Definitieve vaststelling van gewijzigde begroting nr. 8 van de EU voor het begrotingsjaar 2005

1.

Wettekst

13.1.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 9/73

 

DEFINITIEVE VASTSTELLING

van gewijzigde begroting nr. 8 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2005

(2006/5/EG, Euratom)

DE VOORZITTER VAN HET EUROPEES PARLEMENT,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 272, lid 4, derde alinea,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, inzonderheid op artikel 177,

Gelet op Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (1), inzonderheid op de artikelen 37 en 38,

Gezien de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2005, die definitief werd vastgesteld op 16 december 2004 (2),

Gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure (3),

Gezien het voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 8 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2005, ingediend door de Commissie op 5 oktober 2005,

Gezien het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 8, opgesteld door de Raad op 1 december 2005,

Gelet op artikel 69 en bijlage IV van het Reglement van het Europees Parlement,

Onder verwijzing naar de resolutie van het Europees Parlement van 13 december 2005,

Overwegende dat de procedure van artikel 272 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en artikel 177 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie aldus is afgerond,

CONSTATEERT:

Enig artikel

Gewijzigde begroting nr. 8 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2005 wordt definitief vastgesteld.

Gedaan te Straatsburg, 13 december 2005.

De voorzitter

  • J. 
    BORRELL FONTELLES
 

 

DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN GEWIJZIGDE BEGROTING NR. 8 VAN DE EUROPESE UNIE VOOR HET BEGROTINGSJAAR 2006

INHOUD

ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

  • A. 
    Financiering van de algemene begroting
  • B. 
    Algemene staat van ontvangsten per begrotingsonderdeel

— Titel 1: Eigen middelen

— Titel 3: Overschotten, saldi en aanpassingen

— Titel 6: Bijdragen en terugbetalingen in het kader van communautaire overeenkomsten en programma's

— Titel 7: Achterstandsrente en boeten

STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING

Afdeling III: Commissie

— Staat van uitgaven

— Titel 04: Werkgelegenheid en sociale zaken

— Titel 05: Landbouw en plattelandsontwikkeling

— Titel 11: Visserij

— Titel 13: Regionaal beleid

— Titel 17: Gezondheidszorg en consumentenbescherming

 

  • A. 
    FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING

Kredieten die gedurende het begrotingsjaar 2005 moeten worden gedekt overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 oktober 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen

UITGAVEN

 

Omschrijving

Begroting 2005 (1)

Begroting 2004 (2)

Verschil (in %)

  • 1. 
    Landbouw

48 464 850 000

43 993 285 000

+10,16

  • 2. 
    Structurele maatregelen

32 396 027 704

34 522 302 882

–6,16

  • 3. 
    Intern beleid

8 016 662 269

7 510 377 641

+6,74

  • 4. 
    Extern beleid

5 476 162 603

4 950 907 978

+10,61

  • 5. 
    Administratie

6 292 367 368

6 121 983 823

+2,78

  • 6. 
    Reserves

446 000 000

442 000 000

+0,90

  • 7. 
    Pretoetredingsstrategie

3 286 990 000

2 856 200 000

+15,08

  • 8. 
    Compensaties

1 304 988 996

1 409 545 056

–7,42

Totaal uitgaven (3)

105 684 048 940

101 806 602 380

+3,81

ONTVANGSTEN

 

Omschrijving

Begroting 2005 (4)

Begroting 2004 (5)

Verschil (in %)

Diverse ontvangsten (titels 4 tot en met 9)

1 585 916 305

1 116 573 265

+42,03

Overschot van het vorige begrotingsjaar (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 0)

2 736 707 563

5 469 843 706

–49,97

Overschot aan eigen middelen als gevolg van een overschrijving uit hoofdstukken van het EOGFL, afdeling Garantie (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 1)

p.m.

p.m.

 

Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 2)

525 961 402

223 160 000

  • 135,69

Saldi aan BTW- en aan BNP/BNI-middelen uit vorige begrotingsjaren (hoofdstukken 3 1 en 3 2)

2 451 315 772

p.m.

 

Totaal van de ontvangsten van de titels 3 t/m 9

7 299 901 042

6 809 576 971

+7,20

Nettobedrag van de douanerechten, de landbouwrechten en de heffingen en bijdragen „suiker” (hoofdstukken 1 0, 1 1 en 1 2)

13 944 000 000

12 406 875 000

+12,39

BTW-middelen tegen uniform percentage (tabellen 1 en 2, hoofdstuk 1 3)

15 556 051 275

13 579 913 763

+14,55

Nog te financieren uit de aanvullendemiddelenbron (BNI-middelen, tabellen 3 en 4, hoofdstuk 1 4)

68 884 096 623

69 010 236 646

–0,18

Uit de eigen middelen zoals bedoeld in artikel 2 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (6) te dekken kredieten

98 384 147 898

94 997 025 409

+3,57

Totale ontvangsten (7)

105 684 048 940

101 806 602 380

+3,81

TABEL 1

Berekening van de aftopping van de uniforme BTW-grondslagen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom

 

Lidstaat

1 % van de niet-afgetopte BTW-grondslag

1 % van het bruto nationaal inkomen

Aftoppings-percentage (in %)

1 % van het bruto nationaal inkomen (BNI) x aftoppingspercentage

1 % van de afgetopte BTW-grondslag (8)

Lidstaten met afgetopte BTW-grondslag

 

(1)

(2)

(4)

(5)

(6)

(7)

België

1 254 705 000

2 999 949 000

50

1 499 974 500

1 254 705 000

 

Tsjechische Republiek

560 815 000

916 397 000

50

458 198 500

458 198 500

Tsjechië

Denemarken

792 702 000

2 022 089 000

50

1 011 044 500

792 702 000

 

Duitsland

9 540 668 000

22 180 375 000

50

11 090 187 500

9 540 668 000

 

Estland

51 716 000

89 699 000

50

44 849 500

44 849 500

Estland

Griekenland

1 011 895 000

1 769 605 000

50

884 802 500

884 802 500

Griekenland

Spanje

5 112 185 000

8 433 060 000

50

4 216 530 000

4 216 530 000

Spanje

Frankrijk

8 088 935 000

16 934 865 000

50

8 467 432 500

8 088 935 000

 

Ierland

732 980 000

1 320 647 000

50

660 323 500

660 323 500

Ierland

Italië

6 065 590 000

13 876 282 000

50

6 938 141 000

6 065 590 000

 

Cyprus

102 605 000

128 291 000

50

64 145 500

64 145 500

Cyprus

Letland

52 031 000

117 078 000

50

58 539 000

52 031 000

 

Litouwen

122 072 000

191 345 000

50

95 672 500

95 672 500

Litouwen

Luxemburg

162 296 000

241 530 000

50

120 765 000

120 765 000

Luxemburg

Hongarije

373 191 000

840 930 000

50

420 465 000

373 191 000

 

Malta

34 775 000

44 002 000

50

22 001 000

22 001 000

Malta

Nederland

2 307 490 000

4 727 070 000

50

2 363 535 000

2 307 490 000

 

Oostenrijk

1 046 035 000

2 390 495 000

50

1 195 247 500

1 046 035 000

 

Polen

1 248 087 000

2 254 154 000

50

1 127 077 000

1 127 077 000

Polen

Portugal

907 620 000

1 370 760 000

50

685 380 000

685 380 000

Portugal

Slovenië

150 320 000

273 908 000

50

136 954 000

136 954 000

Slovenië

Slowakije

154 290 000

365 439 000

50

182 719 500

154 290 000

 

Finland

672 680 000

1 551 535 000

50

775 767 500

672 680 000

 

Zweden

1 234 471 000

2 983 416 000

50

1 491 708 000

1 234 471 000

 

Verenigd Koninkrijk

9 055 542 000

17 664 045 000

50

8 832 022 500

8 832 022 500

Verenigd Koninkrijk

Totaal

50 835 696 000

105 686 966 000

 

52 843 483 000

48 931 509 500

 

Berekening van het uniforme afroepingspercentage van de BTW-middelen (artikel 2, lid 4, van Besluit 2000/597/EG, Euratom)

 

Uniform percentage (%) = maximaal afroepingspercentage – bevroren percentage

A.

Het maximale afroepingspercentage is vastgesteld op 0,50 % voor 2005.

B.

Vaststelling van het door de correctie voor het Verenigd Koninkrijk bevroren BTW-percentage (artikel, lid 4, onder b), van Besluit 2000/597/EG, Euratom):

1.

Berekening van het theoretische aandeel van de landen waarvan de financiële last beperkt is

Overeenkomstig artikel 5, lid 1, van Besluit 2000/597/EG, Euratom, is de financiële bijdrage van Duitsland (D), Nederland (NL), Oostenrijk (A) en Zweden (S) beperkt tot een kwart van hun normale bijdrage.

Formule voor een lidstaat waarvan de financiële last beperkt is, bijvoorbeeld Duitsland

Theoretische BTW-bijdrage van Duitsland = [afgetopte BTW-grondslag van Duitsland / (afgetopte BTW-grondslag van de Europese Unie – afgetopte BTW-grondslag Verenigd Koninkrijk)] × 1/4 × correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk.

Voorbeeld in cijfers: Duitsland

Theoretische BTW-bijdrage van Duitsland = 9 540 668 000 / (48 931 509 500 – 8 832 022 500) × 1/4 × 5 185 683 679 = 308 450 868

2.

Berekening van het bevroren percentage

Bevroren percentage = [correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk – theoretische BTW-bijdragen (DE + NL + AT + SE)] / [afgetopte BTW-grondslag van de Europese Unie – afgetopte BTW-grondslagen (Verenigd Koninkrijk + DE + NL + AT + SE)]

Bevroren percentage = [5 185 683 679 – (308 450 868 + 74 601 411 + 33 818 429 + 39 910 586)] / [48 931 509 500 – (8 832 022 500 + 9 540 668 000 + 2 307 490 000 + 1 046 035 000 + 1 234 471 000)]

Bevroren percentage = 0,182085195550907 %

Uniform percentage:

0,5 % – 0,182085195550907 % = 0,317914804449093 %

TABEL 2

Verdeling van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (BTW) overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 3)

 

Lidstaat

1 % van de afgetopte BTW-grondslag

Maximaal BTW-afroepingspercentage (in %)

Uniform percentage van de eigen middelen „BTW” (in %)

Eigen middelen „BTW” tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

(3)

  • (4) 
    = (1) × (3)

België

1 254 705 000

0,50

0,317914804

398 889 295

Tsjechische Republiek

458 198 500

0,50

0,317914804

145 668 087

Denemarken

792 702 000

0,50

0,317914804

252 011 701

Duitsland

9 540 668 000

0,50

0,317914804

3 033 119 602

Estland

44 849 500

0,50

0,317914804

14 258 320

Griekenland

884 802 500

0,50

0,317914804

281 291 814

Spanje

4 216 530 000

0,50

0,317914804

1 340 497 310

Frankrijk

8 088 935 000

0,50

0,317914804

2 571 592 189

Ierland

660 323 500

0,50

0,317914804

209 926 616

Italië

6 065 590 000

0,50

0,317914804

1 928 340 859

Cyprus

64 145 500

0,50

0,317914804

20 392 804

Letland

52 031 000

0,50

0,317914804

16 541 425

Litouwen

95 672 500

0,50

0,317914804

30 415 704

Luxemburg

120 765 000

0,50

0,317914804

38 392 981

Hongarije

373 191 000

0,50

0,317914804

118 642 944

Malta

22 001 000

0,50

0,317914804

6 994 444

Nederland

2 307 490 000

0,50

0,317914804

733 585 232

Oostenrijk

1 046 035 000

0,50

0,317914804

332 550 012

Polen

1 127 077 000

0,50

0,317914804

358 314 464

Portugal

685 380 000

0,50

0,317914804

217 892 449

Slovenië

136 954 000

0,50

0,317914804

43 539 704

Slowakije

154 290 000

0,50

0,317914804

49 051 075

Finland

672 680 000

0,50

0,317914804

213 854 931

Zweden

1 234 471 000

0,50

0,317914804

392 456 607

Verenigd Koninkrijk

8 832 022 500

0,50

0,317914804

2 807 830 706

Totaal

48 931 509 500

   

15 556 051 275

TABEL 3

Vaststelling van het uniforme percentage en verdeling van de eigen middelen op basis van het bruto nationaal product overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 4)

 

Lidstaat

1 % van het bruto nationaal inkomen

Uniform percentage van de eigen middelen „aanvullende grondslag”

Eigen middelen „aanvullende grondslag” tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

  • (3) 
    = (1) × (2)

België

2 999 949 000

 

1 955 291 032

Tsjechische Republiek

916 397 000

 

597 284 432

Denemarken

2 022 089 000

 

1 317 946 567

Duitsland

22 180 375 000

 

14 456 608 535

Estland

89 699 000

 

58 463 544

Griekenland

1 769 605 000

 

1 153 383 870

Spanje

8 433 060 000

 

5 496 455 635

Frankrijk

16 934 865 000

 

11 037 717 527

Ierland

1 320 647 000

 

860 764 378

Italië

13 876 282 000

 

9 044 210 334

Cyprus

128 291 000

 

83 616 835

Letland

117 078 000

0,6517748 (9)

76 308 485

Litouwen

191 345 000

 

124 713 841

Luxemburg

241 530 000

 

157 423 157

Hongarije

840 930 000

 

548 096 947

Malta

44 002 000

 

28 679 393

Nederland

4 727 070 000

 

3 080 984 902

Oostenrijk

2 390 495 000

 

1 558 064 299

Polen

2 254 154 000

 

1 469 200 676

Portugal

1 370 760 000

 

893 426 766

Slovenië

273 908 000

 

178 526 320

Slowakije

365 439 000

 

238 183 916

Finland

1 551 535 000

 

1 011 251 348

Zweden

2 983 416 000

 

1 944 515 240

Verenigd Koninkrijk

17 664 045 000

 

11 512 978 644

Totaal

105 686 966 000

 

68 884 096 623

TABEL 4

Eigen middelen op basis van het BNI — Financiering van de reserves (artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom) (hoofdstuk 1 4)

 

Lidstaat

Reserve voor leningen en garantie van leningen

Reserve voor spoedhulp

Eigen middelen „BNI”, exclusief reserves

Eigen middelen „BNI” tegen uniform percentage

 

(1)

(2)

(3)

  • (4) 
    = (1) + (2) + (3)

België

6 329 907

6 329 907

1 942 631 218

1 955 291 032

Tsjechische Republiek

1 933 602

1 933 602

593 417 228

597 284 432

Denemarken

4 266 617

4 266 617

1 309 413 333

1 317 946 567

Duitsland

46 800 697

46 800 697

14 363 007 141

14 456 608 535

Estland

189 265

189 265

58 085 014

58 463 544

Griekenland

3 733 875

3 733 875

1 145 916 120

1 153 383 870

Spanje

17 793 797

17 793 797

5 460 868 041

5 496 455 635

Frankrijk

35 732 646

35 732 646

10 966 252 235

11 037 717 527

Ierland

2 786 571

2 786 571

855 191 236

860 764 378

Italië

29 279 021

29 279 021

8 985 652 292

9 044 210 334

Cyprus

270 695

270 695

83 075 445

83 616 835

Letland

247 035

247 035

75 814 415

76 308 485

Litouwen

403 739

403 739

123 906 363

124 713 841

Luxemburg

509 629

509 629

156 403 899

157 423 157

Hongarije

1 774 366

1 774 366

544 548 215

548 096 947

Malta

92 844

92 844

28 493 705

28 679 393

Nederland

9 974 140

9 974 140

3 061 036 622

3 080 984 902

Oostenrijk

5 043 956

5 043 956

1 547 976 387

1 558 064 299

Polen

4 756 276

4 756 276

1 459 688 124

1 469 200 676

Portugal

2 892 310

2 892 310

887 642 146

893 426 766

Slovenië

577 947

577 947

177 370 426

178 526 320

Slowakije

771 078

771 078

236 641 760

238 183 916

Finland

3 273 746

3 273 746

1 004 703 856

1 011 251 348

Zweden

6 295 022

6 295 022

1 931 925 196

1 944 515 240

Verenigd Koninkrijk

37 271 219

37 271 219

11 438 436 206

11 512 978 644

Totaal

223 000 000

223 000 000

68 438 096 623

68 884 096 623

Percentage van de 1 % BNI

0,0021

0,0021

0,6476

0,6518

TABEL 5.1

Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2004 overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 5)

