Mr. A. (Aad) Kosto - Hoofdinhoud
PvdA-politicus. Groeide op in een Leids doopsgezind arbeidersgezin en studeerde eerst theologie en daarna rechten. Werkte bij de VARA en was als Tweede Kamerlid vanaf 1972 cultuur- en justitie-woordvoerder. Later ook eerste woordvoerder mediazaken. Vasthoudend en deskundig Kamerlid, dat als lid van een regeringsfractie de degens kruiste met Justitieminister Van Agt i. Zijn harde oordeel over diens beleid in de affaire-Menten i werd door Van Agt als actie tot persoonlijke beschadiging gezien. Als staatssecretaris van Justitie in het derde kabinet-Lubbers i kreeg hij te maken met een toenemende stroom vluchtelingen. Vanwege zijn beleid pleegde een extremistische groep een aanslag op zijn woning. Na het aftreden van Hirsch Ballin i kort minister en vervolgens staatsraad.
PvdA
functie(s) in de periode 1972-2008: lid Tweede Kamer, staatssecretaris, minister, lid Raad van State
Inhoudsopgave
Arie (Aad)
geboorteplaats en -datum
Oegstgeest, 9 januari 1938 partij(en)
PvdA (Partij van de Arbeid)
-
-wetenschappelijk medewerker PvdA-fractie Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 1 april 1966 tot 1967
-
-bedrijfsjurist/hoofd personeelszaken, motorenfabriek "Fijnhout" N.V. te Amsterdam, van september 1967 tot juni 1972
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 7 december 1972 tot 7 november 1989
-
-staatssecretaris van Justitie (onder meer belast met vreemdelingen, criminaliteitspreventie, kansspelen en jeugdbescherming), van 7 november 1989 tot 27 mei 1994
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 17 mei 1994 tot 11 september 1994
-
-minister van Justitie, van 27 mei 1994 tot 22 augustus 1994
-
-lid Raad van State, van 12 september 1994 tot 1 februari 2008
takenpakket (staatssecretaris)
-
-Was als staatssecretaris belast met 1. de behandeling van zaken op het terrein van de privaatrechtelijke wetgeving met uitzondering van het Nieuw Burgerlijk Wetboek en van wetgeving op het terrein van de volksgezondheid; 2. criminaliteitspreventie, slachtofferhulp en particuliere beveiliging; 3. vreemdelingen; 4. rechtspersonen, nationaliteit en burgerlijke staat; 5. kansspelen; 6. jeugdbescherming en reclassering met inbegrip van zaken betreffende de geestelijke verzorging binnen de justitiële inrichtingen, voorzover deze zaken geen rechtstreeks verband hielden met de algemene verantwoordelijkheid van de minister inzake kerkgenootschappen en andere genootschappen op geestelijke grondslag; 7. internationale rechtshulp in strafzaken, strafonderbreking en gratie; 8. rechtshulp; 9. het notariaat en deurwaardersambt; 10. andere door de minister aan te wijzen onderwerpen.
In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.
vorige (2/18)-
-lid bestuur Vereniging voor Democratisch Bestuur en Vertegenwoordiging "Thorbecke"
-
-voorzitter Stichting Auteursrechtbelangen en Vereniging "Voice", vanaf 2008
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
afgeleide functies, presidia etc. (2/7)
-
-lid bijzondere commissie voor het paspoortproject (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 11 mei 1988 tot 7 november 1989 (op 14 juni 1988 kreeg deze commissie de enquêtebevoegdheden)
-
-voorzitter Nederlandse Groep van de Interparlementaire Unie, omstreeks september 1989 tot november 1989
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
als parlementariër (3/13)-
-Interpelleerde op 2 juli 1987 de ministers De Korte en Korthals Altes over het politiebudget
-
-Interpelleerde op 21 februari 1989 minister Van den Broek over het boek "The satanic verses" van Salman Rushdie
-
-Voerde in 1989 het woord bij het debat over de vrijlating van de Twee van Breda namens de voorstanders in zijn fractie van die vrijlating
opvallend stemgedrag (0/3)
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
als bewindspersoon (beleidsmatig) (3/9)
-
-Bracht in 1994 met minister Hirsch Ballin de beleidsnota over het gevangeniswezen, "Werkzame detentie", uit. Richtinggevend voor het beleid zijn de kernbegrippen: veilig, menswaardig en doelmatig. Bij veilig spelen capaciteit en voorkomen van onttrekking een sleutelrol. Menswaardig betekent geen verdergaande beperkingen aan gedetineerden dan voor het doel van de vrijheidsbeneming noodzakelijk is. Doelmatig betekent dat het gevangeniswezen moet bijdragen aan veiligheid van de samenleving op korte en lange termijn. Kern van het nieuwe detentieregime is het centraal stellen van de productieve arbeid in een standaardregime. De tijd daarvoor wordt opgevoerd naar 26 uur per week. Bijzondere opvang is er alleen voor drugsverslaafden, gedetineerden met een psychische stoornis en gedetineerden die hun kansen bij terugkeer willen vergroten. In de eindfase van de detentie is plaatsing in een inrichting met grotere vrijheden mogelijk. Voor vluchtgevaarlijke gedetineerden komen er twee kleine extra beveiligde inrichtingen (in Vught en Lelystad). (22.999, nr. 11)
-
-Kreeg als minister in 1994 te maken met de affaire-Gonsalves. Deze procureur-generaal kwam in opspraak door publicaties over zijn optreden als bestuursambtenaar in Nieuw-Guinea eind jaren vijftig.
