Verordening 2021/1696 - Verordening 2021/1696 waarbij de toepassing van Verordening 2021/840 tot vaststelling van een programma inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij voor de periode 2021-2027 (het programma “Pericles IV”) wordt uitgebreid tot de niet-deelnemende lidstaten - Hoofdinhoud
23.9.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 336/1 |
VERORDENING (EU) 2021/1696 VAN DE RAAD
van 21 september 2021
waarbij de toepassing van Verordening (EU) 2021/840 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een programma inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij voor de periode 2021-2027 (het programma “Pericles IV”) wordt uitgebreid tot de niet-deelnemende lidstaten
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 352,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,
Gezien de goedkeuring van het Europees Parlement (1),
Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EU) 2021/840 van het Europees Parlement en de Raad (2) heeft een programma inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij (het programma “Pericles IV”) vastgesteld dat in de lidstaten van toepassing is overeenkomstig de Verdragen. In artikel 139 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is bepaald dat de in artikel 133 van dat verdrag bedoelde maatregelen met betrekking tot het gebruik van de euro niet van toepassing zijn op de lidstaten die vallen onder een derogatie. |
(2) |
De uitwisseling van informatie en personeel en de bijstands- en opleidingsmaatregelen in het kader van het programma “Pericles IV” moeten echter in heel de Unie eenvormig zijn. Daarom moeten de nodige maatregelen worden genomen om hetzelfde beschermingsniveau voor de euro te waarborgen in de lidstaten die de euro niet als hun officiële munteenheid hebben |
(3) |
Ter waarborging van de continuïteit van steunverlening op het gegeven beleidsterrein en ter uitvoering van het programma “Pericles IV” vanaf het begin van het meerjarig financieel kader 2021-2027, moet deze verordening met spoed in werking treden en met terugwerkende kracht van toepassing zijn met ingang van 1 januari 2021, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De toepassing van Verordening (EU) 2021/840 wordt uitgebreid tot andere dan de deelnemende lidstaten zoals omschreven in artikel 1, punt a), van Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad (3).
Entiteiten uit die lidstaten worden geacht in aanmerking te komen voor financiering wanneer zij bevoegde autoriteiten zijn in de zin van artikel 9 van Verordening (EU) 2021/840.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2021.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 21 september 2021.
Voor de Raad
De voorzitter
-
G.DOVŽAN
-
Goedkeuring van 18 mei 2021 (nog niet in het Publicatieblad bekendgemaakt).
-
Verordening (EU) 2021/840 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2021 tot vaststelling van een programma inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro tegen valsemunterij voor de periode 2021-2027 (het programma “Pericles IV”) en tot intrekking van Verordening (EU) 331/2014 (PB L 186 van 27.5.2021, blz. 1).
-
Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 over de invoering van de euro (PB L 139 van 11.5.1998, blz. 1).
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.