1 1 |
Bijdragen in verband met de opslag van suiker |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 1 1 1 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
||
1 1 2 |
Productieheffingen op isoglucose |
3 087 180 |
3 087 180 |
|
Artikel 1 1 2 — Subtotaal |
3 087 180 |
3 087 180 |
||
1 1 3 |
Heffingen op de niet-uitgevoerde productie van C-suiker, C-isoglucose en C-inulinestroop |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 1 1 3 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
||
1 1 4 |
Heffingen op C-suiker en C-isoglucose voor vervanging |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 1 1 4 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
||
1 1 5 |
Productieheffing op inulinestroop |
921 848 |
921 848 |
|
Artikel 1 1 5 — Subtotaal |
921 848 |
921 848 |
||
1 1 6 |
Aanvullende heffing zoals bedoeld in Verordening (EEG) nr. 1107/88 |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 1 1 6 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
||
Hoofdstuk 1 1 — Totaal |
359 925 000 |
56 963 808 |
416 888 808 |
1 1 0
Productieheffingen op suiker
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
355 915 972 |
56 963 808 |
412 879 780 |
Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1).
De gemeenschappelijke ordening van de markten in de sector suiker houdt in dat de suikerfabrikanten heffingen op de basisproductie van B-suiker storten ter dekking van de uitgaven voor steun aan de markt.
De in artikel 15 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 bedoelde maximalisering van de bijdragen kan echter ten gevolge hebben dat zij het te verwachten totale verlies wegens het bestaan van een exportabel overschot dat berekend wordt overeenkomstig het bepaalde in de leden 1 en 2 van dat artikel, niet volledig dekken. In dit geval moet de in artikel 1 1 6 van dit hoofdstuk bedoelde aanvullende heffing overeenkomstig het bepaalde in artikel 16 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 door de suikerfabrikanten worden gestort.
Vanaf 2003 worden de ramingen netto gegeven (zonder inningskosten).
Lidstaten |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
België |
19 423 587 |
6 550 745 |
25 974 332 |
Denemarken |
12 225 000 |
3 755 951 |
15 980 951 |
Duitsland |
129 199 115 |
3 845 475 |
133 044 590 |
Griekenland |
4 583 633 |
–2 247 761 |
2 335 872 |
Spanje |
9 045 422 |
5 433 422 |
14 478 844 |
Frankrijk |
97 267 101 |
30 793 057 |
128 060 158 |
Ierland |
2 850 000 |
1 323 620 |
4 173 620 |
Italië |
24 378 049 |
–15 331 332 |
9 046 717 |
Luxemburg |
— |
— |
— |
Nederland |
23 387 492 |
7 434 738 |
30 822 230 |
Oostenrijk |
9 675 000 |
3 197 821 |
12 872 821 |
Portugal |
273 376 |
1 193 330 |
1 466 706 |
Finland |
2 098 338 |
961 556 |
3 059 894 |
Zweden |
5 475 000 |
2 238 534 |
7 713 534 |
Verenigd Koninkrijk |
16 034 859 |
7 814 652 |
23 849 511 |
Totaal van artikel 1 1 0 |
355 915 972 |
56 963 808 |
412 879 780 |
HOOFDSTUK 1 2 —
DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER B), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
1 2 |
||||
DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER b), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM |
||||
1 2 0 |
Douanerechten en overige rechten zoals bedoeld in artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2000/597/EG, Euratom |
9 981 825 000 |
682 575 000 |
10 664 400 000 |
Artikel 1 2 0 — Subtotaal |
9 981 825 000 |
682 575 000 |
10 664 400 000 |
|
Hoofdstuk 1 2 — Totaal |
9 981 825 000 |
682 575 000 |
10 664 400 000 |
1 2 0
Douanerechten en overige rechten zoals bedoeld in artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2000/597/EG, Euratom
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
9 981 825 000 |
682 575 000 |
10 664 400 000 |
Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder a).
De aanwending van de douanerechten als eigen middelen voor de financiering van de gemeenschappelijke uitgaven vloeit logischerwijs voort uit het feit dat er binnen de Gemeenschap vrij verkeer van goederen bestaat.
Vanaf 2003 worden de ramingen netto gegeven (zonder inningskosten).
Lidstaten |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
België |
1 147 275 000 |
78 452 711 |
1 225 727 711 |
Tsjechië |
53 850 000 |
3 682 359 |
57 532 359 |
Denemarken |
195 750 000 |
13 385 735 |
209 135 735 |
Duitsland |
2 057 175 000 |
140 673 296 |
2 197 848 296 |
Estland |
8 625 000 |
589 793 |
9 214 793 |
Griekenland |
141 675 000 |
9 687 989 |
151 362 989 |
Spanje |
726 825 000 |
49 701 590 |
776 526 590 |
Frankrijk |
842 250 000 |
57 594 557 |
899 844 557 |
Ierland |
102 825 000 |
7 031 357 |
109 856 357 |
Italië |
1 035 900 000 |
70 836 689 |
1 106 736 689 |
Cyprus |
8 475 000 |
579 536 |
9 054 536 |
Letland |
5 550 000 |
379 519 |
5 929 519 |
Litouwen |
18 750 000 |
1 282 159 |
20 032 159 |
Luxemburg |
12 525 000 |
856 482 |
13 381 482 |
Hongarije |
82 500 000 |
5 641 497 |
88 141 497 |
Malta |
5 325 000 |
364 133 |
5 689 133 |
Nederland |
1 061 025 000 |
72 554 782 |
1 133 579 782 |
Oostenrijk |
153 750 000 |
10 513 700 |
164 263 700 |
Polen |
92 625 000 |
6 333 863 |
98 958 863 |
Portugal |
82 200 000 |
5 620 982 |
87 820 982 |
Slovenië |
15 300 000 |
1 046 241 |
16 346 241 |
Slowakije |
25 950 000 |
1 774 508 |
27 724 508 |
Finland |
72 750 000 |
4 974 775 |
77 724 775 |
Zweden |
266 850 000 |
18 247 679 |
285 097 679 |
Verenigd Koninkrijk |
1 766 100 000 |
120 769 068 |
1 886 869 068 |
Totaal van artikel 1 2 0 |
9 981 825 000 |
682 575 000 |
10 664 400 000 |
HOOFDSTUK 1 4 —
EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER D), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
1 4 |
||||
EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER d), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM |
||||
1 4 0 |
||||
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom |
||||
1 4 0 0 |
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, met uitzondering van die welke overeenkomen met de reserve voor garantie voor verstrekte leningen en de reserve voor noodhulp |
68 068 236 646 |
500 000 000 |
68 568 236 646 |
1 4 0 1 |
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de financiering van de monetaire reserve van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie |
— |
— |
|
1 4 0 2 |
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor verstrekte leningen en de garantie voor verstrekte leningen |
221 000 000 |
221 000 000 |
|
1 4 0 3 |
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6, van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor noodhulp |
221 000 000 |
221 000 000 |
|
Artikel 1 4 0 — Subtotaal |
68 510 236 646 |
500 000 000 |
69 010 236 646 |
|
Hoofdstuk 1 4 — Totaal |
68 510 236 646 |
500 000 000 |
69 010 236 646 |
1 4 0
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom
1 4 0 0
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, met uitzondering van die welke overeenkomen met de reserve voor garantie voor verstrekte leningen en de reserve voor noodhulp
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
68 068 236 646 |
500 000 000 |
68 568 236 646 |
Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder a).
Het voor het begrotingsjaar op het bruto nationaal inkomen van de lidstaten toe te passen percentage, reserve voor garantie voor verstrekte leningen en reserve voor noodhulp niet inbegrepen, bedraagt 0,6927 %.
Lidstaten |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
België |
1 942 855 855 |
14 271 384 |
1 957 127 239 |
Tsjechië |
362 467 822 |
2 662 533 |
365 130 355 |
Denemarken |
1 326 497 577 |
9 743 881 |
1 336 241 458 |
Duitsland |
14 920 315 172 |
109 598 217 |
15 029 913 389 |
Estland |
35 333 071 |
259 542 |
35 592 613 |
Griekenland |
1 132 031 129 |
8 315 414 |
1 140 346 543 |
Spanje |
5 392 606 280 |
39 611 767 |
5 432 218 047 |
Frankrijk |
11 080 726 850 |
81 394 256 |
11 162 121 106 |
Ierland |
811 318 488 |
5 959 597 |
817 278 085 |
Italië |
9 172 723 141 |
67 378 881 |
9 240 102 022 |
Cyprus |
55 155 515 |
405 149 |
55 560 664 |
Letland |
43 728 854 |
321 213 |
44 050 067 |
Litouwen |
78 013 884 |
573 056 |
78 586 940 |
Luxemburg |
151 752 625 |
1 114 710 |
152 867 335 |
Hongarije |
335 561 709 |
2 464 892 |
338 026 601 |
Malta |
20 208 927 |
148 446 |
20 357 373 |
Nederland |
3 163 372 100 |
23 236 771 |
3 186 608 871 |
Oostenrijk |
1 574 363 868 |
11 564 600 |
1 585 928 468 |
Polen |
834 218 806 |
6 127 813 |
840 346 619 |
Portugal |
907 455 535 |
6 665 778 |
914 121 313 |
Slovenië |
117 134 754 |
860 422 |
117 995 176 |
Slowakije |
145 037 558 |
1 065 384 |
146 102 942 |
Finland |
1 011 812 543 |
7 432 340 |
1 019 244 883 |
Zweden |
1 917 783 353 |
14 087 212 |
1 931 870 565 |
Verenigd Koninkrijk |
11 535 761 230 |
84 736 742 |
11 620 497 972 |
Totaal van post 1 4 0 0 |
68 068 236 646 |
500 000 000 |
68 568 236 646 |
TITEL 7
RENTE WEGENS VERTRAAGDE OVERMAKING EN BOETEN
Titel Hoofdstuk |
Omschrijving |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
7 0 |
RENTE WEGENS VERTRAAGDE OVERMAKING |
p.m. |
40 000 000 |
40 000 000 |
7 1 |
GELDBOETEN |
p.m. |
260 000 000 |
260 000 000 |
7 2 |
RENTE OP DEPOSITO'S EN BOETEN |
p.m. |
p.m. |
|
Titel 7 — Totaal |
p.m. |
300 000 000 |
300 000 000 |
HOOFDSTUK 7 0 —
RENTE WEGENS VERTRAAGDE OVERMAKING
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
7 0 |
||||
RENTE WEGENS VERTRAAGDE OVERMAKING |
||||
7 0 0 |
||||
Rente wegens vertraagde overmaking |
||||
7 0 0 0 |
Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de Schatkisten van de lidstaten |
p.m. |
5 000 000 |
5 000 000 |
7 0 0 1 |
Overige rente wegens vertraagde overmaking |
p.m. |
35 000 000 |
35 000 000 |
Artikel 7 0 0 — Subtotaal |
p.m. |
40 000 000 |
40 000 000 |
|
Hoofdstuk 7 0 — Totaal |
p.m. |
40 000 000 |
40 000 000 |
7 0 0
Rente wegens vertraagde overmaking
7 0 0 0
Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de Schatkisten van de lidstaten
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
p.m. |
5 000 000 |
5 000 000 |
Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 94/728/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1).
Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.
Raad |
p.m. |
Commissie |
5 000 000 |
Totaal |
5 000 000 |
7 0 0 1
Overige rente wegens vertraagde overmaking
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
p.m. |
35 000 000 |
35 000 000 |
Verordening nr. 17 van de Raad van 6 februari 1962, eerste verordening over de toepassing van de artikelen 81 (ex artikel 85) en 82 (ex artikel 86) van het Verdrag (PB 13 van 21.2.1962, blz. 204/62), gewijzigd bij en aangevuld door de verordeningen:
— |
— |
118/63/EEG (PB 162 van 7.11.1963, blz. 2696/63), |
— |
(EEG) nr. 2822/71 (PB L 285 van 29.12.1971, blz. 49). |
Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11), met name artikel 24.
Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad van 21 december 1989 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 395 van 30.12.1989, blz. 1. Verordening gerectificeerd in PB L 257 van 21.9.1990, blz. 13), met name de artikelen 14 en 15.
Verordening (EEG) nr. 1865/90 van de Commissie van 2 juli 1990 inzake de bij te late terugbetaling van bijstand uit de structuurfondsen te betalen rente (PB L 170 van 3.7.1990, blz. 35).
Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.
HOOFDSTUK 7 1 —
GELDBOETEN
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
7 1 |
||||
GELDBOETEN |
||||
7 1 0 |
Geldboeten, dwangsommen en andere sancties |
p.m. |
260 000 000 |
260 000 000 |
Artikel 7 1 0 — Subtotaal |
p.m. |
260 000 000 |
260 000 000 |
|
7 1 1 |
Ontvangsten uit boeten wegens fraude en onregelmatigheden ten koste van de financiële belangen van de Europese Gemeenschap |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 7 1 1 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
||
7 1 2 |
Aan de lidstaten opgelegde dwangsommen en forfaitaire bedragen wegens niet-nakoming van een arrest van het Hof van Justitie waarin wordt vastgesteld dat een lidstaat de krachtens het Verdrag op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 7 1 2 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
||
Hoofdstuk 7 1 — Totaal |
p.m. |
260 000 000 |
260 000 000 |
7 1 0
Geldboeten, dwangsommen en andere sancties
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
p.m. |
260 000 000 |
260 000 000 |
Verordening nr. 11 van de Raad van 27 juni 1960 ter uitvoering van artikel 79, lid 3, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap betreffende de opheffing van discriminaties inzake vrachtprijzen en vervoervoorwaarden (PB 52 van 16.8.1960, blz. 1121/60), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3626/84 (PB L 335 van 22.12.1984, blz. 4), met name de artikelen 17 en 18.
Verordening nr. 17 van de Raad van 6 februari 1962, eerste verordening over de toepassing van de artikelen 81 (ex artikel 85) en 82 (ex artikel 86) van het Verdrag (PB 13 van 21.2.1962, blz. 204/62), gewijzigd bij en aangevuld door de verordeningen:
— |
— |
118/63/EEG (PB 162 van 7.11.1963, blz. 2696/63), |
— |
(EEG) nr. 2822/71 (PB L 285 van 29.12.1971, blz. 49), |
met name de artikelen 15 en 16; Verordening nr. 17 is laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1216/1999 (PB L 148 van 15.6.1999, blz. 5).
Verordening (EEG) nr. 1017/68 van de Raad van 19 juli 1968 houdende de toepassing van mededingingsregels op het gebied van het vervoer per spoor, over de weg en over de binnenwateren (PB L 175 van 23.7.1968, blz. 1), met name de artikelen 22 en 23.
Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad van 21 december 1989 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 395 van 30.12.1989, blz. 1. Verordening gerectificeerd in PB L 257 van 21.9.1990, blz. 13), met name de artikelen 14 en 15.
AFDELING III
COMMISSIE
ONTVANGSTEN
TITEL 7
ACHTERSTANDSRENTE, RENTE OP DEPOSITO'S EN BOETEN
Titel Hoofdstuk |
Omschrijving |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
7 0 |
ACHTERSTANDSRENTE |
p.m. |
40 000 000 |
40 000 000 |
7 1 |
GELDBOETEN |
p.m. |
260 000 000 |
260 000 000 |
7 2 |
RENTE OP DEPOSITO'S EN BOETEN |
p.m. |
p.m. |
|
Titel 7 — Totaal |
p.m. |
300 000 000 |
300 000 000 |
HOOFDSTUK 7 0 —
ACHTERSTANDSRENTE
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
7 0 |
||||
ACHTERSTANDSRENTE |
||||
7 0 0 |
||||
Achterstandsrente |
||||
7 0 0 0 |
Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de Schatkisten van de lidstaten |
p.m. |
5 000 000 |
5 000 000 |
7 0 0 1 |
Overige achterstandsrente |
p.m. |
35 000 000 |
35 000 000 |
Artikel 7 0 0 — Subtotaal |
p.m. |
40 000 000 |
40 000 000 |
|
Hoofdstuk 7 0 — Totaal |
p.m. |
40 000 000 |
40 000 000 |
7 0 0
Achterstandsrente
7 0 0 0
Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de Schatkisten van de lidstaten
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
p.m. |
5 000 000 |
5 000 000 |
Rechtsgronden
Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 94/728/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1).
Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.
7 0 0 1
Overige achterstandsrente
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
p.m. |
35 000 000 |
35 000 000 |
Rechtsgronden
Verordening nr. 17 van de Raad van 6 februari 1962, eerste verordening over de toepassing van de artikelen 81 (ex artikel 85) en 82 (ex artikel 86) van het Verdrag (PB 13 van 21.2.1962, blz. 204/62), gewijzigd en aangevuld door de verordeningen:
— |
nr. 59 (PB 58 van 10.7.1962, blz. 1655/62), |
— |
nr. 118/63/EEG (PB 162 van 7.11.1963, blz. 2696/63), |
— |
(EEG) nr. 2822/71 (PB L 285 van 29.12.1971, blz. 49). |
Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11), met name artikel 24.
Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad van 21 december 1989 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 395 van 30.12.1989, blz. 1. Verordening gerectificeerd in PB L 257 van 21.9.1990, blz. 13), met name de artikelen 14 en 15.
Verordening (EEG) nr. 1865/90 van de Commissie van 2 juli 1990 inzake de bij te late terugbetaling van bijstand uit de structuurfondsen te betalen rente (PB L 170 van 3.7.1990, blz. 35).
Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.
HOOFDSTUK 7 1 —
GELDBOETEN
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
7 1 |
||||
GELDBOETEN |
||||
7 1 0 |
Geldboeten, dwangsommen en andere sancties |
p.m. |
260 000 000 |
260 000 000 |
Artikel 7 1 0 — Subtotaal |
p.m. |
260 000 000 |
260 000 000 |
|
7 1 1 |
Ontvangsten uit boeten wegens fraude en onregelmatigheden ten koste van de financiële belangen van de Europese Gemeenschap |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 7 1 1 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
||
7 1 2 |
Aan de lidstaten opgelegde dwangsommen en forfaitaire bedragen wegens niet-nakoming van een arrest van het Hof van Justitie waarin wordt vastgesteld dat een lidstaat de krachtens het Verdrag op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 7 1 2 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
||
Hoofdstuk 7 1 — Totaal |
p.m. |
260 000 000 |
260 000 000 |
7 1 0
Geldboeten, dwangsommen en andere sancties
Begroting 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
p.m. |
260 000 000 |
260 000 000 |
Rechtsgronden
Verordening nr. 11 van de Raad van 27 juni 1960 ter uitvoering van artikel 79, lid 3, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap betreffende de opheffing van discriminaties inzake vrachtprijzen en vervoervoorwaarden (PB 52 van 16.8.1960, blz. 1121/60), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3626/84 (PB L 335 van 22.12.1984, blz. 4), met name de artikelen 17 en 18.
Verordening nr. 17 van de Raad van 6 februari 1962, eerste verordening over de toepassing van de artikelen 81 (ex artikel 85) en 82 (ex artikel 86) van het Verdrag (PB 13 van 21.2.1962, blz. 204/62), gewijzigd bij en aangevuld door de verordeningen:
— |
nr. 59 (PB 58 van 10.7.1962, blz. 1655/62), |
— |
nr. 118/63/EEG (PB 162 van 7.11.1963, blz. 2696/63), |
— |
(EEG) nr. 2822/71 (PB L 285 van 29.12.1971, blz. 49), |
met name de artikelen 15 en 16; Verordening nr. 17 is laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1216/1999 (PB L 148 van 15.6.1999, blz. 5).
Verordening (EEG) nr. 1017/68 van de Raad van 19 juli 1968 houdende de toepassing van mededingingsregels op het gebied van het vervoer per spoor, over de weg en over de binnenwateren (PB L 175 van 23.7.1968, blz. 1), met name de artikelen 22 en 23.
Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad van 21 december 1989 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 395 van 30.12.1989, blz. 1), met name de artikelen 14 en 15. Verordening gerectificeerd in PB L 257 van 21.9.1990, blz. 13.
UITGAVEN
Cijfers
Titel |
Omschrijving |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
||
01 |
ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN |
474 730 403 |
487 768 403 |
474 730 403 |
487 768 403 |
||
02 |
ONDERNEMINGEN |
306 077 738 |
342 797 738 |
306 077 738 |
342 797 738 |
||
03 |
CONCURRENTIE |
81 439 430 |
81 439 430 |
81 439 430 |
81 439 430 |
||
04 |
WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN |
10 839 559 367 |
8 599 068 925 |
790 710 495 |
10 839 559 367 |
9 389 779 420 |
|
05 |
LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING |
50 459 480 211 |
48 927 013 647 |
–1 703 577 000 |
–1 186 778 967 |
48 755 903 211 |
47 740 234 680 |
06 |
ENERGIE EN VERVOER |
1 346 296 320 |
1 330 344 312 |
1 346 296 320 |
1 330 344 312 |
||
07 |
MILIEU |
319 711 478 |
301 152 478 |
319 711 478 |
301 152 478 |
||
08 |
ONDERZOEK |
3 215 490 198 |
2 398 620 198 |
3 215 490 198 |
2 398 620 198 |
||
09 |
INFORMATIEMAATSCHAPPIJ |
1 179 109 785 |
1 035 618 785 |
1 179 109 785 |
1 035 618 785 |
||
10 |
EIGEN ONDERZOEK |
305 619 818 |
336 996 818 |
305 619 818 |
336 996 818 |
||
11 |
VISSERIJ |
931 067 217 |
934 072 892 |
|
33 510 000 |
930 317 217 |
967 582 892 |
12 |
INTERNE MARKT |
68 368 209 |
67 818 209 |
68 368 209 |
67 818 209 |
||
13 |
REGIONAAL BELEID |
26 785 080 334 |
19 703 324 427 |
2 362 558 472 |
26 785 080 334 |
22 065 882 899 |
|
14 |
BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE |
106 599 945 |
100 611 945 |
106 599 945 |
100 611 945 |
||
15 |
ONDERWIJS EN CULTUUR |
951 270 054 |
867 620 054 |
951 270 054 |
867 620 054 |
||
16 |
PERS EN COMMUNICATIE |
173 163 680 |
165 718 023 |
173 163 680 |
165 718 023 |
||
17 |
GEZONDHEIDSZORG EN CONSUMENTENBESCHERMING |
469 119 678 |
482 444 643 |
469 119 678 |
482 444 643 |
||
18 |
JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN |
507 355 314 |
498 096 314 |
507 355 314 |
498 096 314 |
||
19 |
EXTERNE BETREKKINGEN |
3 525 740 612 |
3 318 069 612 |
3 525 740 612 |
3 318 069 612 |
||
20 |
HANDEL |
73 771 527 |
75 099 527 |
73 771 527 |
75 099 527 |
||
21 |
ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE ACS-LANDEN |
1 176 134 983 |
1 166 037 323 |
1 176 134 983 |
1 166 037 323 |
||
22 |
UITBREIDING |
1 290 088 520 |
1 931 538 520 |
1 290 088 520 |
1 931 538 520 |
||
23 |
HUMANITAIRE HULP |
507 297 794 |
510 297 794 |
507 297 794 |
510 297 794 |
||
24 |
FRAUDEBESTRIJDING |
54 307 000 |
53 057 000 |
54 307 000 |
53 057 000 |
||
25 |
BELEIDSCOÖRDINATIE EN JURIDISCH ADVIES VAN DE COMMISSIE |
194 235 979 |
199 435 979 |
194 235 979 |
199 435 979 |
||
26 |
ADMINISTRATIE |
686 259 637 |
687 854 637 |
686 259 637 |
687 854 637 |
||
27 |
BEGROTING |
1 476 313 179 |
1 476 313 179 |
1 476 313 179 |
1 476 313 179 |
||
28 |
AUDIT |
9 385 182 |
9 385 182 |
9 385 182 |
9 385 182 |
||
29 |
STATISTIEK |
118 279 922 |
114 472 122 |
118 279 922 |
114 472 122 |
||
30 |
PENSIOENEN |
817 641 000 |
817 641 000 |
817 641 000 |
817 641 000 |
||
31 |
RESERVES |
608 583 845 |
455 980 765 |
608 583 845 |
455 980 765 |
||
Uitgaven — Totaal |
109 057 578 359 |
97 475 709 881 |
–1 704 327 000 |
2 000 000 000 |
107 353 251 359 |
99 475 709 881 |
TITEL 04
WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN
Algemene doelstellingen
Het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken” omvat activiteiten die bijdragen tot de ontzikkeling van een modern, vernieuwend en duurzaam Europees sociaal model dat meer en betere banen helpt scheppen in een integrerende samenleving met gelijke kansen voor mannen en vrouwen.
Cijfers
Titel Hoofdstuk |
Omschrijving |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
||
04 01 |
ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN |
98 494 698 |
98 494 698 |
98 494 698 |
98 494 698 |
||
04 02 |
WERKGELEGENHEID EN EUROPEES SOCIAAL FONDS |
10 604 921 169 |
8 360 144 778 |
790 710 495 |
10 604 921 169 |
9 150 855 273 |
|
04 03 |
ARBEIDSORGANISATIES EN ARBEIDSVOORWAARDEN |
69 038 000 |
65 342 000 |
69 038 000 |
65 342 000 |
||
04 04 |
BEVORDERING VAN EEN OP INTEGRATIE GERICHTE SAMENLEVING |
55 300 000 |
55 904 654 |
55 300 000 |
55 904 654 |
||
04 05 |
GELIJKE KANSEN VOOR VROUWEN EN MANNEN |
11 250 000 |
11 250 000 |
11 250 000 |
11 250 000 |
||
04 49 |
UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT |
— |
7 377 295 |
— |
7 377 295 |
||
04 50 |
PRESTATIEFACILITEIT VOOR HET BELEIDSTERREIN WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN |
555 500 |
555 500 |
555 500 |
555 500 |
||
04 80 |
ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN |
||||||
04 81 |
BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN |
||||||
Titel 04 — Totaal |
10 839 559 367 |
8 599 068 925 |
790 710 495 |
10 839 559 367 |
9 389 779 420 |
HOOFDSTUK 04 02 —
WERKGELEGENHEID EN EUROPEES SOCIAAL FONDS
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
|||
04 02 |
||||||||
WERKGELEGENHEID EN EUROPEES SOCIAAL FONDS |
||||||||
04 02 01 |
Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 1 |
2.1 |
5 689 178 864 |
4 307 126 991 |
790 710 495 |
5 689 178 864 |
5 097 837 486 |
|
Artikel 04 02 01 — Subtotaal |
5 689 178 864 |
4 307 126 991 |
790 710 495 |
5 689 178 864 |
5 097 837 486 |
|||
04 02 02 |
Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland |
2.1 |
39 280 000 |
31 695 019 |
39 280 000 |
31 695 019 |
||
Artikel 04 02 02 — Subtotaal |
39 280 000 |
31 695 019 |
39 280 000 |
31 695 019 |
||||
04 02 03 |
Voltooiing van vroegere programma's |
2.1 |
p.m. |
101 390 723 |
p.m. |
101 390 723 |
||
Artikel 04 02 03 — Subtotaal |
p.m. |
101 390 723 |
p.m. |
101 390 723 |
||||
04 02 04 |
Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 2 |
2.1 |
394 533 753 |
316 571 121 |
394 533 753 |
316 571 121 |
||
Artikel 04 02 04 — Subtotaal |
394 533 753 |
316 571 121 |
394 533 753 |
316 571 121 |
||||
04 02 05 |
Voltooiing van vroegere programma's |
2.1 |
p.m. |
42 132 145 |
p.m. |
42 132 145 |
||
Artikel 04 02 05 — Subtotaal |
p.m. |
42 132 145 |
p.m. |
42 132 145 |
||||
04 02 06 |
Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 3 |
2.1 |
3 834 809 871 |
3 076 656 514 |
3 834 809 871 |
3 076 656 514 |
||
Artikel 04 02 06 — Subtotaal |
3 834 809 871 |
3 076 656 514 |
3 834 809 871 |
3 076 656 514 |
||||
04 02 07 |
Voltooiing van vroegere programma's |
2.1 |
p.m. |
74 022 885 |
p.m. |
74 022 885 |
||
Artikel 04 02 07 — Subtotaal |
p.m. |
74 022 885 |
p.m. |
74 022 885 |
||||
04 02 08 |
Equal |
2.1 |
578 468 964 |
310 749 986 |
578 468 964 |
310 749 986 |
||
Artikel 04 02 08 — Subtotaal |
578 468 964 |
310 749 986 |
578 468 964 |
310 749 986 |
||||
04 02 09 |
Voltooiing van vroegere programma's |
2.1 |
p.m. |
41 259 394 |
p.m. |
41 259 394 |
||
Artikel 04 02 09 — Subtotaal |
p.m. |
41 259 394 |
p.m. |
41 259 394 |
||||
04 02 10 |
Europees Sociaal Fonds (ESF) — Operationele technische bijstand en innoverende acties |
2.1 |
39 249 717 |
31 400 000 |
39 249 717 |
31 400 000 |
||
Artikel 04 02 10 — Subtotaal |
39 249 717 |
31 400 000 |
39 249 717 |
31 400 000 |
||||
04 02 11 |
Voltooiing van vroegere programma's |
2.1 |
p.m. |
1 500 000 |
p.m. |
1 500 000 |
||
Artikel 04 02 11 — Subtotaal |
p.m. |
1 500 000 |
p.m. |
1 500 000 |
||||
04 02 12 |
Eures (European Employment Services) |
3 |
17 000 000 |
14 400 000 |
17 000 000 |
14 400 000 |
||
Artikel 04 02 12 — Subtotaal |
17 000 000 |
14 400 000 |
17 000 000 |
14 400 000 |
||||
04 02 13 |
Projecten voor een innoverend beleid ten aanzien van de arbeidsmarkten van de lidstaten |
3 |
— |
240 000 |
— |
240 000 |
||
Artikel 04 02 13 — Subtotaal |
— |
240 000 |
— |
240 000 |
||||
04 02 14 |
Proefprojecten in het kader van het derde systeem |
3 |
— |
— |
— |
— |
||
Artikel 04 02 14 — Subtotaal |
— |
— |
— |
— |
||||
04 02 15 |
Arbeidsmarkt |
3 |
12 400 000 |
11 000 000 |
12 400 000 |
11 000 000 |
||
Artikel 04 02 15 — Subtotaal |
12 400 000 |
11 000 000 |
12 400 000 |
11 000 000 |
||||
04 02 16 |
Voorbereidende acties ten behoeve van plaatselijke werkgelegenheidsinitiatieven |
3 |
— |
p.m. |
— |
p.m. |
||
Artikel 04 02 16 — Subtotaal |
— |
p.m. |
— |
p.m. |
||||
Hoofdstuk 04 02 — Totaal |
10 604 921 169 |
8 360 144 778 |
790 710 495 |
10 604 921 169 |
9 150 855 273 |
Toelichting
In artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad is voorzien in financiële correcties waarvan de ontvangsten worden opgenomen in post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot het openen van aanvullende kredieten overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1) in die specifieke gevallen waar het noodzakelijk is annullatierisico's te dekken of reductierisico's van eerder besloten correcties.
Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast waaronder het voorschot wordt terugbetaald dat niet tot gevolg heeft het aandeel van de structuurfondsen aan de betrokken financiële tussenkomst te verminderen. Eventuele ontvangsten uit deze terugbetalingen van het voorschot, die in post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten worden opgenomen, geven aanleiding tot het openen van aanvullende kredieten overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.
Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet, in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn om 500 miljoen euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar te stellen. Het additionaliteitsbeginsel moet ten volle worden geëerbiedigd. De Commissie brengt jaarlijks verslag uit aan het Europees Parlement over deze maatregel.
De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.
Rechtsgronden
Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.
Conclusies van de Europese Raad van Berlijn van 24 en 25 maart 1999.
Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).
04 02 01
Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 1
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
5 689 178 864 |
4 307 126 991 |
790 710 495 |
5 689 178 864 |
5 097 837 486 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
5 819 920 260 |
3 693 414 241 (23) |
2 126 506 019 |
|||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
||||||
Kredieten 2003 |
4 895 753 634 |
2 620 167 161 |
2 275 584 473 |
|||
Kredieten 2004 |
5 689 178 864 |
351 164 306 |
2 669 007 279 |
2 669 007 279 |
||
Totaal |
16 404 852 758 |
3 693 414 241 |
5 097 837 486 |
4 944 591 752 |
2 669 007 279 |
Toelichting
Dit krediet dient ter dekking van de bijstand die in het kader van doelstelling 1 uit het Europees Sociaal Fonds (ESF) wordt verleend en waarvoor de betalingsverplichtingen in de programmeringsperiode 2000-2006 worden aangegaan.
Overeenkomstig artikel 3 van het EG-Verdrag streeft de Gemeenschap bij de omschrijving en uitvoering van andere communautaire beleidsvormen ernaar de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen.
De middelen voor de structuurfondsen kunnen daarom alleen worden toegekend als de uit deze fondsen gefinancierde maatregelen overeenkomen met de bepalingen van de Verdragen en de op basis van de Verdragen vastgestelde wettelijke bepalingen, met name die over milieubescherming en de gelijkheid van mannen en vrouwen.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).
