Debat over regeringsverklaring is geweest. We kunnen nu los. - Hoofdinhoud
Daar stond hij dan: Mark Rutte, onze nieuwe minister-president. Voor het eerst in deze functie als gast in de Tweede Kamer. Dinsdagmorgen sprak hij in een rap tempo zijn regeringsverklaring uit. Min of meer een samenvatting van zijn regeer- en gedoogakkoord. De rest van de dinsdag en de gehele woensdag is er met hem en elkaar gedebatteerd. Uiteindelijk resulteerde dat woensdagavond in een afsluitende stemming. Er werden een ongekend aantal moties (6) aangenomen. Waaronder twee van de ChristenUnie. Daarna volgde een uitgebreide felicitatie van het nieuwe kabinet. Zo doen we dat altijd. Ongeacht welk kabinet er zit. Rutte reikte iedereen nog maar eens de hand. Daarmee uiting gevend aan wat hij in het debat een aantal keren gezegd had. Het debat was voorbij. Nu kunnen we los. We hebben eindelijk weer een missionair kabinet.
De handreiking die Rutte verbaal in het debat deed leek lange tijd niet meer dan een vingerreiking. Duidelijk werd al snel dat bij grote onderwerpen (en als het geld kost) de coalitiegenoten (ik reken de PVV hier gemakshalve ook maar bij) het eens moeten zijn. Dat is op zich niet zo vreemd, maar doe dan niet alsof er met dit kabinet opeens heel veel ruimte zal komen. Ik heb wel de indruk dat het kabinet als het maar even kan gehoor zal geven aan wensen vanuit de Kamer. Dat biedt kansen, maar laten we ons niet te snel rijk rekenen. Dat bleek bijvoorbeeld donderdagavond toen Wilders persoonlijk ingreep en de steun van de PVV voor een motie verhinderde. Als het echt spannend wordt zullen VVD, CDA en PVV elkaar goed vasthouden. In dat opzicht had André Rouvoet gelijk toen hij treffend opmerkte dat Rutte ons wel de hand gaf, maar dat we uiteindelijk nog geen vinger over hielden.
André Rouvoet heeft voor de ChristenUnie het debat gevoerd. Dat is logisch gezien het feit dat we hem als fractievoorzitter hebben gekozen. Het betekende voor mij wel het eerste grote debat waarin ik geen fractievoorzitter meer was. Ik zal eerlijk toegeven dat dat best even wennen is. Het is niet anders. André deed het goed. Met name de tweede dag van het debat zag je hem weer groeien in zijn hernieuwde rol als parlementariër. Dat is knap zo snel na zijn afscheid als minister. Het was boeiend om het debat te volgen. Bijvoorbeeld het optreden van de nieuwe fractievoorzitters. Ik vond Stef Blok sterk beginnen. Hij stond er stevig en wist interrupties goed te pareren. Uiteindelijk duurde het allemaal wat te lang (hij stond er ca 2 uur) en kreeg het wel een heel erg hoog jij-bak-gehalte. Dat deed Sybrand van Haersma Buma een stuk beter. Hij liet merken echt in debat te willen gaan. Minder sterk was het feit dat ook hij in 1e termijn Wilders ombeschaamd zijn gang liet gaan. Wie zwijgt, stemt toe. Oppositieleider Job Cohen moet zijn weg nog wat vinden in het parlement. Ik vind hem wel beschaafd oppositie voeren. Daarmee blijft hij dicht bij zichzelf. Ik denk dat dit op termijn wel zal gaan renderen. Je kunt beter eerst rustig op gang komen, dan dat je in je eerste debatten door een overdosis aan decibels ten onder gaat.
Jeune premier Mark Rutte deed het sterk. Deze man communiceert zo makkelijk. Hij gaat ook in op vragen. Alleen daarom al een verademing. Daarmee maskeert hij wel de lading die er onder zijn kabinet schuil gaat. Dat die lading af en toe explosief kan zijn, bleek in de beantwoording van de vragen over het dubbele paspoort. Toen balanceerde hij echt op het randje van de politieke ravijn. Uiteindelijk liep dat met een sisser af. Er wordt veel gespeculeerd over de vraag hoelang dit kabinet zal blijven zitten. Daar kunnen we niet echt veel zinnigs over zeggen. Uiteindelijk valt een kabinet vaak over onderwerpen die je op voorhand niet altijd hebt zien aankomen. Ik denk dat uiteindelijk de grilligheid van Wilders bepalend zal zijn. Deze week hield hij zich in. In ieder geval richting het kabinet. Al blijft het erg hoe hij zich vaak uit. Ook bijvoorbeeld in de richting van iemand als Cohen. Hij wilde ondanks vragen die hij kreeg niet zeggen wat hij van het regeerakkoord vond. De tijd zal het leren.
Deze week nog veel andere dingen gedaan. Maandag eerst naar Den Haag voor de voorbereidingen voor het debat over de regeringsverklaring. 's Avonds naar Lelystad voor een politiek café. Daar was het gezellig druk. Leuk om te doen. Verder deze week ook nog zelf debatten gedaan. Onder andere een debat over DSB-Bank en het optreden van De Nederlandse Bank (DNB). Ik heb alles afwegende namens mijn fractie de keuze gemaakt om het voorstel te steunen het onderwerp DSB toe te voegen aan parlementaire enquete. Uiteindelijk bleken alleen D66 en ChristenUnie hiervoor te zijn. Geen meerderheid dus. Met minister de Jager hebben we gesproken over de cultuurveranderingen bij DNB. Er ligt inmiddels een plan van aanpak. Op papier ziet het er goed uit, maar zoals een Engels spreekwoord al zegt: 'the proof of the pudding is in the eating'. Ook hier zal de tijd leren of er daadwerkelijk iets gaat veranderen.
Donderdag was ik in de loop van de avond weer thuis. Daar ben ik weer verenigd met mijn echtgenote die een weekje op Malta was geweest. Omdat ik zelf ook een weekje weg was geweest en onze reizen elkaar overlapten, hadden we elkaar een kleine twee weken niet gezien. Fijn dat dit nu weer voorbij was. Vrijdagmiddag ben ik nog naar Zeist geweest voor een bijeenkomst van de ChristenUnie. Zaterdag nog een groot deel van de dag gewerkt aan voorbereiding debat Belastingplan. Dat debat zal komende maandag beginnen. Als woordvoerder Financiën van onze fractie zal ik dat debat gaan doen. Ik ben blij met deze portefeuille. Volgende week ook enkele debatten die met mijn andere portefeuille (Infrastructuur en Milieu) te maken hebben. Ook op dat terrein is er voldoende te doen. Ik gaf het al aan: we kunnen nu helemaal los. Het werd ook wel eens tijd.
Maar nu ga ik nog even genieten van het weekend. Genoeg gewerkt voor deze week. Maandag pakken we het werk weer op. Zoals bekend ben ik door de weeks te volgen via www.twitter.com/arieslob Volgende week hoop ik me ook weer te melden met een nieuw weekweblog.