Verordening (EG) nr. 762/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende de indiening door de lidstaten van statistieken over aquacultuur en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 788/96 van de Raad (Voor de EER relevante tekst)

1.

Tekst

13.8.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 218/1

 

VERORDENING (EG) nr. 762/2008 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 9 juli 2008

betreffende de indiening door de lidstaten van statistieken over aquacultuur en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 788/96 van de Raad

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 285, lid 1,

Gelet op het voorstel van de Commissie,

Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (1),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Verordening (EG) nr. 788/96 van de Raad van 22 april 1996 betreffende de indiening door de lidstaten van statistieken over de aquacultuurproductie (2) verplicht de lidstaten tot het indienen van jaarlijkse gegevens over het productievolume.

 

(2)

Door de toegenomen bijdrage van de aquacultuur aan de totale visserijproductie van de Gemeenschap is een grotere reeks gegevens over deze sector noodzakelijk voor een rationele ontwikkeling en rationeel beheer ervan binnen het gemeenschappelijk visserijbeleid.

 

(3)

Hatchery’s („kweekkamers”) en nursery’s („opkweekkamers”) worden steeds belangrijker in de aquacultuur en er zijn dan ook gedetailleerde gegevens nodig om deze sector in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid adequaat te kunnen volgen en beheren.

 

(4)

Er is informatie over het volume en de waarde van de productie nodig om de markt voor aquacultuurproducten te inventariseren en te beoordelen.

 

(5)

Met het oog op een ecologisch verantwoorde sector is informatie over de structuur van de sector en over de gebruikte technologieën noodzakelijk.

 

(6)

Verordening (EG) nr. 788/96 dient te worden ingetrokken.

 

(7)

Met het oog op een soepele omzetting van de regeling die gold onder Verordening (EG) nr. 788/96, dient in deze verordening te worden voorzien in een overgangsperiode voor de lidstaten van maximaal drie jaar, aangezien toepassing op de nationale statistische stelsels belangrijke aanpassingen vergt en waarschijnlijk aanzienlijke praktische problemen zal veroorzaken.

 

(8)

Daar de doelstelling van deze verordening, namelijk het scheppen van een communautair rechtskader voor de systematische productie van communautaire statistieken over de aquacultuursector, niet voldoende door de lidstaten en derhalve beter door de Gemeenschap kan worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in dat artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan hetgeen nodig is om deze doelstelling te bereiken.

 

(9)

Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad van 17 februari 1997 betreffende de communautaire statistiek (3) stelt een referentiekader voor de visserijstatistiek vast. Zij verlangt met name dat de statistieken worden opgesteld op basis van onpartijdigheid, betrouwbaarheid, relevantie, kosteneffectiviteit, statistische geheimhouding en doorzichtigheid.

 

(10)

Het verzamelen en indienen van statistische gegevens is een essentieel instrument voor een goed beheer van het gemeenschappelijk visserijbeleid.

 

(11)

De voor de uitvoering van deze richtlijn vereiste maatregelen moeten worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (4).

 

(12)

In het bijzonder moet de Commissie de bevoegdheid worden gegeven om technische wijzigingen in de bijlagen bij de verordening aan te nemen. Daar het maatregelen van algemene strekking betreft tot wijziging van niet-essentiële elementen van deze verordening, onder meer door haar aan te vullen met nieuwe, niet-essentiële elementen, moeten zij worden vastgesteld volgens de regelgevingsprocedure met toetsing bepaald in artikel 5 bis van Besluit 1999/468/EG.

 

(13)

De Commissie dient te worden bijgestaan door het permanent comité voor de landbouwstatistiek, dat is opgericht bij Besluit 72/279/EEG (5),

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verplichtingen van de lidstaten

De lidstaten dienen bij de Commissie statistische gegevens in over alle aquacultuuractiviteiten in zoet en zout water op hun grondgebied.

Artikel 2

Definities

  • 1. 
    Voor de toepassing van deze verordening gelden de volgende definities:
 

a)

„communautaire statistieken”: die van artikel 2 van Verordening (EG) nr. 322/97;

 

b)

„aquacultuur”: die van artikel 3, onder d), van Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad van 27 juli 2006 betreffende het Europees Visserijfonds (6);

 

c)

„op vangst gebaseerde aquacultuur”: de methode waarbij specimens in het wild worden ingezameld en vervolgens in de aquacultuur worden gebruikt;

 

d)

„productie”: de voortbrengselen van de aquacultuur bij de eerste verkoop, met inbegrip van de te koop aangeboden productie van hatchery’s en nursery’s.

