8 november 2019 Machtiging van Tsjechië de veralgemeende verleggingsregeling toe te passen in afwijking van artikel 193 van Richtlijn 2006/112/EG

1.

Wettekst

14.11.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 293/101

 

UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2019/1903 VAN DE RAAD

van 8 november 2019

waarbij Tsjechië wordt gemachtigd de veralgemeende verleggingsregeling toe te passen in afwijking van artikel 193 van Richtlijn 2006/112/EG

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (1), en met name artikel 199 quater, lid 4,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Krachtens artikel 199 quater van Richtlijn 2006/112/EG mogen de lidstaten in afwijking van artikel 193 van die richtlijn en onder bepaalde voorwaarden, tot en met 30 juni 2022, een veralgemeende verleggingsregeling (GRCM) invoeren voor niet-grensoverschrijdende leveringen van goederen en diensten waarbij de belasting moet worden voldaan door de belastingplichtige afnemer van alle goederen en diensten boven een drempel van 17 500 EUR per transactie.

 

(2)

Bij brieven, ingekomen bij de Commissie op 21 januari 2019 en 22 maart 2019, heeft Tsjechië verzocht om machtiging tot toepassing van de GRCM.

 

(3)

Overeenkomstig de methode en de cijfers in het eindverslag van 2016 van de Commissie over de btw-kloof van 23 augustus 2016 bedroeg de btw-kloof in Tsjechië in 2014 16,14 % van de totale verschuldigde btw in het land. De btw-kloof in Tsjechië was dus meer dan 5 procentpunten boven de communautaire mediaan (10,4 %).

 

(4)

Volgens de effectbeoordeling bij het voorstel voor Richtlijn (EU) 2018/2057 (2) van de Raad waarbij de GRCM werd ingevoerd, maakte de omvang van de carrouselfraude meer dan 25 % van de totale btw-kloof in Tsjechië uit.

 

(5)

Tsjechië heeft de Commissie gegevens verstrekt waaruit blijkt dat de verschillende controlemaatregelen die in het land waren toegepast, ondanks positieve resultaten onvoldoende doeltreffend zijn geweest om carrouselfraude tegen te gaan. Ook de administratieve samenwerking op het gebied van de btw is onvoldoende doeltreffend gebleken om carrouselfraude tegen te gaan.

 

(6)

Tsjechië heeft de Commissie gegevens verstrekt waaruit blijkt dat de geraamde voordelen voor de belastingnaleving en -inning die als gevolg van de invoering van de GRCM naar verwachting 10 miljard Tsjechische kronen (CZK) zullen bedragen. Tsjechië heeft ook aangetoond dat de totale extra lasten voor het bedrijfsleven en de belastingautoriteiten naar verwachting 604 miljoen CZK zullen bedragen. De geraamde voordelen voor de belastingnaleving en -inning overtreffen dus de geraamde totale extra lasten voor ondernemingen en belastingautoriteiten met meer dan 25 %.

 

(7)

Aangezien Tsjechië niet verwacht dat de totale extra lasten voor ondernemingen en belastingautoriteiten als gevolg van de invoering van de GRCM aanzienlijk zullen zijn, zullen de kosten voor de bedrijven en de belastingautoriteiten niet hoger zijn dan de kosten die voortvloeien uit de toepassing van andere controlemaatregelen.

 

(8)

Tsjechië heeft verzocht om machtiging tot toepassing van de GRCM van 1 januari 2020 tot en met 30 juni 2022.

 

(9)

Tsjechië heeft de Commissie bevestigd dat er maatregelen zullen worden genomen om belastingplichtigen op de hoogte te brengen dat met de toepassing van de GRCM van start wordt gegaan, meer bepaald via e-mail, publieke presentaties, overleg met brancheorganisaties, de website van de belastingdienst en gedrukt of elektronisch publiciteitsmateriaal.

 

(10)

Tsjechië heeft de Commissie een gedetailleerde beschrijving van de bestaande btw-controlemechanismen gegeven en bevestigd dat de bestaande maatregelen, met de toevoeging van een specifieke GRCM-code, toereikend zullen zijn om de doeltreffende werking en monitoring van de toepassing van de GRCM te waarborgen.

 

(11)

Op basis van de gegevens die Tsjechië de Commissie heeft verstrekt, wordt Tsjechië geacht aan de in artikel 199 quater, lid 1, van Richtlijn 2006/112/EG genoemde voorwaarden te voldoen en wordt het door Tsjechië ingediende verzoek geacht in overeenstemming te zijn met de andere eisen van artikel 199 quater, lid 3, van die richtlijn. Het is derhalve passend om Tsjechië te machtigen de GRCM toe te passen van 1 januari 2020 tot en met 30 juni 2022.

 

(12)

De afwijking zal geen negatieve gevolgen hebben voor de eigen middelen van de Unie uit de btw,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In afwijking van artikel 193 van Richtlijn 2006/112/EG wordt Tsjechië gemachtigd vanaf 1 januari 2020 tot en met 30 juni 2022 de veralgemeende verleggingsregeling toe te passen in overeenstemming met artikel 199 quater van die richtlijn.

Artikel 2

Dit besluit wordt van kracht op de datum van kennisgeving ervan.

Het is van toepassing van 1 januari 2020 tot en met 30 juni 2022.

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de Tsjechische Republiek.

Gedaan te Brussel, 8 november 2019.

Voor de Raad

De voorzitter

  • M. 
    LINTILÄ
 

  • (2) 
    Richtlijn (EU) 2018/2057 van de Raad van 20 december 2018 tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde wat betreft de tijdelijke toepassing van een veralgemeende verleggingsregeling voor leveringen van goederen en diensten boven een bepaalde drempel (PB L 329 van 27.12.2018, blz. 3).
 

Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.