-
-Verdedigde in 1994 in de Tweede Kamer als minister het wetsvoorstel Goedkeuring van het op 20 november 1989 te New York tot stand gekomen Verdrag inzake de rechten van het kind (22.855)
als bewindspersoon (wetgeving) (3/20)
-
-Bracht in 1994 een herziening (Stb. 528) van het strafrecht voor jeugdigen tot stand. Een aantal bepalingen waarin het kinderstrafrecht afwijkt van het volwassenenstrafrecht komt te vervallen. Plaatsing in een tuchtschool en arrest worden vervangen door jeugddetentie; terbeschikkingstelling en plaatsing in inrichting voor buitengewone behandeling door plaatsing in inrichting voor jeugdigen. Er komen meer mogelijkheden voor alternatieve sancties. (21.327)
-
-Bracht in 1994 een wet (Stb. 570) tot herziening van het procesrecht in zaken van personen- en familierecht tot stand. Dit zorgt voor harmonisatie, stroomlijning en vereenvoudiging van procedures, en met name voor de verzoekschriftprocedures. (22.487)
-
-Bracht in 1994 de Algemene wet op het binnentreden in het Staatsblad (Stb. 572). De wet geeft uitvoering aan artikel 12 van de Grondwet, waarin staat dat het binnentreden in een woning tegen de wil van de bewoner alleen in bijzondere gevallen is geoorloofd. Deze wet regelt die bijzondere omstandigheden en stelt regels omtrent legitimatie, machtiging en bevoegdheid bij binnentreden. Tevens kwam er een wet tot aanpassing van binnenbetredingsbepalingen (Stb. 573). De wetsvoorstellen waren in 1985 ingediend door minister Korthals Altes en in 1994 door minister Hirsch Ballin in de Tweede Kamer verdedigd. (19.073 & 22.539)
U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.
algemeen-
-Zijn huis werd in de vroege ochtend van 13 november 1991 door een bom grotendeels verwoest. Het betrof hier een aanslag door de actiegroep RaRa; zij richtte zich tegen het asielbeleid van Kosto.
uit de privésfeer
-
-Was in 1963-1965 medewerker aan het (geruchtmakende) VARA tv-programma "Zo is het toevallig ook nog eens een keer" en in 1966-1967 presentator van het tv-programma van "De jonge onderzoeker"
-
-In 1966 vormden Hans Ouwerkerk en hij de gehele wetenschappelijke ondersteuning van de PvdA-Tweede Kamerfractie
-
-Zijn eerste echtgenote, Anneke Reuvekamp, was lerares klassieke talen, wethouder van Schermer en directeur van de dienst welzijn, gemeente Alkmaar. Zij was actief in de PvdA en bij de Rooie Vrouwen en lid van de Emancipatiecommissie. Zij overleed in 2005.
anekdotes en citaten
-
-Nadat Marcel van Dam zich in 1985 als kandidaat had opgeworpen voor het lijsttrekkerschap van de PvdA zei Kosto tegen Vrij Nederland dat Van Dam ongeschikt was, onder meer omdat hij geen teamworker was. Ook zou hij met zijn drankgebruik hebben gekoketteerd, door (ook in VN) te laten optekenen dat hij 'klapwiekend van de whisky" uit het vliegtuig was gestapt. Dat laatste was echter een misvatting. Van Dam had het niet over zichzelf gehad, maar over topmanagers met wie hij in eenzelfde vliegtuig had gezeten. Vrij Nederland had het gedrag ten onrechte aan Van Dam zelf toegeschreven.
-
-H. Visser, "Wie is Wie in de Tweede Kamer?" (1983)
-
-T. van Rijckevorsel en H. Enkelaar, "Wie is Wie in de Tweede Kamer?" (1988)
-
-F. Abrahams, "Aad Kosto, staatssecretaris van justitie: 'Die intellectuele smaakmakers kunnen mij gestolen worden'", NRC Handelsblad, 14 maart 1992
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.