TITEL 05
LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING
Algemene doelstellingen
De doelstellingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) vloeien rechtstreeks voort uit het Verdrag en zijn in het bijzonder gericht op de stabilisering van de markten, een redelijke levensstandaard voor de agrarische gemeenschap en het waarborgen van de voedselvoorziening.
Sinds de invoering van het GLB hebben een aantal hervormingen plaatsgevonden, waarvan de meest recente deel uitmaakte van Agenda 2000. Het hoofddoel van die hervorming was de agrarische economie meer marktgericht te maken om het concurrentievermogen van de landbouwsector te vergroten. Vanwege het multifunctionaliteitsbeginsel van landbouwactiviteiten moet het GLB ook volledig stroken met duurzame ontwikkeling, met name door milieuvriendelijke productiemethoden en een doelmatig gebruik van middelen te bevorderen. De plattelandsontwikkeling, de tweede pijler van het GLB, is erop gericht het concurrentievermogen van landelijke gebieden te vergroten en het milieu en het landelijke erfgoed in stand te houden, teneinde de toekomst van de plattelandsgebieden zeker te stellen en het behoud en de schepping van werkgelegenheid te bevorderen.
Voor 2004 gelden ongeveer dezelfde prioriteiten als voor 2003, met name ten aanzien van de tussenbalans van het GLB, de WTO-onderhandelingen en de voltooiing van de voorbereidingen voor de uitbreiding (voorbereiding van de toepassing van het acquis, vooronderhandelingen over programma's voor plattelandsontwikkeling, intensieve contacten met nationale overheidsdiensten). Deze prioriteiten komen bovenop de gewone activiteiten in het kader van het GLB-beheer.
Cijfers
Titel Hoofdstuk |
Omschrijving |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
||
05 01 |
ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN LANDBOUW |
143 266 051 |
143 266 051 |
–3 577 000 |
–3 577 000 |
139 689 051 |
139 689 051 |
05 02 |
PLANTAARDIGE PRODUCTEN |
27 537 400 000 |
27 537 400 000 |
|
|
26 830 400 000 |
26 830 400 000 |
05 03 |
DIERLIJKE PRODUCTEN |
12 717 500 000 |
12 717 500 000 |
|
|
11 829 500 000 |
11 829 500 000 |
05 04 |
PLATTELANDSONTWIKKELING |
10 093 244 160 |
8 387 281 328 |
518 127 033 |
10 093 244 160 |
8 905 408 361 |
|
05 05 |
SAPARD |
225 200 000 |
400 000 000 |
225 200 000 |
400 000 000 |
||
05 06 |
EXTERNE BETREKKINGEN |
5 145 000 |
5 795 000 |
5 145 000 |
5 795 000 |
||
05 07 |
AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN |
|
|
–85 000 000 |
–85 000 000 |
|
|
05 08 |
BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN LANDBOUW |
99 000 000 |
94 775 000 |
–20 000 000 |
–20 000 000 |
79 000 000 |
74 775 000 |
05 49 |
UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT |
— |
2 271 268 |
–1 329 000 |
— |
942 268 |
|
05 80 |
ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW |
||||||
Titel 05 — Totaal |
50 459 480 211 |
48 927 013 647 |
–1 703 577 000 |
–1 186 778 967 |
48 755 903 211 |
47 740 234 680 |
HOOFDSTUK 05 01
ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW”
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
05 01 |
|||||
ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN LANDBOUW |
|||||
05 01 01 |
Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Landbouw |
5 |
87 091 744 (24) |
87 091 744 (25) |
|
Artikel 05 01 01 — Subtotaal |
87 091 744 |
87 091 744 |
|||
05 01 02 |
|||||
Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein Landbouw |
|||||
05 01 02 01 |
Extern personeel |
5 |
9 609 336 |
9 609 336 |
|
05 01 02 11 |
Andere beheersuitgaven |
5 |
11 651 660 (26) |
11 651 660 (27) |
|
Artikel 05 01 02 — Subtotaal |
21 260 996 |
21 260 996 |
|||
05 01 03 |
Gebouwen en diverse uitgaven voor het beleidsterrein Landbouw |
5 |
21 965 597 |
21 965 597 |
|
Artikel 05 01 03 — Subtotaal |
21 965 597 |
21 965 597 |
|||
05 01 04 |
|||||
Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein Landbouw |
|||||
05 01 04 01 |
Controle- en preventiemaatregelen — Rechtstreekse betalingen door de Europese Gemeenschap — Uitgaven voor administratief beheer |
1.1 |
4 360 000 |
4 360 000 |
|
05 01 04 02 |
Informatienetwerk inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen (ILB) — Uitgaven voor administratief beheer |
3 |
60 000 |
60 000 |
|
05 01 04 03 |
Pretoetredingsinstrument Sapard — Uitgaven voor administratief beheer |
7.1 |
1 500 000 |
1 500 000 |
|
05 01 04 04 |
Het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie (EOGFL) — Niet-operationele technische bijstand |
2.1 |
6 027 714 |
–3 577 000 |
2 450 714 |
05 01 04 05 |
Plantaardige en dierlijke genetische hulpbronnen — Uitgaven voor administratief beheer |
3 |
p.m. |
p.m. |
|
05 01 04 06 |
Proefproject betreffende kwaliteitsverbetering |
1.1 |
500 000 |
500 000 |
|
Artikel 05 01 04 — Subtotaal |
12 447 714 |
–3 577 000 |
8 870 714 |
||
05 01 06 |
Uitgaven in verband met landbouwanalyses en -controles en met het bemiddelingsorgaan in het kader van de goedkeuring van de rekeningen van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie |
5 |
500 000 |
500 000 |
|
Artikel 05 01 06 — Subtotaal |
500 000 |
500 000 |
|||
Hoofdstuk 05 01 — Totaal |
143 266 051 |
–3 577 000 |
139 689 051 |
05 01 04
Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Landbouw”
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).
Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).
Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1447/2001 (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 1).
Verordening (EG) nr. 1268/1999 van de Raad van 21 juni 1999 inzake steunverlening door de Gemeenschap voor pretoetredingsmaatregelen op het gebied van landbouw en plattelandsontwikkeling in de kandidaat-lidstaten in Midden- en Oost-Europa gedurende de pretoetredingsperiode (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 87).
05 01 04 04
Het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie (EOGFL) — Niet-operationele technische bijstand
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
6 027 714 |
–3 577 000 |
2 450 714 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de in artikel 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad bedoelde uitgaven voor technische bijstand die uit het EOGFL worden gefinancierd.
De technische bijstand omvat voorbereidings-, toezicht-, evaluatie-, controle- en beheersmaatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het EOGFL, afdeling Oriëntatie, en betrekking hebben op ten hoogste 0,25 % van de jaarlijkse toewijzing. In deze context kan dit krediet met name worden gebruikt voor de financiering van:
— |
ondersteunende uitgaven (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen); |
— |
uitgaven voor voorlichting en publicatie; |
— |
uitgaven voor informatie- en telecommunicatietechnologie; |
— |
contracten voor dienstverleners; |
— |
uitgaven voor tijdelijke functionarissen (nationale deskundigen, hulpfunctionarissen, uitzendkrachten) tot een bedrag van 700 000 euro. |
Van het in deze post opgenomen bedrag gaat naar schatting 656 011 euro naar uitgaven voor de uitbreiding met tien nieuwe lidstaten.
HOOFDSTUK 05 02 —
PLANTAARDIGE PRODUCTEN
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
05 02 |
|||||
PLANTAARDIGE PRODUCTEN |
|||||
05 02 01 |
|||||
Marktmaatregelen voor granen |
|||||
05 02 01 01 |
Uitvoerrestituties voor granen |
1.1 |
174 000 000 |
–85 000 000 |
89 000 000 |
05 02 01 02 |
Interventie in de vorm van opslag van granen |
1.1 |
7 000 000 |
7 000 000 |
|
05 02 01 03 |
Interventie voor zetmeel |
1.1 |
343 000 000 |
|
243 000 000 |
05 02 01 04 |
Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten (granen en rijst) |
1.1 |
36 000 000 |
36 000 000 |
|
05 02 01 05 |
Speciale steunregeling voor Portugese producenten |
1.1 |
3 000 000 |
3 000 000 |
|
05 02 01 99 |
Overige interventiemaatregelen voor granen |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 05 02 01 — Subtotaal |
563 000 000 |
|
378 000 000 |
||
05 02 02 |
|||||
Rijst |
|||||
05 02 02 01 |
Uitvoerrestituties voor rijst |
1.1 |
32 000 000 |
32 000 000 |
|
05 02 02 02 |
Interventie in de vorm van opslag van rijst |
1.1 |
34 000 000 |
34 000 000 |
|
05 02 02 03 |
Restituties voor de productie van zetmeel, ook voor de bierbrouwerij |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
05 02 02 04 |
Steun per hectare voor rijst |
1.1 |
109 000 000 |
109 000 000 |
|
05 02 02 99 |
Overige interventiemaatregelen voor rijst |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 05 02 02 — Subtotaal |
175 000 000 |
175 000 000 |
|||
05 02 03 |
|||||
Rechtstreekse betalingen voor akkerbouwgewassen |
|||||
05 02 03 01 |
Steun voor de producenten van maïs |
1.1 |
1 273 000 000 |
–36 000 000 |
1 237 000 000 |
05 02 03 02 |
Steun voor de producenten van granen, behalve basisareaal maïs |
1.1 |
10 834 000 000 |
–25 000 000 |
10 809 000 000 |
05 02 03 03 |
Steun voor de producenten van sojabonen, kool- en raapzaad en zonnebloemzaad |
1.1 |
1 377 000 000 |
–15 000 000 |
1 362 000 000 |
05 02 03 04 |
Steun voor de producenten van erwten, tuin- en veldbonen en niet-bittere lupinen |
1.1 |
507 000 000 |
507 000 000 |
|
05 02 03 05 |
Steun voor de producenten van lijnzaad (ander dan van vezelvlas) en van vezelvlas en -hennep |
1.1 |
84 000 000 |
–13 000 000 |
71 000 000 |
05 02 03 06 |
Toeslag voor durumtarwe: traditionele productiegebieden |
1.1 |
1 099 000 000 |
1 099 000 000 |
|
05 02 03 07 |
Toeslag voor durumtarwe: niet-traditionele productiegebieden |
1.1 |
9 000 000 |
9 000 000 |
|
05 02 03 08 |
Steun voor kuilgras |
1.1 |
74 000 000 |
–2 000 000 |
72 000 000 |
05 02 03 09 |
Braaklegging |
1.1 |
1 812 000 000 |
1 812 000 000 |
|
05 02 03 99 |
Overige uitgaven in verband met rechtstreekse betalingen voor akkerbouwgewassen |
1.1 |
–10 000 000 |
–10 000 000 |
|
Artikel 05 02 03 — Subtotaal |
17 059 000 000 |
–91 000 000 |
16 968 000 000 |
||
05 02 04 |
|||||
Voedselprogramma's |
|||||
05 02 04 01 |
Programma's voor hulpbehoevenden |
1.1 |
216 000 000 |
216 000 000 |
|
05 02 04 02 |
Voedselhulp |
1.1 |
10 000 000 |
10 000 000 |
|
05 02 04 99 |
Overige |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 05 02 04 — Subtotaal |
226 000 000 |
226 000 000 |
|||
05 02 05 |
|||||
Suiker en monetaire maatregelen |
|||||
05 02 05 01 |
Uitvoerrestituties voor suiker en isoglucose |
1.1 |
1 285 000 000 |
|
1 060 000 000 |
05 02 05 02 |
Vergoeding van opslagkosten |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
05 02 05 03 |
Productierestituties voor in de chemische industrie gebruikte suiker |
1.1 |
194 000 000 |
194 000 000 |
|
05 02 05 04 |
Steunmaatregelen voor de afzet van ruwe suiker |
1.1 |
18 000 000 |
18 000 000 |
|
05 02 05 05 |
Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten (suiker) |
1.1 |
183 000 000 |
–40 000 000 |
143 000 000 |
05 02 05 06 |
Agromonetaire steun |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
05 02 05 07 |
Aanpassingssteun voor de raffinaderij-industrie |
1.1 |
41 000 000 |
41 000 000 |
|
05 02 05 99 |
Overige uitgaven voor suiker |
1.1 |
–10 000 000 |
–10 000 000 |
|
Artikel 05 02 05 — Subtotaal |
1 711 000 000 |
|
1 446 000 000 |
||
05 02 06 |
|||||
Olijfolie |
|||||
05 02 06 01 |
Uitvoerrestituties voor olijfolie |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
05 02 06 02 |
Productiesteun en steun voor specifieke maatregelen in verband met de olijfolieproductie |
1.1 |
2 342 000 000 |
2 342 000 000 |
|
05 02 06 03 |
Opslag van olijfolie |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
05 02 06 04 |
Overige maatregelen voor olijfolie |
1.1 |
24 000 000 |
24 000 000 |
|
05 02 06 99 |
Overige |
1.1 |
–2 000 000 |
–2 000 000 |
|
Artikel 05 02 06 — Subtotaal |
2 364 000 000 |
2 364 000 000 |
|||
05 02 07 |
|||||
Vezelgewassen |
|||||
05 02 07 01 |
Steun voor vezelvlas en -hennep |
1.1 |
27 000 000 |
–3 000 000 |
24 000 000 |
05 02 07 02 |
Steun voor katoen |
1.1 |
858 000 000 |
–20 000 000 |
838 000 000 |
05 02 07 03 |
Steun voor zijderupsen |
1.1 |
1 000 000 |
1 000 000 |
|
05 02 07 99 |
Overige maatregelen voor vezelgewassen |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 05 02 07 — Subtotaal |
886 000 000 |
–23 000 000 |
863 000 000 |
||
05 02 08 |
|||||
Groenten en fruit |
|||||
05 02 08 01 |
Uitvoerrestituties voor groenten en fruit |
1.1 |
39 000 000 |
39 000 000 |
|
05 02 08 02 |
Compensatie voor het uit de markt nemen en aankopen van producten |
1.1 |
95 000 000 |
95 000 000 |
|
05 02 08 03 |
Actiefondsen van de telersverenigingen |
1.1 |
405 000 000 |
405 000 000 |
|
05 02 08 04 |
Bijzondere maatregelen voor dopvruchten |
1.1 |
20 000 000 |
20 000 000 |
|
05 02 08 05 |
Bananen |
1.1 |
289 000 000 |
289 000 000 |
|
05 02 08 06 |
Productiesteun voor verwerkte producten op basis van tomaten |
1.1 |
290 000 000 |
290 000 000 |
|
05 02 08 07 |
Productiesteun voor verwerkte producten op basis van fruit |
1.1 |
93 000 000 |
93 000 000 |
|
05 02 08 08 |
Productiesteun en interventiemaatregelen voor krenten en rozijnen |
1.1 |
115 000 000 |
115 000 000 |
|
05 02 08 09 |
Financiële compensaties om de verwerking van citrusvruchten te stimuleren |
1.1 |
257 000 000 |
257 000 000 |
|
05 02 08 10 |
Gratis verstrekking van groenten en fruit |
1.1 |
10 000 000 |
10 000 000 |
|
05 02 08 11 |
Overige maatregelen voor groenten en fruit |
1.1 |
5 000 000 |
5 000 000 |
|
05 02 08 99 |
Overige |
1.1 |
–1 000 000 |
–1 000 000 |
|
Artikel 05 02 08 — Subtotaal |
1 617 000 000 |
1 617 000 000 |
|||
05 02 09 |
|||||
Producten van de wijnbouwsector |
|||||
05 02 09 01 |
Uitvoerrestituties voor producten van de wijnbouwsector |
1.1 |
26 000 000 |
–12 000 000 |
14 000 000 |
05 02 09 02 |
Interventie in de vorm van opslag van wijn en druivenmost |
1.1 |
67 000 000 |
–10 000 000 |
57 000 000 |
05 02 09 03 |
Distillatie van wijn |
1.1 |
315 000 000 |
–21 000 000 |
294 000 000 |
05 02 09 04 |
Interventie in de vorm van opslag van alcohol |
1.1 |
191 000 000 |
–30 000 000 |
161 000 000 |
05 02 09 05 |
Steun voor druivenmost |
1.1 |
156 000 000 |
–14 000 000 |
142 000 000 |
05 02 09 06 |
Premies voor de definitieve stopzetting van de wijnbouw op met wijnstokken beplante oppervlakten |
1.1 |
18 000 000 |
–6 000 000 |
12 000 000 |
05 02 09 07 |
Acties voor de herstructurering en de omschakeling van wijngaarden |
1.1 |
443 000 000 |
443 000 000 |
|
05 02 09 99 |
Overige maatregelen voor producten van de wijnbouwsector |
1.1 |
–1 000 000 |
–1 000 000 |
|
Artikel 05 02 09 — Subtotaal |
1 215 000 000 |
–93 000 000 |
1 122 000 000 |
||
05 02 10 |
|||||
Tabak |
|||||
05 02 10 01 |
Premies voor tabak |
1.1 |
929 000 000 |
929 000 000 |
|
05 02 10 02 |
Communautair Fonds voor onderzoek en informatie |
1.1 |
14 400 000 |
14 400 000 |
|
05 02 10 99 |
Overige maatregelen voor tabak |
1.1 |
–2 000 000 |
–2 000 000 |
|
Artikel 05 02 10 — Subtotaal |
941 400 000 |
941 400 000 |
|||
05 02 11 |
|||||
Overige plantaardige producten/overige maatregelen |
|||||
05 02 11 01 |
Gedroogde voedergewassen en zaaddragende leguminosen |
1.1 |
386 000 000 |
386 000 000 |
|
05 02 11 02 |
Zaaizaad |
1.1 |
109 000 000 |
109 000 000 |
|
05 02 11 03 |
Hop |
1.1 |
13 000 000 |
13 000 000 |
|
05 02 11 04 |
POSEI |
1.1 |
268 000 000 |
–50 000 000 |
218 000 000 |
05 02 11 05 |
Steunregeling voor kleine producenten |
1.1 |
4 000 000 |
4 000 000 |
|
05 02 11 99 |
Overige maatregelen voor plantaardige producten/overige maatregelen |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
Artikel 05 02 11 — Subtotaal |
780 000 000 |
–50 000 000 |
730 000 000 |
||
Hoofdstuk 05 02 — Totaal |
27 537 400 000 |
|
26 830 400 000 |
05 02 01
Marktmaatregelen voor granen
Rechtsgronden
Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad van 30 juni 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (PB L 181 van 1.7.1992, blz. 21), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1666/2000 (PB L 193 van 29.7.2000, blz. 1).
