Crisis stabiliteitspact toont onmacht Nederland

Met dank overgenomen van J.G.Ch.A. (Jan) Marijnissen i, gepubliceerd op zaterdag 29 november 2003.

Dit artikel verscheen 29 november 2003 op de SP-site

Het besluit van de Europese ministers van Financiën om geen strafprocedure tegen Frankrijk en Duitsland te starten, betekent dat het stabiliteitspact op sterven na dood is. Garanties blijken boterzacht te zijn en kleine landen geheel ondergeschikt aan de grillen van grote landen. In plaats van ons in een nieuw avontuur te storten met een Europese Grondwet, kunnen we de verdieping van Europa beter temporiseren.

Minister Zalm van Financiën zei in 1997 in de Tweede Kamer dat ‘de gulden niet zomaar in de hofvijver zou worden gegooid’. De drie procent grens zou ’strikt’ worden gehandhaafd. Behalve deze belofte brak de minister ook zijn belofte dat de prijzen niet omhoog zouden gaan door de invoering van de Euro maar juist omlaag. De vraag is hoe groot de geloofwaardigheid van deze minister nog is.

Frankrijk en Duitsland hebben dit jaar naar verwachting een begrotingstekort van beide 4,2 procent. Volgend jaar verwacht de Europese Commissie tekorten van 3,8 en 3,9 procent voor beide landen. Duitsland had in 2002 al een tekort van 3 procent en overtreedt eigenlijk al voor de derde keer de regels van het pact. Ondanks dat komt er geen boete van 15 miljard Euro, laat staan dat die ooit daadwerkelijk wordt opgelegd. Het is de ironie van de geschiedenis dat juist Duitsland nu de grafdelver het stabiliteitspact is geworden. Dit land was samen met Nederland in 1997 nog de motor achter de totstandkoming van het pact. Zalm twijfelde toen nog openlijk aan de mogelijkheid dat Italië mee zou kunnen doen aan de Euro omdat het land zijn begrotingstekort alleen met kunst- en vliegwerk onder de drie procent wist te brengen. Dit kwam hem zelf op een verwijt van ’spaghettifobie’ te staan van de PvdA. Maar Zalm ging akkoord met de Italiaanse deelname al noemde hij in 2001 een mogelijk Italiaans tekort van 1,9% nog “zeer zorgelijk”. Het faillissement van het stabiliteitspact illustreert het centrale probleem van de monetaire unie.

Wat nu? Moeten we de VN nu om interventie vragen? Zouden de Amerikanen graag bereid zijn het ‘oude Europa’ tot de orde te willen roepen? Nonsens, en dat is het probleem. Want de Franse en Duitse tekorten zijn nu ook ‘van ons allemaal’ geworden. De Eurolanden vormen een monetaire unie maar geen politieke. Daarom kunnen wij ze niet tot de orde roepen. Ik heb altijd voorspeld dat de grote landen zich nooit door Brussel zouden laten dicteren op kwesties die raken aan de essentie van de soevereiniteit. Tot die kern van de soevereiniteit behoort de begrotingspolitiek omdat daar alle gevoelige sociaal-economische beslissingen mee samen hangen, zoals de bezuinigen van Balkenende in ons land. Tot de kernsoevereiniteit behoort overigens ook het buitenlandse beleid. Frankrijk zal bijvoorbeeld nooit haar force de frappe (de atoomwapens) in een Europese grondwet onder gezag van de Europese Commissie laten stellen.

Is het niet heel begrijpelijk dat de Duitse burgers en regering zich niet door Brussel willen laten dicteren dat ze hun werkloosheidsuitkeringen moeten verlagen? De eisen van de monetaire unie leiden nog geen twee jaar na de invoering van de Euro tot grote politieke spanningen. Zo’n politiek unie zal er voorlopig ook niet komen, omdat het proces van de verdieping van de Europese integratie veel te snel verloopt en veel te veel wordt gedomineerd door een neoliberale inhoud. Sommigen zullen nu als oplossing de politieke unie bepleiten met de nieuwe Europese grondwet. Ik zou ervoor willen waarschuwen dat dit de verkeerde vlucht vooruit is. Het zou tot een nog verdere vervreemding van de bevolking van de Europese Unie leiden met alle gevolgen van dien. In plaats van ons met de Europese Grondwet weer in een megalomaan politiek avontuur te storten, zouden we beter kunnen temporiseren met de integratie en er eerst eens voor zorgen dat ‘Europa’ een Europa van de burgers wordt.