  • 2. 
    Alle overige definities voor de toepassing van deze verordening staan in bijlage I.

Artikel 3

Opstelling van de statistieken

  • 1. 
    De lidstaten gebruiken enquêtes of andere statistisch gevalideerde methoden om minstens 90 % te bestrijken van de totale productie qua volume of qua aantal wat de productie van hatchery’s en nursery’s betreft, onverminderd het bepaalde in lid 4. Het resterende gedeelte van de totale productie mag worden geschat. Om meer dan 10 % van de totale productie te mogen schatten, kan een daartoe strekkend verzoek worden ingediend onder de voorwaarden van artikel 8.
  • 2. 
    Indien er andere bronnen dan enquêtes worden gebruikt, wordt een evaluatie achteraf van de statistische kwaliteit van die bronnen uitgevoerd.
  • 3. 
    Lidstaten met een totale jaarproductie van minder dan 1 000 t mogen beknopte gegevens met schattingen voor de totale productie indienen.
  • 4. 
    De lidstaten inventariseren de productie per soort. De productie van soorten waarvan het gewicht afzonderlijk niet meer dan 500 t bedraagt en die afzonderlijk niet meer dan 5 % van het gewicht van de totale productie uitmaakt in een lidstaat, mag evenwel worden geschat en geaggregeerd. De productie van hatchery’s en nursery’s in aantallen van deze soorten mag worden geschat.

Artikel 4

Gegevens

De gegevens hebben betrekking op het referentiekalenderjaar en betreffen:

 

a)

de jaarlijkse aquacultuurproductie (volume en waarde per eenheid);

 

b)

de jaarlijkse input (volume en waarde per eenheid) voor op vangst gebaseerde aquacultuur;

 

c)

de jaarlijkse productie van hatchery’s en nursery’s;

 

d)

de structuur van de aquacultuursector.

Artikel 5

Indiening van gegevens

  • 1. 
    De lidstaten dienen de in de bijlagen II, III en IV bedoelde gegevens binnen twaalf maanden na het einde van het referentiekalenderjaar bij de Commissie (Eurostat) in. Het eerste referentiekalenderjaar is 2008.
  • 2. 
    De gegevens over de in bijlage V bedoelde structuren van de aquacultuursector worden, te beginnen met de gegevens voor het jaar 2008 en vervolgens om de drie jaar, binnen twaalf maanden na het einde van het referentiekalenderjaar ingediend bij de Commissie (Eurostat).

Artikel 6

Kwaliteitsbeoordeling

  • 1. 
    De lidstaten dienen bij de Commissie (Eurostat) jaarlijks een verslag in over de kwaliteit van de ingediende gegevens.
  • 2. 
    Bij de indiening van de gegevens dienen de lidstaten bij de Commissie een gedetailleerd methodologisch verslag in. In dit verslag beschrijven de lidstaten hoe de gegevens zijn ingezameld en opgesteld. Dit verslag omvat gegevens over steekproeftechnieken, schattingsmethoden en andere gebruikte bronnen dan enquêtes en een beoordeling van de kwaliteit van de hieruit volgende schattingen. In bijlage VI wordt een formaat voor het methodologisch rapport voorgesteld.
  • 3. 
    De Commissie onderzoekt de verslagen en presenteert haar conclusies aan de relevante werkgroep van het bij Besluit 72/279/EEG opgerichte permanent comité voor de landbouwstatistiek.

Artikel 7

Overgangsperiode

  • 1. 
    Voor de uitvoering van deze verordening kan aan lidstaten overeenkomstig de beheersprocedure bedoeld in artikel 10, lid 2, een overgangsperiode op basis van volledige kalenderjaren van ten hoogste drie jaar, gerekend vanaf 1 januari 2009, worden toegestaan, als de toepassing van deze verordening op hun nationale statistische systemen aanzienlijke aanpassingen vereist en wellicht tot aanzienlijke praktische problemen leidt.
  • 2. 
    Daartoe moet een lidstaat uiterlijk op 31 december 2008 een met redenen omkleed verzoek aan de Commissie richten.

