Kaderbesluit 2005/222 - Aanvallen op informatiesystemen - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Kaderbesluit 2005/222/JBZ van de Raad van 24 februari 2005 over aanvallen op informatiesystemenofficiële Engelstalige titel
Council Framework Decision 2005/222/JHA of 24 February 2005 on attacks against information systemsRechtsinstrument | Kaderbesluit |
---|---|
Wetgevingsnummer | Kaderbesluit 2005/222 |
Origineel voorstel | COM(2002)173 |
Celex-nummer i | 32005F0222 |
Document | 24-02-2005 |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 16-03-2005; Special edition in Romanian: Chapter 18 Volume 003,OJ L 69, 16.3.2005,Special edition in Croatian: Chapter 18 Volume 007,Special edition in Bulgarian: Chapter 18 Volume 003 |
Inwerkingtreding | 16-03-2005; in werking datum publicatie zie art 3 |
Einde geldigheid | 02-09-2013; vervangen door 32013L0040 |
Omzetting | 16-03-2007 |
16.3.2005 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 69/67 |
KADERBESLUIT 2005/222/JBZ VAN DE RAAD
van 24 februari 2005
over aanvallen op informatiesystemen
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op artikel 29, artikel 30, lid 1, onder a), artikel 31, lid 1, onder e), en artikel 34, lid 2, onder b),
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien het advies van het Europees Parlement (1),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Dit kaderbesluit heeft ten doel de samenwerking tussen justitiële en andere bevoegde autoriteiten van de lidstaten, zoals de politie en andere gespecialiseerde rechtshandhavingsinstanties, te verbeteren door middel van de onderlinge afstemming van de strafrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake aanvallen op informatiesystemen. |
(2) |
Er zijn gegevens die wijzen op aanvallen op informatiesystemen, in het bijzonder als gevolg van de dreiging van de georganiseerde criminaliteit, en de bezorgdheid over mogelijke terroristische aanvallen op informatiesystemen die deel uitmaken van de kritische infrastructuur van de lidstaten neemt toe. Dit vormt een bedreiging voor de totstandbrenging van een veiliger informatiemaatschappij en een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid en derhalve is een reactie op het niveau van de Europese Unie noodzakelijk. |
(3) |
Teneinde doeltreffend op deze bedreigingen te kunnen reageren, is een integrale aanpak van de netwerk- en informatieveiligheid vereist, zoals is onderstreept in het actieplan e-Europa, in de mededeling van de Commissie „Netwerk- en informatieveiligheid: voorstel voor een Europese beleidsaanpak” en in de resolutie van de Raad van 28 januari 2002 betreffende een gemeenschappelijke aanpak en specifieke acties inzake netwerk- en informatiebeveiliging (2). |
(4) |
De noodzaak om meer bekendheid te geven aan de problemen in verband met informatieveiligheid en praktische bijstand te verlenen, is ook onderstreept in de resolutie van het Europees Parlement van 5 september 2001. |
(5) |
Een aantal grote lacunes en verschillen in de wetgeving van de lidstaten op dit gebied kunnen een belemmering vormen voor de bestrijding van georganiseerde criminaliteit en terrorisme en kunnen een doeltreffende politiële en justitiële samenwerking op het gebied van aanvallen op informatiesystemen bemoeilijken. Het transnationale grensloze karakter van moderne informatiesystemen houdt in dat aanvallen op deze systemen vaak grensoverschrijdend van aard zijn, waardoor wordt onderstreept dat er dringend behoefte bestaat aan verdere onderlinge afstemming van het strafrecht op dit gebied. |
(6) |
In het actieplan van de Raad en de Commissie over hoe de bepalingen van het Verdrag van Amsterdam inzake de totstandbrenging van een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid het best kunnen worden uitgevoerd (3), in de conclusies van de Europese Raad van Tampere van 15 en 16 oktober 1999, in de conclusies van de Europese Raad van Santa Maria da Feira van 19 en 20 juni 2000, in het „scorebord” van de Commissie en in de resolutie van het Europees Parlement van 19 mei 2000 zijn wetgevingsmaatregelen ter bestrijding van hightech-criminaliteit, waaronder gemeenschappelijke definities, strafbaarstellingen en straffen, aangegeven of wordt op dergelijke maatregelen aangedrongen. |
(7) |
De door internationale organisaties verrichte werkzaamheden, in het bijzonder die van de Raad van Europa met het oog op de onderlinge afstemming van het strafrecht en die van de G8 met het oog op transnationale samenwerking op het gebied van hightech-criminaliteit, moeten worden aangevuld met een gemeenschappelijke aanpak in de Europese Unie op dit gebied. De oproep daartoe is nader uitgewerkt in de mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het... |
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.