CDA zet vraagtekens bij klimaatplannen Timmermans: meer oog voor banen en energiekosten nodig. - Hoofdinhoud
Vandaag publiceert Eurocommissaris Frans Timmermans zijn plannen voor een ambitieuzere CO2-reductiedoelstelling in 2030, als onderdeel van de Europese klimaatwet om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn. Naar verwachting wordt de huidige Europese doelstelling van 40 procent reductie in 2030 ruimschoots gehaald, maar is deze planning niet voldoende om klimaatneutraliteit in 2050 te bereiken. De studie laat zien dat het op macroniveau haalbaar is voor onze economie om in 2030 de uitstoot van broeikasgassen met minstens 55 procent terug te dringen, maar dat de effecten voor gezinnen en specifieke sectoren groot kunnen zijn.
CDA-Europarlementariër en klimaatwoordvoerder Esther De Lange deelt de ambitie van Timmermans om klimaatneutraal te zijn in 2050. Ze zet wel vraagtekens bij de gevolgen voor de werkgelegenheid van de plannen die vandaag op tafel kwamen. De Lange: “Wij willen ook in 2050 klimaatneutraal zijn, maar de manier waarop dat gebeurt is essentieel. We willen meer actie zien om bedrijven én hun banen in de EU te houden. Door strengere eisen te stellen, zónder aan de andere kant ook voldoende bescherming te bieden, zetten we Europese bedrijven en industrie in de uitverkoop. Over een eerlijk speelveld op de wereldmarkt en het aanpakken van oneerlijke concurrentie door staatsgesteunde bedrijven, met name uit China, lees ik nog weinig concreets.”
Het CDA zal ook goed naar de situatie voor huishoudens kijken. De Lange: “Uit de cijfers van de Commissie zelf blijkt dat dit pakket de energiekosten voor gezinnen verder opdrijft. De gemiddeld iets lagere stookkosten wegen niet op tegen de veel hogere kosten aan energiezuinige apparatuur en isolatiemateriaal. Dit soort extra onzekerheid kunnen gezinnen in deze tijd niet gebruiken. Wij houden ook nog een hoop vraagtekens bij hoe de Commissie denkt alle doelen te behalen. Timmermans heeft wat dat betreft nog veel uit te leggen. Wij tekenen niet zomaar bij dit kruisje.”