Blog Mozambique en Kenia, zondag 21 augustus - Hoofdinhoud
We vliegen in een klein tweemotorig vliegtuigje van Johannesburg naar Beira, Mozambique. We moeten eerst in Beira bij de douane wat formaliteiten regelen voordat we door mogen naar een van de districten. Bomvol programma. Eerst Chimoio. Een slaperige districtshoofdstad in het midden van Mozambique.
We zijn het enige vliegtuig op een verlaten en stoffige vliegveldje. Het geeft een vredig beeld van een land met zo’n bloedige geschiedenis. Op het vliegveld staat een rijtje hoogwaardigheidsbekleders ons op te wachten. Handjes schudden en in konvooi naar het eerste werkbezoek. Het doel van onze reis is met eigen ogen te zien wat het effect is van onze ontwikkelingshulp.
Het eerste project dat we gaan bezoeken is een melkveebedrijf met daarbij een kaasfabriekje: Gouda Golden Cheese. Na een half uurtje hobbelen over zandwegen zien we de eerste goed doorvoede Jersey-koeien staan. Prachtige lichtbruine runderen met grote bruine ogen. Ze zijn heel geschikt voor dit klimaat en geven vette melk wat goed is voor het maken van kaas. Slimme keuze. De boerderij zelf is niet zo indrukwekkend. Ze hebben Nederlands geld gekregen om hun bedrijf op te bouwen, maar het ziet er zo op het oog niet erg winstgevend uit en de businesscase oogt verliesgevend. Ze zitten veel te ver van de verharde weg en veel te ver weg van hun klanten. Ze willen graag hun kaasmakerij laten groeien door melk van lokale boeren af te nemen om te verkazen. Kleine boeren kunnen zo hun inkomen kunnen verbeteren, maar dat komt nog slecht van de grond. De Denen gaan in het project investeren. Ik ben benieuwd of het gaat lopen.
Investeren in voedselzekerheid is erg belangrijk. Meer dan de helft van de Mozambikaanse kinderen zijn delen van het jaar ondervoed. Dat tast hun groei aan en hun intellectuele ontwikkeling en zet het land zo verder op achterstand.
Gelukkig is er enorm geïnvesteerd in onderwijs. Dankzij geld dat vrijkomt voor het behalen van de millenniumdoelstellingen gaat nu meer dan 60 procent van de kinderen naar school. Er mag dan veel geïnvesteerd zijn in de kwantiteit van het onderwijs, maar helaas bar weinig in de kwaliteit. Die is bedroevend laag: kinderen, met name op het platteland, kunnen amper lezen en schrijven als ze van de lagere school afkomen. Meisjes maken vaak de lagere school niet af omdat ze jong trouwen, omdat ze in het huishouden moeten helpen en omdat de school geen veilige omgeving kan bieden.
Het aantal meisjes dat seksueel misbruikt wordt, is duizelingwekkend. Een Unicef medewerker zei dat naar hun voorzichtige schattingen een derde van de meisjes misbruikt wordt. Waar te beginnen?
Na de kaasfabriek door naar waterprojecten. Met Nederlands geld wordt er een drinkwatervoorziening aangebracht in afgelegen gemeenschappen. Het is een samenwerking tussen de Nederlandse en de Chinezen. Ziet er goed uit. Afgelegen dorpen krijgen schoon drinkwater, latrines en les in basishygiëne. Zo dringen we kindersterfte terug. Met een tankje water, een houtje, en een verbinding met een stokje als voetpomp (tippie-tap) wassen mensen hun handen na toiletbezoek. As in plaats van zeep werkt ook, het is soms zo simpel. Ik ben er trots op dat Nederland dit financiert.
Bij elke gemeenschap die we aandoen worden we ontvangen met zang en dans. Vrolijke kinderen die blij zijn met een bezoek van ver. Jammer dat ik hun taal niet spreek. Ze vragen veel, en ik kan alleen maar vriendelijk terug lachen.
Tussendoor komen de berichten over de belegering van Tripoli ook hier door. Dankzij sms en internet is de hele wereld dichtbij. De machtshebbers hier volgen de rellen in de Arabische regio met argusogen. Ook zij zijn bang voor opstanden van de bevolking. Je mag hopen dat het zal leiden tot meer investeringen door de overheid in de allerarmste en het creëren van werkgelegenheid.
Het programma is nog niet klaar. Terug in het hotel is kort om me om te kleden, en dan door om met de in Chimoio wonende Nederlanders te eten. We worden ontvangen door Andre Vonk, een ondernemer met een sociaal hart. Hij is een honingbedrijf gestart en koopt honing op van lokale bijenhouders. Een prachtig voorbeeld van economische ontwikkeling met aandacht voor mens en milieu.
Morgen door naar Beira.