Schriftelijke vragen over gehoorbeschadiging bij jeugd - Hoofdinhoud
Met dank overgenomen van H.G.J. (Hanke) Bruins Slot i, gepubliceerd op donderdag 4 oktober 2012.
Bron:
CDA
Hanke Bruins Slot heeft namens het CDA, samen met de CU, schriftelijke vragen gesteld over gehoorbeschadiging bij de jeugd. Uit een artikel in het AD blijkt namelijk dat 93% van de ‘discojeugd’ schade aan het gehoor oploopt. Beide partijen roepen de minister van VWS op om met een beleidsagenda gehoorschade te komen.
Schriftelijke vragen van de leden Voordewind (ChristenUnie) en Bruins Slot (CDA) aan de minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport over gehoorschade bij de jeugd.
-
1.Kent u het bericht “schade aan gehoor bij 93 procent van de discojeugd”?
-
2.Bent u met ons van mening, dat gehoorschade door te hoge volumesterktes in uitgaansgelegenheden een groot risico voor de volksgezondheid vormt en dat dit op den duur aanzienlijke kosten voor de maatschappij met zich mee brengt?
-
3.Kunt u een overzicht geven van de activiteiten die op dit moment door u worden ondernomen om gehoorschade als gevolg van harde muziek onder jongeren te beperken?
-
4.Bent u met ons van mening, gezien het feit dat het aantal jongeren met blijvende gehoorschade ieder jaar stijgt, dat het van groot belang is om met een beleidsagenda gehoorschade te komen?
-
5.Bent u met ons van mening dat in een beleidsagenda een duidelijke verantwoordelijkheidsverdeling moet worden opgenomen, nu ons ook berichten bereiken dat het niet alleen om feesten, discotheken en clubs gaat waar jongeren in hun vrije tijd naartoe gaan, maar het ook om georganiseerde schoolfeesten gaat voor kinderen in de leeftijd 12 tot 18 jaar?
-
6.Bent u met ons van mening, dat jongeren nog onvoldoende op de hoogte zijn van de gevolgen van gehoorschade? Niet alleen op oudere leeftijd, maar ook op de kortere termijn? Bijvoorbeeld als het om een carrière bij defensie of de politie gaat? In hoeverre worden jongeren hierop voldoende voorbereid?
-
7.Ondersteunt u het convenant, dat de Nationale Hoorstichting vorig jaar sloot met koepelorganisaties voor poppodia en evenementen, en de proef met een keurmerk voor geluidsvriendelijke discotheken? Zo ja, wat kunt u eraan bijdragen om deze maatschappelijke initiatieven tot een succes te laten zijn? Zo nee, waarom niet?
-
8.Vindt u ook, dat naast het wettelijk beschermen van personeel, ook uitgaanspubliek bescherming verdient tegen gehoorschade? Zo ja, bent u bereid om de branche te stimuleren om de huidige goede voorbeelden te volgen en beleid te ontwikkelen om gehoorschade als gevolg van harde muziek te voorkomen?
-
9.Welke omstandigheden hebben er in Vlaanderen toe geleid dat daar vanaf 1 januari een maximale geluidlimiet van 100 decibel wettelijk is vastgelegd? Op welke wijze is dit besluit in Vlaanderen in de wet vastgelegd? Zou invoering van een dergelijke wet ook in Nederland een positief effect kunnen hebben wanneer het convenant onvoldoende werkt?
AD, 2 oktober 2012, schade aan gehoor bij 93 procent van de discojeugd