School kan kleiner, dus doe dat dan ook - Hoofdinhoud
Schaalvergroting werd in het onderwijs lange tijd gezien als een zegen. Niet alleen vanwege de kostenbesparingen, maar ook omdat men werkelijk geloofde dat het tot beter onderwijs zou leiden. De afgelopen jaren is gelukkig sprake van een kentering. Het was nota bene premier Rutte die het ronduit toegaf: de schaalvergroting in het onderwijs was een fout. De vraag is wel wat er concreet wordt ondernomen.
Jasper van Dijk is onderwijswoordvoerder voor de SP in de Tweede Kamer
Ondanks alle mooie woorden, blijft schaalvergroting in het land der bestuurders nog altijd prominent aanwezig. Kijk bijvoorbeeld naar de recente plannen van diverse universiteiten om te fuseren. Zowel de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit deden voorstellen in die richting, als ook de universiteiten van Leiden, Delft en Rotterdam. Het zou treurig zijn als deze gerenommeerde instellingen hun unieke identiteit verkwanselen vanwege de grootheidswaan van enkele bestuurders. Staatssecretaris Zijlstra zou het simpelweg moeten verbieden. Maar hij aarzelt nog, want het zou ook voordelen kunnen opleveren.
Dat schaalvergroting averechts uitpakt, blijkt uit het HBO. Daar is de afgelopen 25 jaar actief aangezet tot fuseren, zodat er van de 500 hogescholen nu nog circa 50 over zijn. Sommige hogescholen hebben meer dan 25.000 studenten. Voor bestuurders van deze anonieme leerfabrieken gaat het meer om rendement dan om kwaliteit. Berucht voorbeeld is Hogeschool Inholland, waar studenten door middel van frauduleuze diploma's werden weggewerkt. De affaire leidde tot een dramatisch jaar voor het gehele HBO (en inmiddels zijn vergelijkbare praktijken ontdekt bij de Hogeschool van Amsterdam en Hogeschool Windesheim). Door wanbeleid is een compleet onderwijstype in diskrediet geraakt. Je lost dat niet op met lapmaatregelen zoals extra toezicht. Er moet naar het stelsel zelf worden gekeken, zoals de (perverse) financiering, de autonomie van schoolbestuurders en: de schaalvergroting.
Het is de vraag of deze regering daarin gaat slagen. Volgens de verantwoordelijke bewindslieden zou het te gecompliceerd zijn om gefuseerde instellingen op te splitsen. Niet alleen vanwege de kosten, maar ook vanwege de definitie: hoe klein moeten scholen dan worden?
Dit traineren moet ophouden. Als de politiek het zou willen, dan zijn er prima uitgangspunten voor schaalverkleining.
1 Het onderzoek 'De bestuurlijke ontwikkeling van het Nederlandse onderwijs' van de Onderwijsraad, uit 2008. Hierin staan werkbare voorstellen over het bereiken van de menselijke maat in het onderwijs, inclusief het hanteren van een maximumaantal leerlingen per school.
2 De fusietoets, die regelt dat scholen streng worden getoetst als ze willen fuseren. Er wordt bijvoorbeeld niet gefuseerd als daardoor het keuze aanbod van scholen te zeer afneemt of als er geen draagvlak is. Om draagvlak te garanderen, lijkt het mij goed dat alle betrokkenen (leraren, studenten) instemmingsrecht krijgen wanneer scholen of universiteiten daadwerkelijk willen fuseren.
3 De voorstellen van hoogleraar accountancy Jan Bouwens van de universiteit van Tilburg en docent Jan Willem Bruins van Hogeschool Windesheim. Zij verwijzen naar onderzoek waaruit blijkt dat er geen schaalvoordelen meer zijn indien een organisatie meer dan 300 personeelsleden telt. Hun onderzoek naar overhead en bureaucratie is onthullend. Hieruit blijkt dat scholen niet meer dan een kwart van het onderwijsbudget besteden aan lesgeven. De Tweede Kamer heeft opdracht gegeven om deze berekeningswijze toe te passen op alle hogescholen. Mogelijk valt er veel geld te besparen, als blijkt dat vele miljoenen euro’s verdwijnen in nodeloze onderwijsbureaucratie.
Laat deze uitgangspunten een eerste stap zijn op weg naar de menselijke maat in het onderwijs.
Dit artikel stond op 17 januari 2012 in NRC Handelsblad