Verhagen: Le Pair en Tol zitten er naast bij bashen wind - Hoofdinhoud
Vandaag kwamen de antwoorden van minister Verhagen op twee series schriftelijke vragen van Rene Leegte (VVD) binnen. Het zijn interessante antwoorden, omdat ze reageren op de stelling van Kees le Pair dat windturbines een energetisch rendement van 8% hebben en de stelling van Richard Tol dat het financiële rendement van windenergie negatief is. Beide stellingnames werden uitgebreid gerecycled door klimaatsceptici/windhaters.
Kees le Pair (foto: TUDelta)
Le Pair (1936) is een kleurrijke persoonlijkheid en iemand die zijn wetenschappelijke credits verdiend heeft. Als -inmiddels gepensioneerd- natuurkundige was hij onder meer de eerste directeur van de STW. Zijn politieke carrière begon hij bij de Pacifistisch Socialistische Partij (heb ik als 18-jarige ook nog één keer op gestemd), maar inmiddels is hij beland bij de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie. Gezien zijn wetenschappelijke staat van dienst zou een goede wetenschappelijke repliek op zijn rapport eigenlijk beter passen dan een reactie van de minister van Economische Zaken. Maar, voor wat hij waard is, geef ik hem toch.
Le Pair heeft naar het resultaat zitten toe te rekenen en daarbij het statistisch materiaal van CBS dat de basis is voor zijn analyse verkeerd geintepreerd. Dat is kort samengevat de reactie van Verhagen op het rapport Brandstofbesparing door windmolens bij de Nederlandse electriciteitsvoorziening. Met name van de horrorverhalen over het zeer negatieve effect van backupvermogen (nodig als het niet waait) op het totale rendement blijft weinig meer over. Dat effect is maximaal 2-3% van de geproduceerde windstroom, maar dat percentage wordt pas bereikt als het aandeel wind veel hoger is dan de paar procent marktaandeel nu.
Overigens vind ik dat Le Pair en andere critici van wind een punt hebben als ze stellen dat de inpassing van wind voor problemen zorgt. Dat is ook logisch, gezien de volkomen andere karakteristieken van duurzame en fossiele elektriciteitsproductie. De bestaande marktordening van de elektriciteitsmarkt is daar nog onvoldoende op ingesteld. De liberalisering van de elektriciteitsmarkt en de privatisering van een flink deel van de productiecapaciteit hebben de sturingsmogelijkheden voor een evenwichtige brandstofmix (inclusief duurzaam) ook geen goed gedaan. De oplossingsrichtingen die ik voor de inpassing van een groeiend aandeel duurzaam zie vind je hier, in het bijzonder vraag 7). Een overzicht van zoekrichtingen voor de transformatie van de elektriciteitsvoorziening geeft ook de intreerede van Mart van der Meijden als hoogleraar Large Scale Sustainable Power Systems aan de TU Delft.
Lees hier de antwoorden op de vragen van Leegte over het rapport Le Pair: ENK 20121102 ANTW Leegte rapport LePair inz netto vermogen windmolens
Ook de econoom Richard Tol, hoogleraar aan de Vrije Universiteit, is niet de eerste de beste. Hij voerder in 2011 de Nederlandse economen top-40 aan.
Hij gooide op 6 september met een interview in de Telegraaf een steen in de duurzame vijver met zijn artikel windenergie brengt zijn geld nooit op. De essentie van de boodschap: windenergie is duurder dan de officiële kostprijsberekeningen laten zien, doordat je backupvermogen nodig hebt als het niet waait. Bovendien is volgens Tol de techniek uitontwikkeld, dus zal de prijs niet veel meer zakken.
Dat lijken me boude stellingen, waarvoor ik (anders dan bij Le Pair) geen uitgebreide onderbouwing gevonden heb. Op zich klopt het dat je bij wind backupvermogen nodig hebt. Dat heb je overigens ook nodig bij een 100% fossiele elektriciteitsproductie. In die situatie is zo’n 30% overmaat nodig om het tijdelijk wegvallen van capaciteit wegens storingen en onderhoud op te vangen. Tot een aandeel van 20% wind verandert daar niet veel aan, wel zal de inzet/bezettingsgraad van de fossiele centrales teruglopen.
Voor de SDE+ (subsidieregeling duurzame energie) wordt voor 2011 uitgegaan van een gemiddelde kostprijs voor wind op land van €0,095/kWh en een rendement op eigen vermogen van 15%. Dat is riant, maar wel de “normale” rendementseis voor commerciële investeringen in de energiesector.
Lees hier de antwoorden op de vragen van Leegte over de uitspraken van Richard Tol: ENK 20121102 ANTW Leegte uitspraken RichardTol