 

Omschrijving

Coëfficiënt (10) (%)

Bedrag

  • 1. 
    Brits aandeel (%) in totale theoretische niet-afgetopte BTW-grondslagen

17,8653

 
  • 2. 
    Brits aandeel (%) in totale toegerekende uitgaven zonder PTU

7,9423

 
  • 3. 
    (1) – (2)

9,9229

 
  • 4. 
    Totale toegerekende uitgaven
 

92 293 901 043

  • 5. 
    Pretoetredingsuitgaven (PTU) (11)
 

1 716 810 015

  • 6. 
    Totale toegerekende uitgaven zonder pretoetredingsuitgaven = (4) – (5)
 

90 577 091 028

  • 7. 
    Oorspronkelijk bedrag van de correctie voor het Verenigd Koninkrijk (3) × (6) × 0,66
 

5 932 026 743

  • 8. 
    Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk (12)
 

725 367 786

  • 9. 
    Basiscompensatie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)
 

5 206 658 957

  • 10. 
    Uitzonderlijke „meevallers” aan traditionele eigen middelen (13)
 

20 975 278

  • 11. 
    Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (10) – (11)
 

5 185 683 679

TABEL 5.2

Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2001 overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 3 5)

 

Omschrijving

Coëfficiënt (14) (%)

Bedrag

  • 1. 
    Brits aandeel (%) in totale theoretische niet-afgetopte BTW-grondslagen

19,1829

 
  • 2. 
    Brits aandeel (%) in totale toegerekende uitgaven zonder PTU

8,5584

 
  • 3. 
    (1) – (2)

10,6245

 
  • 4. 
    Totale toegerekende uitgaven
 

73 627 809 571

  • 5. 
    Pretoetredingsuitgaven (PTU) (15)
 

0

  • 6. 
    Totale toegerekende uitgaven zonder pretoetredingsuitgaven = (4) – (5)
 

73 627 809 571

  • 7. 
    Oorspronkelijk bedrag van de correctie voor het Verenigd Koninkrijk (3) × (6) × 0,66
 

5 162 886 020

  • 8. 
    Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk (16)
 

212 371 624

  • 9. 
    Basiscompensatie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)
 

4 950 514 396

  • 10. 
    Uitzonderlijke „meevallers” aan traditionele eigen middelen (17)
 

54 179 356

  • 11. 
    Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (10) – (11)
 

4 896 335 040

Noot: het verschil van 130 672 532 EUR tussen het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2001 (4 896 335 040 EUR, zoals hierboven berekend) en het eerder in de begroting opgenomen bedrag van die correctie (5 027 007 572, zie GAB 3/2002) wordt gefinancierd in het kader van hoofdstuk 3 5 van het VOGB 5/2005. Dit is het zogeheten „directe effect” van de Britse correctie. Een aanvullende correctie in verband met het „indirecte effect” van de Britse correctie op het uniforme afroepingspercentage van de eigen middelen uit de BTW wordt eveneens gefinancierd in het kader van hoofdstuk 3 5 van het VOGB 5/2005. Dit indirecte effect bedraagt 2 620 769 EUR voor het Verenigd Koninkrijk, waardoor het totale bedrag voor het Verenigd Koninkrijk in hoofdstuk 3 5 van het VOGB 5/2005 uitkomt op 133 293 301 EUR.

TABEL 6

Berekening van de financiering van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, vastgesteld op –5 185 683 679 euro (hoofdstuk 1 5)

 

Lidstaat

Aandelen in de BNI-grondslagen

Aandelen zonder het Verenigd Koninkrijk

Aandelen zonder Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Zweden en het Verenigd Koninkrijk

3/4 van het aandeel van Duitsland, Nederland, Oostenrijk en Zweden in kolom (2)

Kolom (4) verdeeld volgens de sleutel van kolom (3)

Financieringssleutel

Op de correctie toegepaste financieringssleutel

 

(1)

(2)

(3)

(4)

(5)

  • (6) 
    = (2) + (4) + (5)

(7)

België

2,84

3,41

5,38

 

1,48

4,89

253 499 702

Tsjechische Republiek

0,87

1,04

1,64

 

0,45

1,49

77 436 772

Denemarken

1,91

2,30

3,63

 

1,00

3,30

170 869 224

Duitsland

20,99

25,20

0,00

–18,90

0,00

6,30

326 677 437

Estland

0,08

0,10

0,16

 

0,04

0,15

7 579 685

Griekenland

1,67

2,01

3,17

 

0,87

2,88

149 533 989

Spanje

7,98

9,58

15,13

 

4,16

13,74

712 604 846

Frankrijk

16,02

19,24

30,38

 

8,36

27,60

1 431 018 736

Ierland

1,25

1,50

2,37

 

0,65

2,15

111 596 437

Italië

13,13

15,76

24,89

 

6,85

22,61

1 172 564 383

Cyprus

0,12

0,15

0,23

 

0,06

0,21

10 840 761

Letland

0,11

0,13

0,21

 

0,06

0,19

9 893 248

Litouwen

0,18

0,22

0,34

 

0,09

0,31

16 168 908

Luxemburg

0,23

0,27

0,43

 

0,12

0,39

20 409 608

Hongarije

0,80

0,96

1,51

 

0,41

1,37

71 059 709

Malta

0,04

0,05

0,08

 

0,02

0,07

3 718 228

Nederland

4,47

5,37

0,00

–4,03

0,00

1,34

69 621 326

Oostenrijk

2,26

2,72

0,00

–2,04

0,00

0,68

35 207 736

Polen

2,13

2,56

4,04

 

1,11

3,67

190 479 027

Portugal

1,30

1,56

2,46

 

0,68

2,23

115 831 053

Slovenië

0,26

0,31

0,49

 

0,14

0,45

23 145 592

Slowakije

0,35

0,42

0,66

 

0,18

0,60

30 880 084

Finland

1,47

1,76

2,78

 

0,77

2,53

131 106 782

Zweden

2,82

3,39

0,00

–2,54

0,00

0,85

43 940 406

Verenigd Koninkrijk

16,71

0,00

0,00

 

0,00

0,00

0

Totaal

100,00

100,00

100,00

–27,51

27,51

100,00

5 185 683 679

De berekening is tot op 15 decimalen nauwkeurig.

TABEL 7

Overzicht van de financiering van de algemene begroting per soort eigen middelen en per lidstaat

 

Lidstaat

Nettolandbouwrechten (75 %)

Nettoheffingen en -bijdragen „suiker” en „isoglucose” (75 %)

Nettodouanerechten (75 %)

Totaal netto traditionele eigen middelen (75 %)

Eigen middelen „BTW” tegen uniform percentage

Eigen middelen „BNI”, exclusief reserves

Eigen middelen „BNI”, reserves

Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, BTW

Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor 2001

Totaal van de eigen middelen (18)

Aandeel in het financieringstotaal (%)

 

(1)

(2)

(3)

  • (4) 
    = (1) + (2) + (3)

(5)

(6)

(7)

(8)

(9)

  • (10) 
    = (4) + (5) + (6) + (7) + (8) + (9)

(11)

België

15 847 010

44 700 000

1 342 900 000

1 403 447 010

398 889 295

1 942 631 218

12 659 814

253 499 702

–25 912 108

3 985 214 931

4,05

Tsjechische Republiek

3 825 140

8 600 000

134 000 000

146 425 140

145 668 087

593 417 228

3 867 204

77 436 772

0

966 814 431

0,98

Denemarken

23 087 454

25 700 000

230 400 000

279 187 454

252 011 701

1 309 413 333

8 533 234

170 869 224

–22 231 358

1 997 783 588

2,03

Duitsland

169 399 073

215 000 000

2 302 600 000

2 686 999 073

3 033 119 602

14 363 007 141

93 601 394

326 677 437

43 247 740

20 546 652 387

20,88

Estland

683 061

0

15 200 000

15 883 061

14 258 320

58 085 014

378 530

7 579 685

0

96 184 610

0,1

Griekenland

10 792 360

10 400 000

188 100 000

209 292 360

281 291 814

1 145 916 120

7 467 750

149 533 989

–7 296 005

1 786 206 028

1,82

Spanje

55 737 759

21 500 000

1 008 000 000

1 085 237 759

1 340 497 310

5 460 868 041

35 587 594

712 604 846

–27 475 803

8 607 319 747

8,75

Frankrijk

86 338 882

205 300 000

960 600 000

1 252 238 882

2 571 592 189

10 966 252 235

71 465 292

1 431 018 736

–1 102 158

16 291 465 176

16,56

Ierland

546 449

6 400 000

133 700 000

140 646 449

209 926 616

855 191 236

5 573 142

111 596 437

–4 635 083

1 318 298 797

1,34

Italië

86 338 882

72 400 000

1 271 500 000

1 430 238 882

1 928 340 859

8 985 652 292

58 558 042

1 172 564 383

–64 555 999

13 510 798 459

13,73

Cyprus

2 732 243

0

35 800 000

38 532 243

20 392 804

83 075 445

541 390

10 840 761

0

153 382 643

0,16

Letland

546 449

800 000

17 600 000

18 946 449

16 541 425

75 814 415

494 070

9 893 248

0

121 689 607

0,12

Litouwen

1 775 958

1 300 000

29 800 000

32 875 958

30 415 704

123 906 363

807 478

16 168 908

0

204 174 411

0,21

Luxemburg

136 612

0

13 100 000

13 236 612

38 392 981

156 403 899

1 019 258

20 409 608

  • – 
    530 540

228 931 818

0,23

Hongarije

4 644 813

7 000 000

116 900 000

128 544 813

118 642 944

544 548 215

3 548 732

71 059 709

0

866 344 413

0,88

Malta

1 775 958

0

8 600 000

10 375 958

6 994 444

28 493 705

185 688

3 718 228

0

49 768 023

0,05

Nederland

249 180 571

50 100 000

1 136 800 000

1 436 080 571

733 585 232

3 061 036 622

19 948 280

69 621 326

–14 562 204

5 305 709 827

5,39

Oostenrijk

5 874 323

20 400 000

165 600 000

191 874 323

332 550 012

1 547 976 387

10 087 912

35 207 736

5 119 497

2 122 815 867

2,16

Polen

30 601 123

40 900 000

202 700 000

274 201 123

358 314 464

1 459 688 124

9 512 552

190 479 027

0

2 292 195 290

2,33

Portugal

29 235 001

2 800 000

89 500 000

121 535 001

217 892 449

887 642 146

5 784 620

115 831 053

–5 879 918

1 342 805 351

1,36

Slovenië

136 612

600 000

28 600 000

29 336 612

43 539 704

177 370 426

1 155 894

23 145 592

0

274 548 228

0,28

Slowakije

956 285

6 900 000

42 900 000

50 756 285

49 051 075

236 641 760

1 542 156

30 880 084

0

368 871 360

0,37

Finland

4 371 589

4 700 000

95 900 000

104 971 589

213 854 931

1 004 703 856

6 547 492

131 106 782

–4 450 593

1 456 734 057

1,48

Zweden

12 841 543

11 600 000

308 900 000

333 341 543

392 456 607

1 931 925 196

12 590 044

43 940 406

–3 028 769

2 711 225 027

2,76

Verenigd Koninkrijk

321 994 850

36 700 000

2 151 100 000

2 509 794 850

2 807 830 706

11 438 436 206

74 542 438

–5 185 683 679

133 293 301

11 778 213 822

11,97

Totaal

1 119 400 000

793 800 000

12 030 800 000

13 944 000 000

15 556 051 275

68 438 096 623

446 000 000

0

0

98 384 147 898

100,00

  • B. 
    ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN PER BEGROTINGSONDERDEEL

ONTVANGSTEN

TITEL 1

EIGEN MIDDELEN

 

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

1 0

DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)

819 400 000

300 000 000

1 119 400 000

1 1

BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)

793 800 000

 

793 800 000

1 2

DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER B), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

12 030 800 000

 

12 030 800 000

1 3

EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

15 556 051 275

 

15 556 051 275

1 4

EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER D), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

72 752 531 565

–3 868 434 942

68 884 096 623

1 5

CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN

0

 

0

 

Titel 1 — Totaal

101 952 582 840

–3 568 434 942

98 384 147 898

HOOFDSTUK 1 0 —

DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

1 0

DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER a), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)

1 0 0

Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)

1 0 0 0

Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)

819 400 000

300 000 000

1 119 400 000

 

Artikel 1 0 0 — Subtotaal

819 400 000

300 000 000

1 119 400 000

 

Hoofdstuk 1 0 — Totaal

819 400 000

300 000 000

1 119 400 000

1 0 0

Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)

1 0 0 0

Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)

 

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

819 400 000

300 000 000

1 119 400 000

Toelichting

Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder a).

Het betreft hier rechten die worden geïnd bij invoer uit derde landen van onder een gemeenschappelijke marktordening vallende landbouwproducten. Deze landbouwrechten dienen ter compensatie van het verschil tussen de wereldmarktprijzen en de prijzen die binnen de Gemeenschap gelden.

Vanaf 2003 worden de ramingen netto gegeven (zonder inningskosten).

 

Lidstaat

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

België

11 600 000

4 247 010

15 847 010

Tsjechische Republiek

2 800 000

1 025 140

3 825 140

Denemarken

16 900 000

6 187 454

23 087 454

Duitsland

124 000 000

45 399 073

169 399 073

Estland

500 000

183 061

683 061

Griekenland

7 900 000

2 892 360

10 792 360

Spanje

40 800 000

14 937 759

55 737 759

Frankrijk

63 200 000

23 138 882

86 338 882

Ierland

400 000

146 449

546 449

Italië

63 200 000

23 138 882

86 338 882

Cyprus

2 000 000

732 243

2 732 243

Letland

400 000

146 449

546 449

Litouwen

1 300 000

475 958

1 775 958

Luxemburg

100 000

36 612

136 612

Hongarije

3 400 000

1 244 813

4 644 813

Malta

1 300 000

475 958

1 775 958

Nederland

182 400 000

66 780 571

249 180 571

Oostenrijk

4 300 000

1 574 323

5 874 323

Polen

22 400 000

8 201 123

30 601 123

Portugal

21 400 000

7 835 001

29 235 001

Slovenië

100 000

36 612

136 612

Slowakije

700 000

256 285

956 285

Finland

3 200 000

1 171 589

4 371 589

Zweden

9 400 000

3 441 543

12 841 543

Verenigd Koninkrijk

235 700 000

86 294 850

321 994 850

Totaal van post 1 0 0 0

819 400 000

300 000 000

1 119 400 000

HOOFDSTUK 1 4 —

EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER D), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

1 4

EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER d), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

1 4 0

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

1 4 0 0

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

72 306 531 565

–3 868 434 942

68 438 096 623

1 4 0 2

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor verstrekte leningen en de garantie voor verstrekte leningen

223 000 000

 

223 000 000

1 4 0 3

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6, van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor noodhulp

223 000 000

 

223 000 000

 

Artikel 1 4 0 — Subtotaal

72 752 531 565

–3 868 434 942

68 884 096 623

 

Hoofdstuk 1 4 — Totaal

72 752 531 565

–3 868 434 942

68 884 096 623

1 4 0

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

1 4 0 0

Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

 

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

72 306 531 565

–3 868 434 942

68 438 096 623

Toelichting

Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder a).

