Ontwikkelingssamenwerking: kabinet moet huiswerk over doen - Hoofdinhoud
Foto Flickr / subcomandanta
De Tweede Kamer debatteerde vandaag over de plannen van staatssecretaris Ben Knapen om het aantal landen beperken waarop de Nederlandse ontwikkelingshulp zich toespitst. Dit kabinet heeft volkomen willekeur toegepast bij het samenstelling van de nieuwe landenlijst. Ik wil graag dat de staatssecretaris zijn huiswerk over doet, of coulant is en een aantal landen (Burkina Faso, de DRC, Tanzania, Guatamala) de kans geeft om nog een tijdje van de Nederlandse expertise en middelen te kunnen profiteren.
De PvdA wil best akkoord gaan met een verkleining van de landenlijst, ook de vorige minister was daar mee bezig. De PvdA fractie ziet ook dat een aantal landen het hulpstadium zijn ontgroeid. Gelukkig maar. Prima. Maar geen landenlijst op basis van een slechte analyse. Nederland isoleert zich in de wereld, blijkbaar meent deze regering dat we Latijns Amerika gerust de rug kunnen toekeren. Alsof Nederland niet succesvol op cruciale momenten bijdraagt aan de ontwikkelingen op dat continent. Alsof de coke, die de oorlogen voedt in Latijns Amerika niet ook in Nederland wordt opgesnoven.
Verder is het ronduit schandalig dat de staatsecretaris stelt dat 'Meerwaarde voor Nederland' bij de hulp aan de armste landen van de een van de selectiecriteria is. Omgekeerde coherentie, een kruideniersmentaliteit.
Ik vind dit debat over dit debat over de landenlijst tenslotte beschamend. Kwartetten is het! Kwartetten met de allerarmste van de wereld. In het debat heb ik de staatssecretaris daarom oproepen zij huiswerk over te doen en met beter onderbouwde voorstellen te komen.
Lees hieronder mijn volledige spreektekst:
Voorzitter, heeft de staatssecretaris wel een geprobeerd om 0,8% van een pizza af te snijden? Dat is niet zo’n groot stukje. Dat percentage, 0,8 van ons bruto nationaal product wordt ingezet om wereldwijd armoede te bestrijden.
Nu moet zelfs dat stukje van de pizza stukje terug naar ons hongerige Holland. Meerwaarde voor Nederland bij de hulp aan de armste landen van de wereld is een van de selectie criteria van de landenlijst van deze stas. De economische positie van Nederland in de wereld verbeteren.
Ik verzin het niet, het staat gewoon in de focusbrief. Een kruideniersmentaliteit voorzitter, dat vind ik het.
Dat is omgekeerde coherentie. Het ontwikkelingsbeleid moet dienend zijn aan de andere vakdepartementen in Nederland i.p.v. andersom. Die nadruk op het Nederlandse economische eigen belang, dat stuit me tegen de borst.
Nederland isoleert zich in de wereld, blijkbaar meent deze regering dat we Latijns Amerika gerust de rug kunnen toekeren. Alsof Nederland niet succesvol op cruciale momenten bijdraagt aan de ontwikkelingen op dat continent. Alsof de coke, die de oorlogen voedt in Latijns Amerika niet ook in Nederland wordt opgesnoven.
Voorzitter, ik verheug me in het geheel niet dit debat over de landenlijst. Ik vind het beschamend. Kwartetten is het! Kwartetten met de allerarmste van de wereld, dat zou een CDA staatssecretaris toch niet moeten willen.
Dit kabinet heeft volkomen willekeur toegepast bij het samenstelling van de nieuwe landenlijst. Ik wil graag dat de staatssecretaris zijn huiswerk over doet, of coulant zijn en een aantal landen de kans geven om nog een tijdje van de Nederlandse expertise en middelen te kunnen profiteren. Burkina Faso, de DRC, Tanzania, Guatamala. Graag een reactie.
Ik hoor ook graag van de staatssecretaris waarom de lijst is samengesteld zonder betrokkenheid van maatschappelijke organisatie, van het bedrijfsleven?
Ik kan me toch niet voorstellen dat VNO NCW blij is met de sluiting van zoveel posten in landen waar hun bedrijven zaken doen.
En de haast voorzitter! Waarom toch die vliegende haast? Waarom niet het voorbeeld van de Britten volgen en een grondige analyse maken van de landen op basis van criteria die voor die landen zinvol zijn, en niet zozeer het Nederlandse belang dienen?
