Verordening 1980/679 - Tussentijdse maatregelen voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden voor de kust van West-Groenland, die van toepassing zijn op vaartuigen die de vlag van Canada voeren of die zijn gecharterd door in Canada geregistreerde rederijen - Hoofdinhoud

officiële titel

officiële Engelstalige titel

 

Rechtsinstrument	Verordening
Wetgevingsnummer	Verordening 1980/679
Origineel voorstel	COM(1980)29
Celex-nummer i	31980R0679

Avis juridique important

|

Verordening (EEG) nr. 679/80 van de Raad van 18 maart 1980 tot vaststelling van bepaalde tussentijdse maatregelen voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden voor de kust van West-Groenland, die van toepassing zijn op vaartuigen die de vlag van Canada voeren of die zijn gecharterd door in Canada geregistreerde rederijen

Publicatieblad Nr. L 076 van 22/03/1980 blz. 0001

++++

VERORDENING ( EEG ) NR . 679/80 VAN DE RAAD

VAN 18 MAART 1980

TOT VASTSTELLING VAN BEPAALDE TUSSENTIJDSE MAATREGELEN VOOR DE INSTANDHOUDING EN HET BEHEER VAN DE VISBESTANDEN VOOR DE KUST VAN WEST-GROENLAND , DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP VAARTUIGEN DIE DE VLAG VAN CANADA VOEREN OF DIE ZIJN GECHARTERD DOOR IN CANADA GEREGISTREERDE REDERIJEN

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

GELET OP HET VERDRAG TOT OPRICHTING VAN DE EUROPESE ECONOMISCHE GEMEENSCHAP , INZONDERHEID OP ARTIKEL 103 ,

GEZIEN HET VOORSTEL VAN DE COMMISSIE ,

OVERWEGENDE DAT DE RAAD OP 3 NOVEMBER 1976 EEN AANTAL RESOLUTIES BETREFFENDE BEPAALDE INTERNE EN EXTERNE ASPECTEN VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK VISSERIJBELEID HEEFT AANGENOMEN ;

OVERWEGENDE DAT DE GEMEENSCHAP EN CANADA EEN OVEREENKOMST HEBBEN GEPARAFEERD DIE VOORZIET IN DE VERLENGING VAN DE GELDIGHEIDSDUUR VAN DE OP 28 JUNI 1979 ONDERTEKENDE VISSERIJOVEREENKOMST TOT EN MET 31 DECEMBER 1980 , EN OVERLEG HEBBEN GEPLEEGD OVER DE WEDERZIJDSE TOEKENNING VAN VANGSTQUOTA VOOR 1980 ;

OVERWEGENDE DAT DIT OVERLEG WAT DE VISBESTANDEN VOOR DE KUST VAN WEST-GROENLAND BETREFT , NOG NIET IS AFGESLOTEN ;

OVERWEGENDE DAT DE DELEGATIES VAN DE TWEE PARTIJEN ZIJN OVEREENGEKOMEN OM IN AFWACHTING VAN DE AFSLUITING VAN HET OVERLEG EEN TUSSENTIJDSE REGELING VAST TE STELLEN WAARIN HUN AUTORITEITEN WORDT AANBEVOLEN VAARTUIGEN VAN DE ANDERE PARTIJ TOE TE STAAN TE VISSEN IN DE WATEREN VAN HUN EIGEN VISSERIJRECHTSGEBIED IN DE NAFO-DEELGEBIEDEN 0 EN 1 ;

OVERWEGENDE DAT HET DERHALVE WENSELIJK IS DAT DE GEMEENSCHAP TOESTAAT DAT VAARTUIGEN DIE DE VLAG VAN CANADA VOEREN OF ZIJN GECHARTERD DOOR IN CANADA GEREGISTREERDE REDERIJEN IN DE WATEREN VAN DE GEMEENSCHAP BLIJVEN VISSEN GEDURENDE EEN BEPERKTE PERIODE ;

OVERWEGENDE DAT , OM ERVOOR TE ZORGEN DAT DE WEDERZIJDSE VISRECHTEN ZONDER ONNODIGE VERTRAGING KUNNEN WORDEN UITGEOEFEND , DEZE REGELING MOET WORDEN VASTGESTELD ALS EEN TUSSENTIJDSE MAATREGEL OP DE GRONDSLAG VAN ARTIKEL 103 VAN HET VERDRAG ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

ARTIKEL 1

1 . HET GEBIED WAARVOOR DEZE VERORDENING GELDT IS HET GEDEELTE VAN DE VISSERIJZONE VAN DENEMARKEN DAT GELEGEN IS IN DEELGEBIED 1 ALS BEPAALD IN HET VERDRAG INZAKE TOEKOMSTIGE MULTILATERALE SAMENWERKING OP VISSERIJGEBIED IN HET NOORDWESTELIJK DEEL VAN DE ATLANTISCHE OCEAAN , EN DAT IN HET NOORDEN BEGRENSD WORDT DOOR DE 68E GRAAD NOORDERBREEDTE EN IN HET WESTEN DOOR EEN LIJN DIE PARALLEL LOOPT MET EN 12 ZEEMIJL VERWIJDERD LIGT VAN DE BASISLIJNEN VAN WAARAF DE TERRITORIALE WATEREN VAN GROENLAND WORDEN GEMETEN .

2 . IN DE PERIODE VAN 1 FEBRUARI TOT EN MET 30 APRIL 1980 MOGEN IN HET IN LID 1 GEDEFINIEERDE GEBIED DOOR VAARTUIGEN DIE DE VLAG VAN CANADA VOEREN OF DIE ZIJN GECHARTERD DOOR IN CANADA GEREGISTREERDE REDERIJEN TEN HOOGSTE DE IN BIJLAGE I VASTGESTELDE QUOTA WORDEN GEVANGEN .

3 . IN AFWIJKING VAN HET BEPAALDE IN LID 2 , ZIJN ONVERMIJDELIJKE BIJVANGSTEN VAN SOORTEN WAARVOOR GEEN QUOTA ZIJN VASTGESTELD , TOEGESTAAN BINNEN DE GRENZEN DIE ZIJN VASTGESTELD IN DE INSTANDHOUDINGSMAATREGELEN DIE IN DE BETROKKEN ZONE GELDEN .

ARTIKEL 2

1 . VAARTUIGEN DIE VISSEN IN HET KADER VAN DE IN ARTIKEL 1 VASTGESTELDE QUOTAREGELING DIENEN ZICH TE HOUDEN AAN DE INSTANDHOUDINGS - EN CONTROLEVOORSCHRIFTEN EN ALLE OVERIGE VOORSCHRIFTEN INZAKE DE UITOEFENING VAN DE VISSERIJ IN DE IN ARTIKEL 1 BEDOELDE ZONES , MET INBEGRIP VAN DE PROCEDURES INZAKE HET VERSTREKKEN VAN INLICHTINGEN .

2 . DE IN LID 1 BEDOELDE VAARTUIGEN DIENEN EEN LOGBOEK BIJ TE HOUDEN ALS OMSCHREVEN IN BIJLAGE II . HET ORIGINEEL VAN HET LOGBOEK MOET...

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.