Voorstel van wet - Voorstel van wet van de leden De Hoop Scheffer en Verhagen tot wijziging van de Vreemdelingenwet (wettelijke vastlegging van de machtiging tot voorlopig verblijf) - Hoofdinhoud
Dit voorstel van wet i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 24544 - Initiatiefvoorstel-De Hoop Scheffer/Verhagen - Wijziging van de Vreemdelingenwet (wettelijke vastlegging van de machtiging tot voorlopig verblijf) i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Voorstel van wet van de leden De Hoop Scheffer en Verhagen tot wijziging van de Vreemdelingenwet (wettelijke vastlegging van de machtiging tot voorlopig verblijf); Voorstel van wet |
---|---|
Documentdatum | 06-12-1995 |
Publicatiedatum | 12-03-2009 |
Nummer | KST11844 |
Kenmerk | 24544, nr. 2 |
Van | Staten-Generaal |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 1995–1996
24 544
Voorstel van wet van de leden De Hoop Scheffer en Verhagen tot wijziging van de Vreemdelingenwet (wettelijke vastlegging van de machtiging tot voorlopig verblijf)
Nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is regels te stellen met betrekking tot de eis dat de vreemdeling die een verzoek om toelating indient, beschikt over een geldige machtiging tot voorlopig verblijf; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Vreemdelingenwet wordt gewijzigd als volgt: A
In artikel 1 wordt na de omschrijving van het begrip «de korpschef» ingevoegd:
machtiging tot voorlopig verblijf: het door een Nederlandse diplomatieke of consulaire vertegenwoordiging in het buitenland na voorafgaande machtiging van Onze Minister van Buitenlandse Zaken afgegeven visum voor een verblijf van langer dan drie maanden;.
B
Na artikel 16 wordt een nieuw artikel 16a ingevoegd, luidende:
Artikel 16a
-
1.Een aanvraag om toelating wordt slechts in behandeling genomen, indien de vreemdeling beschikt over een geldige machtiging tot voorlopig verblijf, welke hij heeft aangevraagd bij en welke hem verstrekt is door de Nederlandse diplomatieke of consulaire vertegenwoordiging in het land van zijn herkomst of het land van zijn bestendig verblijf.
-
2.Van het bezit van een machtiging tot voorlopig verblijf zijn de volgende categorieën vreemdelingen vrijgesteld:
-
a.vreemdelingen die de nationaliteit bezitten van één der door Onze Minister aan te wijzen landen;
-
b.vreemdelingen die een aanvraag om toelating als vluchteling hebben ingediend als bedoeld in artikel 15, eerste lid;
-
c.gezinsleden van toegelaten vluchtelingen, die rechtstreeks uit het land van herkomst komen en in aanmerking komen voor toelating in het kader van gezinshereniging;
-
d.vreemdelingen die zich in een zodanig acute medische noodsituatie bevinden, dat behandeling onverwijld noodzakelijk is;
-
e.vreemdelingen die slachtoffer of getuige-aangever zijn van vrouwenhandel.
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Staatssecretaris van Justitie,