Geen wapenhandel met foute regimes

Met dank overgenomen van J.J. (Jasper) van Dijk i, gepubliceerd op zaterdag 24 december 2011.

Het kabinet-Rutte weigert een wapenembargo in te stellen tegen

dictatoriaal geregeerde landen. Daarmee kiest de regering voor bloed aan

de handen.

SP-Kamerlid Jasper van Dijk, CU-Kamerlid Joël Voordewind en GL-Kamerlid Arjan El Fassed

Ondanks een Kamermeerderheid wil de regering geen verbod op wapenexport naar dictaturen invoeren. De argumenten om een verbod te weigeren, zijn op drijfzand gebaseerd. Blijkbaar zijn handelsbelangen belangrijker dan mensenrechten.

Nederland is een grote speler op de wapenmarkt. Per hoofd van de bevolking staan we op de derde plaats van de wereld. Mede daarom had een meerderheid van de Tweede Kamer in juni stevige kritiek op het Nederlandse wapenexportbeleid.

Tijdens de opstanden in de Arabische regio was te zien hoe dictatoriale regimes wapens tegen de eigen bevolking inzetten. Daar zaten ook Nederlandse wapens bij, zoals de pantservoertuigen in Bahrein en Egypte. Hadden we geen Europese afspraken om dit te voorkomen? En leeft Nederland die afspraken wel goed na?

De confronterende beelden waren aanleiding om een aanscherping van het beleid te bepleiten. Daarom nam de Tweede Kamer een motie aan die stelt dat Nederland geen wapenexportvergunning dient te verlenen aan landen waar mensenrechten worden geschonden en waar geen vrije verkiezingen worden gehouden. Een volstrekt heldere lijn die de regering direct kan overnemen.

De motie werd aangenomen met steun van SP, GL, PvdA, D66, CU en PVV. Op 2 december laat de regering echter weten dat ze de motie niet wil uitvoeren. Dit onder andere omdat Nederland 'in het verleden nooit eigenstandige wapenembargo's' heeft ingesteld zonder internationale overeenstemming. Dat is onzin. Direct na de kernproeven in 1998 besloot oud-minister Van Mierlo tot een stop op wapenleveranties aan India en Pakistan, zonder dat daar overeenstemming over was in Europa.

De regering beroept zich op de Europese criteria voor wapenexport. Het is echter geen enkel probleem om als lidstaat aanvullende eisen te stellen aan wapenexportvergunningen. Ook op dat punt is de motie dus uitvoerbaar. Het komt blijkbaar neer op een kwestie van politieke wil. De regering moet kiezen tussen handelsbelangen en mensenrechten. Door te kiezen voor handelsbelangen, kiest de regering voor bloed aan de handen. Als de regering de motie niet uitvoert, bestaat het risico dat Nederland opnieuw wapens verkoopt aan landen waar mensenrechtenschendingen plaatsvinden. Wij doen de oproep aan de regering om de door de Kamer aangenomen motie alsnog uit te voeren. Daarmee geven we steun aan de ontluikende democratieen in de Arabische landen. Want landen die demonstraties gewelddadig neerslaan, zoals nu Egypte, moeten worden uitgesloten van wapenleveranties.

In plaats van terugtrekkende bewegingen, zou Nederland hierin voorop moeten lopen en ook de EU moeten oproepen hetzelfde te doen: geen wapenhandel met foute regimes.