Het voor het begrotingsjaar op het bruto nationaal inkomen van de lidstaten toe te passen uniforme percentage, exclusief de reserve voor leninggaranties en de reserve voor spoedhulp, bedraagt 0,6476 %.

 

Lidstaat

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

België

2 052 437 639

  • – 
    109 806 421

1 942 631 218

Tsjechische Republiek

626 959 890

–33 542 662

593 417 228

Denemarken

1 383 427 377

–74 014 044

1 309 413 333

Duitsland

15 174 870 143

  • – 
    811 863 002

14 363 007 141

Estland

61 368 245

–3 283 231

58 085 014

Griekenland

1 210 688 552

–64 772 432

1 145 916 120

Spanje

5 769 541 336

  • – 
    308 673 295

5 460 868 041

Frankrijk

11 586 115 080

  • – 
    619 862 845

10 966 252 235

Ierland

903 530 565

–48 339 329

855 191 236

Italië

9 493 562 550

  • – 
    507 910 258

8 985 652 292

Cyprus

87 771 250

–4 695 805

83 075 445

Letland

80 099 793

–4 285 378

75 814 415

Litouwen

130 910 119

–7 003 756

123 906 363

Luxemburg

165 244 564

–8 840 665

156 403 899

Hongarije

575 328 576

–30 780 361

544 548 215

Malta

30 104 300

–1 610 595

28 493 705

Nederland

3 234 060 444

  • – 
    173 023 822

3 061 036 622

Oostenrijk

1 635 475 108

–87 498 721

1 547 976 387

Polen

1 542 196 389

–82 508 265

1 459 688 124

Portugal

937 815 749

–50 173 603

887 642 146

Slovenië

187 396 216

–10 025 790

177 370 426

Slowakije

250 017 837

–13 376 077

236 641 760

Finland

1 061 494 324

–56 790 468

1 004 703 856

Zweden

2 041 126 464

  • – 
    109 201 268

1 931 925 196

Verenigd Koninkrijk

12 084 989 055

  • – 
    646 552 849

11 438 436 206

Totaal van post 1 4 0 0

72 306 531 565

–3 868 434 942

68 438 096 623

TITEL 3

OVERSCHOTTEN, SALDI EN AANPASSINGEN

 

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

3 0

OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR

3 262 668 965

 

3 262 668 965

3 1

SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN EN VAN FINANCIËLE BIJDRAGEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5, 6 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

p.m.

400 012 558

400 012 558

3 2

SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNP/BNI-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 7, 8 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

p.m.

2 051 303 214

2 051 303 214

3 3

RESTITUTIES AAN DE LIDSTATEN

p.m.

 

p.m.

3 4

AANPASSING IN VERBAND MET DE NIET-DEELNEMING VAN BEPAALDE LIDSTATEN AAN HET COMMUNAUTAIRE BELEID INZAKE JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN

p.m.

 

p.m.

3 5

RESULTAAT VAN DE DEFINITIEVE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

p.m.

 

p.m.

 

Titel 3 — Totaal

3 262 668 965

2 451 315 772

5 713 984 737

HOOFDSTUK 3 1 —

SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN EN VAN FINANCIËLE BIJDRAGEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5, 6 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

3 1

SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN EN VAN FINANCIËLE BIJDRAGEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5, 6 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) Nr. 1150/2000

3 1 0

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5, 6 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1989

3 1 0 3

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5, 6 en 9 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1989

p.m.

400 012 558

400 012 558

 

Artikel 3 1 0 — Subtotaal

p.m.

400 012 558

400 012 558

 

Hoofdstuk 3 1 — Totaal

p.m.

400 012 558

400 012 558

3 1 0

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5, 6 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1989

3 1 0 3

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5, 6 en 9 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1989

 

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

p.m.

400 012 558

400 012 558

Toelichting

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 94/728/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2028/2004 (PB L 352 van 27.11.2004, blz. 1), met name artikel 10, leden 4, 5, 6 en 9.

 

Lidstaat

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

België

p.m.

23 921 370

23 921 370

Tsjechische Republiek

p.m.

2 388 058

2 388 058

Denemarken

p.m.

1 422 690

1 422 690

Duitsland

p.m.

  • – 
    144 808 762
  • – 
    144 808 762

Estland

p.m.

648 906

648 906

Griekenland

p.m.

4 782 270

4 782 270

Spanje

p.m.

276 149 526

276 149 526

Frankrijk

p.m.

83 894 151

83 894 151

Ierland

p.m.

19 793 222

19 793 222

Italië

p.m.

75 452 340

75 452 340

Cyprus

p.m.

–30 155

–30 155

Letland

p.m.

469 857

469 857

Litouwen

p.m.

  • – 
    591 918
  • – 
    591 918

Luxemburg

p.m.

  • – 
    668 442
  • – 
    668 442

Hongarije

p.m.

–9 399 469

–9 399 469

Malta

p.m.

  • – 
    233 867
  • – 
    233 867

Nederland

p.m.

24 369 115

24 369 115

Oostenrijk

p.m.

–6 270 054

–6 270 054

Polen

p.m.

2 002 510

2 002 510

Portugal

p.m.

65 792 863

65 792 863

Slovenië

p.m.

358 390

358 390

Slowakije

p.m.

–3 509 596

–3 509 596

Finland

p.m.

274 339

274 339

Zweden

p.m.

–44 540 078

–44 540 078

Verenigd Koninkrijk

p.m.

28 345 292

28 345 292

Totaal van post 3 1 0 3

p.m.

400 012 558

400 012 558

HOOFDSTUK 3 2 —

SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNP/BNI-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 7, 8 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

3 2

SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNP/BNI-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 7, 8 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) Nr. 1150/2000

3 2 0

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 7, 8 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

3 2 0 3

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 7, 8 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

p.m.

2 051 303 214

2 051 303 214

 

Artikel 3 2 0 — Subtotaal

p.m.

2 051 303 214

2 051 303 214

 

Hoofdstuk 3 2 — Totaal

p.m.

2 051 303 214

2 051 303 214

3 2 0

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 7, 8 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

3 2 0 3

Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 7, 8 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

 

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

p.m.

2 051 303 214

2 051 303 214

Toelichting

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 94/728/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2028/2004 (PB L 352 van 27.11.2004, blz. 1), met name artikel 10, leden 7, 8 en 9.

 

Lidstaat

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

België

p.m.

53 532 433

53 532 433

Tsjechische Republiek

p.m.

11 116 828

11 116 828

Denemarken

p.m.

–20 499 980

–20 499 980

Duitsland

p.m.

  • – 
    238 851 901
  • – 
    238 851 901

Estland

p.m.

3 020 772

3 020 772

Griekenland

p.m.

25 320 481

25 320 481

Spanje

p.m.

603 226 828

603 226 828

Frankrijk

p.m.

442 609 402

442 609 402

Ierland

p.m.

66 587 800

66 587 800

Italië

p.m.

88 842 148

88 842 148

Cyprus

p.m.

  • – 
    140 377
  • – 
    140 377

Letland

p.m.

5 841 756

5 841 756

Litouwen

p.m.

2 710 666

2 710 666

Luxemburg

p.m.

–3 111 715

–3 111 715

Hongarije

p.m.

–1 852 157

–1 852 157

Malta

p.m.

–1 088 693

–1 088 693

Nederland

p.m.

582 399 268

582 399 268

Oostenrijk

p.m.

37 746 577

37 746 577

Polen

p.m.

16 268 096

16 268 096

Portugal

p.m.

135 846 811

135 846 811

Slovenië

p.m.

1 668 371

1 668 371

Slowakije

p.m.

2 595 407

2 595 407

Finland

p.m.

4 635 321

4 635 321

Zweden

p.m.

31 934 284

31 934 284

Verenigd Koninkrijk

p.m.

200 944 788

200 944 788

Totaal van post 3 2 0 3

p.m.

2 051 303 214

2 051 303 214

TITEL 6

BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN COMMUNAUTAIRE OVEREENKOMSTEN EN PROGRAMMA'S

 

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

6 0

BIJDRAGEN VOOR COMMUNAUTAIRE PROGRAMMA'S

p.m.

 

p.m.

6 1

TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

p.m.

360 000 000

360 000 000

6 2

ONTVANGSTEN UIT ONDER BEZWARENDE TITEL VERRICHTE DIENSTEN

p.m.

 

p.m.

6 3

BIJDRAGEN IN HET KADER VAN SPECIFIEKE OVEREENKOMSTEN

p.m.

 

p.m.

6 5

FINANCIËLE CORRECTIES

p.m.

 

p.m.

6 6

ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

p.m.

 

p.m.

 

Titel 6 — Totaal

p.m.

360 000 000

360 000 000

HOOFDSTUK 6 1 —

TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

6 1

TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

6 1 1

Terugbetaling van voor rekening van één of meer staten gedane uitgaven

6 1 1 2

Bijdragen voor de administratieve uitgaven uit hoofde van het besluit van de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, van 27 februari 2002 betreffende de financiële gevolgen van de beëindiging van het EGKS-Verdrag — Bestemmingsontvangsten

 

6 1 1 3

Opbrengsten van de beleggingen van de activa zoals bedoeld in artikel 4 van Beschikking 2003/76/EG van de Raad van 1 februari 2003 tot vaststelling van de bepalingen die nodig zijn voor de uitvoering van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte protocol betreffende de financiële gevolgen van de beëindiging van het EGKS-Verdrag en betreffende het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

6 1 1 4

Ontvangsten uit de invorderingen in het kader van het onderzoeksprogramma van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal

p.m.

 

p.m.

 

Artikel 6 1 1 — Subtotaal

p.m.

 

p.m.

6 1 2

Terugbetaling van specifieke uitgaven in verband met de uitvoering van werkzaamheden op verzoek en tegen vergoeding — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

 

Artikel 6 1 2 — Subtotaal

p.m.

 

p.m.

6 1 3

Overeenkomstig de bepalingen van artikel 8 van Verordening (EG) nr. 1258/1999 teruggevorderde bedragen

p.m.

 

p.m.

 

Artikel 6 1 3 — Subtotaal

p.m.

 

p.m.

6 1 4

Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden toegekende communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie

6 1 4 0

Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden op het gebied van de nieuwe energietechnologie toegekende communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

6 1 4 1

Terugbetaling van communautaire steun op het gebied van de informatica bij geslaagde commerciële exploitatie

p.m.

 

p.m.

6 1 4 2

Terugbetaling van communautaire steun toegekend voor demonstratieprojecten op agro-industrieel gebied bij geslaagde commerciële exploitatie — Bestemmingsontvangsten

 

6 1 4 3

Terugbetaling van de subsidies toegekend in het kader van een Europese activiteit met risicodragend kapitaal ten behoeve van het midden- en kleinbedrijf — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

 

Artikel 6 1 4 — Subtotaal

p.m.

 

p.m.

6 1 5

Terugbetaling van niet-gebruikte communautaire bijstand

6 1 5 0

Terugbetaling van niet-gebruikte bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw

p.m.

334 000 000

334 000 000

6 1 5 1

Terugbetaling van niet-gebruikte subsidies voor het begrotingsevenwicht — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

6 1 5 2

Terugbetaling van niet-gebruikte rentesubsidies — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

6 1 5 3

Terugbetaling van niet-gebruikte bedragen in het kader van contracten van de instelling — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

6 1 5 7

Terugbetaling van voorschotten in het kader van de structuurfondsen en het Cohesiefonds

p.m.

26 000 000

26 000 000

6 1 5 8

Terugbetaling van diverse niet-gebruikte bedragen aan communautaire bijstand — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

6 1 5 9

Terugbetaling van vooruitbetalingen door de begunstigden van niet opnieuw gebruikte communautaire steun

 

 

Artikel 6 1 5 — Subtotaal

p.m.

360 000 000

360 000 000

6 1 6

Terugbetaling van de uitgaven voor rekening van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

 

Artikel 6 1 6 — Subtotaal

p.m.

 

p.m.

6 1 7

Terugbetaling van in het kader van de communautaire hulp voor derde landen gestorte bedragen

6 1 7 0

Terugbetaling in het kader van de ontwikkelingssamenwerking met Zuid-Afrika — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

 

Artikel 6 1 7 — Subtotaal

p.m.

 

p.m.

6 1 8

Terugbetaling van in het kader van de voedselhulp gestorte bedragen

6 1 8 0

Terugbetaling door leveranciers of begunstigden van uit hoofde van de voedselhulp te veel ontvangen bedragen — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

6 1 8 1

Terugbetaling van door begunstigden van voedselhulp veroorzaakte aanvullende kosten — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

 

Artikel 6 1 8 — Subtotaal

p.m.

 

p.m.

6 1 9

Overige terugbetalingen van voor rekening van derden gedane uitgaven

6 1 9 1

Overige terugbetalingen van in het kader van Besluit 94/179/Euratom van de Raad voor rekening van derden gedane uitgaven — Bestemmingsontvangsten

p.m.

 

p.m.

 

Artikel 6 1 9 — Subtotaal

p.m.

 

p.m.

 

Hoofdstuk 6 1 — Totaal

p.m.

360 000 000

360 000 000

6 1 5

Terugbetaling van niet-gebruikte communautaire bijstand

6 1 5 0

Terugbetaling van niet-gebruikte bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw

 

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

p.m.

334 000 000

334 000 000

Toelichting

Terugbetaling van bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw.

Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement vanaf 2003 beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

6 1 5 7

Terugbetaling van voorschotten in het kader van de structuurfondsen en het Cohesiefonds

 

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

p.m.

26 000 000

26 000 000

Toelichting

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), met name artikel 39, lid 3.

Verordening (EG) nr. 1265/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1164/94 tot oprichting van een Cohesiefonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 62), met name artikel 1, lid 4.

Verordening (EG) nr. 448/2001 van de Commissie van 2 maart 2001 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad met betrekking tot de procedure inzake financiële correcties betreffende uit de structuurfondsen toegekende bijstand (PB L 64 van 6.3.2001, blz. 13).

Op deze post worden de terugbetalingen geboekt van de vooruitbetalingen in het kader van de structuurfondsen (Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie, Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij, Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en Europees Sociaal Fonds) en het Cohesiefonds.

De op deze post opgenomen bedragen geven overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van het Financieel Reglement aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten onder de desbetreffende begrotingsonderdelen van de titels 04, 05, 11 en 13 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, indien zij nodig zijn om de deelneming van de structuurfondsen en het Cohesiefonds aan de betrokken bijstandsverlening niet te laten dalen.

TITEL 7

ACHTERSTANDSRENTE EN BOETEN

 

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

7 0

ACHTERSTANDSRENTE

18 000 000

44 000 000

62 000 000

7 1

GELDBOETEN

192 880 830

63 119 170

256 000 000

7 2

RENTE OP DEPOSITO'S EN BOETEN

p.m.

 

p.m.

 

Titel 7 — Totaal

210 880 830

107 119 170

318 000 000

HOOFDSTUK 7 0 —

ACHTERSTANDSRENTE

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

7 0

ACHTERSTANDSRENTE

7 0 0

Achterstandsrente

7 0 0 0

Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de Schatkisten van de lidstaten

3 000 000

20 000 000

23 000 000

7 0 0 1

Overige achterstandsrente

10 000 000

–7 000 000

3 000 000

 

Artikel 7 0 0 — Subtotaal

13 000 000

13 000 000

26 000 000

7 0 1

Achterstandsrente en andere rente op boeten

5 000 000

31 000 000

36 000 000

 

Artikel 7 0 1 — Subtotaal

5 000 000

31 000 000

36 000 000

 

Hoofdstuk 7 0 — Totaal

18 000 000

44 000 000

62 000 000

7 0 0

Achterstandsrente

7 0 0 0

Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de Schatkisten van de lidstaten

 

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

3 000 000

20 000 000

23 000 000

Toelichting

Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 94/728/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2028/2004 (PB L 352 van 27.11.2004, blz. 1).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

 

Raad

 

p.m.

