De EU na Kopenhagen

Met dank overgenomen van B. (Bas) Eickhout i, gepubliceerd op woensdag 23 december 2009.

Nu het stof van Kopenhagen is gaan liggen, komen meer en meer analyses boven tafel wat er nu precies mis ging in Kopenhagen. Ook de Europese milieuministers hielden gisteren een laatste vergadering, waarbij teruggekeken werd naar Kopenhagen. Dat moet een pijnlijke sessie zijn geweest, zoals het verslag van European Voice ook laat zien.

Wie er nu ook precies schuld had (VS?, China?); feit blijft dat ongeveer alles mis ging wat mis kon gaan. Daarbinnen kan de rol van de EU niet buiten beeld blijven. Hieronder heb ik mijn opinieartikel daarover nog toegevoegd (geplaatst in het NRC Handelsblad van gisteren).

Hoe nu verder? Ook de reacties uit het bedrijfsleven stemmen positief: het is duidelijk dat de roep om een ambitieus en helder klimaatakkoord het komende jaar alleen maar sterker zal worden. Al is het alleen om de emissiehandelsmarkt werkend te houden. Oftewel: wonden likken en in 2010 er nog harder voor vechten om dat akkoord te krijgen dat de wereld nodig heeft. De omstandigheden in Mexico kunnen alleen maar beter zijn dan in Kopenhagen. Dat zijn voor mij dan maar de geruststellende eindejaarsgedachten, waar ik me de komende twee weken in stort. Wordt meer dan vervolgd in 2010.

Uit NRC Handelsblad, 22 december 2009:

Waarom Europa buitenspel stond in Kopenhagen

De wereldleiders hebben zichzelf geen dienst bewezen met de boterzachte verklaring van Kopenhagen. Harde doelstellingen voor de vermindering van broeikasgassen ontbreken. Het is onduidelijk hoe de klimaatsteun voor ontwikkelingslanden vanaf 2013 gefinancierd wordt. Voor een bindend verdrag wordt nog eens een jaar de tijd genomen. En dat terwijl het in Kopenhagen had moeten gebeuren.

Maar waarom gebeurde het niet? Simpel gesteld hebben de drie grootste landen of landengroepen in Kopenhagen hun verantwoordelijkheid niet genomen: Obama mocht niet van zijn Senaat, China wilde niet en de Europese Unie kon niet. Een treurige conclusie na een proces van jaren om tot een mondiale aanpak van de klimaatcrisis te komen.

Deze mislukking moet de EU zich aanrekenen. Al jaren claimt zij wereldleider te zijn in klimaatbeleid. Die koplopersrol werd ingevuld met duidelijke reductiedoelstellingen en wetgeving. Maar leiderschap vraagt om meer: doortastend handelen op momenten die ertoe doen. Daar wringt de schoen. De slagkracht van de EU is beperkt, zolang alle lidstaten het eerst onderling eens moeten worden over de strategie, alvorens de EU-voorzitter handelend kan optreden.

De Europese besluiteloosheid heeft zich afgelopen vrijdag gewroken. De dag werd geopend door de Chinese premier Wen Jiabao. Hij onderstreepte dat China pas zou bewegen als de rijke landen (lees: de VS) gingen bewegen. Tussendoor probeerde president Lula van Brazilië de zaak nog vlot te trekken met een vlammende speech, maar dat betoog werd nutteloos toen Obama alle dynamiek uit de onderhandelingen zoog met een inspiratieloze speech. En toen kwam Zweden aan het woord, als EU-voorzitter. Dat was dé kans om te redden wat te redden viel. Maar ook premier Reinfeldt hield een kleurloze toespraak, wetende dat de EU-landen het nog niet eens waren over de te volgen strategie.

Zo vervloog alle hoop. Er volgde een surrealistisch tafereel van langgerekte onderhandelingen over drie kantjes slappe tekst. Vrijdagavond kwamen de EU-leiders nog bijeen voor een laatste reddingspoging. Maar voordat het Europese conclaaf goed en wel was afgerond, maakte Obama al wereldkundig dat er een akkoord lag. De EU mocht tekenen bij het kruisje.

Wil de EU haar leiderschap waarmaken, dan moet zij niet alleen vooroplopen met beleid, maar ook in de onderhandelingen een leidende rol spelen. Dat vraagt om een Europese actor die ter plekke kan manoeuvreren en strategisch zijn inzet kan timen. Die niet voor elke stap afhankelijk is van de unanieme instemming van 27 lidstaten, maar achteraf rekenschap aflegt.

De les van Kopenhagen is dan ook dat de EU op het internationale toneel met één stem moet gaan spreken. De lidstaten dienen daarvoor hun vetorecht in te leveren. Veel burgers, zo weten we van de discussie over de Europese Grondwet, zijn daar nog niet aan toe. Maar de mensen die een sterkere EU wantrouwen, moeten niet klagen dat de EU afwezig was in Kopenhagen. Daar hebben ze zelf voor gekozen. Dát zou de boodschap van milieuminister Cramer (PvdA) na Kopenhagen moeten zijn; niet dat de VN moeten worden hervormd of terzijde geschoven.

Zolang de EU zichzelf de handen bindt wordt het internationale klimaatbeleid gedicteerd door de VS en China. Een onprettige conclusie voor iedereen die het klimaat en de groene economie na aan het hart liggen.