Ik zou graag willen dat de staatssecretaris zijn huiswerk over doet. Niet dit jaar snoeien in de posten, maar even pas op de plaatst. Wientjes wacht wel.
Kijk opnieuw naar de lijst, en ook naar de verdeling in EU verband. De staatssecretaris heeft ons doen geloven dat en marge van de EU/OS raad voldoende debatjover de verdeling van landen onder de like-minded Europese donoren heeft plaatsgevonden.
De Deens OS minister zei mij vorige week in New York letterlijk: thats a lie. Ik kan me niet voorstellen voorzitter dat onze staatssecretaris de kamer zou voorliegen. Dat wil ik niet geloven. Ik geloof wel dat hij het wat rooskleuriger heeft willen voorspiegelen allemaal. Hij heeft z’n mond vol van donor coördinatie, maar kan er niet met een handje vol Europese collega’s tot een vergelijk komen? Bij wie ontbreekt de politieke wil?
De PvdA wil best akkoord gaan met een verkleining van de landenlijst, ook de vorige minister was daar mee bezig. De PvdA fractie ziet ook dat een aantal landen het hulpstadium zijn ontgroeid. Gelukkig maar. Prima. Maar geen landenlijst op basis van een slechte analyse.
Burkina Faso voorzitter wordt een donor orphan. Nederland is daar de grootste donor, bijna 43 miljoen. Ook de andere donoren trekken zicht terug. De Japanners met hun huizen en scholen projecten, De Denen, de Britten, de Duitsers, de Zweden gezondheidzorg allemaal. Wat hebben de Burkinabe ons aangedaan dat we die mensen zo in de steek laten.
De exit strategie die de staatssecretaris wil hanteren komt nog van de vorige minister. Daarin staat, vrij letterlijk dat succesvolle exit strategieën aan een aantal voorwaarden moet voldoen. De belangrijkste voorwaarde is wel dat de Institutionele capaciteit in het partnerland zodanig dient te zijn dat zij in staat is de gaten op te vullen die het gevolg zijn van een uitfasering.
Kan de staatssecretaris mij garanderen dat deze afspraken nog steeds staan? De PvdA vindt het zeker niet verkeerd om thematische keuzes te maken. Steun van de PvdA fractie voor de gekozen speerpunten.
Twee kanttekening daarbij. Het feit dat we hier deskundigheid hebben wil nog niet zeggen dat we daar succesvol zijn. Tweede punt is de maakbaarheid. Deze speerpunten maakbaarheid suggereren die er niet is. Alsof je aan economische groei kunt werken zonder dat je zwaar investeert in basis- en vakonderwijs.
Alsof je aan seksuele gezondheid van vrouwen wat kan doen zonder te investeren in gezondheidzorg. De staatssecretaris geeft in zijn focusbrief aan bij de SRGR doelstellingen dat we de kwaliteit en toegang tot publieke en private gezondheidsdiensten wil verbeteren in relatie tot SRGR.
Ontwikkelingslanden klagen nu juist over het woud aan verticale fondsen binnen hun gezondheidzorg. Vraag gestuurd werken zou betekenen dat ontwikkelingslanden het SRGR budget dus breder kunnen inzetten ter verbetering van hun algehele gezondheidzorg. Graag een reactie van de staatssecretaris.
Nog een paar laatste punten voorzitter,
De staatssecretaris heeft het zich moeilijk gemaakt door tijdens de begrotingsbehandeling te zeggen dat we minder aan onderwijs doen, omdat we daar over onvoldoende kennis zouden beschikken, maar geeft tegelijkertijd aan dat er nog steeds veel geld naar toe gaat. Hoe gaat de staatssecretaris het beleid rondom z’n niet -prioriteiten, maar wel bestedingen vorm geven?
De staatssecretaris heeft het licht gezien met de publiek private partnerschappen. Ik neem aan dat hij bij het uitschrijven van nieuwe tenders wacht tot het SER advies. Ik zou ook graag zien dat bij het afsluiten van de PPP’s de OESO-normen worden aangehouden en dat Nederland ook strikt gaat toezien op de naleving daarvan. Graag een reactie van de staatssecretaris.
Voorzitter, het spijt de PvdA fractie dat we kwartetten met de allerarmste van de wereld. Ik vind dat beschamend. De PvdA vindt dat u even moet wachten. Nederland moet arme landen niet hun laatste pizzapunt afpakken. Wie snijdt in OS, snijdt uiteindelijk zichzelf.