Beste Antillianen: meer Europa, wilt u dat echt? - Hoofdinhoud
Beste Koninkrijksgenoten.
Als u wilt, kunt u nauwere banden aangaan met de Europese Unie. Daarover spreek ik woensdag in de Tweede Kamer met de Nederlandse regering. Aruba, Curaçao en Sint Maarten zijn niet alleen onderdeel van het Koninkrijk, maar ook van de Europese Unie. Uw land is geen volwaardig lid, zoals Nederland, maar valt onder de ‘Landen en Gebieden Overzee’ (LGO). Dat betekent dat uw eiland niet echt onderdeel is van Europa en als munt ook geen euro heeft. Deze status van LGO stelt in de praktijk niet zoveel voor, maar u hebt er ook niet veel last van.
Woensdag 6 februari moet ik als Tweede Kamerlid beslissen of u verder wilt integreren in de Europese Unie. Europa wil zich meer gaan bemoeien met de handel en de economie, de natuur en het milieu en de sociale en culturele ontwikkeling op uw eiland. Dat klinkt heel mooi: meer hulp en - wie weet - ook nog wel wat geld. Maar ik wil u waarschuwen, dat dit ook zal leiden tot meer bureaucratie en bemoeienis. Het kan ook betekenen dat u de euro moet invoeren, de gemeenschappelijke munt die Europa nu in een diepe crisis heeft gestort en waar veel mensen in Nederland nu spijt van hebben.
Bonaire, Saba en Statia zijn in oktober 2010 onderdeel geworden van Nederland. De mensen op de eilanden hoopten toen ook dat er veel hulp zou komen en veel geld. Maar er kwamen vooral vliegtuigen vol wetten en regels, zoveel dat de bestuurders en de bevolking er niet erg gelukkig mee zijn. Nederland kent veel bureaucratie, maar dat is niets vergeleken met de Europese Unie. Voor de nieuwe LGO landen is wel wat geld gereserveerd, maar daar zal voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten niet zoveel te halen zijn. U zult hier moeten concurreren met andere eilanden, zoals het Engelse Anguilla en Montserrat en het Franse Saint-Barthélemy, maar ook met eilanden in de Atlantische Oceaan, de Indische Oceaan en de Antarctische gebieden.
Naast de LGO (‘Landen en Gebieden Overzee’) kent de Europese Unie nog een andere status voor eilanden buiten Europa, de UPG (‘Ultra Perifeer Gebied’). Die eilanden zijn wel echt onderdeel van Europa en moeten zich ook houden aan de Europese wetten en regels. De Franse eilanden Guadeloupe en Martinique horen hier bij. Uw bestuurders zijn niet echt duidelijk over de toekomst van uw eiland in Europa. Dat maakt het voor mij als Kamerlid in Nederland moeilijk om een besluit te nemen.
Aruba zou best onderdeel willen zijn van de Europese Unie, maar wil niet de euro. Zij wil graag de dollar houden, in verband met het toerisme. Aruba zegt ook terecht dat de Europese Unie zich met van alles wil gaan bemoeien, maar niet met het bevorderen van het toerisme, terwijl dat voor het eiland nu juist zo belangrijks is. Dat laatste zegt ook Sint Maarten, dat graag wil samenwerken met andere eilanden in de regio. Maar samenwerking tussen eilanden in het Caribische gebied, daar heb je volgens mij helemaal geen Europese Unie voor nodig. Curaçao vraagt denk ik wat de gevolgen zijn voor de overheidsfinanciën en de werkgelegenheid.
Ik vind het moeilijk om een besluit te nemen dat zoveel invloed heeft op de toekomst van uw eiland. Als u besluit dat u nauwere banden wilt met de Europese Unie, dan vind ik dat Nederland u daarbij moet helpen, om te voorkomen dat uw eiland te maken krijgt met onnodige Europese bemoeienis en wordt opgezadeld met overbodige Europese bureaucratie. Maar in Nederland hebben we ook geleerd dat we dit soort besluiten niet moeten nemen zonder de bevolking iets te vragen. Daarom is belangrijk dat de voordelen en nadelen van nauwere banden met Europa eens goed en duidelijk op een rij worden gezet. Wat betekent dit voor uw toekomst en voor de toekomst van uw eiland? Ik zal de Nederlandse regering vragen om dat samen met uw regering te doen. Zodat u zich vervolgens in een referendum over uw toekomst in Europa kunt uitspreken.
Met vriendelijke groet,
Ronald van Raak