Commissie

 

23 000 000

 

Totaal

23 000 000

7 0 0 1

Overige achterstandsrente

 

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

10 000 000

–7 000 000

3 000 000

Toelichting

Verordening nr. 17 van de Raad van 6 februari 1962, eerste verordening over de toepassing van de artikelen 81 (ex artikel 85) en 82 (ex artikel 86) van het Verdrag (PB 13 van 21.2.1962, blz. 204/62), gewijzigd bij en aangevuld door de verordeningen:

 

59 (PB 58 van 10.7.1962, blz. 1655/62),

 

118/63/EEG (PB 162 van 7.11.1963, blz. 2696/63),

 

(EEG) nr. 2822/71 (PB L 285 van 29.12.1971, blz. 49).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11), met name artikel 24.

Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad van 21 december 1989 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 395 van 30.12.1989, blz. 1. Verordening gerectificeerd in PB L 257 van 21.9.1990, blz. 13), met name de artikelen 14 en 15.

Verordening (EEG) nr. 1865/90 van de Commissie van 2 juli 1990 inzake de bij te late terugbetaling van bijstand uit de structuurfondsen te betalen rente (PB L 170 van 3.7.1990, blz. 35).

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

7 0 1

Achterstandsrente en andere rente op boeten

 

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

5 000 000

31 000 000

36 000 000

Toelichting

Nieuw artikel

Op dit artikel wordt de achterstandsrente en de andere rente op boeten geboekt.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen, met name artikel 86.

HOOFDSTUK 7 1 —

GELDBOETEN

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

7 1

GELDBOETEN

7 1 0

Geldboeten, dwangsommen en andere sancties

192 880 830

43 119 170

236 000 000

 

Artikel 7 1 0 — Subtotaal

192 880 830

43 119 170

236 000 000

7 1 1

Ontvangsten uit boeten wegens fraude en onregelmatigheden ten koste van de financiële belangen van de Europese Gemeenschap

p.m.

 

p.m.

 

Artikel 7 1 1 — Subtotaal

p.m.

 

p.m.

7 1 2

Aan de lidstaten opgelegde dwangsommen en forfaitaire bedragen wegens niet-nakoming van een arrest van het Hof van Justitie waarin wordt vastgesteld dat een lidstaat de krachtens het Verdrag op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen

p.m.

20 000 000

20 000 000

 

Artikel 7 1 2 — Subtotaal

p.m.

20 000 000

20 000 000

 

Hoofdstuk 7 1 — Totaal

192 880 830

63 119 170

256 000 000

7 1 0

Geldboeten, dwangsommen en andere sancties

 

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

192 880 830

43 119 170

236 000 000

Toelichting

Verordening nr. 11 van de Raad van 27 juni 1960 ter uitvoering van artikel 79, lid 3, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap betreffende de opheffing van discriminaties inzake vrachtprijzen en vervoervoorwaarden (PB 52 van 16.8.1960, blz. 1121/60), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3626/84 (PB L 335 van 22.12.1984, blz. 4), met name de artikelen 17 en 18.

Verordening nr. 17 van de Raad van 6 februari 1962, eerste verordening over de toepassing van de artikelen 81 (ex artikel 85) en 82 (ex artikel 86) van het Verdrag (PB 13 van 21.2.1962, blz. 204/62), gewijzigd bij en aangevuld door de verordeningen:

 

59 (PB 58 van 10.7.1962, blz. 1655/62),

 

118/63/EEG (PB 162 van 7.11.1963, blz. 2696/63),

 

(EEG) nr. 2822/71 (PB L 285 van 29.12.1971, blz. 49),

met name de artikelen 15 en 16; Verordening nr. 17 is laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1216/1999 (PB L 148 van 15.6.1999, blz. 5).

Verordening (EEG) nr. 1017/68 van de Raad van 19 juli 1968 houdende de toepassing van mededingingsregels op het gebied van het vervoer per spoor, over de weg en over de binnenwateren (PB L 175 van 23.7.1968, blz. 1), met name de artikelen 22 en 23.

Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad van 21 december 1989 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 395 van 30.12.1989, blz. 1. Verordening gerectificeerd in PB L 257 van 21.9.1990, blz. 13), met name de artikelen 14 en 15.

7 1 2

Aan de lidstaten opgelegde dwangsommen en forfaitaire bedragen wegens niet-nakoming van een arrest van het Hof van Justitie waarin wordt vastgesteld dat een lidstaat de krachtens het Verdrag op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen

 

Begroting 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

p.m.

20 000 000

20 000 000

Toelichting

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name artikel 228 (voorheen artikel 171), lid 2, ingevoerd bij het Verdrag van Maastricht betreffende de Europese Unie (artikel G, punt 51).

AFDELING III

COMMISSIE

UITGAVEN

 

Titel

Omschrijving

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

01

ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN

452 732 509

462 854 009

   

452 732 509

462 854 009

02

ONDERNEMINGEN

393 303 419

399 288 419

   

393 303 419

399 288 419

03

CONCURRENTIE

88 839 252

88 839 252

   

88 839 252

88 839 252

04

WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

11 577 354 556

9 058 458 825

–2 000 000

525 789 520

11 575 354 556

9 584 248 345

05

LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

53 722 123 633

52 484 803 811

  • – 
    616 200 000

–17 387 923

53 105 923 633

52 467 415 888

06

ENERGIE EN VERVOER

1 413 397 334

1 346 158 134

   

1 413 397 334

1 346 158 134

07

MILIEU

322 320 776

319 290 776

   

322 320 776

319 290 776

08

ONDERZOEK

3 299 731 056

2 525 607 306

   

3 299 731 056

2 525 607 306

09

INFORMATIEMAATSCHAPPIJ

1 335 651 319

1 181 111 319

   

1 335 651 319

1 181 111 319

10

EIGEN ONDERZOEK

366 422 464

348 310 914

   

366 422 464

348 310 914

11

VISSERIJ

1 029 744 589

927 155 514

 
  • – 
    842 500

1 029 744 589

926 313 014

12

INTERNE MARKT

73 349 263

72 749 263

   

73 349 263

72 749 263

13

REGIONAAL BELEID

27 202 255 655

21 009 746 365

 

–1 122 559 097

27 202 255 655

19 887 187 268

14

BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

119 785 688

114 301 688

   

119 785 688

114 301 688

15

ONDERWIJS EN CULTUUR

941 251 284

869 019 404

   

941 251 284

869 019 404

16

PERS EN COMMUNICATIE

185 012 786

176 001 686

   

185 012 786

176 001 686

17

GEZONDHEIDSZORG EN CONSUMENTENBESCHERMING

513 511 715

516 164 510

–35 000 000

–35 000 000

478 511 715

481 164 510

18

RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHTVAARDIGHEID

578 452 580

566 255 804

   

578 452 580

566 255 804

19

EXTERNE BETREKKINGEN

3 076 836 673

3 281 150 276

   

3 076 836 673

3 281 150 276

20

HANDEL

76 234 391

77 254 391

   

76 234 391

77 254 391

21

ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE ACS-STATEN

1 235 215 936

1 315 772 436

   

1 235 215 936

1 315 772 436

22

UITBREIDING

1 853 819 158

2 681 549 158

   

1 853 819 158

2 681 549 158

23

HUMANITAIRE HULP

513 098 157

515 460 657

   

513 098 157

515 460 657

24

FRAUDEBESTRIJDING

61 395 038

58 235 038

   

61 395 038

58 235 038

25

BELEIDSCOÖRDINATIE EN JURIDISCH ADVIES VAN DE COMMISSIE

209 126 692

207 311 692

   

209 126 692

207 311 692

26

ADMINISTRATIE

647 663 022

647 663 022

   

647 663 022

647 663 022

27

BEGROTING

1 385 620 356

1 385 620 356

   

1 385 620 356

1 385 620 356

28

AUDIT

10 602 470

10 602 470

   

10 602 470

10 602 470

29

STATISTIEK

131 296 575

126 078 575

   

131 296 575

126 078 575

30

PENSIOENEN

899 771 000

899 771 000

   

899 771 000

899 771 000

31

RESERVES

557 192 789

325 722 789

   

557 192 789

325 722 789

 

Uitgaven D — Totaal

114 273 112 135

103 998 308 859

  • – 
    653 200 000
  • – 
    650 000 000

113 619 912 135

103 348 308 859

TITEL 04

WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

Algemene doelstellingen

Het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken” omvat activiteiten die bijdragen tot de ontwikkeling van een modern, vernieuwend en duurzaam Europees sociaal model dat meer en betere banen helpt scheppen in een integrerende samenleving met gelijke kansen voor mannen en vrouwen.

 

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

04 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

107 853 180

107 853 180

–2 000 000

–2 000 000

105 853 180

105 853 180

04 02

WERKGELEGENHEID EN EUROPEES SOCIAAL FONDS

11 334 743 376

8 815 117 645

 

527 789 520

11 334 743 376

9 342 907 165

04 03

ARBEIDSORGANISATIES EN ARBEIDSVOORWAARDEN

74 920 000

72 900 000

   

74 920 000

72 900 000

04 04

BEVORDERING VAN EEN OP INTEGRATIE GERICHTE SAMENLEVING

47 738 000

50 488 000

   

47 738 000

50 488 000

04 05

GELIJKE KANSEN VOOR VROUWEN EN MANNEN

12 100 000

12 100 000

   

12 100 000

12 100 000

04 49

UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

p.m.

   

p.m.

04 50

PRESTATIEFACILITEIT VOOR HET BELEIDSTERREIN WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Titel 04 — Totaal

11 577 354 556

9 058 458 825

–2 000 000

525 789 520

11 575 354 556

9 584 248 345

HOOFDSTUK 04 01 —

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN”

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FV

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

04 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

04 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Werkgelegenheid en sociale zaken

5

55 905 172 (19)

 

55 905 172 (19)

 

Artikel 04 01 01 — Subtotaal

 

55 905 172

 

55 905 172

04 01 02

Extern personeel en ander beheersuitgaven voor het beleidsterrein Werkgelegenheid en sociale zaken

04 01 02 01

Extern personeel

5

9 035 033

 

9 035 033

04 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

7 778 033 (20)

 

7 778 033 (20)

 

Artikel 04 01 02 — Subtotaal

 

16 813 066

 

16 813 066

04 01 03

Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven van het beleidsterrein Werkgelegenheid en sociale zaken

5

15 319 942

 

15 319 942

 

Artikel 04 01 03 — Subtotaal

 

15 319 942

 

15 319 942

04 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein Werkgelegenheid en sociale zaken

04 01 04 01

Europees Sociaal Fonds (ESF) en niet-operationele technische bijstand — Uitgaven voor administratief beheer

2.1

13 225 000

–2 000 000

11 225 000

04 01 04 02

Arbeidsverhoudingen en sociale dialoog — Uitgaven voor administratief beheer

3

750 000

 

750 000

04 01 04 04

Eures (European Employment Services) — Uitgaven voor administratief beheer

3

500 000

 

500 000

04 01 04 05

Communautaire strategie inzake de gelijkheid tussen mannen en vrouwen — Uitgaven voor administratief beheer

3

400 000

 

400 000

04 01 04 06

Analyse en studies betreffende sociale situatie, demografie en gezin — Uitgaven voor administratief beheer

3

400 000

 

400 000

04 01 04 07

Maatregelen ter bestrijding en voorkoming van uitsluiting — Uitgaven voor administratief beheer

3

600 000

 

600 000

04 01 04 08

Vrij verkeer van werknemers, coördinatie van de socialezekerheidsstelsels en acties ten behoeve van migranten, met inbegrip van migranten uit derde landen — Uitgaven voor administratief beheer

3

640 000

 

640 000

04 01 04 09

Bescherming van de gezondheid, hygiëne en veiligheid op de arbeidsplaats, met inbegrip van subsidie voor het Europees Technisch Vakbondsbureau — Uitgaven voor administratief beheer

3

100 000

 

100 000

04 01 04 10

Arbeidsmarkt — Uitgaven voor administratief beheer

3

2 000 000

 

2 000 000

04 01 04 12

Maatregelen ter bestrijding en voorkoming van discriminatie — Uitgaven voor administratief beheer

3

1 200 000

 

1 200 000

04 01 04 13

Europees Jaar van personen met een handicap — Uitgaven voor administratief beheer

3

 

 

Artikel 04 01 04 — Subtotaal

 

19 815 000

–2 000 000

17 815 000

 

Hoofdstuk 04 01 — Totaal

 

107 853 180

–2 000 000

105 853 180

04 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken”

04 01 04 01

Europees Sociaal Fonds (ESF) en niet-operationele technische bijstand — Uitgaven voor administratief beheer

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

13 225 000

–2 000 000

11 225 000

Toelichting

Dit krediet is bestemd ter dekking van door het ESF gefinancierde technische steunmaatregelen in het kader van artikel 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999. Deze technische steun omvat voorbereidende, begeleidende, evaluatie-, supervisie- en bestuursmaatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het ESF door de Commissie. In het bijzonder kan dit krediet dienen ter dekking van:

 

ondersteunende kosten (representatiekosten, opleiding, vergaderingen, reizen, vertalingen);

 

kosten voor informatie en publicatie;

 

kosten voor informatietechnologie en telecommunicatie;

 

dienstencontracten;

 

uitgaven voor tijdelijk hulppersoneel (contractuelen, nationale en individuele deskundigen, hulppersoneel, personeel van het agentschap), tot maximaal 4 700 000 euro.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

HOOFDSTUK 04 02 —

WERKGELEGENHEID EN EUROPEES SOCIAAL FONDS

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FV

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

04 02

WERKGELEGENHEID EN EUROPEES SOCIAAL FONDS

04 02 01

Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 1

2.1

6 330 986 284

4 274 382 477

 

400 228 264

6 330 986 284

4 674 610 741

 

Artikel 04 02 01 — Subtotaal

 

6 330 986 284

4 274 382 477

 

400 228 264

6 330 986 284

4 674 610 741

04 02 02

Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland

2.1

19 500 000

38 798 654

   

19 500 000

38 798 654

 

Artikel 04 02 02 — Subtotaal

 

19 500 000

38 798 654

   

19 500 000

38 798 654

04 02 03

Voltooiing van vroegere programma's

2.1

p.m.

77 894 000

   

p.m.

77 894 000

 

Artikel 04 02 03 — Subtotaal

 

p.m.

77 894 000

   

p.m.

77 894 000

04 02 04

Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 2

2.1

398 600 121

446 315 020

 

–20 000 000

398 600 121

426 315 020

 

Artikel 04 02 04 — Subtotaal

 

398 600 121

446 315 020

 

–20 000 000

398 600 121

426 315 020

04 02 05

Voltooiing van vroegere programma's

2.1

p.m.

40 497 000

   

p.m.

40 497 000

 

Artikel 04 02 05 — Subtotaal

 

p.m.

40 497 000

   

p.m.

40 497 000

04 02 06

Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 3

2.1

3 911 064 342

3 452 614 538

 

127 385 462

3 911 064 342

3 580 000 000

 

Artikel 04 02 06 — Subtotaal

 

3 911 064 342

3 452 614 538

 

127 385 462

3 911 064 342

3 580 000 000

04 02 07

Voltooiing van vroegere programma's

2.1

p.m.

52 515 000

   

p.m.

52 515 000

 

Artikel 04 02 07 — Subtotaal

 

p.m.