05 02 01 01
Uitvoerrestituties voor granen
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
174 000 000 |
–85 000 000 |
89 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de restituties die worden toegekend op grond van artikel 13 van Verordening (EEG) nr. 1766/92.
Van het in deze post opgenomen bedrag gaat naar schatting 79 000 000 euro naar uitgaven in het kader van de uitbreiding met tien nieuwe lidstaten.
05 02 01 03
Interventie voor zetmeel
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
343 000 000 |
|
243 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de compensatiebedragen voor de telers van voor de zetmeelproductie bestemde aardappelen overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 1766/92, van de premies op grond van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1868/94 en van de productierestituties als bedoeld in artikel 7 van Verordening (EEG) nr. 1766/92.
Van het in deze post opgenomen bedrag gaat naar schatting 2 000 000 euro naar uitgaven in het kader van de uitbreiding met tien nieuwe lidstaten.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1868/94 van de Raad van 27 juli 1994 tot vaststelling van een contingenteringsregeling voor de productie van aardappelzetmeel (PB L 197 van 30.7.1994, blz. 4), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 962/2002 (PB L 149 van 7.6.2002, blz. 1).
05 02 03
Rechtstreekse betalingen voor akkerbouwgewassen
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1251/1999 van de Raad van 17 mei 1999 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1038/2001 (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 16).
05 02 03 01
Steun voor de producenten van maïs
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
1 273 000 000 |
–36 000 000 |
1 237 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de areaalbetalingen die overeenkomstig artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1251/1999 worden toegekend aan maïsproducenten voor wie een regionaal basisareaal voor maïs geldt, zoals omschreven in artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1251/1999.
05 02 03 02
Steun voor de producenten van granen, behalve basisareaal maïs
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
10 834 000 000 |
–25 000 000 |
10 809 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de overeenkomstig artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1251/1999 aan de overige graanproducenten toe te kennen areaalbetalingen.
05 02 03 03
Steun voor de producenten van sojabonen, kool- en raapzaad en zonnebloemzaad
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
1 377 000 000 |
–15 000 000 |
1 362 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de areaalbetalingen die op grond van artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1251/1999 aan de producenten van kool- en raapzaad, zonnebloemzaad en sojabonen worden toegekend.
05 02 03 05
Steun voor de producenten van lijnzaad (ander dan van vezelvlas) en van vezelvlas en -hennep
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
84 000 000 |
–13 000 000 |
71 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de areaalbetalingen die op grond van artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1251/1999 aan de producenten van lijnzaad (ander dan van vezelvlas) en van vezelvlas en -hennep worden toegekend.
05 02 03 08
Steun voor kuilgras
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
74 000 000 |
–2 000 000 |
72 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de betalingen per hectare aan de producenten van kuilgras overeenkomstig artikel 1, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1251/1999.
05 02 05
Suiker en monetaire maatregelen
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1).
05 02 05 01
Uitvoerrestituties voor suiker en isoglucose
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
1 285 000 000 |
|
1 060 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de restituties die worden toegekend op grond van artikel 27 van Verordening (EG) nr. 1260/2001, inclusief die voor suiker die aan verwerkte groenten en fruit wordt toegevoegd, overeenkomstig de artikelen 16 en 18 van Verordening (EG) nr. 2201/96.
05 02 05 05
Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten (suiker)
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
183 000 000 |
–40 000 000 |
143 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de restituties die overeenkomstig Verordening (EG) nr. 3448/93 worden betaald voor door verwerking van suiker en isoglucose verkregen goederen.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 3448/93 van de Raad van 6 december 1993 tot vaststelling van de handelsregeling voor bepaalde, door verwerking van landbouwproducten verkregen goederen (PB L 318 van 20.12.1993, blz. 18), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2580/2000 (PB L 298 van 25.11.2000, blz. 5).
05 02 07
Vezelgewassen
05 02 07 01
Steun voor vezelvlas en -hennep
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
27 000 000 |
–3 000 000 |
24 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de steun voor de verwerking van lange en korte vlasvezels en van hennepvezels overeenkomstig artikel 3, onder a) en b), van Verordening (EG) nr. 1673/2000.
Voorts dient het voor de financiering van de resterende bedragen in verband met uitgaven voor productiesteun voor vezelvlas en hennep op grond van artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 1308/70, verminderd met de inhoudingen op grond van artikel 2 van die verordening, alsmede voor de financiering van eventuele resterende bedragen in verband met andere interventiemaatregelen, met name steun voor particuliere opslag op grond van artikel 5 van Verordening (EEG) nr. 1308/70.
Van het in deze post opgenomen bedrag gaat naar schatting 1 000 000 euro naar uitgaven in het kader van de uitbreiding met tien nieuwe lidstaten.
Rechtsgronden
Verordening (EEG) nr. 1308/70 van de Raad van 29 juni 1970 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector vlas en hennep (PB L 146 van 4.7.1970, blz. 1).
Verordening (EG) nr. 1673/2000 van de Raad van 27 juli 2000 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector vezelvlas en –hennep (PB L 193 van 29.7.2000, blz. 16).
05 02 07 02
Steun voor katoen
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
858 000 000 |
–20 000 000 |
838 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de productiesteun voor katoen, niet gekaard en niet gekamd, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1051/2001.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1050/2001 van de Raad van 22 mei 2001 houdende zesde aanpassing van de steunregeling voor katoen die bij het aan de Akte van Toetreding van Griekenland gehechte Protocol nr. 4 is ingesteld (PB L 148 van 1.6.2001, blz. 1).
Verordening (EG) nr. 1051/2001 van de Raad van 22 mei 2001 betreffende de steun voor de katoenproductie (PB L 148 van 1.6.2001, blz. 3).
05 02 09
Producten van de wijnbouwsector
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (PB L 179 van 14.7.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2585/2001 (PB L 345 van 29.12.2001, blz. 10).
05 02 09 01
Uitvoerrestituties voor producten van de wijnbouwsector
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
26 000 000 |
–12 000 000 |
14 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de restituties voor de producten van de wijnbouwsector overeenkomstig artikel 63 van Verordening (EG) nr. 1493/1999.
Van het in deze post opgenomen bedrag gaat naar schatting 1 000 000 euro naar uitgaven in het kader van de uitbreiding met tien nieuwe lidstaten.
05 02 09 02
Interventie in de vorm van opslag van wijn en druivenmost
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
67 000 000 |
–10 000 000 |
57 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de steun voor:
— |
de particuliere opslag van wijn en druivenmost overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EG) nr. 1493/1999; |
— |
de hernieuwde opslag van tafelwijn overeenkomstig artikel 34 van Verordening (EEG) nr. 822/87. |
05 02 09 03
Distillatie van wijn
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
315 000 000 |
–21 000 000 |
294 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de uitgaven die voortvloeien uit:
— |
de distillatie van wijn overeenkomstig artikel 28, artikel 29, lid 3, en artikel 30 van Verordening (EG) nr. 1493/1999, |
— |
de distillatie van de bijproducten van de wijnbereiding overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EG) nr. 1493/1999. |
05 02 09 04
Interventie in de vorm van opslag van alcohol
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
191 000 000 |
–30 000 000 |
161 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van:
— |
de technische kosten en de financieringskosten in verband met de aankoop van alcohol voor openbare opslag overeenkomstig de artikelen 27 tot en met 30 van Verordening (EG) nr. 1493/1999; |
— |
de overige kosten van de opslag van alcohol overeenkomstig artikel 31 van Verordening (EG) nr. 1493/1999; het betreft het verschil tussen de boekwaarde en de verkoopwaarde. |
Dit krediet dient ook voor de financiering van de waardevermindering van de nieuw gevormde voorraden.
Voorts dient het voor de financiering van de steun voor particuliere opslag van alcohol (bijkomende steun), als bedoeld in artikel 29, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1493/1999.
Rechtsgronden
Verordening (EEG) nr. 1883/78 van de Raad van 2 augustus 1978 betreffende de algemene regels voor de financiering van de interventies door het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie (PB L 216 van 5.8.1978, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1259/96 (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 10), met name artikel 8, lid 1.
05 02 09 05
Steun voor druivenmost
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
156 000 000 |
–14 000 000 |
142 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de steun voor het gebruik van most, met name:
— |
voor de verwerking tot druivensap, bestemd om als zodanig verbruikt te worden; |
— |
voor de verrijking van bepaalde wijnsoorten of voor diervoeding; |
— |
voor de bereiding van „British”, „Irish” en „home-made” wijn, met al dan niet geconcentreerde most, |
overeenkomstig de artikelen 34 en 35 van Verordening (EG) nr. 1493/1999.
05 02 09 06
Premies voor de definitieve stopzetting van de wijnbouw op met wijnstokken beplante oppervlakten
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
18 000 000 |
–6 000 000 |
12 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de uitgaven voor de premies voor de rooiing van bepaalde met wijnstokken beplante oppervlakten overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 1493/1999.
05 02 11
Overige plantaardige producten/overige maatregelen
05 02 11 04
POSEI
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
268 000 000 |
–50 000 000 |
218 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van:
— |
de uitgaven die voortvloeien uit de toepassing van de regelgeving inzake „POSEI” en „Eilanden van de Egeïsche Zee”; |
— |
de subsidies voor de levering van rijst uit de Gemeenschap aan het Franse overzeese departement Réunion overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EG) nr. 3072/95. |
Voorts dient dit krediet voor de financiering van eventuele resterende bedragen in verband met de steun voor ananasconserven overeenkomstig artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 525/77.
Ten slotte dient het voor de verdiscontering van:
— |
bedragen die in verband met onregelmatigheden of fraude zijn teruggevorderd overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 595/91; |
— |
geïnde boeten en renten; |
— |
verbeurde zekerheden, en met name die welke op de rekening van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw moeten worden gecrediteerd ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 352/78; |
— |
bedragen die zijn ingehouden overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EEG) nr. 595/91, |
voorzover de betalingen waarop deze bedragen betrekking hebben, oorspronkelijk op deze post waren geboekt.
Rechtsgronden
Verordening (EEG) nr. 525/77 van de Raad van 14 maart 1977 tot instelling van een steunregeling voor de productie van ananasconserven (PB L 73 van 21.3.1977, blz. 46), ingetrokken bij Verordening (EG) nr. 1452/2001 (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 11).
Besluit 89/687/EEG van de Raad van 22 december 1989 tot instelling van een programma van speciaal op het afgelegen en insulaire karakter van de franse overzeese departementen afgestemde maatregelen (Poseidom) (PB L 399 van 30.12.1989, blz. 39).
Verordening (EEG) nr. 595/91 van de Raad van 4 maart 1991 betreffende onregelmatigheden in het kader van de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en terugvordering van bedragen die in dat kader onverschuldigd zijn betaald, alsmede de organisatie van een informatiesysteem op dit gebied en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 283/72 (PB L 67 van 14.3.1991, blz. 11).
Besluit 91/314/EEG van de Raad van 26 juni 1991 tot instelling van een programma van speciaal op het afgelegen en insulaire karakter van de Canarische eilanden afgestemde maatregelen (Poseican) (PB L 171 van 29.6.1991, blz. 5).
Besluit 91/315/EEG van de Raad van 26 juni 1991 tot instelling van een programma van speciaal op het afgelegen en insulaire karakter van Madeira en de Azoren afgestemde maatregelen (Poseima) (PB L 171 van 29.6.1991, blz. 10).
Verordening (EEG) nr. 2019/93 van de Raad van 19 juli 1993 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de kleinere eilanden in de Egeïsche Zee (PB L 184 van 27.7.1993, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 442/2002 (PB L 68 van 12.3.2002, blz. 4).
Verordening (EG) nr. 3072/95 van de Raad van 22 december 1995 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt (PB L 329 van 30.12.1995, blz. 18), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1987/2001 (PB L 271 van 12.10.2001, blz. 5).
Verordening (EG) nr. 1452/2001 van de Raad van 28 juni 2001 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de Franse overzeese departementen, houdende wijziging van Richtlijn 72/462/EEG en houdende intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 525/77 en (EEG) nr. 3763/91 (Poseidom) (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 11).
Verordening (EG) nr. 1453/2001 van de Raad van 28 juni 2001 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de Azoren en Madeira en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 1600/92 (Poseima) (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 26).
Verordening (EG) nr. 1454/2001 van de Raad van 28 juni 2001 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwproducten ten behoeve van de Canarische Eilanden en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 1601/92 (Poseican) (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 45).
