EU coördinatie bij intergouvernementele energieovereenkomsten - Hoofdinhoud
EU coördinatie bij intergouvernementele energieovereenkomsten
De EU importeert momenteel 60 procent van haar gasbehoefte en meer dan 80 procent van haar oliebehoefte. Rusland, Algerije en Noorwegen zijn de grootste leveranciers. In het Verdrag betreffende de Europese Unie is bepaald dat het energiebeleid van de Unie dient ter waarborging van werking en veiligheid van de energiemarkt. Van tijd tot tijd sluiten lidstaten met derde landen overeenkomsten die de correcte werking van de interne energiemarkt zouden kunnen beïnvloeden. Meestal worden overeenkomsten inzake energieleverantie gesloten tussen commerciële eenheden, maar in sommige gevallen is bijstand van een lidstaat vereist in de vorm van een intergouvernementele overeenkomst (IO).
Om te voorkomen dat voorschriften van de interne markt op energiegebied worden overtreden, moeten de lidstaten met betrekking tot deze IOs op energiegebeid nauwer samenwerken. De Commissie voor Industrie, Telecom, Research en Energie heeft vandaag ingestemd met een voorstel dat dit proces gaat coördineren. Er is hierover lange tijd onderhandeld tussen de Raad (de 27 lidstaten) en het Europees Parlement. Het is goed dat ondanks het feit dat de Raad enkele punten uit het voorstel van de Europese Commissie heeft teruggedraaid een akkoord is. Hierdoor wordt direct de transparantie vergroot en samenwerking tussen lidstaten op het gebied van energie geïntensiveerd.
De Commissie kan de lidstaten deskundige kennis ter beschikking stellen en gezamenlijke initiatieven coördineren om ervoor te zorgen dat IOs
zullen stroken met interne-marktvoorschriften. Deze wetgeving is dus niet van toepassing op overeenkomsten tussen commerciële eenheden, tenzij deze deel vormen van een IO.
De ervaring wijst uit dat de bemoeienis van de Commissie met onderhandelingen met derde partijen de uitkomst van de besprekingen positief kan beïnvloeden. Door grotere betrokkenheid van de Commissie wordt de naleving van de interne-marktvoorschriften van de EU waarschijnlijk vergemakkelijkt met het gevolg dat de juridische zekerheid van marktdeelnemers toeneemt.