Europese Raad bezweert crisis over crisis - Hoofdinhoud
De Europese Raad heeft tijdens een speciale bijeenkomst getracht gevaarlijke onenigheid te bezweren over de economische crisis. Op zondag 1 maart deden de staatshoofden en regeringsleiders in Brussel de belofte van ‘gezamenlijk optreden op een gecoördineerde manier’. Maar een echt gezamenlijk Europees plan van aanpak komt er niet.
De top ging bovendien niet in op een verzoek van Hongarije en ook Letland om voor 160 tot 190 miljard euro kredietsteun te verlenen aan de noodlijdende economieën van Oost- en Midden-Europa. ‘Dit punt is zelfs niet besproken. Je kunt de situatie in Slovenië of in Slowakije namelijk niet met bijvoorbeeld Hongarije vergelijken. Zou een EU-staat omvallen, dan zullen wij als EU overigens wel bijspringen’, aldus bondskanselier Angela Merkel na afloop tegen de media. De suggestie van Polen om de toetredingsvoorwaarden tot de eurozone te versoepelen werd op de lange baan geschoven.
Uniek was het dat de Oost en Midden-Europese EU-landen op dezelfde zondagochtend in Brussel hun eigen voorbereidende topconferentie hadden. Deze landen zijn bang dat de ‘oude EU-landen’ via nationaal protectionisme hun eigen werkgelegenheid gaan beschermen. ‘Dan laten wij een nieuw IJzeren Gordijn in Europa neer’ waarschuwde de Hongaarse premier Ferenc Gyurcsany. Bij die aparte conferentie bleek overigens dat Hongarije zowat alleen stond met zijn verzoek om extra geld.
De summiere slotverklaring berust op twee pijlers: afwijzing van nationaal protectionisme en het koesteren van de eigen interne markt met de euro als hét Europese werkkader. Dat het laatste ook een vorm van protectionisme kan uitlokken wordt maar even vergeten.
Tijdens de gebruikelijke persconferenties van de staatshoofden en regeringsleiders na afloop weerklonken meermalen de termen ‘eenheid’, ‘gezamenlijke actie’, ‘solidariteit’ en ‘respect voor de spelregels’. Belangrijker was wellicht dat diverse politieke leiders benadrukten dat protectionisme via het afschermen van de eigen markt vermeden moet worden. Tenslotte leverde deze ‘informele Europese Raad’ op dat de politieke leiders beloofden alles te doen om de door de bankcrisis vastgelopen economie gezamenlijk te deblokkeren. Maar een nadere specificatie bleef uit.
Inhoudsopgave
Premier Jan Peter Balkenende noemde de bijeenkomst ‘belangrijk, omdat de financiële crisis een gezamenlijke aanpak vereist’. ‘Wij moeten er alles aan doen dat mensen hun baan behouden, dat bedrijven investeren en dat banken kredieten verstrekken, dat is waar het om gaat’. Wij hebben te maken met een internationale recessie en dat vraagt om internationale oplossingen, zei Balkenende. ‘Het gaat er om geen maatregelen te nemen ten koste van andere landen. Ieder voor zich is slecht voor allen’, aldus de premier. ‘Daarbij moeten wij een balans vinden tussen eigen verantwoordelijkheid van de landen afzonderlijk en Europese actie’. Hij wil ‘stevige regels voor beter internationaal financieel toezicht met krachtiger instellingen’.
De premier schetste op zijn slotpersconferentie in Brussel verder hoezeer Nederland als open exporteconomie afhankelijk is van internationale Europese handel. Hij zag de hulp aan de bedreigde auto-industrie zoals in Frankrijk als ‘goed, mits binnen de spelregels van de Europese interne markt’. Dit betekent dat zulke staatssteun moet dienen voor bijvoorbeeld research en development inzake een meer duurzame auto. President Nicolas Sarkozy, die eerder de Franse autobouwers zes tot acht miljard euro had beloofd, liet tot grote opluchting van Brussel vlak voor de top weten zich toch te schikken naar de spelregels voor faire concurrentie. Daarmee is het probleem overigens niet weg. Spanje, Italië, Duitsland en Zweden willen hun auto-industrie ook steunen. De Zweedse premier Fredrik Reinfeldt wees er op dat de EU jaarlijks achttien miljoen auto’s wil bouwen, terwijl de vraag voorlopig maar twaalf miljoen beloopt. Bij dergelijke mededelingen bleef het. ‘Geen enkel land heeft een ander hier beschuldigd van protectionisme’, kon kanselier Merkel daarom betogen.