Artikel 8

Afwijkingen

  • 1. 
    Wanneer de opneming van gegevens over een specifieke tak van de aquacultuur in de statistiek voor de nationale instanties problemen oplevert die onevenredig zijn met het belang van die tak in de desbetreffende lidstaat, kan overeenkomstig de beheersprocedure bedoeld in artikel 10, lid 2, een afwijking worden toegestaan.

Een lidstaat met een afwijking hoeft voor die tak geen nationale gegevens in te dienen of mag schattingsmethoden gebruiken voor het verstrekken van gegevens over meer dan 10 % van de totale productie.

  • 2. 
    Lidstaten die om een afwijking verzoeken, hetgeen vóór afloop van de termijn voor de eerste indiening van gegevens moet gebeuren, dienen bij de Commissie ter motivering van dat verzoek een verslag in over de redenen waarom toepassing van deze verordening problemen oplevert.
  • 3. 
    Mocht een verandering in de situatie voor de inzameling van de gegevens de nationale instanties voor onvoorziene problemen stellen, dan kan een lidstaat na afloop van de termijn voor de eerste indiening van de gegevens een naar behoren gemotiveerd verzoek tot afwijking indienen.

Artikel 9

Technische bepalingen

  • 1. 
    Maatregelen tot wijziging van niet-essentiële onderdelen van deze verordening, onder meer door haar aan te vullen, met betrekking tot technische wijzigingen in de bijlagen worden vastgesteld volgens de in artikel 10, lid 3, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.
  • 2. 
    Het formaat waarin de statistieken worden verstrekt, wordt vastgesteld volgens de beheersprocedure bedoeld in artikel 10, lid 2.

Artikel 10

Comitéprocedure

  • 1. 
    De Commissie wordt bijgestaan door het Permanent Comité voor de landbouwstatistiek.
  • 2. 
    Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn de artikelen 4 en 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit.

De in artikel 4, lid 3, van Besluit 1999/468/EG bedoelde termijn wordt vastgesteld op drie maanden.

  • 3. 
    Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 bis, leden 1 tot en met 4, en artikel 7 van Besluit 1999/468/EG van toepassing, met inachtneming van artikel 8 van dat besluit.

Artikel 11

Evaluatieverslag

De Commissie legt het Europees Parlement en de Raad uiterlijk op 31 december 2011 en vervolgens om de drie jaar een evaluatieverslag voor over de op grond van deze verordening opgestelde statistieken en met name over de relevantie en kwaliteit ervan.

In dit verslag wordt ook een kosten-batenanalyse gemaakt van het systeem voor de inzameling en opstelling van de statistische gegevens, alsmede een inventarisatie van de beste praktijken om de werklast voor de lidstaten te verminderen en de bruikbaarheid en de kwaliteit van de gegevens te verbeteren.

Artikel 12

Intrekking

  • 1. 
    Onverminderd lid 3, wordt Verordening (EG) nr. 788/96 ingetrokken.
  • 2. 
    Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar deze verordening.
  • 3. 
    In afwijking van artikel 13, tweede alinea, van deze verordening blijft een lidstaat waaraan overeenkomstig artikel 7 van deze verordening een overgangsperiode is toegestaan, gedurende de toegestane overgangsperiode Verordening (EG) nr. 788/96 toepassen.

Artikel 13

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is van toepassing met ingang van 1 januari 2009.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 9 juli 2008.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

H.-G. PÖTTERING

Voor de Raad

De voorzitter

J.-P. JOUYET

 

  • (1) 
    Advies van het Europees Parlement van 31 januari 2008 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 23 juni 2008.
 

BIJLAGE I

Voor de toezending van de aquacultuurgegevens te gebruiken definities

 

1.

„Zoet water”: water dat steeds een verwaarloosbaar zoutgehalte heeft.

 

2.

„Zout water”: water met een aanzienlijk zoutgehalte. Dit kan water zijn waarvan het zoutgehalte constant hoog is (zoals zeewater) of waarvan het zoutgehalte aanzienlijk, doch niet altijd even hoog is (zoals brak water): het zoutgehalte kan periodiek variëren door de instroom van zoet water of zeewater.

 

3.

„Soorten”: soorten aquatische organismen die worden geïdentificeerd met de internationale drielettercode van de FAO (ASFIS List of Species for Fishery Statistics Purposes).

 

4.