52 515 000

   

p.m.

52 515 000

04 02 08

Equal

2.1

615 029 882

330 110 956

 

20 000 000

615 029 882

350 110 956

 

Artikel 04 02 08 — Subtotaal

 

615 029 882

330 110 956

 

20 000 000

615 029 882

350 110 956

04 02 09

Voltooiing van vroegere programma's

2.1

p.m.

36 690 000

   

p.m.

36 690 000

 

Artikel 04 02 09 — Subtotaal

 

p.m.

36 690 000

   

p.m.

36 690 000

04 02 10

Europees Sociaal Fonds (ESF) — Operationele technische bijstand en innoverende acties

2.1

28 562 747

36 000 000

   

28 562 747

36 000 000

 

Artikel 04 02 10 — Subtotaal

 

28 562 747

36 000 000

   

28 562 747

36 000 000

04 02 11

Voltooiing van vroegere programma's

2.1

p.m.

900 000

 

175 794

p.m.

1 075 794

 

Artikel 04 02 11 — Subtotaal

 

p.m.

900 000

 

175 794

p.m.

1 075 794

04 02 12

Eures (European Employment Services)

3

17 000 000

14 400 000

   

17 000 000

14 400 000

 

Artikel 04 02 12 — Subtotaal

 

17 000 000

14 400 000

   

17 000 000

14 400 000

04 02 13

Projecten voor een innoverend beleid ten aanzien van de arbeidsmarkten van de lidstaten

3

p.m.

   

p.m.

 

Artikel 04 02 13 — Subtotaal

 

p.m.

   

p.m.

04 02 15

Arbeidsmarkt

3

14 000 000

14 000 000

   

14 000 000

14 000 000

 

Artikel 04 02 15 — Subtotaal

 

14 000 000

14 000 000

   

14 000 000

14 000 000

04 02 16

Voorbereidende acties ten behoeve van plaatselijke werkgelegenheidsinitiatieven

3

p.m.

   

p.m.

 

Artikel 04 02 16 — Subtotaal

 

p.m.

   

p.m.

 

Hoofdstuk 04 02 — Totaal

 

11 334 743 376

8 815 117 645

 

527 789 520

11 334 743 376

9 342 907 165

Toelichting

In artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad is voorzien in financiële correcties waarvan de ontvangsten worden opgenomen in post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot het openen van aanvullende kredieten overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1) in die specifieke gevallen waar het noodzakelijk is annulatierisico's of reductierisico's van eerder besloten correcties te dekken.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast waaronder het voorschot wordt terugbetaald dat niet tot gevolg heeft het aandeel van de structuurfondsen aan de betrokken financiële tussenkomst te verminderen. Eventuele ontvangsten uit deze terugbetalingen van het voorschot, die in post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten worden opgenomen, geven aanleiding tot het openen van aanvullende kredieten overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.

Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet, in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn om 500 miljoen euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar te stellen. Het additionaliteitsbeginsel moet ten volle worden geëerbiedigd. De Commissie brengt jaarlijks verslag uit aan het Europees Parlement over deze maatregel.

De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.

Conclusies van de Europese Raad van Berlijn van 24 en 25 maart 1999.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

04 02 01

Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 1

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

6 330 986 284

4 274 382 477

 

400 228 264

6 330 986 284

4 674 610 741

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de ESF-maatregelen voor doelstelling 1 voor de vastleggingen van de programmeringsperiode 2000-2006.

Overeenkomstig artikel 3 van het EG-Verdrag streeft de Gemeenschap bij de bepaling en uitvoering van andere communautaire beleidsmaatregelen ernaar de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen.

Kredieten voor de structuurfondsen kunnen daarom alleen worden gebruikt als de ermee gefinancierde maatregelen stroken met de bepalingen van de Verdragen en de op basis van de Verdragen vastgestelde wettelijke bepalingen, met name die over milieubescherming en de gelijkheid van mannen en vrouwen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

04 02 04

Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 2

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

398 600 121

446 315 020

 

–20 000 000

398 600 121

426 315 020

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de ESF-maatregelen voor doelstelling 2 voor de vastleggingen van de nieuwe programmeringsperiode 2000-2006.

Overeenkomstig artikel 3 van het EG-Verdrag streeft de Gemeenschap bij de bepaling en uitvoering van andere communautaire beleidsmaatregelen ernaar de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen.

Kredieten voor de structuurfondsen kunnen daarom alleen worden gebruikt als de ermee gefinancierde maatregelen stroken met de bepalingen van de Verdragen en de op basis van de Verdragen vastgestelde wettelijke bepalingen, met name die over milieubescherming en de gelijkheid van mannen en vrouwen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

04 02 06

Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 3

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 911 064 342

3 452 614 538

 

127 385 462

3 911 064 342

3 580 000 000

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de ESF-maatregelen voor doelstelling 3 voor de vastleggingen van de nieuwe programmeringsperiode 2000-2006.

Overeenkomstig artikel 3 van het EG-Verdrag streeft de Gemeenschap bij de bepaling en uitvoering van andere communautaire beleidsmaatregelen ernaar de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen.

Kredieten voor de structuurfondsen kunnen daarom alleen worden gebruikt als de ermee gefinancierde maatregelen stroken met de bepalingen van de Verdragen en de op basis van de Verdragen vastgestelde wettelijke bepalingen, met name die over milieubescherming en de gelijkheid van mannen en vrouwen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

04 02 08

Equal

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

615 029 882

330 110 956

 

20 000 000

615 029 882

350 110 956

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijstand die in het kader van het communautair initiatief Equal wordt verleend voor transnationale samenwerking op het gebied van nieuwe benaderingen van de bestrijding van alle vormen van discriminatie en ongelijkheid met betrekking tot de arbeidsmarkt.

Een indicatief bedrag van ten hoogste 2 % van de aan het initiatief toegewezen begrotingsmiddelen moet dienen voor de financiering van de technische bijstand. Als dergelijke maatregelen voor technische bijstand op initiatief van de Commissie worden uitgevoerd, kunnen de kosten daarvoor volledig worden gefinancierd.

Overeenkomstig artikel 3 van het EG-Verdrag streeft de Gemeenschap bij de bepaling en uitvoering van andere communautaire beleidsmaatregelen ernaar de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen.

Kredieten voor de structuurfondsen kunnen daarom alleen worden gebruikt als de ermee gefinancierde maatregelen stroken met de bepalingen van de Verdragen en de op basis van de Verdragen vastgestelde wettelijke bepalingen, met name die over milieubescherming en de gelijkheid van mannen en vrouwen.

Een aanzienlijk deel van dit krediet zal worden gebruikt voor de bestrijding van de discriminatie van vrouwen bij de toegang tot de arbeidsmarkt.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 14 april 2000 tot vaststelling van de richtsnoeren voor het communautaire initiatief Equal betreffende transnationale samenwerking voor de bevordering van nieuwe praktijken voor de bestrijding van discriminaties en ongelijkheden van welke aard ook wat de arbeidsmarkt betreft (PB C 127 van 5.5.2000, blz. 2).

04 02 11

Voltooiing van vroegere programma's

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

900 000

 

175 794

p.m.

1 075 794

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van betalingsverplichtingen die de Europese structuurfondsen in vorige programmeringsperioden hebben aangegaan voor innoverende acties, maatregelen op het gebied van voorbereiding, follow-up of evaluatie, of andere soortgelijke vormen van technische bijstand waarin de verordeningen voorzien.

Het dient ook voor de financiering van de oude meerjarenacties, met name voor die welke zijn goedgekeurd en uitgevoerd in het kader van andere genoemde verordeningen, maar die niet onder de prioritaire doelstellingen van de fondsen vallen.

Indien nodig zal dit krediet ook worden gebruikt ter dekking van ESF-subsidies waarvoor de overeenstemmende vastleggingskredieten niet beschikbaar zijn of gepland zijn in de programmering voor de periode 2000-2006.

Rechtsgronden

Besluit 83/516/EEG van de Raad van 17 oktober 1983 betreffende de taken van het Europees Sociaal Fonds (PB L 289 van 22.10.1983, blz. 38), laatstelijk gewijzigd bij Besluit 85/568/EEG (PB L 370 van 31.12.1985, blz. 40).

Verordening (EEG) nr. 2950/83 van de Raad van 17 oktober 1983 houdende toepassing van Besluit 83/516/EEG betreffende de taken van het Europees Sociaal Fonds (PB L 289 van 22.10.1983, blz. 1), gewijzigd bij de Verordeningen (EEG) nr. 3823/85 (PB L 370 van 31.12.1985, blz. 23) en (EEG) nr. 3824/85 (PB L 370 van 31.12.1985, blz. 25).

Verordening (EEG) nr. 2088/85 van de Raad van 23 juli 1985 inzake de geïntegreerde mediterrane programma's (PB L 197 van 27.7.1985, blz. 1).

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4255/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Sociaal Fonds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 21), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2084/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 39).

Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

TITEL 05

LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

Algemene doelstellingen

De doelstellingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) vloeien rechtstreeks voort uit het Verdrag en zijn in het bijzonder gericht op de stabilisering van de markten, een redelijke levensstandaard voor de agrarische gemeenschap en het waarborgen van de voedselvoorziening.

Sinds de invoering van het GLB heeft een aantal hervormingen plaatsgevonden, waarvan de meest recente deel uitmaakte van de in juni 2003 te Luxemburg gesloten overeenkomst. Het hoofddoel van die hervorming was, zoals in het kader van Agenda 2000, de agrarische economie meer marktgericht te maken om het concurrentievermogen van de landbouwsector te vergroten. Vanwege het multifunctionaliteitsbeginsel van landbouwactiviteiten moet het GLB ook volledig stroken met duurzame ontwikkeling, met name door milieuvriendelijke productiemethoden en een doelmatig gebruik van middelen te bevorderen. De plattelandsontwikkeling, de tweede pijler van het GLB, is erop gericht het concurrentievermogen van landelijke gebieden te vergroten en het milieu en het landelijke erfgoed in stand te houden, teneinde de toekomst van de plattelandsgebieden zeker te stellen en het behoud en de schepping van werkgelegenheid te bevorderen.

Voor 2005 gelden ongeveer dezelfde prioriteiten als voor 2004, met name ten aanzien van de tenuitvoerlegging van de hervormingen waartoe is besloten in 2003 en 2004, de toepassing van het acquis in de nieuwe lidstaten en de onderhandelingen in het kader van de Wereldhandelsorganisatie (WTO). Deze prioriteiten komen bovenop de gewone activiteiten in het kader van het GLB-beheer.

 

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

05 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN LANDBOUW

149 945 773

149 945 773

–1 200 000

–1 200 000

148 745 773

148 745 773

05 02

PLANTAARDIGE PRODUCTEN

29 134 620 000

29 134 620 000

   

29 134 620 000

29 134 620 000

05 03

DIERLIJKE PRODUCTEN

13 683 780 000

13 683 780 000

  • – 
    446 000 000
  • – 
    446 000 000

13 237 780 000

13 237 780 000

05 04

PLATTELANDSONTWIKKELING

10 771 477 860

9 194 072 038

 

598 812 077

10 771 477 860

9 792 884 115

05 05

SPECIAAL TOETREDINGSPROGRAMMA OP HET GEBIED VAN LANDBOUW EN PLATTELANDSTONWIKKELING (SAPARD)

248 800 000

577 500 000

   

248 800 000

577 500 000

05 06

EXTERNE BETREKKINGEN

5 270 000

5 270 000

   

5 270 000

5 270 000

05 07

AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN

  • – 
    374 085 000
  • – 
    362 785 000
  • – 
    169 000 000
  • – 
    169 000 000
  • – 
    543 085 000
  • – 
    531 785 000

05 08

BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN LANDBOUW

102 315 000

102 401 000

   

102 315 000

102 401 000

05 49

UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

p.m.

   

p.m.

 

Titel 05 — Totaal

53 722 123 633

52 484 803 811

  • – 
    616 200 000

–17 387 923

53 105 923 633

52 467 415 888

HOOFDSTUK 05 01 —

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW”

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FV

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

05 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN LANDBOUW

05 01 01

Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Landbouw

5

91 684 482 (21)

 

91 684 482 (21)

 

Artikel 05 01 01 — Subtotaal

 

91 684 482

 

91 684 482

05 01 02

Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein Landbouw

05 01 02 01

Extern personeel

5

9 610 245

 

9 610 245

05 01 02 11

Andere beheersuitgaven

5

12 938 220 (22)

 

12 938 220 (22)

 

Artikel 05 01 02 — Subtotaal

 

22 548 465

 

22 548 465

05 01 03

Gebouwen en diverse uitgaven voor het beleidsterrein Landbouw

5

25 117 826

 

25 117 826

 

Artikel 05 01 03 — Subtotaal

 

25 117 826

 

25 117 826

05 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein Landbouw

05 01 04 01

Controle- en preventiemaatregelen — Rechtstreekse betalingen door de Europese Gemeenschap — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

4 275 000

 

4 275 000

05 01 04 02

Informatienetwerk inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen (ILB) — Uitgaven voor administratief beheer

3

p.m.

 

p.m.

05 01 04 03

Pretoetredingsinstrument Sapard — Uitgaven voor administratief beheer

7.1

1 500 000

 

1 500 000

05 01 04 04

Het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie (EOGFL) — Niet-operationele technische bijstand

2.1

3 600 000

–1 200 000

2 400 000

05 01 04 05

Plantaardige en dierlijke genetische hulpbronnen — Uitgaven voor administratief beheer

3

220 000

 

220 000

05 01 04 06

Proefproject betreffende kwaliteitsverbetering — Uitgaven voor administratief beheer

1.1

500 000

 

500 000

 

Artikel 05 01 04 — Subtotaal

 

10 095 000

–1 200 000

8 895 000

05 01 06

Uitgaven in verband met landbouwanalyses en -controles en met het bemiddelingsorgaan in het kader van de goedkeuring van de rekeningen van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie

5

500 000

 

500 000

 

Artikel 05 01 06 — Subtotaal

 

500 000

 

500 000

 

Hoofdstuk 05 01 — Totaal

 

149 945 773

–1 200 000

148 745 773

05 01 04

Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Landbouw”

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de Structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

Verordening (EG) nr. 1268/1999 van de Raad van 21 juni 1999 inzake steunverlening door de Gemeenschap voor pretoetredingsmaatregelen op het gebied van landbouw en plattelandsontwikkeling in de kandidaat-lidstaten in Midden- en Oost-Europa gedurende de pretoetredingsperiode (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 87), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 696/2003 (PB L 99 van 17.4.2003, blz. 24).

05 01 04 04

Het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie (EOGFL) — Niet-operationele technische bijstand

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

3 600 000

–1 200 000

2 400 000

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de uit het EOGFL gefinancierde technische bijstand zoals bedoeld in artikel 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad. De technische bijstand betreft maatregelen voor de voorbereiding, de follow-up, de evaluatie, de controle en het beheer in het kader van de tenuitvoerlegging van het EOGFL, afdeling Oriëntatie, door de Commissie. Het krediet kan met name worden gebruikt voor de financiering van:

 

uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen, vertalingen),

 

uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties,

 

uitgaven voort informatie- en telecommunicatietechnologie,

 

contracten met dienstverleners,

 

uitgaven voor tijdelijk personeel (personeel op contractbasis, nationale deskundigen, onafhankelijke deskundigen, hulpfunctionarissen, uitzendkrachten) tot een bedrag van 1 200 000 euro.