HOOFDSTUK 05 03 —
DIERLIJKE PRODUCTEN
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
05 03 |
|||||
DIERLIJKE PRODUCTEN |
|||||
05 03 01 |
|||||
Melk en zuivelproducten |
|||||
05 03 01 01 |
Restituties voor melk en zuivelproducten |
1.1 |
1 731 000 000 |
|
1 586 000 000 |
05 03 01 02 |
Interventie in de vorm van opslag van mageremelkpoeder |
1.1 |
11 000 000 |
–20 000 000 |
–9 000 000 |
05 03 01 03 |
Steun voor de afzet van ondermelk |
1.1 |
624 000 000 |
–32 000 000 |
592 000 000 |
05 03 01 04 |
Interventie in de vorm van opslag van boter en room |
1.1 |
25 000 000 |
–40 000 000 |
–15 000 000 |
05 03 01 05 |
Andere maatregelen voor botervet |
1.1 |
425 000 000 |
–23 000 000 |
402 000 000 |
05 03 01 06 |
Interventie in de vorm van opslag van kaas |
1.1 |
41 000 000 |
41 000 000 |
|
05 03 01 07 |
Extra heffing van de melkproducenten |
1.1 |
|
|
|
05 03 01 08 |
Schoolmelk |
1.1 |
86 000 000 |
–18 000 000 |
68 000 000 |
05 03 01 09 |
Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten (melk en boter) |
1.1 |
193 000 000 |
193 000 000 |
|
05 03 01 99 |
Overige maatregelen voor melk en zuivelproducten |
1.1 |
–5 000 000 |
–5 000 000 |
|
Artikel 05 03 01 — Subtotaal |
2 959 000 000 |
|
2 366 000 000 |
||
05 03 02 |
|||||
Rundvlees |
|||||
05 03 02 01 |
Restituties voor rundvlees |
1.1 |
308 000 000 |
–89 000 000 |
219 000 000 |
05 03 02 02 |
Interventie in de vorm van opslag van rundvlees |
1.1 |
–5 000 000 |
–5 000 000 |
|
05 03 02 03 |
Premies voor zoogkoeien |
1.1 |
1 972 000 000 |
1 972 000 000 |
|
05 03 02 04 |
Aanvullende premies voor zoogkoeien |
1.1 |
97 000 000 |
97 000 000 |
|
05 03 02 05 |
Speciale premies |
1.1 |
1 946 000 000 |
1 946 000 000 |
|
05 03 02 06 |
Seizoencorrectiepremies |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
05 03 02 07 |
Slachtpremies |
1.1 |
1 750 000 000 |
1 750 000 000 |
|
05 03 02 08 |
Premies voor extensivering |
1.1 |
1 020 000 000 |
1 020 000 000 |
|
05 03 02 09 |
Buitengewone marktondersteuningsmaatregelen |
1.1 |
249 000 000 |
249 000 000 |
|
05 03 02 10 |
Programma voor de verplichte slachting van runderen |
1.1 |
50 000 000 |
–25 000 000 |
25 000 000 |
05 03 02 11 |
Extra betalingen |
1.1 |
483 000 000 |
483 000 000 |
|
05 03 02 12 |
Overige interventiemaatregelen |
1.1 |
124 000 000 |
|
10 000 000 |
05 03 02 13 |
Restituties voor levende runderen |
1.1 |
68 000 000 |
–10 000 000 |
58 000 000 |
05 03 02 99 |
Overige maatregelen voor rundvlees |
1.1 |
–8 000 000 |
–8 000 000 |
|
Artikel 05 03 02 — Subtotaal |
8 054 000 000 |
|
7 816 000 000 |
||
05 03 03 |
|||||
Schapen- en geitenvlees |
|||||
05 03 03 01 |
Interventie in de vorm van opslag van schapen- en geitenvlees |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
05 03 03 02 |
Premies voor ooien en geiten |
1.1 |
1 066 000 000 |
1 066 000 000 |
|
05 03 03 03 |
Forfaitaire premies voor ooien en geiten in probleemgebieden en bergstreken |
1.1 |
393 000 000 |
–57 000 000 |
336 000 000 |
05 03 03 04 |
Aanvullende betalingen in de sector schapen- en geitenvlees |
1.1 |
72 000 000 |
72 000 000 |
|
05 03 03 99 |
Overige maatregelen voor schapen- en geitenvlees |
1.1 |
–1 000 000 |
–1 000 000 |
|
Artikel 05 03 03 — Subtotaal |
1 530 000 000 |
–57 000 000 |
1 473 000 000 |
||
05 03 04 |
|||||
Varkensvlees, eieren, pluimvee, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten |
|||||
05 03 04 01 |
Restituties voor varkensvlees |
1.1 |
38 000 000 |
38 000 000 |
|
05 03 04 02 |
Interventiemaatregelen voor varkensvlees |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
05 03 04 03 |
Buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de markt voor varkensvlees |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
|
05 03 04 04 |
Restituties voor eieren |
1.1 |
9 000 000 |
9 000 000 |
|
05 03 04 05 |
Restituties voor slachtpluimvee |
1.1 |
106 000 000 |
106 000 000 |
|
05 03 04 06 |
Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten (eieren) |
1.1 |
3 000 000 |
3 000 000 |
|
05 03 04 07 |
Bijzondere steun voor de bijenteelt |
1.1 |
16 500 000 |
16 500 000 |
|
05 03 04 08 |
Buitengewone ondersteuningsmaatregelen voor eieren |
1.1 |
3 000 000 |
3 000 000 |
|
05 03 04 99 |
Overige maatregelen voor dierlijke producten |
1.1 |
–1 000 000 |
–1 000 000 |
|
Artikel 05 03 04 — Subtotaal |
174 500 000 |
174 500 000 |
|||
Hoofdstuk 05 03 — Totaal |
12 717 500 000 |
|
11 829 500 000 |
05 03 01
Melk en zuivelproducten
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 509/2002 (PB L 79 van 22.3.2002, blz. 15).
Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1255/1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (COM(2003) 23 def.), door de Commissie ingediend op 24 januari 2003.
05 03 01 01
Restituties voor melk en zuivelproducten
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
1 731 000 000 |
|
1 586 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de uitvoerrestituties op grond van artikel 31 van Verordening (EG) nr. 1255/1999.
Van het in deze post opgenomen bedrag gaat naar schatting 97 000 000 euro naar uitgaven voor de uitbreiding met tien nieuwe lidstaten.
05 03 01 02
Interventie in de vorm van opslag van mageremelkpoeder
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
11 000 000 |
–20 000 000 |
–9 000 000 |
Toelichting
Deze post dient voor de financiering van de uitgaven voor de steun voor particuliere opslag die worden verricht overeenkomstig artikel 7, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1255/1999.
Voorts dient hij voor de financiering van de technische kosten, de financieringskosten en de overige kosten van openbare opslag die worden gemaakt overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1255/1999, en voor de dekking van de financiële waardevermindering van de nieuw gevormde voorraden.
Rechtsgronden
Verordening (EEG) nr. 1883/78 van de Raad van 2 augustus 1978 betreffende de algemene regels voor de financiering van de interventies door het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie (PB L 216 van 5.8.1978, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1259/96 (PB L 163 van 2.7.1996, blz. 10), met name artikel 8, lid 1.
05 03 01 03
Steun voor de afzet van ondermelk
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
624 000 000 |
–32 000 000 |
592 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de uitgaven voor:
— |
steun voor vervoedering aan kalveren overeenkomstig artikel 11 van Verordening (EG) nr. 1255/1999, |
— |
steun voor ontroomde melk bestemd voor vervoedering aan andere dieren dan kalveren, overeenkomstig artikel 11 van Verordening (EG) nr. 1255/1999; |
— |
steun voor melkpoeder van gedeeltelijk ontroomde melk bestemd voor vervoedering aan kalveren, overeenkomstig artikel 11 van Verordening (EG) nr. 1255/1999; |
— |
steun voor ondermelk die voor de productie van caseïne wordt gebruikt. |
Van het in deze post opgenomen bedrag gaat 20 000 000 euro naar uitgaven voor de uitbreiding.
05 03 01 05
Andere maatregelen voor botervet
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
425 000 000 |
–23 000 000 |
402 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de steun voor gebruik voor specifieke doeleinden overeenkomstig artikel 13 van Verordening (EG) nr. 1255/1999.
Van het in deze post opgenomen bedrag gaat naar schatting 15 000 000 euro naar uitgaven voor de uitbreiding met tien nieuwe lidstaten.
05 03 01 07
Extra heffing van de melkproducenten
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|
|
|
Toelichting
De heffing, ten laste van producenten of kopers van koeienmelk, bedraagt 115 % van de richtprijs voor melk voor de hoeveelheid melk en/of melkequivalent die gedurende de betrokken periode van twaalf maanden wordt afgezet boven een referentiehoeveelheid.
Rechtsgronden
Verordening (EEG) nr. 3950/92 van de Raad van 28 december 1992 tot instelling van een extra heffing in de sector melk en zuivelproducten (PB L 405 van 31.12.1992, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 572/2003 (PB L 82 van 29.3.2003 blz. 20).
Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48), met name artikel 5.
05 03 01 08
Schoolmelk
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
86 000 000 |
–18 000 000 |
68 000 000 |
Toelichting
Van het in deze post opgenomen bedrag gaat naar schatting 6 000 000 euro naar uitgaven voor de uitbreiding met tien nieuwe lidstaten.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 509/2002 (PB L 79 van 22.3.2002, blz. 15).
05 03 02
Rundvlees
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 21), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2345/2001 (PB L 315 van 1.12.2001, blz. 29).
05 03 02 01
Restituties voor rundvlees
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
308 000 000 |
–89 000 000 |
219 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de uitvoerrestituties overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1254/1999.
Van het in deze post opgenomen bedrag gaat naar schatting 22 000 000 euro naar uitgaven voor de uitbreiding met tien nieuwe lidstaten.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 21), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1512/2001 (PB L 201 van 26.7.2001, blz. 1).
05 03 02 10
Programma voor de verplichte slachting van runderen
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
50 000 000 |
–25 000 000 |
25 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van het ten laste van de Gemeenschap vallende gedeelte van de uitgaven voor het programma voor verplichte selectieve slachting en destructie van dieren waarvoor de kans het grootst is dat zij zijn gevoederd met vlees- en beendermeel dat met BSE is besmet.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 716/96 van de Commissie van 19 april 1996 houdende vaststelling van buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de rundvleesmarkt in het Verenigd Koninkrijk (PB L 99 van 20.4.1996, blz. 14), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 667/2003 (PB L 96 van 31.3.2004, blz. 13).
05 03 02 12
Overige interventiemaatregelen
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
124 000 000 |
|
10 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de overige interventiemaatregelen, met name die welke voortvloeien uit de toepassing van artikel 38 van Verordening (EG) nr. 1254/1999.
Voorts dient het voor de financiering van de resterende bedragen voor de premies voor het vroegtijdig slachten van kalveren die de Raad van ministers van Landbouw van 30 oktober 1996 principieel heeft goedgekeurd in het kader van het urgentieprogramma voor de bestrijding van de gevolgen van BSE.
Bovendien dient het ter dekking van mogelijke betalingen naar aanleiding van het arrest van het Hof van Justitie (C-239/01) met betrekking tot het medefinancieringspercentage voor de bijzondere marktondersteuningsmaatregelen die zijn genomen in de nasleep van de tweede BSE-crisis (Verordening (EG) nr. 690/2001).
Rechtsgronden
Verordening (EEG) nr. 3886/92 van de Commissie van 23 december 1992 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen inzake de premieregelingen in de sector rundvlees (PB L 391 van 31.12.1992, blz. 20), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2604/98 (PB L 328 van 4.12.1998, blz. 5).
05 03 02 13
Restituties voor levende runderen
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
68 000 000 |
–10 000 000 |
58 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de uitvoerrestituties overeenkomstig artikel 33 van Verordening (EG) nr. 1254/1999.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 21), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1512/2001 (PB L 201 van 26.7.2001, blz. 1).
05 03 03
Schapen- en geitenvlees
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 2529/2001 van de Raad van 19 december 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector schapen- en geitenvlees (PB L 341 van 22.12.2001, blz. 3) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2467/98 van de Raad (PB L 312 van 20.11.1998, blz. 1).
05 03 03 03
Forfaitaire premies voor ooien en geiten in probleemgebieden en bergstreken
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
393 000 000 |
–57 000 000 |
336 000 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de uitgaven in verband met de toekenning van bijzondere steun per ooi of geit voor producenten van schapen- en geitenvlees in probleemgebieden of bergstreken van de Gemeenschap.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 2529/2001 van de Raad van 19 december 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector schapen- en geitenvlees (PB L 341 van 22.12.2001, blz. 3) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2467/98 van de Raad (PB L 312 van 20.11.1998, blz. 1).
HOOFDSTUK 05 04 —
PLATTELANDSONTWIKKELING
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
|||
05 04 |
||||||||
PLATTELANDSONTWIKKELING |
||||||||
05 04 01 |
||||||||
Plattelandsontwikkeling in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie |
||||||||
05 04 01 01 |
Investeringen op landbouwbedrijven |
1.2 |
253 000 000 |
253 000 000 |
253 000 000 |
253 000 000 |
||
05 04 01 02 |
Vestiging van jonge landbouwers |
1.2 |
103 000 000 |
103 000 000 |
103 000 000 |
103 000 000 |
||
05 04 01 03 |
Opleiding |
1.2 |
30 000 000 |
30 000 000 |
30 000 000 |
30 000 000 |
||
05 04 01 04 |
Vervroegde uittreding — Oude regeling |
1.2 |
87 000 000 |
87 000 000 |
87 000 000 |
87 000 000 |
||
05 04 01 05 |
Vervroegde uittreding — Nieuwe regeling |
1.2 |
136 000 000 |
136 000 000 |
136 000 000 |
136 000 000 |
||
05 04 01 06 |
Probleemgebieden |
1.2 |
846 000 000 |
846 000 000 |
846 000 000 |
846 000 000 |
||
05 04 01 07 |
Milieumaatregelen in de landbouw — Oude regeling |
1.2 |
1 820 000 000 |
1 820 000 000 |
1 820 000 000 |
1 820 000 000 |
||
05 04 01 08 |
Milieumaatregelen in de landbouw — Nieuwe regeling |
1.2 |
187 000 000 |
187 000 000 |
187 000 000 |
187 000 000 |
||
05 04 01 09 |
Verbetering van de verwerking en de afzet van landbouwproducten |
1.2 |
189 000 000 |
189 000 000 |
189 000 000 |
189 000 000 |
||
05 04 01 10 |
Bosbouw — Oude regeling |
1.2 |
170 000 000 |
170 000 000 |
170 000 000 |
170 000 000 |
||
05 04 01 11 |
Bosbouw — Nieuwe regeling |
1.2 |
302 000 000 |
302 000 000 |
302 000 000 |
302 000 000 |
||
05 04 01 12 |
Bevordering van de aanpassing en de ontwikkeling van plattelandsgebieden |
1.2 |
612 000 000 |
612 000 000 |
612 000 000 |
612 000 000 |
||
05 04 01 13 |
Overige plattelandsontwikkelingsmaatregelen in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie |
1.2 |
68 000 000 |
68 000 000 |
68 000 000 |
68 000 000 |
||
05 04 01 99 |
Overige |
1.2 |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
||
Artikel 05 04 01 — Subtotaal |
4 803 000 000 |
4 803 000 000 |
4 803 000 000 |
4 803 000 000 |
||||
05 04 02 |
||||||||
Plattelandsontwikkeling in het kader van het EOGFL, afdeling Oriëntatie |
||||||||
05 04 02 01 |
Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Regio's van doelstelling 1 |
2.1 |
3 186 352 777 |
2 411 810 898 |
497 427 033 |
3 186 352 777 |
2 909 237 931 |
|
05 04 02 02 |
Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland |
2.1 |
9 280 000 |
7 488 029 |
9 280 000 |
7 488 029 |
||
05 04 02 03 |
Voltooiing van vroegere programma's in de regio's van de doelstellingen 1 en 6 |
2.1 |
p.m. |
58 371 399 |
p.m. |
58 371 399 |
||
05 04 02 04 |
Voltooiing van vroegere programma's in de regio's van doelstelling 5 b) |
2.1 |
p.m. |
15 661 586 |
p.m. |
15 661 586 |
||
05 04 02 05 |
Voltooiing van vroegere programma's in de regio's buiten doelstelling 1 |
2.1 |
p.m. |
213 816 000 |
p.m. |
213 816 000 |
||
05 04 02 06 |
Leader |
2.1 |
361 111 383 |
199 779 923 |
20 700 000 |
361 111 383 |
220 479 923 |
|
05 04 02 07 |
Voltooiing van vroegere programma's (communautaire initiatieven) |
2.1 |
p.m. |
15 260 493 |
p.m. |
15 260 493 |
||
05 04 02 08 |
Voltooiing van vroegere programma's (innovatieve acties) |
2.1 |
p.m. |
4 093 000 |
p.m. |
4 093 000 |
||
Artikel 05 04 02 — Subtotaal |
3 556 744 160 |
2 926 281 328 |
518 127 033 |
3 556 744 160 |
3 444 408 361 |
|||
05 04 03 |
||||||||
Overige |
||||||||
05 04 03 01 |
Bosbouw (niet in het kader van het EOGFL) |
3 |
500 000 |
12 500 000 |
500 000 |
12 500 000 |
||
05 04 03 02 |
Plantaardige en dierlijke genetische hulpbronnen |
3 |
p.m. (28) |
500 000 (29) |
p.m. (30) |
500 000 (31) |
||
Artikel 05 04 03 — Subtotaal |
500 000 |
13 000 000 |
500 000 |
13 000 000 |
||||
05 04 04 |
Overgangsinstrument voor de financiering van plattelandsontwikkeling uit het EOGFL, Garantie, voor de nieuwe lidstaten |
1.2 |
1 733 000 000 |
645 000 000 |
1 733 000 000 |
645 000 000 |
||
Artikel 05 04 04 — Subtotaal |
1 733 000 000 |
645 000 000 |
1 733 000 000 |
645 000 000 |
||||
Hoofdstuk 05 04 — Totaal |
10 093 244 160 |
8 387 281 328 |
518 127 033 |
10 093 244 160 |
8 905 408 361 |
05 04 02
Plattelandsontwikkeling in het kader van het EOGFL, afdeling Oriëntatie
Toelichting
In artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad is bepaald dat de nodige financiële correcties moeten worden verricht. De eventueel hieruit voortvloeiende ontvangsten worden geboekt op post 6 5 0 0 van de „Staat van ontvangsten”. Met deze ontvangsten kunnen, overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), aanvullende kredieten worden geopend in specifieke gevallen waarin die nodig zijn om het risico dat vooraf vastgestelde correcties wordt geannuleerd of verlaagd, te dekken.
In Verordening (EG) nr. 1260/1999 zijn de voorwaarden vastgesteld waaronder het voorschot wordt terugbetaald. Deze terugbetaling heeft niet tot gevolg dat de bijdrage uit de structuurfondsen in de betrokken bijstandsverlening wordt verlaagd. Eventuele ontvangsten uit de terugbetaling van het voorschot worden geboekt op post 6 1 5 7 van de „Staat van ontvangsten” en worden gebruikt om aanvullende kredieten te openen overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.
Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn, in het kader waarvan 500 000 000 euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar is gesteld. Bij de voortzetting van dit programma moet het additionaliteitsbeginsel volledig in acht worden genomen. De Commissie brengt jaarlijks verslag over deze maatregel uit bij het Europees Parlement.
De maatregelen voor fraudebestrijding worden gefinancierd uit artikel 24 02 01.
Rechtsgronden
Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.
Conclusies van de Europese Raad van Berlijn van 24 en 25 maart 1999.
Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de Structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).
05 04 02 01
Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Regio's van doelstelling 1
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
3 186 352 777 |
2 411 810 898 |
497 427 033 |
3 186 352 777 |
2 909 237 931 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
3 752 967 945 |
2 166 898 000 |
1 586 069 945 |
|||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
||||||
Kredieten 2003 |
2 755 465 855 |
1 323 167 986 |
1 432 297 869 |
|||
Kredieten 2004 |
3 186 352 777 |
1 593 176 389 |
1 593 176 389 |
|||
Totaal |
9 694 786 577 |
2 166 898 000 |
2 909 237 931 |
3 025 474 258 |
1 593 176 389 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de bijstand die in het kader van doelstelling 1 uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie, wordt verleend en waarvoor de betalingsverplichtingen in de programmeringsperiode 2000-2006 worden aangegaan.
Van de opgenomen vastleggingskredieten en betalingskredieten gaan respectievelijk 441 900 000 en 197 300 000 euro naar de nieuwe toetredende landen.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).
Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).
Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de Structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1447/2001 (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 1).
05 04 02 06
Leader
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
361 111 383 |
199 779 923 |
20 700 000 |
361 111 383 |
220 479 923 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
419 511 656 |
145 707 000 |
220 479 923 |
53 324 733 |
||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
370 000 |
370 000 |
— |
|||
Kredieten 2003 |
353 100 000 |
— |
353 100 000 |
|||
Kredieten 2004 |
361 111 383 |
— |
361 111 383 |
|||
Totaal |
1 134 093 039 |
146 077 000 |
220 479 923 |
353 100 000 |
361 111 383 |
53 324 733 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de bijstand die in het kader van het communautaire initiatief Leader+ wordt verleend voor plattelandsontwikkeling.
Een indicatief bedrag van ten hoogste 2 % van de aan het initiatief toegewezen begrotingsmiddelen moet dienen voor de financiering van de technische bijstand. Als dergelijke maatregelen voor technische bijstand op initiatief van de Commissie worden uitgevoerd, kunnen de kosten daarvan tot 100 % worden gefinancierd.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).
Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).
Referentiebesluiten
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 14 april 2000 tot vaststelling van de richtsnoeren voor het communautaire initiatief voor plattelandsontwikkeling (Leader+) (PB C 139 van 18.5.2000, blz. 5).
HOOFDSTUK 05 07 —
AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
|||
05 07 |
||||||||
AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN |
||||||||
05 07 01 |
||||||||
Controle van de landbouwuitgaven |
||||||||
05 07 01 01 |
Controle- en preventiemaatregelen — Betalingen door de lidstaten |
1.1 |
16 000 000 |
16 000 000 |
16 000 000 |
16 000 000 |
||
05 07 01 02 |
Controle- en preventiemaatregelen — Rechtstreekse betalingen door de Europese Gemeenschap |
1.1 |
6 550 000 |
6 550 000 |
6 550 000 |
6 550 000 |
||
05 07 01 03 |
Goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren en verlaging/opschorting van de voorschotten in het kader van de activiteiten 20 tot en met 40 |
1.1 |
|
|
–85 000 000 |
–85 000 000 |
|
|
05 07 01 04 |
Goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren en verlaging/opschorting van de voorschotten voor plattelandsontwikkeling |
1.2 |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
||
05 07 01 05 |
Controles op de toepassing van de landbouwregelingen |
3 |
16 175 000 |
16 175 000 |
16 175 000 |
16 175 000 |
||
Artikel 05 07 01 — Subtotaal |
|
|
–85 000 000 |
–85 000 000 |
|
|
||
05 07 02 |
Regeling van geschillen |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
||
Artikel 05 07 02 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
||||
Hoofdstuk 05 07 — Totaal |
|
|
–85 000 000 |
–85 000 000 |
|
|
05 07 01
Controle van de landbouwuitgaven
05 07 01 03
Goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren en verlaging/opschorting van de voorschotten in het kader van de activiteiten 20 tot en met 40
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|
–85 000 000 |
|
Toelichting
Deze post is gecreëerd met het oog op de toepassing van artikel 154 van het Financieel Reglement, op grond waarvan de resultaten van de in artikel 7, leden 3 en 4, en artikel 8, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1258/1999 bedoelde besluiten worden geboekt als uitgaven uit hoofde van het begrotingsjaar waarin de goedkeuring van de rekeningen plaatsvindt. Het beginsel van de goedkeuring van de rekeningen is vastgesteld bij artikel 53, lid 5, van het Financieel Reglement.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).
Verordening (EG) nr. 2040/2000 van de Raad van 26 september 2000 betreffende de begrotingsdiscipline (PB L 244 van 29.9.2000, blz. 27), met name artikel 14, op grond waarvan, onder meer bij het duidelijk niet naleven van de voorschriften, de Commissie tijdelijk de maandelijkse voorschotten aan de lidstaten kan verlagen of opschorten, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de besluiten die zullen worden genomen in het kader van de goedkeuring van de rekeningen.
Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).
HOOFDSTUK 05 08 —
BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW”
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
|||
05 08 |
||||||||
BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN LANDBOUW |
||||||||
05 08 01 |
Communautair informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen (ILB) |
3 |
13 300 000 |
12 500 000 |
13 300 000 |
12 500 000 |
||
Artikel 05 08 01 — Subtotaal |
13 300 000 |
12 500 000 |
13 300 000 |
12 500 000 |
||||
05 08 02 |
Enquêtes inzake de structuur van de landbouwbedrijven |
3 |
13 900 000 |
11 000 000 |
13 900 000 |
11 000 000 |
||
Artikel 05 08 02 — Subtotaal |
13 900 000 |
11 000 000 |
13 900 000 |
11 000 000 |
||||
05 08 03 |
Herstructurering van het stelsel van landbouwenquêtes |
3 |
5 800 000 |
5 275 000 |
5 800 000 |
5 275 000 |
||
Artikel 05 08 03 — Subtotaal |
5 800 000 |
5 275 000 |
5 800 000 |
5 275 000 |
||||
05 08 04 |
||||||||
Afzetbevordering — Betalingen door de lidstaten |
||||||||
05 08 04 01 |
Afzetbevordering — Betalingen door de lidstaten |
1.1 |
48 500 000 |
48 500 000 |
–20 000 000 |
–20 000 000 |
28 500 000 |
28 500 000 |
Artikel 05 08 04 — Subtotaal |
48 500 000 |
48 500 000 |
–20 000 000 |
–20 000 000 |
28 500 000 |
28 500 000 |
||
05 08 05 |
||||||||
Afzetbevordering — Rechtstreekse betalingen door de Europese Gemeenschap |
||||||||
05 08 05 01 |
Afzetbevordering — Rechtstreekse betalingen door de Europese Gemeenschap |
1.1 |
11 000 000 |
11 000 000 |
11 000 000 |
11 000 000 |
||
Artikel 05 08 05 — Subtotaal |
11 000 000 |
11 000 000 |
11 000 000 |
11 000 000 |
||||
05 08 06 |
Voorlichting over het gemeenschappelijk landbouwbeleid |
1.1 |
6 500 000 |
6 500 000 |
6 500 000 |
6 500 000 |
||
Artikel 05 08 06 — Subtotaal |
6 500 000 |
6 500 000 |
6 500 000 |
6 500 000 |
||||
05 08 07 |
Voltooiing van vroegere maatregelen op het gebied van voorlichting |
3 |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
||
Artikel 05 08 07 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
||||
05 08 99 |
Overige maatregelen in verband met afzetbevordering |
1.1 |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
||
Artikel 05 08 99 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
||||
Hoofdstuk 05 08 — Totaal |
99 000 000 |
94 775 000 |
–20 000 000 |
–20 000 000 |
79 000 000 |
74 775 000 |
05 08 04
Afzetbevordering — Betalingen door de lidstaten
05 08 04 01
Afzetbevordering — Betalingen door de lidstaten
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
48 500 000 |
–20 000 000 |
28 500 000 |
Toelichting
Dit krediet dient niet alleen voor de financiering van de maatregelen als bedoeld in Verordening (EG) nr. 2702/1999 en Verordening (EG) nr. 2826/2000, maar ook van de resterende uitgaven voor maatregelen ter bevordering van de kwaliteit van landbouwproducten en levensmiddelen, en met name de uitgaven:
— |
voor maatregelen om de consumptie en het gebruik van appelen te doen toenemen, overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 1195/90 van de Raad (PB L 119 van 11.5.1990, blz. 53); |
— |
voor maatregelen ter stimulering van het citrusverbruik, overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 1201/90 van de Raad (PB L 119 van 11.5.1990, blz. 65); |
— |
ter bevordering van het gebruik van krenten en rozijnen, overeenkomstig artikel 1, tweede streepje, van Verordening (EG) nr. 399/94 van de Raad (PB L 54 van 25.2.1994, blz. 3); |
— |
voor reclamecampagnes ter stimulering van het verbruik van druivensap, overeenkomstig artikel 46, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 827/87 van de Raad (PB L 84 van 27.3.1987, blz. 1); |
— |
voor maatregelen ter bevordering van het verbruik van tafelolijven, overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Verordening (EEG) nr. 1332/92 van de Raad (PB L 145 van 27.5.1992, blz. 1); |
— |
voor acties ter bevordering van de verkoop en de afzet van kwaliteitsrundvlees, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1358/2001 van de Commissie (PB L 182 van 5.7.2001, blz. 34); |
— |
in verband met de goedkeuring van Verordening (EG) nr. 2275/96 van de Raad van 22 november 1996 tot instelling van specifieke maatregelen voor de sector levende planten en producten van de bloementeelt (PB L 308 van 29.11.1996, blz. 7). |
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 2702/1999 van de Raad van 14 december 1999 inzake voorlichtings- en afzetbevorderingsacties voor landbouwproducten in derde landen (PB L 327 van 21.12.1999, blz. 7).
Verordening (EG) nr. 2826/2000 van de Raad van 19 december 2000 betreffende voorlichtings- en afzetbevorderingsacties voor landbouwproducten op de binnenmarkt (PB L 328 van 23.12.2000, blz. 2).
HOOFDSTUK 05 49 —
UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
|||
05 49 |
||||||||
UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT |
||||||||
05 49 04 |
||||||||
Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein Landbouw |
||||||||
05 49 04 02 |
Communautair informatienet inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen (ILB) — Uitgaven voor administratief beheer |
3 |
— |
21 268 |
— |
21 268 |
||
05 49 04 03 |
Pretoetredingsinstrument Sapard — Uitgaven voor administratief beheer |
7.1 |
— |
300 000 |
— |
300 000 |
||
05 49 04 04 |
Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie (EOGFL) — Uitgaven voor administratief beheer |
2.1 |
— |
1 950 000 |
–1 329 000 |
— |
621 000 |
|
Artikel 05 49 04 — Subtotaal |
— |
2 271 268 |
–1 329 000 |
— |
942 268 |
|||
Hoofdstuk 05 49 — Totaal |
— |
2 271 268 |
–1 329 000 |
— |
942 268 |
05 49 04
Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Landbouw”
05 49 04 04
Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie (EOGFL) — Uitgaven voor administratief beheer
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
— |
1 950 000 |
–1 329 000 |
— |
621 000 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
929 240 |
929 240 |
||||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
||||||
Kredieten 2003 |
4 950 000 |
2 510 760 |
621 000 |
1 818 240 |
||
Kredieten 2004 |
— |
|||||
Totaal |
5 879 240 |
3 440 000 |
621 000 |
1 818 240 |
Toelichting
Dit krediet is bestemd voor de afsluiting van de op 31 december 2003 nog betaalbaar te stellen verplichtingen van het vroegere artikel B2-1 6 0.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80).
Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).
Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de Structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1447/2001 (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 1).
TITEL 11
VISSERIJ
Algemene doelstellingen
Dit beleidsterrein omvat alle activiteiten die onder het gemeenschappelijk visserijbeleid vallen, dat onder de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap valt. Het betreft alle visserijactiviteiten, alsmede het verwerken en op de markt brengen van deze producten.
Voorts zorgt het directoraat-generaal ervoor dat de desbetreffende bepalingen van het Gemeenschapsrecht in de visserijsector juist worden toegepast.
Het beleidsterrein omvat vijf beleidsactiviteiten: specifieke maatregelen ter ondersteuning van het gemeenschappelijk visserijbeleid (inclusief instandhouding van visbestanden, controle en dialoog met de visserijsector), betrekkingen en overeenkomsten met derde landen en internationale organisaties, gemeenschappelijke ordening van de visserijmarkt, visserijonderzoek en structurele visserijmaatregelen via het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV).
60 % van de kredieten is bestemd voor het FIOV. De FIOV-maatregelen worden echter hoofdzakelijk door de lidstaten ten uitvoer gelegd in het kader van het gedecentraliseerd beheer.
Cijfers
Titel Hoofdstuk |
Omschrijving |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
||
11 01 |
ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN VISSERIJ |
39 552 246 |
39 552 246 |
|
|
38 802 246 |
38 802 246 |
11 02 |
VISSERIJMARKTEN |
33 075 000 |
33 075 000 |
33 075 000 |
33 075 000 |
||
11 03 |
INTERNATIONALE VISSERIJ |
172 559 507 |
177 039 507 |
172 559 507 |
177 039 507 |
||
11 04 |
BEHEER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK VISSERIJBELEID |
2 236 000 |
2 236 000 |
2 236 000 |
2 236 000 |
||
11 05 |
VISSERIJONDERZOEK |
11 600 000 |
35 893 000 |
11 600 000 |
35 893 000 |
||
11 06 |
STRUCTURELE MAATREGELEN VOOR DE VISSERIJ |
629 859 662 |
568 770 659 |
34 000 000 |
629 859 662 |
602 770 659 |
|
11 07 |
INSTANDHOUDINGSMAATREGELEN, CONTROLE EN RECHTSHANDHAVING IN DE VISSERIJ |
41 975 000 |
75 780 040 |
41 975 000 |
75 780 040 |
||
11 49 |
UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT |
— |
1 516 638 |
260 000 |
— |
1 776 638 |
|
11 50 |
PRESTATIEFACILITEIT VOOR HET BELEIDSTERREIN VISSERIJ |
209 802 |
209 802 |
209 802 |
209 802 |
||
11 80 |
ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL VISSERIJ |
||||||
11 81 |
BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL VISSERIJ |
||||||
Titel 11 — Totaal |
931 067 217 |
934 072 892 |
|
33 510 000 |
930 317 217 |
967 582 892 |
HOOFDSTUK 11 01 —
ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „VISSERIJ”
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
11 01 |
|||||
ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN VISSERIJ |
|||||
11 01 01 |
Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Visserij |
5 |
23 684 301 (32) |
23 684 301 (33) |
|
Artikel 11 01 01 — Subtotaal |
23 684 301 |
23 684 301 |
|||
11 01 02 |
|||||
Extern personeel en andere beheersuitgaven voor het beleidsterrein Visserij |
|||||
11 01 02 01 |
Extern personeel |
5 |
1 689 628 |
1 689 628 |
|
11 01 02 11 |
Andere beheersuitgaven |
5 |
2 245 397 (34) |
2 245 397 (35) |
|
Artikel 11 01 02 — Subtotaal |
3 935 025 |
3 935 025 |
|||
11 01 03 |
Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven voor het beleidsterrein Visserij |
5 |
6 245 943 |
6 245 943 |
|
Artikel 11 01 03 — Subtotaal |
6 245 943 |
6 245 943 |
|||
11 01 04 |
|||||
Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein Visserij |
|||||
11 01 04 01 |
Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) en niet-operationele technische bijstand |
2.1 |
1 927 000 |
|
1 177 000 |
11 01 04 02 |
Intensivering van de dialoog met het bedrijfsleven uit de visserijsector en met andere organisaties die belang hebben bij het gemeenschappelijk visserijbeleid — Uitgaven voor administratief beheer |
3 |
164 657 |
164 657 |
|
11 01 04 03 |
Ondersteuning van het beheer van de visbestanden (verzameling van basisgegevens en verbetering van het wetenschappelijk advies) — Uitgaven voor administratief beheer |
3 |
180 000 |
180 000 |
|
11 01 04 04 |
Internationale visserijovereenkomsten — Uitgaven voor administratief beheer |
4 |
1 219 500 |
1 219 500 |
|
11 01 04 05 |
Bijdragen aan internationale organisaties — Uitgaven voor administratief beheer |
4 |
395 820 |
395 820 |
|
Artikel 11 01 04 — Subtotaal |
3 886 977 |
|
3 136 977 |
||
11 01 05 |
|||||
Ondersteunende uitgaven voor onderzoeksactiviteiten voor het beleidsterrein Visserij |
|||||
11 01 05 01 |
Uitgaven voor onderzoekspersoneel |
3 |
1 200 000 |
1 200 000 |
|
11 01 05 02 |
Extern personeel voor onderzoek |
3 |
300 000 |
300 000 |
|
11 01 05 03 |
Andere beheersuitgaven voor onderzoek |
3 |
300 000 |
300 000 |
|
Artikel 11 01 05 — Subtotaal |
1 800 000 |
1 800 000 |
|||
Hoofdstuk 11 01 — Totaal |
39 552 246 |
|
38 802 246 |
11 01 04
Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Visserij”
11 01 04 01
Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) en niet-operationele technische bijstand
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
1 927 000 |
|
1 177 000 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de in artikel 23 van Verordening (EG) nr.1260/1999 van de Raad bedoelde uitgaven voor technische bijstand die uit het FIOV worden gefinancierd.
