Bijtekenen - Hoofdinhoud
Ja, ik heb bijgetekend.
Na ampel beraad - zo heet dat in Den Haag - heb ik besloten na de verkiezingen door te gaan als kamerlid. Het partijbestuur heeft me gisteravond op een verkiesbare plaats op de kandidatenlijst gezet, de 26ste plek achter Jan Peter.
Het was geen vanzelfsprekende beslissing voor me. Dat had niets te maken met een verflauwde belangstelling voor alles wat met politiek, parlement en christen-democratie te maken heeft. Laat staan met verschijnselen van uitputting, demotivatie of weerzin. Nee, na ruim drie jaar voel ik me in de Tweede Kamer nog steeds als een vis in het water. Maar het kamerlidmaatschap trekt wel een wissel - een zware wissel, mag ik wel zeggen. Zeker op de manier waarop ik er vorm aan geef. En het thuisfront stelt z’n eisen…
Wie A gezegd heeft, wil ook B zeggen, zo legde ik het in mijn nieuwsbrief uit. Voor m’n eigen gevoel was ik nog te kort kamerlid om er met goed fatsoen mee te stoppen. Zeker als je het zo naar je zin hebt. En al helemaal in een tijd als deze. Het rommelt zo in en om het Binnenhof dat het prikkelt om door te gaan. Het is, eerlijk gezegd. ook niet het moment om het CDA in de steek te laten.
Na allerlei aanmoedigende signalen heb ik me, zoals de procedure vereist, weer beschikbaar gesteld voor de kandidatenlijst, om terecht te komen in het bekende duwen en trekken voor en grotendeels achter de schermen om een goede, vooral ook verkiesbare plaats. Mannen en vrouwen, Randstedelingen, Friezen, Limburgers en Brabanders, katholieken en protestanten, de oude garde en nieuwkomers, bewindslieden en kamerleden - iedereen eist in zo’n proces z’n rechten op. Hoe die tombola uitpakt, laat zich nauwelijks voorspellen.
Voor mij is uiteindelijk de 26ste plek uit de bus gekomen, royaal verkiesbaar. Het moet toch wel heel gek gaan als het CDA straks minder dan dertig zetels in de nieuwe Tweede Kamer haalt. Voor een Hollander, ook nog eens blank, man en protestant, lang niet gek…
Ik beschouw het als een extra prikkel om er nog vier jaar tegen aan te gaan. En die tweede periode in de Kamer zou wel eens een heel andere kunnen worden dan de eerste geweest is.
Wie bijtekent, ontdekt pas gaandeweg waarvoor hij getekend heeft.
Binnenhof, maart 2010