De Unie brengt iedere dienstige samenwerking tot stand met de Verenigde Naties, de Raad van Europa, de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling.
2.
Zij onderhoudt daarnaast de wenselijk geachte betrekkingen met andere internationale organisaties.
3.
De minister van Buitenlandse Zaken van de Unie en de Europese Commissie zijn belast met de uitvoering van het bepaalde in dit artikel.
De delegaties van de Unie in derde landen en bij internationale organisaties vertegenwoordigen de Unie.
2.
De delegaties van de Unie werken onder het gezag van de minister van Buitenlandse Zaken van de Unie en in nauwe samenspraak met de diplomatieke missies van de lidstaten.