Pensioen - Hoofdinhoud
Ha! U dacht natuurlijk dat ik mijn pensioen aankondigde. Nou, echt niet. Ik moest gisteravond de Kamer voorzitten en daar werd gesproken over het initiatief wetsvoorstel van de collega’s Koser Kaya (D66) en Blok (VVD). En dat was de eerste keer dat ik mocht voorzitten bij zo’n initiatiefwetsvoorstel. Leuk om te doen!
Het wordt toch wel als een hoogtepunt gezien als je als Kamerlid met een initiatief echt de wetgeving kan beïnvloeden. Dat is niet voor iedereen weggelegd want het vereist heel veel kennis en heel veel voorbereiding. Ik zie Arie nog zwoegen op het antikraakwetsvoorstel; daar is menig uurtje ingegaan. Het betrof gisteravond de tweede termijn en meestal is dat eigenlijk de afronding van zo’n debat. Ik had de sprekers dan ook gevraagd terughoudend te zijn met interrupties en ze in duur te beperken. Nou, daar kwam een stuk discussie op gang. “Had CDA/PvdA/ChristenUnie maar niet zo’n amendement 10 minuten voor tijd moeten indienen…” “We moeten daar wel even stevig over kunnen praten…”. Kortom, men wilde mij wel ter wille zijn om een te laat tijdstip van afronden te voorkomen, maar er moesten toch wel effe wat zaken rechtgezet worden in de discussie.
Die ging over de evenredige vertegenwoordiging in de pensioenbesturen. Het is mijn portefeuille niet, maar die van Cynthia, dus ik zal u niet met alle details lastigvallen. Maar kort gezegd vond de ene helft van de Kamer dat het amendement eigenlijk destructief was, en de andere helft betoogde te vuur en te zwaard dat het juist een hele stap voorwaarts was. En dat is altijd een boeiend uitgangspunt om als voorzitter chocola van te maken. Ik wil recht doen aan de belangen van zowel de indieners als de verdedigers maar ook voorkomen dat het ontaard in een ellenlange welles-nietes discussie. Ik geloof dat dit uiteindelijk wel gelukt is, maar laten we eerlijk zijn, in zo’n situatie wordt er vaak maar weinig overtuigd gereageerd op welke zijde dan ook. Argumenten worden vaak al voorzien van eigen conclusies en dat slaat het debat juist dood. Tenminste, dat is mijn waarneming. Ik durf te beweren dat als je niet gelijk jouw vooringenomen standpunt bij een vraag benoemt dat je eerder en indringender toekomt aan een inhoudelijke discussie en dan kan proberen bij elkaar te komen. Helemaal als partijen aangeven dat er wel een bereidheid is om na te denken over eventuele aanpassingen. Maar ja, soms denk ik wel eens dat ons parlement niet geïnteresseerd is in oplossingen, maar in discussies.
En dus werd het een stevige discussie tussen de verdedigers van het wetsvoorstel en de indieners van het amendement. Puntje voor puntje werd afgekloven van het amendement waarbij gezocht werd naar de echte bedoeling er nu van (“het CDA wil alleen maar vertraging…”) of de vertegenwoordiging in de besturen (‘wat is nu een evenredige verdeling in w voorstel”) of de alternatieven die er nu nog aan zitten te komen (“er zijn wel 3 modellen, gaan we die ook bij Amendement krijgen?”). van zo’n heel stevige discussie komt je pensioen overigens wel een stuk dichterbij.
Kortom, een plezierige avond met een stevige discussie waarin werkelijk het understatement van de avond werd gemaakt door minister Donner. Op de vraag wat hij van het amendement van het CDA vond en of hij de voorbereiding bij de indiening zorgvuldig vond: “ook hij was verrast door het amendement dat hij kort voor de vergadering ter kennisneming kreeg. Maar heel zorgvuldig voorbereid, en ja inderdaad veel beter dan het huidige initiatiefvoorstel.” 10 minuten voor de vergadering en geen ondersteuning van het ministerie, yeah right…!
ernst