De technische bijstand omvat voorbereidings-, toezicht-, evaluatie-, controle- en beheersmaatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het FIOV binnen de Commissie. In deze context kan dit krediet met name worden gebruikt voor de financiering van:
— |
ondersteunende uitgaven (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen); |
— |
uitgaven voor voorlichting en publicatie; |
— |
uitgaven voor informatie- en telecommunicatietechnologie; |
— |
contracten voor dienstverleners; |
— |
uitgaven voor tijdelijke functionarissen (nationale deskundigen, hulpfunctionarissen, uitzendkrachten) tot een bedrag van 100 000 euro. |
Eventuele ontvangsten kunnen worden gebruikt om extra kredieten te openen overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).
HOOFDSTUK 11 06 —
STRUCTURELE MAATREGELEN VOOR DE VISSERIJ
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
|||
11 06 |
||||||||
STRUCTURELE MAATREGELEN VOOR DE VISSERIJ |
||||||||
11 06 01 |
Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Regio's van doelstelling 1 |
2.1 |
451 799 662 |
341 975 809 |
30 000 000 |
451 799 662 |
371 975 809 |
|
Artikel 11 06 01 — Subtotaal |
451 799 662 |
341 975 809 |
30 000 000 |
451 799 662 |
371 975 809 |
|||
11 06 02 |
Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland |
2.1 |
760 000 |
613 244 |
760 000 |
613 244 |
||
Artikel 11 06 02 — Subtotaal |
760 000 |
613 244 |
760 000 |
613 244 |
||||
11 06 03 |
Voltooiing van vroegere programma's |
2.1 |
p.m. |
6 932 746 |
p.m. |
6 932 746 |
||
Artikel 11 06 03 — Subtotaal |
p.m. |
6 932 746 |
p.m. |
6 932 746 |
||||
11 06 04 |
Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) (regio's buiten doelstelling 1) |
2.1 |
174 900 000 |
141 126 752 |
174 900 000 |
141 126 752 |
||
Artikel 11 06 04 — Subtotaal |
174 900 000 |
141 126 752 |
174 900 000 |
141 126 752 |
||||
11 06 05 |
Voltooiing van vroegere FIOV-programma's (regio's buiten doelstelling 1) |
2.1 |
p.m. |
5 445 235 |
p.m. |
5 445 235 |
||
Artikel 11 06 05 — Subtotaal |
p.m. |
5 445 235 |
p.m. |
5 445 235 |
||||
11 06 06 |
Voltooiing van vroegere programma's |
2.1 |
p.m. |
1 176 873 |
4 000 000 |
p.m. |
5 176 873 |
|
Artikel 11 06 06 — Subtotaal |
p.m. |
1 176 873 |
4 000 000 |
p.m. |
5 176 873 |
|||
11 06 07 |
Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Operationele technische bijstand en innovatieve acties |
2.1 |
2 400 000 |
2 400 000 |
2 400 000 |
2 400 000 |
||
Artikel 11 06 07 — Subtotaal |
2 400 000 |
2 400 000 |
2 400 000 |
2 400 000 |
||||
11 06 08 |
Voltooiing van vroegere programma's |
2.1 |
p.m. |
100 000 |
p.m. |
100 000 |
||
Artikel 11 06 08 — Subtotaal |
p.m. |
100 000 |
p.m. |
100 000 |
||||
11 06 09 |
Specifieke maatregelen ter bevordering van de omschakeling van vaartuigen en vissers die tot in 1999 afhankelijk waren van de visserijovereenkomst met Marokko |
2.1 |
p.m. |
69 000 000 |
p.m. |
69 000 000 |
||
Artikel 11 06 09 — Subtotaal |
p.m. |
69 000 000 |
p.m. |
69 000 000 |
||||
11 06 10 |
Noodmaatregel van de Gemeenschap voor de sloop van vissersvaartuigen |
2.1 |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
||
Artikel 11 06 10 — Subtotaal |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
||||
Hoofdstuk 11 06 — Totaal |
629 859 662 |
568 770 659 |
34 000 000 |
629 859 662 |
602 770 659 |
Toelichting
Artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad voorziet in financiële correcties, waarvan de eventuele ontvangsten worden opgevoerd onder post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opening van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), en wel in specifieke gevallen wanneer deze kredieten nodig blijken om het risico af te dekken dat eerder besloten correcties komen te vervallen of worden verlaagd.
Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast waaronder wordt overgegaan tot terugbetaling van het voorschot, die niet leidt tot vermindering van de bijdrage van de structuurfondsen aan de betrokken maatregel. Eventuele ontvangsten als gevolg van deze terugbetaling van voorschotten, die worden opgevoerd onder post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opening van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.
Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet, in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn om 500 000 000 euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar te stellen. Het additionaliteitsbeginsel moet ten volle worden geëerbiedigd. De Commissie brengt jaarlijks verslag uit aan het Europees Parlement over deze maatregel.
De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.
Rechtsgronden
Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.
Conclusies van de vergadering van de Europese Raad van Berlijn op 24 en 25 maart 1999.
Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).
11 06 01
Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Regio's van doelstelling 1
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
451 799 662 |
341 975 809 |
30 000 000 |
451 799 662 |
371 975 809 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
542 678 448 |
401 178 540 (36) |
141 499 908 |
— |
||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
— |
— |
— |
|||
Kredieten 2003 |
391 875 521 |
202 502 146 |
189 373 375 |
|||
Kredieten 2004 |
451 799 662 |
27 973 755 |
211 912 954 |
211 912 953 |
||
Totaal |
1 386 353 631 |
401 178 540 |
371 975 809 |
401 286 329 |
211 912 953 |
— |
Toelichting
Dit krediet dient ter dekking van de bijstand die in het kader van doelstelling 1 uit het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) wordt verleend en waarvoor de betalingsverplichtingen in de programmeringsperiode 2000-2006 worden aangegaan.
Bijzondere aandacht zal worden besteed aan economische diversificatie van gebieden die worden geconfronteerd met een beperking van de visserijactiviteiten, alsmede aan modernisering van de vloot, zonder dat dit echter mag leiden tot intensivering van de visserij.
Bij acties die worden gefinancierd uit hoofde van dit artikel wordt rekening gehouden met de noodzaak om een stabiel en duurzaam evenwicht tot stand te brengen tussen de vangstcapaciteit van de visserijvloot en de beschikbare visbestanden, en met de noodzaak om in de visserij een veiligheidscultuur te bevorderen.
Dit krediet is tevens bedoeld om acties ter bevordering van selectiever vistuig te financieren.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 54).
Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (PB L 337 van 30.12.1999, blz. 10), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2369/2002 (PB L 358 van 31.12.2002, blz. 49).
11 06 06
Voltooiing van vroegere programma's
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
p.m. |
1 176 873 |
4 000 000 |
p.m. |
5 176 873 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
22 166 178 |
859 313 |
5 176 873 |
16 129 992 |
||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
— |
— |
||||
Kredieten 2003 |
p.m. |
|||||
Kredieten 2004 |
p.m. |
|||||
Totaal |
22 166 178 |
859 313 |
5 176 873 |
16 129 992 (37) |
Toelichting
Dit krediet dient ter dekking van de nog uit het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) betaalbaar te stellen verplichtingen in verband met de communautaire initiatieven in de programmeringsperiode 2000-2006.
Rechtsgronden
Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).
Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor globale subsidies of geïntegreerde operationele programma's in het kader waarvan de lidstaten bijstandsaanvragen kunnen indienen uit hoofde van een communautair initiatief betreffende de herstructurering van de visserijsector (Pesca) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 1).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma's van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap voor de ultraperifere gebieden (Regis II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 44).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma's van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van grensgebieden, grensoverschrijdende samenwerking en geselecteerde energienetten (Interreg II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 60).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 16 mei 1995 tot vaststelling van de richtsnoeren voor een initiatief in het kader van het speciaal steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (Peace I-programma) (PB C 186 van 20.7.1995, blz. 3).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de door de lidstaten op te stellen operationele programma's in het kader van het communautair initiatief Interreg betreffende transnationale samenwerking op het gebied van ruimtelijke ordening (Interreg II C) (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 23).
Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 november 1997 over het speciale steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (1995-1999) (Peace I-programma) (COM(97) 642 def.).
HOOFDSTUK 11 49 —
UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
|||
11 49 |
||||||||
UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT |
||||||||
11 49 04 |
||||||||
Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein Visserij |
||||||||
11 49 04 01 |
Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) en niet-operationele technische bijstand |
2.1 |
— |
600 000 |
260 000 |
— |
860 000 |
|
11 49 04 02 |
Intensivering van de dialoog met het bedrijfsleven uit de visserijsector en met andere organisaties die belang hebben bij het gemeenschappelijk visserijbeleid — Uitgaven voor administratief beheer |
3 |
— |
15 000 |
— |
15 000 |
||
11 49 04 03 |
Ondersteuning van het beheer van de visbestanden (verzameling van basisgegevens en verbetering van de wetenschappelijke adviezen) — Uitgaven voor administratief beheer |
3 |
— |
50 000 |
— |
50 000 |
||
11 49 04 04 |
Internationale visserijovereenkomsten — Uitgaven voor administratief beheer |
4 |
— |
241 165 |
— |
241 165 |
||
11 49 04 05 |
Bijdragen aan internationale organisaties — Uitgaven voor administratief beheer |
4 |
— |
305 473 |
— |
305 473 |
||
Artikel 11 49 04 — Subtotaal |
— |
1 211 638 |
260 000 |
— |
1 471 638 |
|||
11 49 05 |
||||||||
Ondersteunende uitgaven voor onderzoeksactiviteiten voor het beleidsterrein Visserij |
||||||||
11 49 05 01 |
Uitgaven voor onderzoekspersoneel |
3 |
— |
80 000 |
— |
80 000 |
||
11 49 05 02 |
Extern personeel voor onderzoek |
3 |
— |
105 000 |
— |
105 000 |
||
11 49 05 03 |
Andere beheersuitgaven voor onderzoek |
3 |
— |
120 000 |
— |
120 000 |
||
Artikel 11 49 05 — Subtotaal |
— |
305 000 |
— |
305 000 |
||||
Hoofdstuk 11 49 — Totaal |
— |
1 516 638 |
260 000 |
— |
1 776 638 |
11 49 04
Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Visserij”
11 49 04 01
Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) en niet-operationele technische bijstand
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
— |
600 000 |
260 000 |
— |
860 000 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
1 206 311 |
982 800 |
223 511 |
|||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
||||||
Kredieten 2003 |
1 400 000 |
636 489 |
763 511 |
|||
Kredieten 2004 |
— |
|||||
Totaal |
2 606 311 |
982 800 |
860 000 |
763 511 |
Toelichting
Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van de meerjarige betalingsverplichtingen die het FIOV in vorige programmeringsperioden heeft aangegaan en die betrekking hebben op voor de uitvoering van het FIOV noodzakelijke technische bijstand.
Eventuele ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opvoering van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de Structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1447/2001 (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 1).
Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 54).
Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (PB L 337 van 30.12.1999, blz. 10), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2369/2002 (PB L 358 van 31.12.2002, blz. 49).
TITEL 13
REGIONAAL BELEID
Algemene doelstellingen
Het doel van dit beleid is de economische en sociale samenhang te versterken door de verschillen in de regionale ontwikkelingsniveaus binnen de Europese Unie te verkleinen.
Cijfers
Titel Hoofdstuk |
Omschrijving |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
||
13 01 |
ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN REGIONAAL BELEID |
71 510 039 |
71 510 039 |
71 510 039 |
71 510 039 |
||
13 02 |
BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE |
16 721 379 |
13 760 000 |
16 721 379 |
13 760 000 |
||
13 03 |
EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE STEUNMAATREGELEN |
20 565 148 916 |
16 160 654 388 |
2 365 137 363 |
20 565 148 916 |
18 525 791 751 |
|
13 04 |
COHESIEFONDS |
5 680 500 000 |
2 798 500 000 |
5 680 500 000 |
2 798 500 000 |
||
13 05 |
PRETOETREDINGSSTEUN MET BETREKKING TOT HET STRUCTUURBELEID |
451 200 000 |
653 800 000 |
451 200 000 |
653 800 000 |
||
13 06 |
BEHEER VAN HET SOLIDARITEITSFONDS |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
p.m. |
||
13 49 |
UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT |
— |
5 100 000 |
–2 578 891 |
— |
2 521 109 |
|
13 80 |
ADMINISTRATIEVE ONDERSTEUNING VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL REGIONAAL BELEID |
||||||
13 81 |
BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL REGIONAAL BELEID |
||||||
Titel 13 — Totaal |
26 785 080 334 |
19 703 324 427 |
2 362 558 472 |
26 785 080 334 |
22 065 882 899 |
HOOFDSTUK 13 03 —
EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE STEUNMAATREGELEN
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
|||
13 03 |
||||||||
EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE STEUNMAATREGELEN |
||||||||
13 03 01 |
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regio's van doelstelling 1 |
2.1 |
16 031 391 467 |
12 323 588 274 |
1 485 812 762 |
16 031 391 467 |
13 809 401 036 |
|
Artikel 13 03 01 — Subtotaal |
16 031 391 467 |
12 323 588 274 |
1 485 812 762 |
16 031 391 467 |
13 809 401 036 |
|||
13 03 02 |
Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland |
2.1 |
60 680 000 |
58 544 000 |
60 680 000 |
58 544 000 |
||
Artikel 13 03 02 — Subtotaal |
60 680 000 |
58 544 000 |
60 680 000 |
58 544 000 |
||||
13 03 03 |
Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 1 |
2.1 |
p.m. |
250 626 336 |
334 007 019 |
p.m. |
584 633 355 |
|
Artikel 13 03 03 — Subtotaal |
p.m. |
250 626 336 |
334 007 019 |
p.m. |
584 633 355 |
|||
13 03 04 |
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regio's van doelstelling 2 |
2.1 |
3 224 515 495 |
2 587 327 544 |
460 111 710 |
3 224 515 495 |
3 047 439 254 |
|
Artikel 13 03 04 — Subtotaal |
3 224 515 495 |
2 587 327 544 |
460 111 710 |
3 224 515 495 |
3 047 439 254 |
|||
13 03 05 |
Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 2 |
2.1 |
p.m. |
119 718 930 |
34 082 349 |
p.m. |
153 801 279 |
|
Artikel 13 03 05 — Subtotaal |
p.m. |
119 718 930 |
34 082 349 |
p.m. |
153 801 279 |
|||
13 03 06 |
Urban |
2.1 |
128 961 104 |
71 345 963 |
128 961 104 |
71 345 963 |
||
Artikel 13 03 06 — Subtotaal |
128 961 104 |
71 345 963 |
128 961 104 |
71 345 963 |
||||
13 03 07 |
Voltooiing van vroegere programma's — Communautaire initiatieven |
2.1 |
p.m. |
86 517 855 |
51 123 523 |
p.m. |
137 641 378 |
|
Artikel 13 03 07 — Subtotaal |
p.m. |
86 517 855 |
51 123 523 |
p.m. |
137 641 378 |
|||
13 03 08 |
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Innovatieve acties |
2.1 |
34 479 021 |
70 000 000 |
34 479 021 |
70 000 000 |
||
Artikel 13 03 08 — Subtotaal |
34 479 021 |
70 000 000 |
34 479 021 |
70 000 000 |
||||
13 03 09 |
Voltooiing van vroegere programma's — Technische bijstand en innovatieve acties |
2.1 |
p.m. |
6 326 759 |
p.m. |
6 326 759 |
||
Artikel 13 03 09 — Subtotaal |
p.m. |
6 326 759 |
p.m. |
6 326 759 |
||||
13 03 10 |
Voltooiing van de overige regionale acties |
3 |
— |
— |
— |
— |
||
Artikel 13 03 10 — Subtotaal |
— |
— |
— |
— |
||||
13 03 11 |
Moderniseringsprogramma voor de textiel- en kledingindustrie in Portugal |
3 |
— |
p.m. |
— |
p.m. |
||
Artikel 13 03 11 — Subtotaal |
— |
p.m. |
— |
p.m. |
||||
13 03 12 |
Bijdrage van de Gemeenschap aan het Internationaal Fonds voor Ierland |
3 |
15 000 000 |
15 000 000 |
15 000 000 |
15 000 000 |
||
Artikel 13 03 12 — Subtotaal |
15 000 000 |
15 000 000 |
15 000 000 |
15 000 000 |
||||
13 03 13 |
Communautair initiatief Interreg III |
2.1 |
1 070 121 829 |
561 658 727 |
1 070 121 829 |
561 658 727 |
||
Artikel 13 03 13 — Subtotaal |
1 070 121 829 |
561 658 727 |
1 070 121 829 |
561 658 727 |
||||
13 03 14 |
Bijstand voor aan de kandidaat-lidstaten grenzende regio's |
2.1 |
p.m. |
10 000 000 |
p.m. |
10 000 000 |
||
Artikel 13 03 14 — Subtotaal |
p.m. |
10 000 000 |
p.m. |
10 000 000 |
||||
Hoofdstuk 13 03 — Totaal |
20 565 148 916 |
16 160 654 388 |
2 365 137 363 |
20 565 148 916 |
18 525 791 751 |
Toelichting
Artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1) voorziet in financiële correcties, waarvan de eventuele ontvangsten worden opgevoerd onder post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opening van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), en wel in specifieke gevallen wanneer deze kredieten nodig blijken om het risico af te dekken dat eerder besloten correcties komen te vervallen of worden verlaagd.
Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast waaronder wordt overgegaan tot terugbetaling van het voorschot die niet leidt tot vermindering van de bijdrage van de structuurfondsen aan de betrokken maatregel. Eventuele ontvangsten als gevolg van deze terugbetaling van voorschotten, die worden opgevoerd onder post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten geven aanleiding tot de opening van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.
Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet, in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn om 500 miljoen euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar te stellen. Het additionaliteitsbeginsel moet ten volle worden geëerbiedigd. De Commissie brengt jaarlijks verslag uit aan het Europees Parlement over deze maatregel.
De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.
Rechtsgronden
Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.
Conclusies van de vergadering van de Europese Raad te Berlijn op 24 en 25 maart 1999.
Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).
13 03 01
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regio's van doelstelling 1
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
16 031 391 467 |
12 323 588 274 |
1 485 812 762 |
16 031 391 467 |
13 809 401 036 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
18 716 564 070 |
10 512 485 373 (38) |
8 204 078 697 |
|||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
— |
— |
— |
— |
||
Kredieten 2003 |
13 424 966 295 |
4 605 629 719 |
8 819 336 576 |
|||
Kredieten 2004 |
16 031 391 467 |
999 692 620 |
7 515 849 424 |
7 515 849 424 |
||
Totaal |
48 172 921 832 |
10 512 485 373 |
13 809 401 036 |
16 335 186 000 |
7 515 849 424 |
Toelichting
Dit krediet dient ter dekking van de bijstand die in het kader van doelstelling 1 uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) wordt verleend en waarvoor de betalingsverplichtingen in de programmeringsperiode 2000-2006 worden aangegaan.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).
13 03 03
Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 1
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
p.m. |
250 626 336 |
334 007 019 |
p.m. |
584 633 355 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
4 286 554 138 |
529 318 705 |
584 633 355 |
3 172 602 078 |
||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
45 000 |
45 000 |
||||
Kredieten 2003 |
p.m. |
|||||
Kredieten 2004 |
p.m. |
|||||
Totaal |
4 286 599 138 |
529 363 705 |
584 633 355 |
3 172 602 078 (39) |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de nog uit het EFRO betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstellingen 1 en 6.
Rechtsgronden
Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).
Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).
Verordening (EEG) nr. 4254/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 15), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2083/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 34).
Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).
13 03 04
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regio's van doelstelling 2
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
3 224 515 495 |
2 587 327 544 |
460 111 710 |
3 224 515 495 |
3 047 439 254 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
6 210 823 319 |
2 569 400 000 |
3 029 489 763 |
611 934 556 |
||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
||||||
Kredieten 2003 |
3 267 054 622 |
3 267 054 622 |
||||
Kredieten 2004 |
3 224 515 495 |
18 003 380 |
1 603 256 058 |
1 603 256 058 |
||
Totaal |
12 702 393 436 |
2 569 400 000 |
3 047 493 143 |
4 870 310 680 |
1 603 256 058 |
611 934 556 |
Toelichting
Dit krediet dient ter dekking van de bijstand die in het kader van doelstelling 2 uit het EFRO wordt verleend en waarvoor de betalingsverplichtingen in de programmeringsperiode 2000-2006 worden aangegaan.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).
13 03 05
Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 2
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
p.m. |
119 718 930 |
34 082 349 |
p.m. |
153 801 279 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
1 986 849 689 |
988 895 723 |
153 801 279 |
844 152 687 |
||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
||||||
Kredieten 2003 |
p.m. |
|||||
Kredieten 2004 |
p.m. |
|||||
Totaal |
1 986 849 689 |
988 895 723 |
153 801 279 |
844 152 687 (40) |
Toelichting
Dit krediet dient ter dekking van de nog uit de drie fondsen (EFRO, ESF, EOGFL — afdeling „Oriëntatie”) betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstellingen 2 en 5 b).
Rechtsgronden
Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).
Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).
Verordening (EEG) nr. 4254/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 15), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2083/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 34).
Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).
13 03 07
Voltooiing van vroegere programma's — Communautaire initiatieven
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
p.m. |
86 517 855 |
51 123 523 |
p.m. |
137 641 378 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
1 546 825 839 |
646 108 746 |
137 641 378 |
763 075 715 |
||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
— |
— |
||||
Kredieten 2003 |
p.m. |
|||||
Kredieten 2004 |
p.m. |
|||||
Totaal |
1 546 825 839 |
646 108 746 |
137 641 378 |
763 075 715 (41) |
Toelichting
Dit krediet dient voor de financiering van de nog uit het EFRO betaalbaar te stellen verplichtingen in verband met communautaire initiatieven voorafgaande aan de programmeringsperiode 2000-2006.
Rechtsgronden
Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).
Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).
Verordening (EEG) nr. 4254/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen voor Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 15), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2083/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 34).
Verordening (EEG) nr. 4255/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Sociaal Fonds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 21), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2084/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 39).
Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).
Referentiebesluiten
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 13 mei 1992 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma's die de lidstaten worden uitgenodigd op te stellen in het kader van een communautair initiatief voor de sterk van de textiel- en kledingsector afhankelijke regio's (Retex) (PB C 142 van 4.6.1992, blz. 5).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor globale subsidies of geïntegreerde operationele programma's in het kader waarvan de lidstaten bijstandsaanvragen kunnen indienen uit hoofde van een communautair initiatief betreffende de herstructurering van de visserijsector (Pesca) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 1).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 houdende vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma's die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief voor stedelijke gebieden (Urban) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 6).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 houdende vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma's of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht voor te stellen in het kader van een communautair initiatief betreffende de aanpassing van middelgrote en kleine bedrijven aan de interne markt (MKB-initiatief) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 10).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 houdende nadere bijzonderheden betreffende de richtsnoeren voor het initiatief Retex (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 17).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma's of globale subsidies waarvoor de lidstaten voorstellen mogen indienen in het kader van een communautair initiatief voor de omschakeling van de defensiesector (Konver) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 18).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma's of globale subsidies waarvoor de lidstaten voorstellen mogen indienen in het kader van een communautair initiatief voor de economische omschakeling van ijzer- en staalzones (Resider II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 22).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma's of globale subsidies waarvoor de lidstaten voorstellen mogen indienen in het kader van een communautair initiatief voor de economische omschakeling van steenkoolwinningsgebieden (Rechar II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 26).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma's of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief „Aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (Adapt)”, dat gericht is op de bevordering van de werkgelegenheid en de aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 30).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma's/globale subsidies die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief inzake „Werkgelegenheid en ontwikkeling van de menselijke hulpbronnen” (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 36).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma's van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap voor de ultraperifere gebieden (Regis II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 44).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van richtsnoeren voor geïntegreerde globale subsidies en geïntegreerde operationele programma's in het kader van een communautair initiatief voor plattelandsontwikkeling, waarvoor de lidstaten bijstandsaanvragen kunnen indienen (Leader II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 48).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma's van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van grensgebieden, grensoverschrijdende samenwerking en geselecteerde energienetten (Interreg II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 60).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 16 mei 1995 tot vaststelling van de richtsnoeren voor een initiatief in het kader van het speciaal steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (Peace I-programma) (PB C 186 van 20.7.1995, blz. 3).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 houdende vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma's die de lidstaten worden verzocht op te stellen in het kader van een communautair initiatief voor stedelijke gebieden (Urban) (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 4).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 betreffende de vaststelling van gewijzigde richtsnoeren voor de operationele programma's of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht voor te stellen in het kader van een communautair initiatief inzake „Werkgelegenheid en ontwikkeling van de menselijke hulpbronnen”, bedoeld om de groei van de werkgelegenheid in hoofdzaak door de ontwikkeling van de menselijke hulpbronnen te bevorderen (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 13).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 over de vaststelling van gewijzigde richtsnoeren voor de operationele programma's of globale subsidies die de lidstaten worden verzocht voor te stellen in het kader van een communautair initiatief: „Aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (Adapt)”, dat gericht is op de bevordering van de werkgelegenheid en de aanpassing van de werknemers aan de gewijzigde omstandigheden in het bedrijfsleven (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 7).
Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de door de lidstaten op te stellen operationele programma's in het kader van het communautair initiatief Interreg betreffende transnationale samenwerking op het gebied van ruimtelijke ordening (Interreg II C) (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 23).
Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 november 1997 over het speciale steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (1995-1999) (Peace I-programma) (COM(97) 642 def.).
HOOFDSTUK 13 49 —
UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT
Cijfers
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
FV |
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
|||
13 49 |
||||||||
UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT |
||||||||
13 49 04 |
||||||||
Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein Regionaal beleid |
||||||||
13 49 04 01 |
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Uitgaven voor administratief beheer |
2.1 |
— |
3 000 000 |
–2 578 891 |
— |
421 109 |
|
13 49 04 02 |
Pretoetredingsinstrument voor structuurbeleid — Uitgaven voor administratief beheer |
7.2 |
— |
2 100 000 |
— |
2 100 000 |
||
Artikel 13 49 04 — Subtotaal |
— |
5 100 000 |
–2 578 891 |
— |
2 521 109 |
|||
Hoofdstuk 13 49 — Totaal |
— |
5 100 000 |
–2 578 891 |
— |
2 521 109 |
13 49 04
Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Regionaal beleid”
13 49 04 01
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Uitgaven voor administratief beheer
Cijfers
Kredieten 2004 |
Gewijzigde begroting nr. 10 |
Nieuw bedrag |
|||
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
Vastleggingen |
Betalingen |
— |
3 000 000 |
–2 578 891 |
— |
421 109 |
Indicatief tijdschema voor de betalingen:
Vastleggingen |
Betalingen |
|||||
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Volgende begrotingsjaren |
||
Nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan vóór 2003 |
11 231 112 |
4 915 000 |
421 109 |
5 895 003 |
||
Overgedragen en/of wederopgevoerde vastleggingskredieten van 2002 |
||||||
Kredieten 2003 |
4 999 954 |
— |
4 999 954 |
|||
Kredieten 2004 |
— |
|||||
Totaal |
16 231 066 |
4 915 000 |
421 109 |
4 999 954 |
5 895 003 |
Toelichting
Dit krediet dient voor de betaalbaarstelling van meerjarenverplichtingen die vroeger al waren aangegaan en bedoeld zijn voor de financiering van de voor de tenuitvoerlegging van het EFRO vereiste technische bijstand.
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1447/2001 (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 1).
Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).
-
Inclusief GB 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 en 10/2004.
-
De cijfers uit deze kolom stemmen overeen met die van de begroting 2003 (PB L 54 van 28.2.2003), inclusief de gewijzigde begrotingen nrs. 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7/2003.
-
Artikel 268, derde alinea, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.
-
Inclusief GB 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 en 10/2004.
-
De cijfers uit deze kolom stemmen overeen met die van de begroting 2003 (PB L 54 van 28.2.2003), inclusief de gewijzigde begrotingen nrs. 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7/2003.
-
De eigen middelen voor de begroting 2004 zijn vastgesteld op basis van de BTW/BNI begrotingsramingen die tijdens de 131e vergadering van het Raadgevend Comité voor de eigen middelen van 20 april 2004 werden goedgekeurd.
-
Artikel 268, derde alinea, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.
-
De BTW-grondslagen van de nieuwe lidstaten zijn met een derde verlaagd om hun bijdrage aan te passen, omdat het toetredingsverdrag pas op 1 mei 2004 van kracht is geworden.
-
De BNI-grondslagen van de tien nieuwe lidstaten zijn met een derde verlaagd om hun bijdrage aan te passen, omdat het toetredingsverdrag pas op 1 mei 2004 van kracht is geworden.
-
Evenals bij het BNI, zijn de BTW-grondslagen van de nieuwe lidstaten met een derde verlaagd, omdat het toetredingsverdrag pas op 1 mei 2004 van kracht is geworden.
-
De betrokken grondslag is niet hoger dan 50 % van het BNI.
-
Evenals bij het BNI, zijn de BTW-grondslagen van de nieuwe lidstaten met een derde verlaagd, omdat het toetredingsverdrag pas op 1 mei 2004 van kracht is geworden.
-
De BNI-grondslagen van de tien nieuwe lidstaten zijn met een derde verlaagd om hun bijdrage aan te passen, omdat het toetredingsverdrag pas op 1 mei 2004 van kracht is geworden.
-
Berekening van het percentage: (69 010 236 646) / (98 980 941 333) = 0,697207318061666 %
-
De BNI-grondslagen van de tien nieuwe lidstaten zijn met een derde verlaagd om hun bijdrage aan te passen, omdat het toetredingsverdrag pas op 1 mei 2004 van kracht is geworden.
-
Afgeronde cijfers.
-
Het betreft het voordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van het huidige stelsel van eigen middelen ten opzichte van vorige stelsels, als gevolg van de invoering van de BNP/BNI-middelen en de aftopping van de BTW-grondslagen.
-
Deze „meevallers” komen overeen met het voordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van het huidige stelsel van eigen middelen ten opzichte van vorige stelsels, als gevolg van de stijging vanaf 2001 van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten inhouden als inningskosten.
-
Afgeronde cijfers.
-
Het betreft het voordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van het huidige stelsel van eigen middelen ten opzichte van vorige stelsels, als gevolg van de invoering van de BNP/BNI-middelen en de aftopping van de BTW-grondslagen.
-
De BNP-grondslagen van de tien nieuwe lidstaten zijn met een derde verlaagd om hun bijdrage aan te passen, omdat het toetredingsverdrag pas op 1 mei 2004 van kracht wordt.
-
Totaal van de eigen middelen in procent van het BNI: (94 997 025 409) / (10 045 461 400 000) = 0,95 %; maximum van de eigen middelen in procent van het BNI: 1,24 %.
-
Dit is het werkelijke bedrag van de in 2003 verrichte betalingen.
-
In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 224 466 euro.
-
In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 224 466 euro.
-
In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 39 668 euro.
-
In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 39 668 euro.
-
In post 31 02 41 01 is een krediet opgenomen van 2 000 000 euro.
-
In post 31 02 41 01 is een krediet opgenomen van 1 000 000 euro.
-
In post 31 02 41 01 is een krediet opgenomen van 2 000 000 euro.
-
In post 31 02 41 01 is een krediet opgenomen van 1 000 000 euro.
-
In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 61 043 euro.
-
In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 61 043 euro.
-
In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 463 euro.
-
In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 463 euro.
-
Dit is het werkelijke bedrag van de in 2003 verrichte betalingen.
-
Het bedrag onder „Volgende begrotingsjaren” kan eventueel later vrijgemaakt worden.
-
Dit is het werkelijke bedrag van de in 2003 verrichte betalingen.
-
Het bedrag onder „Volgende begrotingsjaren” kan eventueel later vrijgemaakt worden.
-
Het bedrag onder „Volgende begrotingsjaren” kan eventueel later vrijgemaakt worden.
-
Het bedrag onder „Volgende begrotingsjaren” kan eventueel later vrijgemaakt worden.
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.