Weeklog Dennis de Jong: Wat moeten we toch met Turkije? - Hoofdinhoud
De onrust in Turkije duurt voort. Grote vraag is: wat kunnen de Europese lidstaten en de EU doen? Het is duidelijk dat toetreding van Turkije tot de EU verder weg is dan ooit, maar wat moeten we verder? Het is een dilemma dat je vaker ziet in het mensenrechtenbeleid: niets doen is geen optie, maar teveel doen kan de zaak erger maken. In het Europees Parlement hebben we afgelopen week het optreden van Erdogan in Istanboel veroordeeld. Hoewel het EP hier niet al teveel over te zeggen heeft, reageerde Erdogan als door een adder gebeten en dat is mooi. Daarnaast zal ik de banden met vertegenwoordigers van allerlei Turkse groepen aanhalen, zodat ze weten dat ze niet alleen staan. Voor echte sancties lijkt het me echter te vroeg.
Taksim plein (bron: wikicommons)
Er zijn berichten over de eerste vluchtelingen die vanuit Istanboel naar Europa trekken. Vrijheid van demonstratie en vrijheid van vakvereniging worden op grove wijze geschonden. Christenen, maar zelfs de traditioneel grote Alevitische gemeenschap maken zich grote zorgen. De Koerden voeren vredesbesprekingen met de Turkse regering, maar het vredesproces is allerminst transparant. Eigenlijk staan alle seinen op rood. Op het eerste gezicht genoeg reden om het associatieverdrag met Turkije op te schorten.
De werkelijkheid is echter veel ingewikkelder. De Turkse gemeenschap in Europa wil verandering in Turkije. Ik krijg geen oproepen om de banden met dat land te verbreken. Door (onderdelen van) het associatieverdrag op te schorten duw je Turkije weg van Europa en nemen de mogelijkheden om mensen in Turkije te helpen eerder af dan toe. Dat lijkt vooralsnog dan ook geen begaanbare weg.
Daar komt bij dat de situatie in Turkije ook mateloos ingewikkeld is. Als socialistische partij voelen we mee met de mensen op het Turkse platteland die jarenlang weinig of niet geprofiteerd hebben van economische vooruitgang. Erdogan probeert hen nieuwe kansen te geven en dat is op zich goed. Jammer dat hij daarbij ook de conservatieve vleugel van de islam nieuwe kansen wil geven. De strikte antialcohol wetgeving is daar een voorbeeld van. Prima dat mensen zich willen houden aan bepaalde religieuze voorschriften, maar laat mensen die een ander of geen geloof aanhangen vrij zich te uiten zoals zij willen, incl. via het nuttigen van alcohol. In mijn ogen horen Kerk en Staat gescheiden te zijn: Erdogan mag conservatief Moslim zijn, prima, maar hij moet ook de premier zijn van andersdenkenden niet alleen metterwoord, maar ook metterdaad.
Onze solidariteit is met de mensen die in vele steden in Turkije blijven demonstreren, ondanks het buitenproportionele politieoptreden. Ik zal dan ook geen gelegenheid voorbij laten gaan om de contacten met Koerdische, Alevitische, christelijke, lgbt- en andere organisaties uit Turkije aan te halen. Dat is niet moeilijk, want velen van hen bezoeken bijna dagelijks het EP. Hebben ze financiële of materiële steun nodig? Daar kan de Europese Unie voor zorgen. Moeten we een nieuwe veroordeling uitspreken? Dat kan al over twee weken, als we weer plenair bijeenkomen. Verdergaande stappen lijken me op dit ogenblik echter (nog) niet verstandig.