Roel Kuiper: 'Ambtenaren zijn geen automaten' - Hoofdinhoud
Lees hieronder de hele bijdrage van Roel Kuiper aan het debat over wetsvoorstel 33344: Voorstel van wet tot wijziging van het BW met betrekking tot ambtenaren die onderscheid maken als bedoeld in de Awgb
Voorzitter,
Ambtenaren in overheidsdienst zijn geen automaten, maar mensen met opvattingen en overtuigingen, en dat is maar goed ook. Doorgaans weten we dat ook wel te waarderen. Natuurlijk, overheidsdienaren voeren de wet uit en dienen daarbij loyaal te zijn, leggen daar soms een eed voor af, maar het blijven mensen met eigen overtuigingen en opvattingen. Er is in Nederland steeds begrip geweest voor situaties waarin die overtuigingen kunnen schuren met wat van hen als loyale ambtenaar gevraagd wordt. Daarvan kennen we de voorbeelden uit militaire dienst, het politiewerk en ook uit de ambtenarij. In de beste Nederlandse tradities van onderling overleg viel dat altijd op te lossen.
Het wetsvoorstel dat vandaag aan de orde is, stemt onze fractie niet vrolijk. Het breekt met deze traditie van onderling overleg waar het gaat om ambtenaren die op grond van godsdienst of levensovertuiging gewetensbezwaren aanvoeren voor het sluiten van huwelijken met partners van gelijk geslacht. Het is niet zo dat zij vinden dat die huwelijken niet kunnen of mogen worden gesloten, alleen zijzelf willen dat niet doen. Er is al vaker op gewezen dat dit op geen enkele manier de uitvoering van de wet in gevaar brengt, waarvoor overigens niet zijzelf, maar het bestuursorgaan, de gemeente, verantwoordelijk is. De consequentie van dit voorstel is dat mensen met een bepaalde godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging niet meer benoembaar zijn als ambtenaar van de burgerlijke stand. De indieners van deze wet nemen deze ingrijpende consequentie voor hun rekening, door sommigen aangeduid als ‘beroepsverbod’. Mijn fractie vindt dit niet passen bij de tolerantie van Nederland die we op andere momenten zo weten te waarderen.
Voorzitter, inmiddels zijn wel zo ongeveer alle argumenten op tafel gekomen. Tegenstanders van deze wet kunnen zich aansluiten bij het advies van de Raad van State, voorstanders bij het advies van de Commissie Gelijke Behandeling. Langs de reeds bekende grondlijnen van argumentatie hebben fracties in de afgelopen vijftien jaar ook weleens van positie gewisseld. Kon de PvdA en GroenLinks zich in het verleden nog voorstellen dat gewetensbezwaarde ambtenaren werden ontzien, nu hebben zij dat begrip niet meer. Blijft over de vraag waarom we de kwestie van de gewetensbezwaarde ambtenaar zo belangrijk vinden dat er nu een wettelijke regeling moet komen. Mijn fractie had liever gezien dat we dit aan gemeenten overlaten, zoals we op het ogenblik heel veel kwesties aan gemeenten overlaten. We zeggen in dit huis bij allerlei onderwerpen dat gemeenten mans genoeg zijn hun interne kwesties op te lossen, waarom deze dan niet? Zoals bekend is dit ook het standpunt van de VNG. Op dit punt hoor ik graag een reactie van de indieners.
Voorzitter, wat hier de werkelijke breuk is met het verleden is dat voorafgaand aan het moment waarop een ambtenaar van de burgerlijke stand in dienst is getreden een gesprek dient plaats te vinden waarin naar de overtuigingen van de kandidaat is gevraagd. Er vindt een screening plaats waarbij doorgevraagd wordt op iemands godsdienstige of levenbeschouwelijke overtuigingen. Het argument dat we geen onderscheid mogen maken op grond van ras, geslacht of godsdienst keert hier terug, maar dan in omgekeerde richting. Burgers mogen geen onderscheid maken, overheden ook niet. En al is het te begrijpen dat het niet handig is als een ambtenaar een deel van de huwelijken niet wil sluiten, deze screening op godsdienst of levensovertuiging hoort niet bij het handelen van de overheid. In het verleden werd dit opgelost door ervoor te zorgen dat uit alle richtingen en levensovertuigingen ambtenaren van de burgerlijke stand beschikbaar te hebben. De consequentie van dit voorstel zal zijn dat ambtenaren afkomstig uit bepaalde godsdienstige richtingen (is het nu joods, christelijk of islamitisch) niet meer in aanmerking komen. In plaats van rekening te houden met verschillen van opvatting die er nu eenmaal tussen mensen bestaan, komt er nu een systeem van screening voor wie optreedt in de overheidsdienst. Mijn fractie betreurt dit.
Voorzitter, juist omdat er altijd veel ruimte is geweest voor eigen inkleuring en sfeer van de huwelijksplechtigheid en hebben bruidsparen altijd veel ruimte gehad in de keuze van de trouwambtenaar. Als er een keuze was en er was een ambtenaar van de burgerlijke stand die dezelfde levensrichting was toegedaan als de beide partners, dan werd die nogal eens gekozen. Dat geldt ook voor partners van gelijk geslacht. Een variant op dit systeem is dat bruidsparen een verwant, vriend of kennis kunnen vragen als buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand op te treden. Deze persoon wordt dus gericht gevraagd voor deze ene plechtigheid. Vinden indieners het acceptabel dat in dat geval geen zware toetsing plaatsvindt?
Voorzitter, het moge duidelijk zijn dat mijn fractie deze wet onnodig en in zijn consequenties veel te vergaand vinden, een breuk met tradities van tolerantie en minnelijke schikking. Voor de landelijke wetgever zien wij in elk geval geen taak, en al helemaal niet in een kwestie die op de keper beschouwd een voetnoot moet heten bij de wetten die in Nederland het homohuwelijk tot stand hebben gebracht. Het is echter geen voetnoot bij de tradities van het openbaar bestuur in Nederland en zetten mensen die er anders over denken dan de indieners buiten het gemeentehuis. Die negatieve inzet betreuren wij, en dat temeer daar er in Nederland geen enkele belemmering is voor wie ook maar om te trouwen, gemeenten daar ook gewoon zorg voor kunnend ragen en zelf op geen enkele manier in strijd handelen met artikel 1 van de Grondwet. De balans is hier zoek, de verhoudingen tussen burgers die in een democratische samenleving nu eenmaal verschillend kunnen denken, onnodig op scherp gezet. Hopelijk kan dit debat nog leiden tot eng begrip tussen de kampen, al zie ik niet precies hoe. In elk geval zullen wij dit voorstel niet steunen.