HOOFDSTUK 05 03 —

DIERLIJKE PRODUCTEN

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FV

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

05 03

DIERLIJKE PRODUCTEN

05 03 01

Melk en zuivelproducten

05 03 01 01

Restituties voor melk en zuivelproducten

1.1

1 247 460 000

–51 000 000

1 196 460 000

05 03 01 02

Interventie in de vorm van opslag van mageremelkpoeder

1.1

50 000 000

 

50 000 000

05 03 01 03

Steun voor de afzet van ondermelk

1.1

556 000 000

 

556 000 000

05 03 01 04

Interventie in de vorm van opslag van boter en room

1.1

79 000 000

 

79 000 000

05 03 01 05

Andere maatregelen voor botervet

1.1

346 000 000

–60 000 000

286 000 000

05 03 01 06

Interventie in de vorm van opslag van kaas

1.1

36 000 000

 

36 000 000

05 03 01 07

Extra heffing van de melkproducenten

1.1

  • – 
    166 000 000
  • – 
    280 000 000
  • – 
    446 000 000

05 03 01 08

Schoolmelk

1.1

85 000 000

 

85 000 000

05 03 01 09

Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten (melk en boter)

1.1

186 000 000

–30 000 000

156 000 000

05 03 01 10

Melkpremie

1.1

959 000 000

 

959 000 000

05 03 01 11

Extra betalingen voor melkproducenten

1.1

431 000 000

 

431 000 000

05 03 01 99

Overige maatregelen voor melk en zuivelproducten

1.1

–5 000 000

 

–5 000 000

 

Artikel 05 03 01 — Subtotaal

 

3 804 460 000

  • – 
    421 000 000

3 383 460 000

05 03 02

Rundvlees

05 03 02 01

Restituties voor rundvlees

1.1

233 000 000

 

233 000 000

05 03 02 02

Interventie in de vorm van opslag van rundvlees

1.1

p.m.

 

p.m.

05 03 02 03

Premies voor zoogkoeien

1.1

1 993 925 000

 

1 993 925 000

05 03 02 04

Aanvullende premies voor zoogkoeien

1.1

98 000 000

 

98 000 000

05 03 02 05

Speciale premies

1.1

1 972 925 000

 

1 972 925 000

05 03 02 06

Seizoencorrectiepremies

1.1

p.m.

 

p.m.

05 03 02 07

Slachtpremies

1.1

1 764 000 000

 

1 764 000 000

05 03 02 08

Premies voor extensivering

1.1

1 001 000 000

 

1 001 000 000

05 03 02 09

Buitengewone marktondersteuningsmaatregelen

1.1

252 000 000

 

252 000 000

05 03 02 10

Programma voor de verplichte slachting van runderen

1.1

10 000 000

 

10 000 000

05 03 02 11

Extra betalingen

1.1

484 000 000

 

484 000 000

05 03 02 12

Overige interventiemaatregelen

1.1

10 000 000

 

10 000 000

05 03 02 13

Restituties voor levende runderen

1.1

77 000 000

 

77 000 000

05 03 02 99

Overige maatregelen voor rundvlees

1.1

–8 000 000

 

–8 000 000

 

Artikel 05 03 02 — Subtotaal

 

7 887 850 000

 

7 887 850 000

05 03 03

Schapen- en geitenvlees

05 03 03 01

Interventie in de vorm van opslag van schapen- en geitenvlees

1.1

p.m.

 

p.m.

05 03 03 02

Premies voor ooien en geiten

1.1

1 325 470 000

 

1 325 470 000

05 03 03 03

Forfaitaire premies voor ooien en geiten in probleemgebieden en bergstreken

1.1

398 000 000

 

398 000 000

05 03 03 04

Aanvullende betalingen in de sector schapen- en geitenvlees

1.1

72 000 000

 

72 000 000

05 03 03 99

Overige maatregelen voor schapen- en geitenvlees

1.1

–1 000 000

 

–1 000 000

 

Artikel 05 03 03 — Subtotaal

 

1 794 470 000

 

1 794 470 000

05 03 04

Varkensvlees, eieren, pluimvee, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten

05 03 04 01

Restituties voor varkensvlees

1.1

66 000 000

–25 000 000

41 000 000

05 03 04 02

Interventiemaatregelen voor varkensvlees

1.1

5 000 000

 

5 000 000

05 03 04 03

Buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de markt voor varkensvlees

1.1

p.m.

 

p.m.

05 03 04 04

Restituties voor eieren

1.1

8 000 000

 

8 000 000

05 03 04 05

Restituties voor slachtpluimvee

1.1

91 000 000

 

91 000 000

05 03 04 06

Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten (eieren)

1.1

5 000 000

 

5 000 000

05 03 04 07

Bijzondere steun voor de bijenteelt

1.1

23 000 000

 

23 000 000

05 03 04 08

Buitengewone ondersteuningsmaatregelen voor eieren

1.1

p.m.

 

p.m.

05 03 04 99

Overige maatregelen voor dierlijke producten

1.1

–1 000 000

 

–1 000 000

 

Artikel 05 03 04 — Subtotaal

 

197 000 000

–25 000 000

172 000 000

05 03 99

Terugvorderingen

1.1

p.m.

 

p.m.

 

Artikel 05 03 99 — Subtotaal

 

p.m.

 

p.m.

 

Hoofdstuk 05 03 — Totaal

 

13 683 780 000

  • – 
    446 000 000

13 237 780 000

05 03 01

Melk en zuivelproducten

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1787/2003 (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 121).

05 03 01 01

Restituties voor melk en zuivelproducten

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

1 247 460 000

–51 000 000

1 196 460 000

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de uitvoerrestituties op grond van artikel 31 van Verordening (EG) nr. 1255/1999.

05 03 01 05

Andere maatregelen voor botervet

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

346 000 000

–60 000 000

286 000 000

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de steun voor gebruik voor specifieke doeleinden overeenkomstig artikel 13 van Verordening (EG) nr. 1255/1999.

05 03 01 07

Extra heffing van de melkproducenten

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

  • – 
    166 000 000
  • – 
    280 000 000
  • – 
    446 000 000

Toelichting

De heffing, ten laste van producenten of kopers van koemelk, is vastgesteld in artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1788/2003.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1788/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van een heffing in de sector melk en zuivelproducten (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 123).

05 03 01 09

Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten (melk en boter)

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

186 000 000

–30 000 000

156 000 000

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van resituties:

 

voor door verwerking van ondermelk verkregen goederen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 3448/93;

 

voor door verwerking van boter verkregen goederen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 3448/93.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 3448/93 van de Raad van 6 december 1993 tot vaststelling van de handelsregeling voor bepaalde, door verwerking van landbouwproducten verkregen goederen (PB L 318 van 20.12.1993, blz. 18), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2580/2000 (PB L 298 van 25.11.2000, blz. 5).

05 03 04

Varkensvlees, eieren, pluimvee, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2759/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector varkensvlees (PB L 282 van 1.11.1975, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1365/2000 (PB L 156 van 29.6.2000, blz. 5).

05 03 04 01

Restituties voor varkensvlees

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

66 000 000

–25 000 000

41 000 000

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de uitvoerrestituties overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EEG) nr. 2759/75.

HOOFDSTUK 05 04 —

PLATTELANDSONTWIKKELING

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FV

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

05 04

PLATTELANDSONTWIKKELING

05 04 01

Plattelandsontwikkeling in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie

05 04 01 01

Investeringen op landbouwbedrijven

1.2

247 000 000

247 000 000

   

247 000 000

247 000 000

05 04 01 02

Vestiging van jonge landbouwers

1.2

134 000 000

134 000 000

   

134 000 000

134 000 000

05 04 01 03

Opleiding

1.2

36 000 000

36 000 000

   

36 000 000

36 000 000

05 04 01 04

Vervroegde uittreding — Oude regeling

1.2

113 000 000

113 000 000

   

113 000 000

113 000 000

05 04 01 05

Vervroegde uittreding — Nieuwe regeling

1.2

120 000 000

120 000 000

   

120 000 000

120 000 000

05 04 01 06

Probleemgebieden

1.2

843 000 000

843 000 000

   

843 000 000

843 000 000

05 04 01 07

Milieumaatregelen in de landbouw — Oude regeling

1.2

87 000 000

87 000 000

   

87 000 000

87 000 000

05 04 01 08

Milieumaatregelen in de landbouw — Nieuwe regeling

1.2

1 981 000 000

1 981 000 000

   

1 981 000 000

1 981 000 000

05 04 01 09

Verbetering van de verwerking en de afzet van landbouwproducten

1.2

195 000 000

195 000 000

   

195 000 000

195 000 000

05 04 01 10

Bosbouw — Oude regeling

1.2

104 000 000

104 000 000

   

104 000 000

104 000 000

05 04 01 11

Bosbouw — Nieuwe regeling

1.2

372 000 000

372 000 000

   

372 000 000

372 000 000

05 04 01 12

Bevordering van de aanpassing en de ontwikkeling van plattelandsgebieden

1.2

631 000 000

631 000 000

   

631 000 000

631 000 000

05 04 01 13

Overige plattelandsontwikkelingsmaatregelen in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie

1.2

47 000 000

47 000 000

   

47 000 000

47 000 000

05 04 01 99

Overige

1.2

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Artikel 05 04 01 — Subtotaal

 

4 910 000 000

4 910 000 000

   

4 910 000 000

4 910 000 000

05 04 02

Plattelandsontwikkeling in het kader van het EOGFL, afdeling Oriëntatie

05 04 02 01

Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Regio's van doelstelling 1

2.1

3 524 726 690

2 571 398 641

 

388 750 731

3 524 726 690

2 960 149 372

05 04 02 02

Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland

2.1

p.m.

9 671 332

 
  • – 
    332

p.m.

9 671 000

05 04 02 03

Voltooiing van vroegere programma's in de regio's van de doelstellingen 1 en 6

2.1

p.m.

60 000 000

 

86 314 253

p.m.

146 314 253

05 04 02 04

Voltooiing van vroegere programma's in de regio's van doelstelling 5 b)

2.1

p.m.

10 830 000

   

p.m.

10 830 000

05 04 02 05

Voltooiing van vroegere programma's in de regio's buiten doelstelling 1

2.1

p.m.

30 000 000

 

30 230 600

p.m.

60 230 600

05 04 02 06

Leader

2.1

401 691 170

196 452 665

 

73 216 825

401 691 170

269 669 490

05 04 02 07

Voltooiing van vroegere programma's (communautaire initiatieven)

2.1

p.m.

18 000 000

 

20 300 000

p.m.

38 300 000

05 04 02 08

Voltooiing van vroegere programma's (innovatieve acties)

2.1

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

05 04 02 09

Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Operationele technische bijstand

2.1

300 000

100 000

   

300 000

100 000

 

Artikel 05 04 02 — Subtotaal

 

3 926 717 860

2 896 452 638

 

598 812 077

3 926 717 860

3 495 264 715

05 04 03

Overige

05 04 03 01

Bosbouw (niet in het kader van het EOGFL)

3

500 000

16 969 400

   

500 000

16 969 400

05 04 03 02

Plantaardige en dierlijke genetische hulpbronnen

3

3 260 000

1 250 000

   

3 260 000

1 250 000

 

Artikel 05 04 03 — Subtotaal

 

3 760 000

18 219 400

   

3 760 000

18 219 400

05 04 04

Overgangsinstrument voor de financiering van plattelandsontwikkeling uit het EOGFL, Garantie, voor de nieuwe lidstaten

1.2

1 931 000 000

1 369 400 000

   

1 931 000 000

1 369 400 000

 

Artikel 05 04 04 — Subtotaal

 

1 931 000 000

1 369 400 000

   

1 931 000 000

1 369 400 000

 

Hoofdstuk 05 04 — Totaal

 

10 771 477 860

9 194 072 038

 

598 812 077

10 771 477 860

9 792 884 115

05 04 02

Plattelandsontwikkeling in het kader van het EOGFL, afdeling Oriëntatie

Toelichting

In artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 is bepaald dat de nodige financiële correcties moeten worden verricht. De eventueel hieruit voortvloeiende ontvangsten worden geboekt op post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Met deze ontvangsten kunnen, overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), aanvullende kredieten worden geopend in specifieke gevallen waarin die nodig zijn om het risico dat vooraf vastgestelde correcties worden geannuleerd of verlaagd, te dekken.

In Verordening (EG) nr. 1260/1999 zijn de voorwaarden vastgesteld waaronder het voorschot wordt terugbetaald. Deze terugbetaling heeft niet tot gevolg dat de bijdrage uit de structuurfondsen in de betrokken bijstandsverlening wordt verlaagd. Eventuele ontvangsten uit de terugbetaling van het voorschot worden geboekt op post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten en worden gebruikt om aanvullende kredieten te openen overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.

Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn, in het kader waarvan 500 000 000 euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar is gesteld. Bij de voortzetting van dit programma moet het additionaliteitsbeginsel volledig in acht worden genomen. De Commissie brengt jaarlijks verslag over deze maatregel uit bij het Europees Parlement.

De maatregelen voor fraudebestrijding worden gefinancierd uit artikel 24 02 01.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.

Conclusies van de Europese Raad van Berlijn van 24 en 25 maart 1999.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de Structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

05 04 02 01

Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Regio's van doelstelling 1

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

3 524 726 690

2 571 398 641

 

388 750 731

3 524 726 690

2 960 149 372

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de bijstand die in het kader van doelstelling 1 uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie, wordt verleend en waarvoor de betalingsverplichtingen in de programmeringsperiode 2000-2006 worden aangegaan.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

05 04 02 02

Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

9 671 332

 
  • – 
    332

p.m.

9 671 000

Toelichting

Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn, in het kader waarvan 500 000 000 euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar is gesteld. Bij de voortzetting van dit programma moet het additionaliteitsbeginsel volledig in acht worden genomen. De Commissie brengt jaarlijks verslag over deze maatregel uit bij het Europees Parlement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

Beschikking 1999/501/EG van de Commissie van 1 juli 1999 tot vaststelling van een indicatieve verdeling over de lidstaten van de vastleggingskredieten voor doelstelling 1 van de structuurfondsen voor de periode 2000 tot en met 2006 (PB L 194 van 27.7.1999, blz. 49), met name overweging 5.

Referentiebesluiten

Conclusies van de Europese Raad van 24 en 25 maart 1999 in Berlijn, met name paragraaf 44, onder b).

05 04 02 03

Voltooiing van vroegere programma's in de regio's van de doelstellingen 1 en 6

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

60 000 000

 

86 314 253

p.m.

146 314 253

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstellingen 1 en 6.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4256/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het EOGFL, afdeling Oriëntatie (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 25), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2085/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 44).

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

05 04 02 05

Voltooiing van vroegere programma's in de regio's buiten doelstelling 1

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

30 000 000

 

30 230 600

p.m.

60 230 600

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog uit het EOGFL, afdeling Oriëntatie, betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstelling 5 a).

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4256/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het EOGFL, afdeling Oriëntatie (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 25), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2085/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 44).

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

05 04 02 06

Leader

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

401 691 170

196 452 665

 

73 216 825

401 691 170

269 669 490

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de bijstand die in het kader van het communautaire initiatief Leader+ wordt verleend voor plattelandsontwikkeling.

Een indicatief bedrag van ten hoogste 2 % van de aan het initiatief toegewezen begrotingsmiddelen moet dienen voor de financiering van de technische bijstand. Als dergelijke maatregelen voor technische bijstand op initiatief van de Commissie worden uitgevoerd, kunnen de kosten daarvan tot 100 % worden gefinancierd.