Balkenende is tenslotte blij met de recente nota met spelregels van de Commissie voor de aanpak van de rommelkredieten (‘bad assets’). Met zijn collega’s betuigde de premier verder instemming met het Rapport-de Larousière dat scherpere toezichtregels wil op de financiële wereld, liefst wereldwijd. Balkenende zag deze bijeenkomst als voorbereidend op de Europese Raad van 19 en 20 maart, de traditionele ‘lentetop’, en op de bijeenkomst van de G20 van de twintig belangrijkste industriestaten op 2 april in Londen. De Nederlandse premier mag daar ook aanschuiven.
Deze extra zondagse bijeenkomst was een idee van Sarkozy en Merkel. Tsjechisch minister-president Mikel Topolánek, momenteel voorzitter van de Europese Raad, voelde er aanvankelijk niet voor. Commissievoorzitter Barroso daartegen wél. Alles tezamen komt de Europese Raad dit halfjaar zowat maandelijks zes keer bijeen. Na de bijeenkomst van 19 en 20 maart volgt namelijk op 5 april een gezamenlijke ontmoeting met president Barack Obama in Praag, vervolgens ergens in mei in Praag nogmaals een extra top over de werkgelegenheidsproblematiek en op 18 en 19 juni de traditionele ‘zomertop’ in Brussel.
Tot voor kort telde de Unie twee of drie Europese Raden per jaar, tegenwoordig soms twee per maand. Is dat niet een beetje veel? was de vraag. ‘Het feit dat wij hier vandaag bij elkaar komen heeft er toe geleid dat de Europese Commissie als toezichthouder snel duidelijk maakte wat wel en niet kan bij staatssteun. Zo’n bijeenkomst scherpt ook de urgentie aan van het aanpakken van de rommelkredieten; ze bewijst dat het ons als regeringsleiders menens is. Vorig jaar hebben we bij het uitbreken van de bankcrisis via dergelijke bijeenkomsten ook al effectieve dingen gedaan. Deze vergaderingen leren dat Europa ook nu met één stem kan spreken, bijvoorbeeld ook op 2 april in Londen bij de G20. Vandaag bewijzen we een aantal gemeenschappelijke spelregels te hebben in Europa –voor de interne markt, voor het Stabiliteitspact, voor staatssteun - waarvan het goed is dit nog eens te onderstrepen’, aldus Balkenende. Volgens hem heeft de EU met haar maatregelen sedert vorig najaar genomen een dreigende ineenstorting van het financiële systeem voorkomen.
De gezaghebbende Luxemburgse premier tevens voorzitter van de Eurogroep (de landen met de euro) Jean Claude Juncker gaf op bovenstaande vraag echter een héél ander antwoord. ‘Wie veel topconferenties houdt schept veel verwachtingen en daarvoor is het niet het moment. Toen de vergadering begon vroeg ik me af: ‘waarom zitten wij hier eigenlijk bijeen?’, zei de Luxemburger.
Een project dat de Raad wegens interne meningsverschillen niet durfde bespreken is het voorstel om naast de talloze nationale stimuleringsplannen vanuit Brussel vijf miljard extra in de economie te steken. Het gaat om 3,75 miljard euro voor versnelde energieprojecten en 1,25 miljard extra voor plattelandsontwikkeling. De verdeling van deze miljarden tussen de EU-landen onderling en de vraag waar vandaan dat geld te halen houden de kwestie op. Inmiddels is het bedrag onder druk van zes zuinige regeringen (Duitsland, Italië, Nederland, Oostenrijk, het VK, Zweden) gekortwiekt tot drie miljard euro. Dat is een habbekrats gezien de bnp-omvang van de economie van de EU van meer dan twaalfduizend miljard euro per jaar.
President Sarkozy wist tenslotte zondagavond tóch weer alle media-aandacht te trekken met zijn onverwachte mededeling dat de nieuwe Commissievoorzitter beter pas kan worden aangewezen ná het referendum in Ierland over het Verdrag van Lissabon. Het blijft daarmee onzeker of Barroso zijn verhoopte herbenoeming wel krijgt. Premier Balkenende is in (vooral Franse) media opgedoken als ’n geschikt kandidaat opvolger.
Dr. Jan Werts is EU-Correspondent te Brussel. Hij publiceerde onlangs 'The European Council', ISBN 978-0-9556202-1-8, Londen, John Harper Publishing.
Meer over ...