Mislukken Top-Brussel was onvermijdelijk

Met dank overgenomen van J.G.Ch.A. (Jan) Marijnissen i, gepubliceerd op zaterdag 13 december 2003.

Dit artikel verscheen 13 december 2003 op de SP-site

Het was al lang duidelijk dat de voorstanders van de Europese Grondwet de lat veel te hoog hadden gelegd. Onder brede lagen van de Europese bevolking worden de Europese instituties en de plannen om te komen tot nóg verdergaande integratie gewantrouwd. Politici, dit weekend in Brussel bijeen, voelden dat ook en hebben beseft dat ze niet langer voorbij kunnen gaan aan de mening van hun eigen bevolking.

Dat laatste is ook de enige verklaring voor de harde, maar contraproductieve opstelling van de Nederlandse regering in zake de wens bepalingen in verband met het Stabiliteitspact in de Grondwet te krijgen. De Nederlandse bevolking is bedrogen rond de invoering van de Euro (‘Er zal geen prijsstijging komen’, aldus minister Zalm) en men is dat niet vergeten. Bovendien heeft men de afgelopen weken kunnen zien hoe Europese afspraken wél gelden voor de kleine landen, maar niet voor de grote. Die laatste zullen altijd en per definitie hun nationale belangen laten vóórgaan op de belangen van Europa als geheel en de afspraken die in het kader van Europa worden gemaakt.

Het is ongewis of, en zo ja, wanneer er nog een Europese Grondwet zal komen. De vooruitzichten zijn niet best. Zelfs in geval de regeringsleiders tot een akkoord komen, is het zeer de vraag of de mensen die zich in ons land en elders erover mogen uitspreken, het gesloten akkoord in meerderheid zullen steunen. De Euroscepsis heeft de afgelopen weken enorme de wind in de zeilen gekregen. De SP is daar niet rouwig om; temporiseren van de integratie is nu echt het beste, wil de politiek niet volledig vervreemd raken van de mensen die men zegt te vertegenwoordigen.

Samenwerking binnen Europa is nodig, al was het alleen maar omdat het beter is aan tafel te zitten, dan het risico te lopen op nieuwe militaire vijandigheden. Maar de Europese samenwerking zoals die nu vorm heeft gekregen is geen project van de burgers. Dat kan ook niet, want wat hebben we van ‘Brussel’ gekregen: richtlijnen, heel veel richtlijnen. Inmiddels is de meerderheid van onze wetgeving gebaseerd op wat er door ‘Europa’ wordt voorgeschreven. En wat zoal? Verzelfstandig en privatiseer uw openbaar vervoer. Dagelijks ondervinden honderdduizenden burgers de gevolgen. Privatiseer uw elektriciteit- en gasproductie en distributie. De voordelen ontgaan iedereen, terwijl de nadelen, zoals slecht onderhoud en vieze in plaats van schone stroom, zich inmiddels onmiskenbaar hebben aangediend. Op sociaal terrein heeft Europa in al die lange jaren niets gepresteerd. De nieuwe Europese Grondwet beloofde op dit terrein ook niet veel goeds. De marktwerking wordt daarin voorgeschreven als enig economisch en sociaal ordeningsmiddel.

Willen we de neoliberaal geïnspireerde identiteit van Europa veranderen, zullen eerst de volkeren van Europa hun regeringen moeten veranderen. Immers, hoe we het ook wenden of keren, en of er nu een Grondwet voor Europa komt of niet: het zijn nog steeds (gelukkig) de lidstaten die bepalen hoe het verder gaat.

Voor een veilige toekomst in dit deel van de wereld is het nodig dat de hoge pretenties van de Euro-constructeurs wordt beperkt. Zij willen een Toren van Babel bouwen en hebben alle contact met de realiteit verloren. En dat is gevaarlijk. Je kunt geen verdere integratie tot stand brengen zonder steun van de bevolking. Daar komt nog iets bij, de paradox die onvermijdelijk verbonden is aan deze integratie. Al zeggen alle Eurofielen dat het integratieproces pas eindigt als er een Europese federatie is, naar mate we ons verder en verder in die richting bewegen, zullen landen met meer en meer nadruk hun eigen nationale belangen gaan bepleiten. En als landen daarin gefrustreerd worden, kan dat tot brokken leiden, met gevolgen die veel verder gaan dan een mislukte top in Brussel.

Europa heeft een grote toekomst mits we niet denken dat we de geopolitieke competitie (ook militair, zie de conceptgrondwet) met de VS moeten aangaan. Sommigen denken dat we anti-Amerikaans moeten worden. Ik geloof niet dat we een nieuwe Berlijnse muur nodig hebben die dan eerder breed is dan hoog: de Atlantische Oceaan. We zullen realistischer moeten worden als het gaat om de mogelijkheden een echte democratie te realiseren op Europees vlak. Dat zit er voorlopig niet in. Niet alleen in verband met de regeltjes die nu gelden, maar eerder in verband met het feit dat het hier om interstatelijke samenwerking gaat van nationale democratieën. Het is onverstandig om de nationale staten nu reeds als overleefd te beschouwen. En tot slot moet de neoliberale aard van het Europese project moet worden omgevormd: een sociaal Europa moet centraal staan, want dan heeft dit rijke, beschaafde continent toekomst.