Spreektekst Ton Elias AO Verkeersveiligheid d.d. 30-01-2013 - Hoofdinhoud
Spreektekst Ton Elias AO Verkeersveiligheid d.d. 30-01-2013 [indicatieve spreektijd eerste termijn 7 minuten]
Mdv, om in zeven minuten een groot aantal wijd uiteenlopende onderwerpen als vandaag behandeld wordt recht te doen, is verre van eenvoudig, maar ik ga de uitdaging graag aan. Wat betreft verkeersveiligheid doen we het eigenlijk heel goed in Nederland, dat mag ook wel eens gezegd worden. Er zijn echter ook nog veel punten voor verbetering vatbaar.
Te beginnen met het aantal verkeersslachtoffers. Na een aantal jaren van gestage daling is het aantal verkeersdoden in 2011 weer gestegen en ik begreep van de SWOV (een eerste indicatie) dat de cijfers voor 2012 weinig verandering laten zien. Het aantal ernstig gewonden in het verkeer wil al jaren niet substantieel dalen en is inmiddels behoorlijk uit het zicht van de streefgetallen geraakt; het streven was namelijk om tot een maximaal aantal van 10.600 ernstig gewonden in 2020 te komen en de laatste prognose gaat uit van 16.700 tot 18.300 ernstig gewonden. Deze trend is in meerdere relatief verkeersveilige landen zichtbaar, maar niettemin reden tot zorg. De minister heeft hiervoor een actieplan het licht doen zien waardoor de trend zou moeten worden omgebogen. Aan welke factoren wijdt de minister het feit dat de ongevallen niet dalen? Heeft de minister de streefcijfers voor 2020 wat het aantal gewonden betreft inmiddels als onhaalbaar opgegeven? Zo ja, welk nieuw streefgetal kunnen wij haar nu aan houden? Verder klagen gemeenten dat ondanks allerlei toezeggingen de registratie van verkeersongevallen door de politie nog altijd niet op orde is, hoe gaat de minister dit bestrijden?
Ook wil ik graag weten of het kabinet mogelijkheden ziet om automobilisten beter te laten reageren op sirenes van hulpdiensten, hierdoor ontstaan namelijk regelmatig gevaarlijke situaties. Er zijn verschillende waarschuwingssystemen ontwikkeld om dit gevaar te verminderen, waarmee momenteel proeven lopen of net zijn afgerond. Zo zijn er Flister (dat de autoradio wegdrukt)) en Blauwblauw (dat werkt met lampjes op de achteruitkijkspiegel) Bekend is dat gebruik van Flister een aantal bezwaren met zich mee lijkt te brengen. Heeft de minister al resultaten van de proeven en welke nadere stappen kunnen wij verwachten op dit gebied?
Duidelijk is dat veel verkeersovertredingen worden begaan door een selecte groep. Deze verkeershufters zijn vaak ook in andere overlaststatistieken ruimschoots oververtegenwoordigd en dergelijk onacceptabel gedrag zorgt voor veel ergernis bij goedwillende weggebruikers. Té vaak leeft bij de verkeershufters het gevoel dat ze toch wel wegkomen met hun gedrag. De VVD-fractie wil graag weten of verschillende registratiesystemen kunnen worden gekoppeld, zonder dat de politie hierdoor met bureaucratische rompslomp wordt opgezadeld. En dat zo bijvoorbeeld verkeersovertredingen mee worden genomen bij de zwaarte van de straf op andere terreinen; denk aan het tanken zonder te betalen of het toebrengen van schade aan de openbare ruimte. Graag hoor ik binnen enkele maanden welke mogelijkheden de minister op dit terrein ziet.
Bijzondere aandacht verdient wat mij betreft innovatie op infrastructuurgebied. Zo was ik afgelopen maandag nog op Schiphol, waar een state of the art bagage-afhandelingssysteem van Nederlandse makelij de koffers op automatische karretjes rond laat zoeven en het aantal zoek geraakte koffers reeds is gehalveerd. Ook op onze wegen zijn veel voordelen te behalen door innovatieve vindingen, zeker ook op verkeersveiligheidsgebied. De Amerikaanse staat Nevada heeft bijvoorbeeld recent een auto die zonder bestuurder kan rijden een rijbewijs toegekend. Is dit in de nabije toekomst ook in ons land denkbaar? Verder vraag ik aandacht voor wat wel de ‘intelligente snelweg’ wordt genoemd: met glow-in-the-dark-belijning (licht op in het donker en maakt verdere verlichting overbodig) en waarschuwingen aangebracht met dynamische verf, die oplicht wanneer dat relevant is (zoals een waarschuwing voor gladheid die pas leesbaar is wanneer het daadwerkelijk vriest). De burgemeester van Eindhoven en de Barabantse Commissaris van de Koningin hebben al belangstelling getoond voor een proefvak met een aantal van deze innovaties, graag hoor ik of de minister zich hierbij wil aansluiten.
