Verordening 2006/695 - Wijziging van Verordening (EG) nr. 397/2004 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op de invoer van katoenhoudend beddenlinnen uit Pakistan - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Verordening (EG) nr. 695/2006 van de Raad van 5 mei 2006 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 397/2004 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op de invoer van katoenhoudend beddenlinnen uit Pakistanofficiële Engelstalige titel
Council Regulation (EC) No 695/2006 of 5 May 2006 amending Regulation (EC) No 397/2004 imposing a definitive anti-dumping duty on imports of cotton-type bedlinen originating in PakistanRechtsinstrument | Verordening |
---|---|
Wetgevingsnummer | Verordening 2006/695 |
Origineel voorstel | COM(2006)158 |
Celex-nummer i | 32006R0695 |
Document | 05-05-2006 |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 06-05-2006; Special edition in Bulgarian: Chapter 11 Volume 046,OJ L 294M , 25.10.2006,OJ L 121, 6.5.2006,Special edition in Romanian: Chapter 11 Volume 046 |
Inwerkingtreding | 07-05-2006; in werking datum publicatie + 1 zie art 2 |
Einde geldigheid | 05-03-2009; zie 32004R0397 |
6.5.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 121/14 |
VERORDENING (EG) Nr. 695/2006 VAN DE RAAD
van 5 mei 2006
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 397/2004 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op de invoer van katoenhoudend beddenlinnen uit Pakistan
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad van 22 december 1995 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) (hierna „de basisverordening” genoemd), en met name op artikel 11, lid 3,
Gelet op het voorstel dat de Commissie na overleg in het Raadgevend Comité heeft ingediend,
Overwegende hetgeen volgt:
-
A.PROCEDURE
-
1.Vorig onderzoek
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 397/2004 (2) (hierna „de definitieve verordening” genoemd) heeft de Raad een definitief antidumpingrecht van 13,1 % ingesteld op beddenlinnen van katoenvezels, zuiver of gemengd met kunstmatige of synthetische vezels of met vlas (waarbij vlas niet mag overheersen), gebleekt, geverfd of bedrukt, uit Pakistan. |
(2) |
Deze maatregel werd opgelegd op basis van de beschikbare feiten, aangezien het onmogelijk bleek ter plaatse de zeer twijfelachtige cijfers te verifiëren die in de vragenlijsten van de zes ondernemingen in de steekproef werden vermeld, en wel gezien onderstaande omstandigheden. Tijdens de verificatie van de tweede onderneming werden de ambtenaren van de Commissie die de verificaties verrichtten per brief met de dood bedreigd. In het licht van het specifiek persoonlijke karakter van deze brief was de Commissie van oordeel dat niet was voldaan aan de voorwaarden voor het uitvoeren van de verificaties en dat de omstandigheden een ernstige belemmering van het onderzoek vormden. Bijgevolg moesten de controlebezoeken worden onderbroken. |
(3) |
Tijdens de periode na de instelling van de antidumpingmaatregelen ontving de Commissie voldoende informatie waaruit bleek dat de veiligheidsomstandigheden waren gewijzigd, dit wil zeggen dat de belemmeringen voor het uitvoeren van controlebezoeken waren opgeheven. Onder deze omstandigheden besloot de Commissie een tot dumpingaspecten beperkt tussentijds herzieningsonderzoek in te leiden om de bevindingen te toetsen aan gegevens die volledig zijn geverifieerd en de situatie van de Pakistaanse exporteurs beter weergeven. |
-
2.Inleiding
(4) |
Op 3 augustus 2004 maakte de Commissie na overleg in het Raadgevend Comité bekend (3) dat zij op grond van artikel 11, lid 3, van de basisverordening had besloten op eigen initiatief over te gaan tot een tot dumpingaspecten beperkte gedeeltelijke tussentijdse herziening van de antidumpingmaatregelen die de Raad bij de definitieve verordening had ingesteld. |
(5) |
De Commissie stelde de producenten/exporteurs en de importeurs van wie bekend was dat zij bij de zaak betrokken waren, de verenigingen van producenten/exporteurs en importeurs die bij haar bekend waren, de Pakistaanse autoriteiten en de verenigingen van communautaire producenten officieel in kennis van de inleiding van het onderzoek. Belanghebbenden werden in de gelegenheid gesteld om binnen de in het bericht van inleiding vermelde termijn hun standpunt schriftelijk bekend te maken en te verzoeken om te worden gehoord. |
(6) |
Een aantal producenten/exporteurs en de Pakistan Bedwear Exporters Association, een van een aantal verenigingen van producenten van beddenlinnen in Pakistan, alsmede de vereniging van de communautaire producenten (EUROCOTON), die bij het oorspronkelijke onderzoek de klager was, hebben hun standpunt schriftelijk bekendgemaakt. Alle partijen die met opgave van redenen binnen de vastgestelde termijn om een hoorzitting hebben verzocht, zijn... |
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.