Opheffing wapenembargo tegen Syrië is ramp - Hoofdinhoud
Deze week praat de Tweede Kamer over het besluit van de EU om het wapenembargo tegen Syrië niet te verlengen. Hierdoor worden wapenleveranties aan oppositiegroepen mogelijk. Dit besluit is ronduit rampzalig, voor de Syrische bevolking, maar ook voor de regio en ver daarbuiten.
SP-Kamerlid Harry van Bommel
Deze week praat de Tweede Kamer over het besluit van de EU om het wapenembargo tegen Syrië niet te verlengen. Hierdoor worden wapenleveranties aan oppositiegroepen mogelijk. Dit besluit is ronduit rampzalig, voor de Syrische bevolking, maar ook voor de regio en ver daarbuiten.
Als de EU-ministers van Buitenlandse Zaken niet terugkomen op hun besluit, tekenen zich vijf uiterst negatieve gevolgen af:
Ten eerste reduceert de opheffing van het embargo de kans op een diplomatieke oplossing tot nul. In de overeenkomst die de ministers sloten, is afgesproken dat eerst de vredesconferentie in Genève tot 1 augustus een kans van slagen moet krijgen. Het hoofd van de Syrische Nationale Raad (SNC) maakte echter kort na het EU-besluit duidelijk dat de SNC niet naar Genève zal komen als de internationale gemeenschap niet militair optreedt tegen milities van Iran en Hezbollah, die zich ook in het conflict hebben gemengd. De internationale gemeenschap gaat echter niet militair optreden, zo is steeds verklaard en met die eis is de vredesconferentie in Genève vanwege de afwezigheid van de SNC dus gedoemd te mislukken.
Een tweede negatief gevolg is het feit dat wapenleveranties uit de EU de eigen geloofwaardigheid ondermijnen. De EU kan op geen enkele wijze andere landen nog aanspreken op wapenleveranties, maar overtreedt ook de eigen criteria voor wapenexport. Volgens die criteria mag niet worden geleverd aan landen die de mensenrechten schenden, interne conflicten kennen of de regionale stabiliteit in gevaar brengen. Al deze criteria worden met voeten getreden. Mocht het inderdaad tot wapenleveranties uit de EU komen, dan kan het Europees Gemeenschappelijk Standpunt inzake wapenexport, dat nog pas vijf jaar bestaat, in een diepe Brusselse bureaulade worden opgeborgen.
Als derde gevolg moet worden uitgegaan van verdere regionalisering van het conflict. Wapenleveranties vanuit de EU maken Europa partij bij het conflict. Israël heeft aangekondigd eventuele Russische leveranties van S-300 luchtdoelraketten aan Assad met militaire macht tegen te zullen houden, en Oostenrijk gaat als gevolg van het opheffen van het wapenembargo zijn VN-soldaten uit de Golan terugtrekken. Zij vormen een derde deel van die VN-macht. Dit is een belangrijk signaal, want aanwezigheid van de VN op de Golan is van groot belang voor handhaving van het staakt-het-vuren tussen Israël en Syrië. Als de hele VN-vredesmacht wordt teruggetrokken, zijn schermutselingen te verwachten tussen de Israëlische en Syrische regeringstroepen en rebellen. Ook vanuit Libanon en Turkije is er nu al betrokkenheid bij het conflict.
Een vierde gevolg raakt direct aan de toch al zo getroffen burgerbevolking van Syrië. Terwijl er al meer dan 80.000 slachtoffers zijn, worden straks verschillende groepen bewapend. Maar voorkomen zou moeten worden dat er wapens in handen komen van de aan al-Qaeda gelieerde beweging Jabhat al-Nusra. Dat is althans wat de Europese ministers afspraken: geen wapens in verkeerde handen. Jabhat al-Nusra is echter de best getrainde groep en doet met de zwaarste wapens het moeilijkste werk in de strijd tegen regeringstroepen. Deze terroristische organisatie zal na de eventuele val van Assad door blijven strijden om de macht in Syrië. De gewone bevolking wordt dan opnieuw het slachtoffer.
Ten slotte kan nu al worden geconstateerd dat het geweld in Syrië de bevolking langs etnische en religieuze lijnen uiteenscheurt. Bij mijn bezoek enkele jaren geleden aan het land definieerden de burgers van Syrië zich niet als aleviet, soenniet, Koerd, christen of anderszins. Dat doet men nu wel en men zoekt steun in eigen kring. Gevreesd moet worden dat minderheden in Syrië, de christenen voorop, straks massaal worden verdreven of erger.
De gedachte dat de opheffing van het Europese wapenembargo de opmaat kan zijn naar al deze verdere ellende is bijna onverdraaglijk. Te laat is het echter nog niet, want het is nog geen 1 augustus. Laat de Europese leiders zo wijs zijn om terug te komen op dit besluit en op de vredesconferentie in Genève inzetten op een wapenstilstand, een VN-wapenembargo en democratische hervorming van Syrië, waarbij respect voor mensenrechten en minderheden grondwettelijk wordt vastgelegd.
Dit artikel verscheen op 12 juni 2013 in het Nederlands Dagblad