In het op 29 november jl. verschenen rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid “Vrachtwagenongevallen op snelwegen”, worden diverse oorzaken genoemd voor ongevallen waarbij vrachtwagens betrokken zijn. In antwoord op vragen uit de kamer zijn door de minister voor een aantal van de genoemde oorzaken al toezeggingen gedaan om verbeteringen door te voeren. Op sommige wegen zijn vrachtwagens verantwoordelijk voor één op de vijf ongelukken, dat is te veel en daarom heeft mijn voorganger bij het AO Verkeersveiligheid in september 2011 voor een inhaalverbod voor vrachtwagens gepleit. De minister is inmiddels met een voorstel gekomen voor een inhaalverbod voor vrachtwagens, op een selectief aantal wegdelen, dat er op het eerste gezicht interessant uit ziet.
Sinds 1 januari jl. mogen langere en zwaardere voertuigen (zogenaamde LZV’s) de Nederlandse wegen op; ik krijg echter signalen dat de bestaande vangrails nog niet op deze zwaardere voertuigen berekend zijn. Is de minister hier mee bekend en wordt bij de aanleg van nieuwe vangrails wél rekening met het toegenomen maximumgewicht gehouden?
We spreken hier vanmiddag over verkeersveiligheid, die is extra van belang in gebieden met veel kwetsbare weggebruikers. In ons verkiezingsprogramma wordt dan ook voorgesteld om veilige schoolzones in te voeren; gebieden waar de veiligheid van kinderen en hun ouders voorop staat. Een aantal gemeenten is hier al voortvarend mee aan de slag gegaan, maar er is nog een lange weg te gaan. Kan de minister vertellen welke rol zij voor zichzelf weggelegd ziet in de richting van gemeenten waar nog niet of onvoldoende gebeurt op het gebied van schoolzones?
De motie Bashir/Aptroot uit november 2011, die ertoe oproept opgevoerde scooters te vernietigen, heeft er tot vreugde van de VVD toe geleid dat het beleid stevig is aangescherpt. Onduidelijk is voor mij echter nog wat er nu precies na drie overtredingen met de scooters gebeurt, worden zij alsnog door de shredder gehaald? Graag een nadere toelichting op dit punt.
Dan de fiets. Los van het feit dat een andere methodiek van het bepalen van het aantal ziekenhuisgewonden wordt gebruikt, is duidelijk dat 70% van de ernstig gewonden fietsers zijn. Dit komt onder andere doordat er meer gefietst wordt, ouderen steeds vaker fietsen en een toename van het gebruik van de e-bike. Als ik in het weekend door de duinen fiets kom ik bij het naar beneden suizen van een duin-fietspad regelmatig onhandig geplaatste paaltjes tegen. Die paaltjes zijn daar neergezet om autoverkeer te weren, maar er zijn veel situaties denkbaar waar het niet te verwachten valt dat een automobilist een fietspad verkiest boven de autoweg. Is de minister bereid om met de VNG te overleggen om paaltjes en andere oneffenheden weg te halen om zo het aantal fietsgewonden omlaag te krijgen? Een enkele verdwaalde of moedwillig een route afsnijdende automobilist tegenhouden, weegt toch minder zwaar dan vele fietsgewonden? Van de SWOV begreep ik dat het vooral om oneffenheden in de weg, paaltjes en andere obstakels gaat. Graag dit punt serieus oppakken, omdat het werkt volgens SWOV.
Tot slot nog een aantal zaken over het CBR, waar wij de afgelopen keren in dit huis met regelmaat over spraken. De puinhoop uit het verleden (te lange wachttijden, geen adequate klachtprocedures, onoverzichtelijke geldstromen en dubbele petten bij bestuurders) lijkt daar in redelijke mate te zijn opgelost door het vervangen van de directie. Mijn vraag aan de minister is of zij deze indruk deelt en tevens of het toezicht nu beter geregeld is. Van het CBR begreep ik dat recent de nieuwste gegevens omtrent de afwikkeling van rijexamens naar de minister zijn gestuurd. Kan zij toezeggen dat de Kamer deze gegevens ook op korte termijn tegemoet kan zien? Het alcoholslot dat sinds enige tijd door het CBR wordt opgelegd bij zware gevallen van rijden onder invloed, brengt mee dat overtreders vijf jaar hun rijbewijs kwijt zijn of een alcoholslot in hun voertuig moeten installeren. Wanneer zij echter zijn gepakt in de auto van een ander, dan dienen zij een auto aan te schaffen óf hun rijbewijs 5 jaar in te leveren. Vindt de minister dit geen ongewenst neveneffect van de regeling?