Op naar de Klimaattop

Met dank overgenomen van E.E. (Esmé) Wiegman-van Meppelen Scheppink i, gepubliceerd op donderdag 10 december 2009.

Voordat het echt zover is en ik in de trein naar Kopenhagen stap, is het nog even hard werken in de Tweede Kamer. De laatste weken voor het kerstreces zijn druk en dan schiet er weleens iets bij in.

Laat ik beginnen mijn excuses te maken voor mijn weblog van vorige week. Allemaal afko’s en zorgjargon! Het was een noodgreep, vorige week. Vergaderingen rolden over elkaar heen. Een moment van bezinning en een sprankelend verhaal lukte gewoon even niet. Daarom vorige week maar even wat uit een van mijn bijdragen aan een commissievergadering. Deze week zou het me ook zomaar kunnen overkomen met een hele maandag MIRT-debat en een VROM-begroting. Zie hier de afko’s vanuit ruimtelijke ordening, infrastructuur en transport. In deze debatten is het de uitdaging in weinig spreektijd zoveel mogelijk duurzaamheid en rentmeesterschap kwijt te kunnen.

Voor werkbezoeken heb ik op dit moment weinig tijd, maar gelukkig kan ik bij deze debatten ‘teren’ op heel veel opgedane informatie in de afgelopen maanden. Mooie herstructureringsprojecten gezien en slimme nieuwbouw in hoge dichtheden.

Een van de belangrijkste inspiratiebronnen vormde onze expertmeeting van een paar weken geleden. De kernboodschap van die bijeenkomst is sterk bij me blijven hangen: de kansen van de crisis! Het mondiale economische stelsel met haar steeds grotere groei, put energiebronnen uit in een sneller tempo dan deze te vervangen zijn. Het economische systeem stimuleert ontbossing, overbevissing en ernstige vervuiling van ons natuurlijke leefklimaat; vergoelijkt de uitbuiting van gemarginaliseerden. Tenslotte zorgt het voor een toenemende ongelijkheid in de verdeling van welvaart, zowel tussen Noord en Zuid als tussen rijken en armen binnen de armste landen. Daarom is een integrale aanpak noodzakelijk. De complexiteit en onderlinge verbondenheid van de huidige crises laten zien dat een commitment van alle kanten van de samenleving vereist is om tot daadkrachtige oplossingen te kunnen komen.

De laatste maanden groeit het besef dat louter economische groei in de klassieke ‘(Bruto Nationaal Product)BNP definitie’ geen goede maatstaf is voor welvaart. Een economische visie en orde moeten worden ontwikkeld, waarbij niet virtuele groei, maar echte welvaart centraal staat, gemeten aan: sociaal-menselijke, ecologische en duurzaam-economische waarden.

Het kabinet heeft inmiddels een adviesaanvraag bij de SER neergelegd in verband met de heroverweging met daarbij de boodschap dat het zaak is om zo te bezuinigen en te hervormen dat tegelijkertijd een duurzame groei van de economie wordt versterkt. Dat is een goede zaak! Het lijkt de ChristenUnie logisch om straks geen heroverwegingen te zien, slechts berekend en verwoord in termen van het BNP, maar dat ook andere indicatoren worden gebruikt. Niet alleen de snelheidsmeter van de economie verdient aandacht, maar ook de ‘brandstofmeter’, het ‘toerental’ en de ‘temperatuur van de economische motor’.

Hoe lastig onze nationale vraagstukken op dit moment ook zijn, de internationale vraagstukken mogen we niet uit het oog verliezen. Ik denk even aan onze millenniumdoelstellingen op het terrein van water en sanitatie. De Nederlandse regering heeft als doel gesteld 50 miljoen mensen in de Derde Wereld te voorzien van veilig drinkwater en sanitatie. We liggen niet op schema; niet op het terrein van water en al helemaal niet op het terrein van sanitatie. Wat de ChristenUnie betreft krijgen waterschappen en rioleringsbedrijven dezelfde ruimte als drinkwaterbedrijven om 1% van hun opbrengsten in te zetten voor ontwikkelingssamenwerking. Een gezamenlijke inzet van overheid en watersector moet vervolgens tot effectievere acties leiden.

Tot volgende week, vanuit Kopenhagen!

Esmé Wiegman