Cisca Dresselhuys nam afscheid van Opzij

Met dank overgenomen van J.G.Ch.A. (Jan) Marijnissen i, gepubliceerd op zondag 30 maart 2008, column.

Afgelopen donderdag nam Cisca Dresselhuys afscheid als hoofdredactrice van Opzij, het maandblad dat alle decennia opkomt voor de feministische zaak. Ik was daar om iets te zeggen tegen de vrouw die het blad al 27 jaar leidt en de ruim honderd andere aanwezigen.

Cisca had me uitgenodigd, en daarom was ik er. Ik kom eigenlijk nooit op recepties. U kent dat wel: veel hangen, wijntje of biertje, hapjes en gesprekpartners die door je heen kijken naar de andere aanwezigen, zich afvragend met wie ze na jou een gesprek zullen aanknopen.

In 2002 legde Cisca me langs de feministische meetlat. We hebben twee maal een aantal uren met elkaar doorgebracht. Ik heb alle vooroordelen over haar onder ogen moeten zien en ingeleverd. Stond ze bij mij - en staat misschien nog wel bij sommigen - te boek als zo’n strenge, ietwat zure feministe, van dat beeld bleef niks overeind. Ze was goed geïnformeerd en voorbereid, aardig en voorkomend, én zeer geïnteresseerd. En dat laatste is wel mooi meegenomen wanneer je tijd inruimt voor een ander ten behoeve van een gesprek. Mijn cijfer: een +1. (Hoed je de extremen: mannen met een +6 vertrouw ik niet, en die met een -6 wil je nog niet eens als buurman.)

Ik mag het dan wel niet altijd met haar eens zijn, haar stijl bevalt me. Mijn zus noemde haar een ‘goed wijf’. Ze bedoelt: ’n vrouw uit één stuk, een met ‘n uitgesproken mening die ze ook nog goed en fel kan neerzetten en verdedigen. Zo een waar menig vrouw én man ‘n voorbeeld aan kan nemen. Het was daarom dat ik met genoegen ‘ja’ zei tegen haar uitnodiging.

Ten behoeve van de voorbereiding op m’n praatje heb ik een paar interviews met de interviewster gelezen. Ik las over haar andere kant. Ze mag een sterke vrouw zijn, ze vermijdt de extremen en blijft de mens - met al zijn goede en minder goede kanten - centraal stellen. En dat voor ‘n die hard feministe!

De voorbije decennia hebben ons allebei milder en wijzer gemaakt. Want, laat ik voor mezelf spreken, ik had niet veel op met vrouwen die dachten dat ze ‘beter’ waren dan mannen en die beweerden dat, wanneer zij aan de macht zouden komen, de hemel op aarde een feit zou zijn. ‘Vrouwen zijn niet ‘beter’ dan mannen. Trouwens, linkse mensen zijn ook geen ‘betere’ mensen dan rechtse mensen’, zei ik tegen de Cisca en de genodigden. Twintig jaar geleden zou ik misschien met pek en veren zijn overgoten en buiten gezet, nu kreeg ik applaus.

Tsja, de extremen. Om 19.00 stond ik buiten en Fitna on line.

Deze column verschijnt tevens op de SP-website, als onderdeel van de wekelijkse columns van Kamerleden