Dit krediet is voorts bestemd ter financiering van een nieuw project voor de bespoediging van de versterking van het maatschappelijke middenveld en ondernemerschap in Europese plattelandsgebieden door middel van het verstrekken van subsidies, leningen en garanties. Een fonds voor meer investeringen in sociale en particuliere initiatieven in de Europese plattelandsgebieden (Spire) zal hiertoe bijdragen van de Europese Unie, de lidstaten en particuliere stichtingen en ondernemingen ontvangen. Dit fonds werkt op transnationale grondslag en wordt beheerd door ervaren stichtingen onder toezicht van een raad van bestuur, waarin alle contribuanten zijn vertegenwoordigd, die de belangrijkste parameters voor de werkzaamheden van het fonds vaststelt. Het fonds zal worden gebruikt ter ondersteuning van de oprichting en de werkzaamheden van organisaties in het maatschappelijke middenveld op regionaal of lokaal niveau in alle Europese plattelandsgebieden, nationale of multinationale netwerken die zich richten op versterking van het maatschappelijk middenveld in plattelandsgebieden, programma's voor capaciteitsopbouw en ondersteuning van individuele ondernemers, organisaties van onderlinge waarborg, kredietunies en andere institutionele vormen van ondersteuning van individueel en collectief ondernemerschap, en de oprichting van regionale investeringsfondsen voor het verstrekken van risicokapitaal aan plattelandsondernemingen in plattelandsgebieden.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 14 april 2000 tot vaststelling van de richtsnoeren voor het communautaire initiatief voor plattelandsontwikkeling (Leader+) (PB C 139 van 18.5.2000, blz. 5).

05 04 02 07

Voltooiing van vroegere programma's (communautaire initiatieven)

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

18 000 000

 

20 300 000

p.m.

38 300 000

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan in het kader van communautaire initiatieven van vóór de programmeringsperiode 2000-2006.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4256/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het EOGFL, afdeling Oriëntatie (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 25), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2085/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 44).

Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

Referentiebesluiten

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma's van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap voor de ultraperifere gebieden (Regis II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 44).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van richtsnoeren voor geïntegreerde globale subsidies en geïntegreerde operationele programma's in het kader van een communautair initiatief voor plattelandsontwikkeling, waarvoor de lidstaten bijstandsaanvragen kunnen indienen (Leader II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 48).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma's van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van grensgebieden, grensoverschrijdende samenwerking en geselecteerde energienetten (Interreg II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 60).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 16 mei 1995 tot vaststelling van de richtsnoeren voor een initiatief in het kader van het speciaal steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (Peace I-programma) (PB C 186 van 20.7.1995, blz. 3).

Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de door de lidstaten op te stellen operationele programma's in het kader van het communautair initiatief Interreg betreffende transnationale samenwerking op het gebied van ruimtelijke ordening (Interreg II C) (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 23).

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 november 1997 over het speciale steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (1995-1999) (Peace I-programma) (COM(97) 642 def.).

HOOFDSTUK 05 07 —

AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FV

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

05 07

AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN

05 07 01

Controle van de landbouwuitgaven

05 07 01 01

Controle- en preventiemaatregelen — Betalingen door de lidstaten

1.1

16 000 000

16 000 000

   

16 000 000

16 000 000

05 07 01 02

Controle- en preventiemaatregelen — Rechtstreekse betalingen door de Europese Gemeenschap

1.1

9 100 000

9 100 000

   

9 100 000

9 100 000

05 07 01 05

Controles op de toepassing van de landbouwregelingen

3

815 000

12 115 000

   

815 000

12 115 000

05 07 01 06

Boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren en verlaging/opschorting van voorschotten van gedeelde beheersuitgaven onder rubriek 1a

1.1

–70 000 000

–70 000 000

   

–70 000 000

–70 000 000

05 07 01 07

Rechtmatigheidsgoedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren van gedeelde beheersuitgaven onder rubriek 1a

1.1

  • – 
    330 000 000
  • – 
    330 000 000
  • – 
    169 000 000
  • – 
    169 000 000
  • – 
    499 000 000
  • – 
    499 000 000

05 07 01 08

Boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren en verlaging/opschorting van de voorschotten voor plattelandsontwikkeling onder rubriek 1b

1.2

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

05 07 01 09

Rechtmatigheidsgoedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren voor plattelandsontwikkeling onder rubriek 1b

1.2

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Artikel 05 07 01 — Subtotaal

 
  • – 
    374 085 000
  • – 
    362 785 000
  • – 
    169 000 000
  • – 
    169 000 000
  • – 
    543 085 000
  • – 
    531 785 000

05 07 02

Regeling van geschillen

1.1

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Artikel 05 07 02 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Hoofdstuk 05 07 — Totaal

 
  • – 
    374 085 000
  • – 
    362 785 000
  • – 
    169 000 000
  • – 
    169 000 000
  • – 
    543 085 000
  • – 
    531 785 000

05 07 01

Controle van de landbouwuitgaven

05 07 01 07

Rechtmatigheidsgoedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren van gedeelde beheersuitgaven onder rubriek 1a

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

  • – 
    330 000 000
  • – 
    169 000 000
  • – 
    499 000 000

Toelichting

Deze post is gecreëerd met het oog op de toepassing van artikel 154 van het Financieel Reglement en de resultaten van het in artikel 7, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1258/1999 bedoelde besluit. Het beginsel van de goedkeuring van de rekeningen is vastgesteld bij artikel 53, lid 5, van het Financieel Reglement.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

Verordening (EG) nr. 2040/2000 van de Raad van 26 september 2000 betreffende de begrotingsdiscipline (PB L 244 van 29.9.2000, blz. 27), met name artikel 14, op grond waarvan, bij het duidelijk niet-naleven van de voorschriften, de Commissie tijdelijk de maandelijkse voorschotten aan de lidstaten kan verlagen of opschorten, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de besluiten die zullen worden genomen in het kader van de goedkeuring van de rekeningen.

Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

TITEL 11

VISSERIJ

Algemene doelstellingen

Dit beleidsterrein omvat alle activiteiten die onder het gemeenschappelijk visserijbeleid vallen, dat onder de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap valt. Het betreft alle visserijactiviteiten, alsmede het verwerken en op de markt brengen van deze producten.

Voorts zorgt het directoraat-generaal ervoor dat de desbetreffende bepalingen van het Gemeenschapsrecht in de visserijsector juist worden toegepast.

Het beleidsterrein omvat vijf beleidsactiviteiten: specifieke maatregelen ter ondersteuning van het gemeenschappelijk visserijbeleid (inclusief instandhouding van visbestanden, controle en dialoog met de visserijsector), betrekkingen en overeenkomsten met derde landen en internationale organisaties, gemeenschappelijke ordening van de visserijmarkt, visserijonderzoek en structurele visserijmaatregelen via het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV).

60 % van de kredieten is bestemd voor het FIOV. De FIOV-maatregelen worden echter hoofdzakelijk door de lidstaten ten uitvoer gelegd in het kader van het gedecentraliseerde beheer.

 

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN VISSERIJ

40 939 816

40 939 816

   

40 939 816

40 939 816

11 02

VISSERIJMARKTEN

33 200 000

33 200 000

   

33 200 000

33 200 000

11 03

INTERNATIONALE VISSERIJ EN ZEERECHT

171 816 000

176 631 000

   

171 816 000

176 631 000

11 04

BEHEER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK VISSERIJBELEID

3 264 000

3 264 000

   

3 264 000

3 264 000

11 05

VISSERIJONDERZOEK

16 300 000

28 550 000

   

16 300 000

28 550 000

11 06

STRUCTURELE MAATREGELEN VOOR DE VISSERIJ

680 489 373

556 036 583

 
  • – 
    842 500

680 489 373

555 194 083

11 07

INSTANDHOUDINGSMAATREGELEN, CONTROLE EN RECHTSHANDHAVING IN DE VISSERIJ

83 735 400

88 335 400

   

83 735 400

88 335 400

11 49

UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

198 715

   

198 715

11 50

PRESTATIEFACILITEIT VOOR HET BELEIDSTERREIN VISSERIJ

p.m.

   

p.m.

 

Titel 11 — Totaal

1 029 744 589

927 155 514

 
  • – 
    842 500

1 029 744 589

926 313 014

HOOFDSTUK 11 06 —

STRUCTURELE MAATREGELEN VOOR DE VISSERIJ

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FV

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

11 06

STRUCTURELE MAATREGELEN VOOR DE VISSERIJ

11 06 01

Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Regio's van doelstelling 1

2.1

498 625 711

328 283 779

   

498 625 711

328 283 779

 

Artikel 11 06 01 — Subtotaal

 

498 625 711

328 283 779

   

498 625 711

328 283 779

11 06 02

Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland

2.1

p.m.

747 918

   

p.m.

747 918

 

Artikel 11 06 02 — Subtotaal

 

p.m.

747 918

   

p.m.

747 918

11 06 03

Voltooiing van vroegere programma's

2.1

p.m.

3 000 000

   

p.m.

3 000 000

 

Artikel 11 06 03 — Subtotaal

 

p.m.

3 000 000

   

p.m.

3 000 000

11 06 04

Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) (regio's buiten doelstelling 1)

2.1

180 026 162

217 957 386

   

180 026 162

217 957 386

 

Artikel 11 06 04 — Subtotaal

 

180 026 162

217 957 386

   

180 026 162

217 957 386

11 06 05

Voltooiing van vroegere FIOV-programma's (regio's buiten doelstelling 1)

2.1

p.m.

2 170 000

   

p.m.

2 170 000

 

Artikel 11 06 05 — Subtotaal

 

p.m.

2 170 000

   

p.m.

2 170 000

11 06 06

Voltooiing van vroegere programma's

2.1

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Artikel 11 06 06 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

11 06 07

Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Operationele technische bijstand en innovatieve acties

2.1

1 837 500

3 877 500

 
  • – 
    842 500

1 837 500

3 035 000

 

Artikel 11 06 07 — Subtotaal

 

1 837 500

3 877 500

 
  • – 
    842 500

1 837 500

3 035 000

11 06 08

Voltooiing van vroegere programma's

2.1

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Artikel 11 06 08 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

11 06 09

Specifieke maatregelen ter bevordering van de omschakeling van vaartuigen en vissers die tot in 1999 afhankelijk waren van de visserijovereenkomst met Marokko

2.1

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Artikel 11 06 09 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

11 06 10

Noodmaatregel van de Gemeenschap voor de sloop van vissersvaartuigen

2.1

   

 

Artikel 11 06 10 — Subtotaal

 

   

 

Hoofdstuk 11 06 — Totaal

 

680 489 373

556 036 583

 
  • – 
    842 500

680 489 373

555 194 083

Toelichting

Artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 voorziet in financiële correcties, waarvan de eventuele ontvangsten worden opgevoerd onder post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opening van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1) en wel in specifieke gevallen wanneer deze kredieten nodig blijken om het risico af te dekken dat eerder besloten correcties komen te vervallen of worden verlaagd.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast waaronder wordt overgegaan tot terugbetaling van het voorschot, die niet leidt tot vermindering van de bijdrage van de structuurfondsen aan de betrokken maatregel. Eventuele ontvangsten als gevolg van deze terugbetaling van voorschotten, die worden opgevoerd onder post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opening van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.

Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet, in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn om 500 000 000 euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar te stellen. Het additionaliteitsbeginsel moet ten volle worden geëerbiedigd. De Commissie brengt jaarlijks verslag uit aan het Europees Parlement over deze maatregel.

De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.

Conclusies van de vergadering van de Europese Raad van Berlijn op 24 en 25 maart 1999.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

11 06 07

Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Operationele technische bijstand en innovatieve acties

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

1 837 500

3 877 500

 
  • – 
    842 500

1 837 500

3 035 000

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uit het FIOV gefinancierde innovatieve acties en technische hulp zoals bedoeld in de artikelen 22 en 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999. Bij de innovatieve acties gaat het om studies, modelprojecten en uitwisseling van ervaringen. Deze acties zijn met name bedoeld om de kwaliteit van de bijstandsverlening uit de structuurfondsen te verbeteren. Bij de technische bijstand gaat het om maatregelen voor de voorbereiding, de follow-up, de evaluatie, de controle en het beheer die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het FIOV. Het krediet kan met name worden gebruikt ter dekking van:

 

uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen, vertalingen);

 

uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties;

 

uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie;

 

contracten voor dienstverleners;

 

subsidies.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1447/2001 (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 54).

Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (PB L 337 van 30.12.1999, blz. 10), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2369/2002 (PB L 358 van 31.12.2002, blz. 49).

TITEL 13

REGIONAAL BELEID

Algemene doelstellingen

Het doel van dit beleid is de economische en sociale samenhang te versterken door de verschillen in de regionale ontwikkelingsniveaus binnen de Europese Unie te verkleinen.

 

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN REGIONAAL BELEID

90 055 412

90 055 412

   

90 055 412

90 055 412

13 03

EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE STEUNMAATREGELEN

21 365 268 846

17 126 810 123

 
  • – 
    222 559 097

21 365 268 846

16 904 251 026

13 04

COHESIEFONDS

5 126 432 989

3 000 000 000

 
  • – 
    900 000 000

5 126 432 989

2 100 000 000

13 05

PRETOETREDINGSSTEUN MET BETREKKING TOT HET STRUCTUURBELEID

521 950 000

700 000 000

   

521 950 000

700 000 000

13 06

BEHEER VAN HET SOLIDARITEITSFONDS

98 548 408

92 880 830

   

98 548 408

92 880 830

13 49

UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

p.m.

   

p.m.

 

Titel 13 — Totaal

27 202 255 655

21 009 746 365

 

–1 122 559 097

27 202 255 655

19 887 187 268

HOOFDSTUK 13 03 —

EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE STEUNMAATREGELEN

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FV

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 03

EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE STEUNMAATREGELEN

13 03 01

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regio's van doelstelling 1

2.1

16 878 716 322

12 726 961 549

 
  • – 
    150 000 000

16 878 716 322

12 576 961 549

 

Artikel 13 03 01 — Subtotaal

 

16 878 716 322

12 726 961 549

 
  • – 
    150 000 000

16 878 716 322

12 576 961 549

13 03 02

Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland

2.1

30 500 000

51 672 096

   

30 500 000

51 672 096

 

Artikel 13 03 02 — Subtotaal

 

30 500 000

51 672 096

   

30 500 000

51 672 096

13 03 03

Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 1

2.1

p.m.

72 000 000

 

–20 798 474

p.m.

51 201 526

 

Artikel 13 03 03 — Subtotaal

 

p.m.

72 000 000

 

–20 798 474

p.m.

51 201 526

13 03 04

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regio's van doelstelling 2

2.1

3 145 689 964

3 435 789 185

   

3 145 689 964

3 435 789 185

 

Artikel 13 03 04 — Subtotaal

 

3 145 689 964

3 435 789 185

   

3 145 689 964

3 435 789 185

13 03 05

Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 2

2.1

p.m.

18 000 000

 

–8 000 000

p.m.

10 000 000

 

Artikel 13 03 05 — Subtotaal

 

p.m.

18 000 000

 

–8 000 000

p.m.

10 000 000

13 03 06

Urban

2.1

131 887 810

63 328 096

   

131 887 810

63 328 096

 

Artikel 13 03 06 — Subtotaal

 

131 887 810

63 328 096

   

131 887 810

63 328 096

13 03 07

Voltooiing van vroegere programma's — Communautaire initiatieven

2.1

p.m.

30 000 000

   

p.m.

30 000 000

 

Artikel 13 03 07 — Subtotaal

 

p.m.

30 000 000

   

p.m.

