Amendement Beckerman over het expliciet mogelijk maken dat besluiten kunnen worden herzien - Hoofdinhoud

Dit amendement i is onder nr. 8 toegevoegd aan wetsvoorstel 36566 - Herstel van omissies en het aanbrengen van verduidelijkingen.

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL

2

Vergaderjaar 2024-2025

36 566

Wijziging van de Tijdelijke wet Groningen in verband met het herstel van omissies en het aanbrengen van verduidelijkingen

Nr. 8

AMENDEMENT VAN HET LID BECKERMAN

Ontvangen 28 januari 2025

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Aan artikel I, onderdeel D, worden twee onderdelen toegevoegd, luidende:

• 6. 

  In het zevende lid vervalt “, nadat het besluit onherroepelijk is geworden”.

• 7. 

  In het achtste lid vervalt “, nadat het besluit onherroepelijk is geworden”.

II

In artikel I, onderdeel F, wordt “en wordt” vervangen door “, wordt” en wordt toegevoegd “en vervalt “, nadat het besluit onherroepelijk is geworden””.

Toelichting

Indiener beoogt met dit amendement het woord “onherroepelijk” te schrappen uit de artikelen 13i, zevende en achtste lid, en 13k, eerste lid, van de wet. Deze wijziging biedt expliciet de mogelijkheid om besluiten over het al dan niet versterken van gebouwen te herzien indien er nieuwe feiten en omstandigheden ontstaan.

Hoewel het bestuursrecht in algemene zin ruimte biedt voor herziening bij nieuwe feiten, kan het gebruik van het woord “onherroepelijk” in deze wet tot verwarring leiden of de indruk wekken dat dergelijke herziening niet mogelijk is. Door deze wijziging wordt juridisch bevestigd dat besluiten zoals een ‘op norm’-besluit of een besluit tot het weigeren van versterking opnieuw beoordeeld kunnen worden, wanneer dat nodig is door veranderde omstandigheden of nieuwe informatie. Dit is van bijzonder belang in het aardbevingsgebied van Groningen, waar de dynamische aard van de problematiek en de behoeften van bewoners voortdurend kunnen veranderen.

Het amendement waarborgt dat zowel nieuwe eigenaren als oorspronkelijke gedupeerden de mogelijkheid behouden om besluiten aan te vechten of herziening te verzoeken, indien nieuwe feiten of omstandigheden dat rechtvaardigen. Dit draagt bij aan een flexibelere en rechtvaardigere besluitvorming, wat essentieel is voor het herstel van vertrouwen tussen de overheid en de inwoners van het aardbevingsgebied.

Beckerman