Wijziging van Protocol nr. 4 bij de EER-Overeenkomst betreffende de oorsprongsregels

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1.

Stand van zaken

Deze overig is op 8 december 2005 gepubliceerd en is op 22 oktober 2005 in werking getreden.

2.

Kerngegevens

officiële titel

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 136/2005 van 21 oktober 2005 tot wijziging van Protocol nr. 4 bij de EER-Overeenkomst betreffende de oorsprongsregels

officiële Engelstalige titel

Decision of the EEA Joint Committee No 136/2005 of 21 October 2005 amending Protocol 4 to the Agreement on rules of origin
 
Rechtsinstrument Overig
Celex-nummer i 22005D0136

3.

Key dates

Document 21-10-2005
Bekendmaking in Publicatieblad 08-12-2005; Special edition in Bulgarian: Chapter 11 Volume 067,Special edition in Croatian: Chapter 11 Volume 091,Special edition in Romanian: Chapter 11 Volume 067,OJ L 321, 8.12.2005
Ondertekening 21-10-2005; Brussel
Inwerkingtreding 22-10-2005; in werking zie art 2
01-11-2005; Toepassing zie art 2
Einde geldigheid 31-12-9999

4.

Wettekst

8.12.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 321/1

 

BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

Nr. 136/2005

van 21 oktober 2005

tot wijziging van Protocol nr. 4 bij de EER-Overeenkomst betreffende de oorsprongsregels

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gelet op de Overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte (1), gewijzigd bij het Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte, hierna „de overeenkomst” genoemd, en met name op artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Protocol nr. 4 bij de overeenkomst voorziet in de cumulatie van oorsprong tussen de Gemeenschap en IJsland, Bulgarije, Noorwegen, Roemenië, Zwitserland (met inbegrip van Liechtenstein) en Turkije.

 

(2)

Uitbreiding van het stelsel van cumulatie is wenselijk om gebruik te kunnen maken van grondstoffen van oorsprong uit de Gemeenschap, Bulgarije, Roemenië, IJsland, Noorwegen, Zwitserland (met inbegrip van Liechtenstein), de Faeröer, Turkije of een ander land dat deelneemt aan het Euro-mediterrane partnerschap, uitgaande van de Verklaring van Barcelona die werd goedgekeurd op de Euro-mediterrane conferentie van 27 en 28 november 1995 (2), om de handel te ontwikkelen en regionale integratie te bevorderen.

 

(3)

Om het uitgebreide stelsel van cumulatie alleen toe te passen tussen landen die voldoen aan de nodige voorwaarden en om ontduiking van douanerechten te voorkomen, zijn nieuwe bepalingen inzake het afgeven van certificaten van oorsprong noodzakelijk.

 

(4)

Op goederen die op de dag waarop dit besluit in werking treedt in doorvoer of in opslag zijn, dienen overgangsbepalingen van toepassing te zijn zodat zij in aanmerking kunnen komen voor het uitgebreide stelsel van cumulatie.

 

(5)

De redenen die het besluit om landbouwproducten van oorsprong uit Turkije uit te sluiten van het stelsel van cumulatie rechtvaardigden, zijn niet langer geldig.

 

(6)

De Gezamenlijke verklaring met betrekking tot de herziening van de wijzigingen aan de regels van oorsprong als gevolg van de wijzigingen van het geharmoniseerd stelsel kan worden toegepast tot 31 december 2004 en hoeft derhalve, na deze datum, niet in het protocol te worden gehandhaafd.

 

(7)

Er zijn een aantal technische wijzigingen nodig om afwijkingen in en tussen de verschillende taalversies van de tekst te corrigeren.

 

(8)

Voor het goed functioneren van de overeenkomst is het dan ook dienstig alle relevante bepalingen op te nemen in de nieuwe tekst van Protocol nr. 4 om het werk van gebruikers en douaneadministraties te vereenvoudigen,

BESLUIT:

Artikel 1

Protocol nr. 4 bij de overeenkomst wordt door de hierbijgevoegde tekst en de desbetreffende gemeenschappelijke verklaringen vervangen.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op 22 oktober 2005, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de overeenkomst bedoelde kennisgevingen van het Gemengd Comité van de EER hebben plaatsgevonden (3).

Het is van toepassing vanaf de eerste dag van de maand volgende op de dag van zijn goedkeuring.

Artikel 3

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 21 oktober 2005.

Voor het Gemengd Comité van de EER

De voorzitter

Z.D.H. Prins Nikolaus von LIECHTENSTEIN

 

  • (2) 
    Algerije, Egypte, Israël, Jordanië, Libanon, Marokko, Syrië, Tunesië, de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook.
  • (3) 
    Er zijn geen grondwettelijke vereisten aangegeven.
 

BIJLAGE BIJ BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

nr. 136/2005

PROTOCOL Nr. 4

BETREFFENDE DE OORSPRONGSREGELS

INHOUD

TITEL I

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

TITEL II

DEFINITIE VAN HET BEGRIP „PRODUCTEN VAN...


Lees meer

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

5.

Origineel voorstel

 

6.

Bronnen en disclaimer

Zie voor uitgebreidere informatie eventueel ook de volgende voor dit dossier gebruikte bronnen:

Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

 

7.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

8.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.