„FAO-gebieden”: gebieden die worden geïdentificeerd met de internationale tweecijfercode van de FAO (CWP Handbook of Fishery Statistical Standards. Sectie H: Fishing Areas for Statistical Purposes). De voor de toepassing van deze verordening gedekte FAO-gebieden zijn:

 

Code

Gebied

01

Binnenwateren (Afrika)

05

Binnenwateren (Europa)

27

Noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan

34

Centraal-oostelijk deel van de Atlantische Oceaan

37

Middellandse en Zwarte Zee

...

Andere gebieden (nog te preciseren)

 

5.

„Vijvers”: relatief ondiepe en gewoonlijk kleine bekkens met stilstaand water of water met een lage verversingsgraad, meestal kunstmatig gevormd, maar het kan ook natuurlijke plassen, bergmeertjes, poelen of kleine meren betreffen.

 

6.

„Hatchery’s en nursery’s”: ruimten voor het kunstmatig kweken, uitbroeden en opkweken in vroege levensstadia van aquatische organismen. Voor gebruik in statistieken wordt onder hatchery enkel verstaan een ruimte waar bevruchte eieren worden geproduceerd. De eerste ontwikkelingsstadia van aquatische organismen worden geacht plaats te vinden in nursery’s.

 

7.

„Omheinde percelen”: delen water die zijn afgezet door netten, roosters of andere omheiningen waardoor een ongestoorde wateruitwisseling mogelijk is. Kenmerkend voor omheinde percelen is dat zij de hele waterkolom van de bodem tot de oppervlakte beslaan, zodat zij doorgaans een relatief groot watervolume hebben.

 

8.

„Kooien”: open of overdekte omheinde voorzieningen vervaardigd van netten, roosters of ander doorlatend materiaal waardoor een ongestoorde wateruitwisseling mogelijk is. Deze voorzieningen kunnen drijven, hangen of aan de bodem zijn vastgemaakt, waarbij echter een wateruitwisseling van onderen mogelijk blijft.

 

9.

„Waterreservoirs en langwerpige bassins”: kunstmatige constructies boven of in de grond die een sterke waterwisseling mogelijk maken of met een hoge waterverversingsgraad en een sterk gecontroleerde omgeving, maar zonder waterrecirculatie.

 

10.

„Recirculatiesystemen”: systemen waarbij het water na een zekere behandeling (zoals filteren) opnieuw wordt gebruikt.

 

11.

„Overgebracht naar een gecontroleerde omgeving”: opzettelijk beschikbaar gesteld voor verdere aquacultuur.

 

12.

„Uitgezet in het wild”: opzettelijk uitgezet om rivieren, meren en andere wateren te herbevolken voor andere doelen dan aquacultuur. Deze uitgezette organismen zijn dan beschikbaar voor de visvangst.

 

13.

„Volume”:

 

a)

voor vis, schaal- en schelpdieren en andere aquatische organismen het levendgewichtequivalent van het product. Bij schelpdieren wordt het gewicht van de schelp meegeteld;

 

b)

voor waterplanten het natte gewicht van het product.

 

14.

„Waarde per eenheid”: de totale waarde (exclusief de gefactureerde belasting over de toegevoegde waarde) van de productie (in de nationale valuta) gedeeld door het totale productievolume.

 

BIJLAGE II

Productie door middel van aquacultuur met uitzondering van nursery’s en hatchery’s (1)

 

Land:

         

Jaar:

Geproduceerde soort

FAO-gebied

Zoet water

Zout water

Totaal

 

3-letter code

Gebruikelijke benaming

Wetenschappelijke benaming

Volume

(t)

Waarde per eenheid

(in nationale valuta)

Volume

(t)

Waarde per eenheid

(in nationale valuta)

Volume

(t)

Waarde per eenheid

(in nationale valuta)

VIS

Vijvers

                   

Waterreservoirs en langwerpige bassins

                   

Omheinde percelen

                   

Kooien

                   

Recirculatiesystemen

                   

Andere methoden

                   

SCHAALDIEREN

Vijvers

                   

Waterreservoirs en langwerpige bassins

                   

Omheinde percelen

                   

Andere methoden

                   

SCHELPDIEREN

Bodemcultuur

                   

Hangcultuur

                   

Andere methoden

                   

ZEEWIER

Alle methoden

                   

VISEIEREN (bestemd voor menselijke consumptie) (2)

Alle methoden

                   

ANDERE AQUATISCHE ORGANISMEN

Alle methoden

                   
 

  • (1) 
    Met uitzondering van aquarium- en siersoorten.
  • (2) 
    Onder viseieren bestemd voor consumptie worden hier uitsluitend verwijderde eieren bestemd voor consumptie bij de eerste verkoop bedoeld.
 

