Brief minister met reactie op vraag van de heer Jansen van Raaij, gesteld tijdens het interpellatiedebat van 13 juni 2002 - Interpellatie inzake de VS American Service Members' Protection Act (ASPA) - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 2 toegevoegd aan dossier 28437 - Interpellatie-Karimi inzake de VS American Service Members' Protection Act (ASPA).
Inhoudsopgave
Officiële titel | Interpellatie inzake de VS American Service Members' Protection Act (ASPA); Brief minister met reactie op vraag van de heer Jansen van Raaij, gesteld tijdens het interpellatiedebat van 13 juni 2002 |
---|---|
Documentdatum | 12-07-2002 |
Publicatiedatum | 12-03-2009 |
Nummer | KST62820 |
Kenmerk | 28437, nr. 2 |
Van | Buitenlandse Zaken (BUZA) |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2001–2002
28 437
Interpellatie inzake de VS American Service Members’ Protection Act (ASPA)
Nr. 2
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 juli 2002
Graag reageer ik hierbij op de vraag van het lid Janssen van Raaij, gesteld tijdens het interpellatiedebat van 13 juni 2002 over het Internationaal Strafhof en de «American Servicemembers Protection Act».
De heer Jansen van Raaij (LPF) vroeg of Nederland met de VS tot een regeling zou kunnen komen waarbij wordt afgesproken dat in Nederland gelegerde Amerikaanse troepen niet zullen worden ingezet bij een eventuele Amerikaanse militaire actie gericht op de «bevrijding» van Amerikaanse onderdanen die gedetineerd zijn bij het Internationale Strafhof.
Het antwoord daarop is nee. Uit de verklaring van de VS van 12 juni 2002 blijkt dat de Amerikaanse administratie zich geen situatie kan voorstellen waarbij de VS zouden terugvallen op militaire actie tegen Nederland. Er is dan ook geen reden om te komen tot een afspraak, zoals door de heer Janssen van Raaij wordt gesuggereerd.
De Minister van Buitenlandse Zaken, J. J. van Aartsen