Het dilemma van de auto's - Hoofdinhoud
Als je een weekje rondrijdt in de Verenigde Staten raak je snel gewend aan de grootte van de wagens. Toen ik vorige week zaterdag mijn auto ophaalde, moest ik kiezen voor een medium versie, want we moesten er met zijn vieren plus koffers in passen. Toen ik mijn Volvo klaar zag staan, schrok ik me kapot: tot nu toe ben ik de Peugeot van Green Wheels gewend. Dan is zo'n bakbeest wel even slikken. Maar inmiddels een weekje verder cross je over de snelwegen en door San Francisco alsof je niets anders gewend bent. En met continue vrachtwagens om je heen, die de Amerikanen auto's noemen, voelt mijn huurauto zelfs klein aan. De grote vraag wordt hoe we onze verslaving aan de auto gaan oplossen zonder comfort in te leveren.
Gelukkig is men in Californië hier ook druk over aan het nadenken. Ten eerste wordt hier stevig gewerkt aan een snelle introductie van de elektrische wagen. Zo zie je al heel wat Tesla's rondrijden en worden er binnenkort vijf tank-mogelijkheden tussen San Fransisco en Los Angeles geöpend. Maar de elektrische wagen-hype heeft ook grote nadelen.
Update: Bas mocht (net terug) meteen aanschuiven bij Llink op Radio 1 om te vertellen over zijn werkbezoek. Online terug te luisteren.
Het risico is dat we de benzine-wagen blind vervangen met een elektrische wagen, zonder daarbij de fundamentele vraag te stellen of we wel 2 miljard auto's op deze wereld willen. Wie één keer in Mexico City is geweest, weet dat er soms gewoon geen auto's meer bij passen. En als iedereen een elektrische wagen rijdt, wil iedereen natuurlijk ook snel op kunnen laden. Het kan nu al in 10 minuten, maar het voltage dat ervoor nodig is, is een regelrechte ramp voor ons elektriciteitsnet.
Andere oplossingen moeten dus worden doordacht. Zo is er het bedrijf Better Place dat we gisteren in Berkeley spraken, dat juist nadenkt over een systeem waarbij je batterij niet snel hoeft te worden herladen, maar waarbij je batterij in zijn geheel wordt vervangen. Dat systeem gaan ze nu op kleine schaal uitrollen in Japan en Israël. De EU volgt hierna. Dit systeem kan juist goed gekoppeld worden aan bedrijven als GreenWheels, om zo het 'car sharing' nog groener te maken. Bij Better Place werkt men ook aan software zodat je auto eveneens kan helpen om groene energie op te slaan en op gezette tijden weer aan het net te leveren (V2G; oftewel Vehicle to Grid, heet het).
Dergelijke oplossingen maken de biofuel-hype gelukkig minder nodig. Ook in Berkeley spraken we met wetenschappers die hebben bepaald hoeveel uitstoot van broeikasgassen worden veroorzaakt door zogenaamde indirecte land-effecten. Oftewel: door verdringing van landbouw door biobrandstoffen, wordt er indirect extra ontbost voor die verdrongen voedselproductie. Die indirecte effecten worden nu niet meegenomen in de berekeningen of biobrandstoffen wel CO2-winst opleveren. De EU werkt op dit moment aan een methodologie hiervoor. Maar het grote gevaar is dat de EU niet aan die indirecte effecten wil. Gelukkig weten we nu dat men in Californië gewoon al dergelijke factoren in hun wetten heeft opgenomen. Daar kunnen we dus ook nog van leren.
Al met al een erg leerzame week. Iedereen die groene energie, elektrische wagens en energiebesparing afdoet als dagdromen nodig ik uit om ook eens een weekje in Californië rond te hangen. Na zo'n week kun je niet wachten om in Europa eindelijk eens tot acties te komen in plaats van de vele woorden. En dan combineren wij dat in Europa wel met goed openbaar vervoer en kleinere wagens. In die zin heb ik mijn Volvo met veel plezier achtergelaten op het vliegveld van San Fransisco. Weer terug naar mijn fiets, trein en Green Wheels Peugeotje.
Dit was het laatste blogbericht van Bas Eickhout vanuit Californië. Lees de andere blogberichten van Bas met trefwoord Californië.