Moslims, geef rekenschap van de angst voor de islam - Hoofdinhoud
Ramzi Alioui schreef mij ‘the day after’ een ontroerende brief over wat de opmars van de PVV met hem doet. Wat moet ik doen om gemotiveerd te blijven, vraagt hij. Mijn antwoord is, breng een beweging op gang van goedwillende Marokkanen die zich distantiëren van kwelgeesten en radicalen. Laat massaal en publiekelijk zien dat wij houden van Nederland en bijdragen aan deze samenleving.
Aangepast
Ramzi schreef mij namelijk: ‘Ik heb mij honderd procent aangepast aan deze samenleving, dat kan bijna ook niet anders, want ik ben hier geboren. Momenteel ben ik het helemaal kwijt. Ik zet mij zo hard in voor een gezonde samenleving. Ik val niemand lastig en sinds kort heb ik een vast contract bij een groot bedrijf, daar heb ik mij twee jaar lang voor moeten bewijzen. Ik heb de afgelopen tijd geprobeerd onze medeburgers ervan te overtuigen dat niet iedereen ‘uit Marokko’ slecht is. En toch zijn een miljoen Nederlanders niet overtuigd. Ik weet echt niet meer wat ik moet doen.’
Ramzi overweegt helaas iets te doen dat het omgekeerde is van een beweging in gang zetten. Hij denkt eraan terug te gaan naar Australië, waar hij vier jaar geleefd heeft. Dat gaat Nederland niet verder helpen.
Oké, een klein deel van de PVV-stemmers is racistisch. Steek daar als Marokkaanse gemeenschap geen emotionele energie in.
Last
Een ander deel van de PVV-stemmers ondervindt daadwerkelijk last van integratieproblemen in de wijken. Gecombineerd met het faillissement van de onmachtige instituties is dat een groot drama. Wij moeten de komende vier jaar als overheid de opgave aangaan justitie, politie, inburgering en jeugdzorg in fors tempo te revitaliseren en erbovenop zitten om te zorgen dat instellingen voor onderwijs, welzijn en arbeidsbemiddeling hun werk goed doen.
De Marokkaanse gemeenschap moet daarop aandringen, tot aan de poorten van de school en aan de loketten van de sociale dienst. Een hoogwaardige samenleving als die van ons die niet in staat is dit type problemen op te lossen, dat kan echt niet.
Een ontdekking is voor veel mensen de derde groep PVV-stemmers: de mensen die feitelijk geen last hebben integratieproblemen.
Zoals het kwart van de stemmers uit Limburg, die zeggen: ‘Straks zijn wij ons christelijk erfgoed kwijt.’ Wij hadden dat kunnen weten, maar wij willen niet zien dat er méér is dan de seculiere grote steden en dat religie in Nederland wel degelijk een issue is. De overheid moet dus een visie hebben op de plaats van de islam in de samenleving. Tegelijkertijd moeten moslims zich rekenschap geven van de dreiging die uitgaat van de nieuwe religie.
Grote kerk
Mijn vraag is dus aan de goed functionerende, welwillende Ramzi’s: stel dat in het Marokkaanse dorpje waar je ouders vandaan komen naast de moskee een grote kerk gebouwd wordt, wat heb je nodig om dat te vertrouwen? Een kerkgemeenschap die volstaat met een verwijzing naar zijn juridisch recht, wekt eerder angst dan vertrouwen. Angst en vertrouwen zijn emoties.
Dus wat wél helpt, is als de nieuwe kerkgemeenschap laat zien van het dorp te houden, dat de kerkgemeenschap toont dat zij een bijdrage wil leveren aan het dorpsleven en te allen tijde bereid is tot serieuze discussie. Met andere woorden: Ramzi en andere moslims, denk na over je aanwezigheid, begrijp de impact en de effecten van islamitische uitingen als minaretten, kleding.
Blijf niet hangen in ‘dit is mijn recht’, sta stil bij de effecten van je aanwezigheid als nieuwe religie. Zie óf af van de minaret óf leg uit wat de bouw ervan betekent, te weten: ‘Wij houden van Nederland, wij zijn geen gast meer, wij hangen niet in een tijdelijke garagemoskee die wij for the time being benutten, wij binden ons door een echt gebouw te bouwen, daar steken wij ons geld in en niet in een tweede huis in Marokko.’
Alleen als wij dit alles doen - de weg naar criminaliteit afsnijden, de weg naar onderwijs en werk plaveien, afstand nemen van wandaden, en een omgang vinden met de angst voor identiteitsverlies - alleen zo hebben wij over vier jaar het tij gekeerd, van een angstige samenleving vol wantrouwen en isolatie naar een hoopvolle samenleving die sterk en betrokken is. Dus niet vluchten, maar uitdiscussiëren en de handen uit de mouwen steken.
Ahmed Marcouch is gemeenteraadslid en Tweede Kamerlid voor de Pvd. Dit opiniestuk stond op 15 juni in de Volkskrant.