30 000 000

13 03 08

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Technische bijstand en innovatieve acties

2.1

53 511 147

124 000 000

 

–43 760 623

53 511 147

80 239 377

 

Artikel 13 03 08 — Subtotaal

 

53 511 147

124 000 000

 

–43 760 623

53 511 147

80 239 377

13 03 09

Voltooiing van vroegere programma's — Technische bijstand en innovatieve acties

2.1

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Artikel 13 03 09 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

13 03 10

Voltooiing van de overige regionale acties

3

   

 

Artikel 13 03 10 — Subtotaal

 

   

13 03 11

Moderniseringsprogramma voor de textiel- en kledingindustrie in Portugal

3

   

 

Artikel 13 03 11 — Subtotaal

 

   

13 03 12

Bijdrage van de Gemeenschap aan het Internationaal Fonds voor Ierland

3

15 000 000

6 000 000 (23)

   

15 000 000

6 000 000 (23)

 

Artikel 13 03 12 — Subtotaal

 

15 000 000

6 000 000

   

15 000 000

6 000 000

13 03 13

Communautair initiatief Interreg III

2.1

1 109 963 603

581 274 945

   

1 109 963 603

581 274 945

 

Artikel 13 03 13 — Subtotaal

 

1 109 963 603

581 274 945

   

1 109 963 603

581 274 945

13 03 14

Bijstand voor aan de kandidaat-lidstaten grenzende regio's

2.1

p.m.

17 784 252

   

p.m.

17 784 252

 

Artikel 13 03 14 — Subtotaal

 

p.m.

17 784 252

   

p.m.

17 784 252

 

Hoofdstuk 13 03 — Totaal

 

21 365 268 846

17 126 810 123

 
  • – 
    222 559 097

21 365 268 846

16 904 251 026

Toelichting

Artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad voorziet in financiële correcties, waarvan de eventuele ontvangsten worden opgevoerd onder post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot het openen van aanvullende kredieten overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1) in die specifieke gevallen waarin het noodzakelijk is annulatierisico's of reductierisico's van eerder besloten correcties te dekken.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast waaronder wordt overgegaan tot terugbetaling van het voorschot die niet leidt tot vermindering van de bijdrage van de structuurfondsen aan de betrokken maatregel. Eventuele ontvangsten als gevolg van deze terugbetaling van voorschotten, die worden opgevoerd onder post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opening van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.

Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet, in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn, om 500 miljoen euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar te stellen. Het additionaliteitsbeginsel moet ten volle worden geëerbiedigd. De Commissie brengt jaarlijks verslag uit aan het Europees Parlement over deze maatregel.

De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

Rechtsgronden

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.

Conclusies van de vergadering van de Europese Raad te Berlijn op 24 en 25 maart 1999.

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

13 03 01

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regio's van doelstelling 1

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

16 878 716 322

12 726 961 549

 
  • – 
    150 000 000

16 878 716 322

12 576 961 549

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de bijstand die in het kader van doelstelling 1 uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) wordt verleend en waarvoor de betalingsverplichtingen in de programmeringsperiode 2000-2006 worden aangegaan.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).

13 03 03

Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 1

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

72 000 000

 

–20 798 474

p.m.

51 201 526

Toelichting

Dit krediet dient voor de financiering van de nog uit het EFRO betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstellingen 1 en 6.

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4254/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 15), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2083/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 34).

Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).

13 03 05

Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 2

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

p.m.

18 000 000

 

–8 000 000

p.m.

10 000 000

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de nog uit de drie fondsen (EFRO, ESF, EOGFL, afdeling Oriëntatie) betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstellingen 2 en 5 b).

Rechtsgronden

Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

Verordening (EEG) nr. 4254/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 15), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2083/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 34).

Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).

13 03 08

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Technische bijstand en innovatieve acties

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

53 511 147

124 000 000

 

–43 760 623

53 511 147

80 239 377

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van uit het EFRO gefinancierde innoverende acties en technische bijstand zoals bedoeld in de artikelen 22 en 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999. Bij de innoverende acties gaat het om studies, modelprojecten en uitwisseling van ervaringen. Deze acties zijn met name bedoeld om de kwaliteit van de bijstandsverlening uit de structuurfondsen te verbeteren. Onder technische bijstand vallen de maatregelen ter voorbereiding, follow-up, evaluatie en controle en beheer van de tenuitvoerlegging van het EFRO. Dit krediet kan met name worden gebruikt voor de financiering van:

 

uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen);

 

uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties;

 

uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie;

 

contracten voor dienstverleners en studies;

 

beurzen.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).

HOOFDSTUK 13 04 —

COHESIEFONDS

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FV

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

13 04

COHESIEFONDS

13 04 01

Cohesiefonds

2.2

5 126 432 989

3 000 000 000

 
  • – 
    900 000 000

5 126 432 989

2 100 000 000

 

Artikel 13 04 01 — Subtotaal

 

5 126 432 989

3 000 000 000

 
  • – 
    900 000 000

5 126 432 989

2 100 000 000

 

Hoofdstuk 13 04 — Totaal

 

5 126 432 989

3 000 000 000

 
  • – 
    900 000 000

5 126 432 989

2 100 000 000

Toelichting

Verordening (EG) nr. 1265/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1164/94 tot oprichting van een Cohesiefonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 62) stelt de voorwaarden vast waaronder wordt overgegaan tot een terugbetaling van het voorschot die niet leidt tot vermindering van de bijdrage van de structuurfondsen aan de betrokken maatregel. Eventuele ontvangsten als gevolg van deze terugbetaling van voorschotten, die worden opgevoerd onder post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten geven aanleiding tot de opening van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

13 04 01

Cohesiefonds

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

5 126 432 989

3 000 000 000

 
  • – 
    900 000 000

5 126 432 989

2 100 000 000

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de financiering van het Cohesiefonds, ongeacht of de transacties vóór het begrotingsjaar 2000 hebben plaatsgevonden of in de nieuwe periode plaatsvinden.

De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

Rechtsgronden

Verordening (EG) nr. 566/94 van de Raad van 10 maart 1994 houdende verlenging van de geldigheidsduur van Verordening (EEG) nr. 792/93 tot instelling van een cohesiefinancieringsinstrument (PB L 72 van 16.3.1994, blz. 1).

Verordening (EG) nr. 1164/94 van de Raad van 16 mei 1994 tot oprichting van een Cohesiefonds (PB L 130 van 25.5.1994, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1264/1999 (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 57).

Referentiebesluiten

Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158 en 161.

TITEL 17

GEZONDHEIDSZORG EN CONSUMENTENBESCHERMING

Algemene doelstellingen

Het doel van dit beleidsterrein is te zorgen voor een hoog niveau van bescherming van de gezondheid, de veiligheid en de economische belangen van de consument en van de volksgezondheid in de Europese Unie.

 

Titel

Hoofdstuk

Omschrijving

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

17 01

ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN GEZONDHEID EN CONSUMENTENBESCHERMING

118 905 937

118 905 937

   

118 905 937

118 905 937

17 02

CONSUMENTENBELEID

19 077 778

20 000 000

   

19 077 778

20 000 000

17 03

VOLKSGEZONDHEID

70 453 000

71 048 000

   

70 453 000

71 048 000

17 04

VOEDSELVEILIGHEID, VETERINAIRE MAATREGELEN, DIERENWELZIJN, FYTOSANITAIRE MAATREGELEN

305 075 000

306 000 000

–35 000 000

–35 000 000

270 075 000

271 000 000

17 49

UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

210 573

   

210 573

 

Titel 17 — Totaal

513 511 715

516 164 510

–35 000 000

–35 000 000

478 511 715

481 164 510

HOOFDSTUK 17 04 —

VOEDSELVEILIGHEID, VETERINAIRE MAATREGELEN, DIERENWELZIJN, FYTOSANITAIRE MAATREGELEN

 

Titel

Hoofdstuk

Artikel

Post

Omschrijving

FV

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

Vastleggingen

Betalingen

17 04

VOEDSELVEILIGHEID, VETERINAIRE MAATREGELEN, DIERENWELZIJN, FYTOSANITAIRE MAATREGELEN

17 04 01

Programma's voor de uitroeiing en de bewaking van dierziekten en voor de bewaking van de lichamelijke toestand van dieren met een volksgezondheidsrisico, die veroorzaakt is door een externe factor

1.1

203 500 000

203 500 000

   

203 500 000

203 500 000

 

Artikel 17 04 01 — Subtotaal

 

203 500 000

203 500 000

   

203 500 000

203 500 000

17 04 02

Andere maatregelen op veterinair gebied, op het gebied van dierenwelzijn en van de volksgezondheid

1.1

10 000 000

10 000 000

   

10 000 000

10 000 000

 

Artikel 17 04 02 — Subtotaal

 

10 000 000

10 000 000

   

10 000 000

10 000 000

17 04 03

Noodfonds voor veterinaire aandoeningen en voor andere voor de volksgezondheid risicovolle aandoeningen bij dieren

1.1

48 000 000

48 000 000

–35 000 000

–35 000 000

13 000 000

13 000 000

 

Artikel 17 04 03 — Subtotaal

 

48 000 000

48 000 000

–35 000 000

–35 000 000

13 000 000

13 000 000

17 04 04

Fytosanitaire maatregelen

1.1

3 000 000

3 000 000

   

3 000 000

3 000 000

 

Artikel 17 04 04 — Subtotaal

 

3 000 000

3 000 000

   

3 000 000

3 000 000

17 04 05

Andere maatregelen

1.1

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Artikel 17 04 05 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

17 04 06

Voltooiing van vroegere maatregelen op veterinair en fytosanitair gebied

3

1 725 000

   

1 725 000

 

Artikel 17 04 06 — Subtotaal

 

1 725 000

   

1 725 000

17 04 07

Voeder- en voedselveiligheid en hiermee verband houdende werkzaamheden

1.1

3 875 000

3 875 000

   

3 875 000

3 875 000

 

Artikel 17 04 07 — Subtotaal

 

3 875 000

3 875 000

   

3 875 000

3 875 000

17 04 08

Uitgaven voor de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid

17 04 08 01

Europese Autoriteit voor voedselveiligheid — Subsidiëring titels 1 en 2

3

22 800 000

22 800 000

   

22 800 000

22 800 000

17 04 08 02

Europese Autoriteit voor voedselveiligheid — Subsidiëring titel 3

3

13 900 000

13 100 000

   

13 900 000

13 100 000

 

Artikel 17 04 08 — Subtotaal

 

36 700 000

35 900 000

   

36 700 000

35 900 000

17 04 09

Internationale zaken op het gebied van voedselveiligheid, veterinaire maatregelen, dierenwelzijn en fytosanitaire maatregelen

4

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Artikel 17 04 09 — Subtotaal

 

p.m.

p.m.

   

p.m.

p.m.

 

Hoofdstuk 17 04 — Totaal

 

305 075 000

306 000 000

–35 000 000

–35 000 000

270 075 000

271 000 000

17 04 02

Andere maatregelen op veterinair gebied, op het gebied van dierenwelzijn en van de volksgezondheid

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

10 000 000

 

10 000 000

Toelichting

Dit krediet dient ter dekking van de communautaire bijdrage voor maatregelen die de belemmeringen van het vrije goederenverkeer op dit gebied moeten wegwerken, alsmede steunregelingen en flankerende maatregelen voor de veterinaire sector.

Een belangrijke maatregel is financiële steunverlening voor de activiteiten van de bij de communautaire wetgeving aangewezen communautaire referentielaboratoria. Deze activiteiten dragen bij aan een betere controle op dierziekten, risicopreventie en -vermindering en de bescherming van de volksgezondheid, door betere voorwaarden te scheppen voor het toezicht op biologische en chemische gevaren.

Dit krediet dekt eveneens de uitgaven voor de controle op de naleving van de bepalingen inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer van voor de slacht bestemde dieren.

Kredieten van dit onderdeel kunnen ook worden gebruikt voor het opzetten en in stand houden van een snelle-waarschuwingssysteem voor de kennisgeving van een direct of indirect risico voor de menselijke gezondheid als gevolg van levensmiddelen of diervoeders.

Het dient ook ter financiering van de ontwikkeling van markervaccins of tests die het onderscheid kunnen maken tussen zieke en gevaccineerde dieren.

Het dekt ook technische en wetenschappelijke maatregelen die nodig zijn voor de ontwikkeling van de communautaire wetgeving op veterinair gebied, zoals het toezicht op Campylobacter bij vleeskippen in Zweden.

Rechtsgronden

Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2003/99/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 325 van 12.12.2003, blz. 31).

Artikel 50 van Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PB L 31 van 1.2.2002, blz. 1).

17 04 03

Noodfonds voor veterinaire aandoeningen en voor andere voor de volksgezondheid risicovolle aandoeningen bij dieren

 

Kredieten 2005

Gewijzigde begroting nr. 8

Nieuw bedrag

48 000 000

–35 000 000

13 000 000

Toelichting

Het uitbreken van bepaalde dierziekten in de Gemeenschap kan een grote invloed hebben op de werking van de interne markt en de handelsbetrekkingen tussen de Gemeenschap en derde landen. In dit verband is het belangrijk dat de Gemeenschap financieel bijdraagt aan een zo snel mogelijke uitroeiing van elke haard van ernstige besmettelijke ziekten wanneer lidstaten epizoötieën met communautaire middelen bestrijden.

Rechtsgronden

Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2003/99/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 325 van 12.12.2003, blz. 31).

 

  • (1) 
    Inclusief gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 8/2005.
  • (2) 
    De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2004 (PB L 53 van 23.2.2004, blz. 1) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 10 voor 2004.
  • (3) 
    Artikel 268, derde alinea, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.
  • (4) 
    Inclusief gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 8/2005.
  • (5) 
    De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2004 (PB L 53 van 23.2.2004, blz. 1) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 10 voor 2004.
  • (6) 
    De eigen middelen voor de begroting 2005 zijn vastgesteld op basis van de begrotingsramingen die tijdens de 133e vergadering van het Raadgevend Comité voor de eigen middelen van 8 april 2005 werden goedgekeurd.
  • (7) 
    Artikel 268, derde alinea, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.
  • (8) 
    De betrokken grondslag is niet hoger dan 50 % van het BNI.
  • (9) 
    Berekening van het percentage: (68 884 096 623) / (105 686 966 000) = 0,651774757381151 %.
  • Afgeronde percentages.
  • De pretoetredingsuitgaven (PTU) omvatten de betalingen aan de 10 nieuwe (op 01.05.2004 tot de EU toegetreden) lidstaten uit kredieten van 2003. Dit bedrag wordt afgetrokken van de totale toegerekende uitgaven, zodat de uitgaven die vóór de uitbreiding niet werden gecompenseerd, dat ook na de uitbreiding niet worden.
  • Het „Britse voordeel” is de resultante van de aftopping van de BTW-grondslagen en de invoering van de BNP/BNI-eigenmiddelenbronnen.
  • Deze uitzonderlijke „meevallers” zijn de nettobaten voor het Verenigd Koninkrijk van de verhoging — van 10 % naar 25 % sinds 01.01.2001 — van het percentage van de traditonele eigen middelen (TEM) dat de lidstaten inhouden om de kosten van inning van de TEM te dekken.
  • Afgeronde percentages.
  • Wat betreft de Britse correctie voor 2001 zijn de pretoetredingsuitgaven nihil.
  • Het „Britse voordeel” is de resultante van de aftopping van de BTW-grondslagen en de invoering van de BNP/BNI-eigenmiddelenbronnen.
  • Deze uitzonderlijke „meevallers” zijn de nettobaten voor het Verenigd Koninkrijk van de verhoging — van 10 % naar 25 % sinds 1.1.2001 — van het percentage van de traditonele eigen middelen (TEM) dat de lidstaten inhouden om de kosten van inning van de TEM te dekken.
  • Totaal van de eigen middelen in procent van het BNI: (98 384 147 898) / (10 568 696 600 000) = 0,93 %; maximum van de eigen middelen in procent van het BNI: 1,24 %.
  • In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 103 674 euro.
  • In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 2 015 324 euro.
  • In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 170 026 euro.
  • In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 1 025 037 euro.
  • In post 31 02 41 01 is een krediet opgenomen van 9 000 000 euro.
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.