BIJLAGE III

Op vangst gebaseerde input voor aquacultuur  (1)

 

Land:

     

Jaar:

Soort

Eenheid (specificeren) (2)

Waarde per eenheid (in nationale valuta)

3-lettercode

Gebruikelijke benaming

Wetenschappelijke benaming

VIS

         
         
         
         
         

SCHAALDIEREN

         
         
         
         
         

SCHELPDIEREN

         
         
         
         
         
 

  • (1) 
    Met uitzondering van aquarium-, sier- en plantensoorten.
  • (2) 
    Gewicht of aantal; bij vermelding van aantallen moet ook een omrekeningsfactor naar levend gewicht worden vermeld.
 

BIJLAGE IV

Productie van hatchery’s en nursery’s  (1)

 

Land:

             

Jaar:

Soort

Stadium in levenscyclus

Bestemming

3-lettercode

Gebruikelijke benaming

Wetenschappelijke benaming

Eieren

(in miljoen)

Jonge organismen

(in miljoen)

Overgebracht naar een gecontroleerde omgeving

(voor afmesting) (2) (in miljoen)

Uitgezet in het wild (2)

(in miljoen)

Eieren

Jonge organismen

Eieren

Jonge organismen

                 
                 
                 
                 
                 
                 
                 
                 
                 
                 
                 
                 
 

  • (1) 
    Met uitzondering van aquarium- en siersoorten.
  • (2) 
    Doelbewust.
 

BIJLAGE V

Gegevens over de structuur van de aquacultuursector  (1)  (4)

 

Land:

     

Jaar:

 

FAO-gebied

Zoet water

Zout water

Totaal

Grootte van de voorzieningen (3)

Grootte van de voorzieningen (3)

Grootte van de voorzieningen (3)

in duizend m3

ha

in duizend m3

ha

in duizend m3

ha

VIS

Vijvers

             

Waterreservoirs en langwerpige bassins

             

Omheinde percelen

             

Kooien

             

Recirculatiesystemen

             

Andere methoden

             

SCHAALDIEREN

Vijvers

             

Waterreservoirs en langwerpige bassins

             

Omheinde percelen

             

Andere methoden

             

SCHELPDIEREN

Bodemcultuur (2)

             

Hangcultuur (2)

             

Andere methoden (2)

             

ZEEWIER

Alle methoden

             
 

  • (1) 
    Met uitzondering van aquarium- en siersoorten.
  • (2) 
    Wanneer schelpdieren aan touwen worden opgekweekt, mag de lengte-eenheid worden gebruikt.
  • (3) 
    Potentiële capaciteit wordt bedoeld.
  • (4) 
    De beschaduwde cellen duiden aan wanneer de gegevens niet van toepassing zijn.
 

BIJLAGE VI

Formaat voor de methodologische verslagen van de nationale systemen voor aquacultuurstatistieken

 

1.

Organisatie van het nationaal systeem voor aquacultuurstatistieken

 

Instanties die verantwoordelijk zijn voor de inzameling en verwerking van de gegevens en hun respectieve verantwoordelijkheden.

 

Nationale wetgeving over de inzameling van aquacultuurgegevens.

 

Eenheid die verantwoordelijk is voor de indiening van de gegevens bij de Commissie.

 

2.

Methode voor de inzameling, verwerking en opstelling van de aquacultuurgegevens

 

Vermeld de bron van elk type gegevens.

 

Beschrijf de toegepaste gegevensinzamelingsmethoden (bv. vragenlijsten per post, persoonlijke interviews, tellingen of steekproefenquêtes, frequentie van de enquêtes, ramingmethoden) voor elk deel van de aquacultuursector.

 

Vermeld hoe de gegevens worden verwerkt en opgesteld en hoe lang dit duurt.

 

3.

Kwaliteitsaspecten in overeenstemming met de „Praktijkcode voor het Europees statistisch systeem”

 

Indien er voor sommige delen van de gegevens ramingtechnieken worden gebruikt, beschrijf de gebruikte methoden en geef een schatting van de mate van gebruik en de betrouwbaarheid van die methoden.

 

Vermeld alle tekortkomingen van het nationale systeem, de oplossingen hiervoor en, indien van toepassing, het tijdschema voor dergelijke correcties.

 

2.

Verwante dossiers

 
 

3.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

4.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.