Vragen van de leden Visser en De Caluwé (beiden VVD) aan de ministers voor Wonen en Rijksdienst en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de organisatie Dutch International Guarantees for Housing - Hoofdinhoud
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2012-2013
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden
3124
Vragen van de leden
Visser en De Caluwé (beiden VVD) aan de ministers voor Wonen en Rijksdienst en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de organisatie «Dutch International Guarantees for Housing» (DIGH)
(ingezonden 29 juli 2013).
Antwoord van minister
Blok
(Wonen en Rijksdienst), mede namens de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (ontvangen 3 september 2013)
Vraag 1
Bent u bekend met de organisatie «Dutch International Guarantees for Housing» (DIGH)? Klopt het dat DIGH specifiek zorgt voor woningenbouw in ontwikkelingslanden en dat Nederlandse woningcorporaties garant staan voor DIGH-leningen? Wat is de omvang van alle nog lopende leningen, welke looptijd kennen deze leningen en voor hoeveel euro staan woningcorporaties in totaal garant en om welke woningcorporaties gaat het op dit moment?
Antwoord 1
De eerste twee vragen kunnen bevestigend worden beantwoord. De omvang van alle nog lopende leningen bedraagt eind 2012
€
59 miljoen. De toename van dit volume is inmiddels tot stilstand gekomen. De leningen hebben een variabele looptijd van tussen de 20 en 30 jaar. Op dit moment doen 43 corporaties mee. In bijlage bij deze brief is een overzicht van deze corporaties opgenomen.
Vraag 2
Aangezien woningcorporaties weer geborgd worden door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW), dat op haar beurt weer geborgd wordt door de Rijksoverheid en gemeenten, deelt u de analyse dat in feite de Nederlandse overheid garant staat voor de DIGH-leningen en dus zorgt voor woningen-bouw in ontwikkelingslanden?
Antwoord 2
De analyse klopt niet helemaal. De werkwijze is, dat het DIGH leningen bij Nederlandse banken afsluit ten behoeve van bepaalde buitenlandse projecten en deze leningen doorspeelt naar de lokale buitenlandse investeerders. Woningcorporaties staan garant voor betaling van rente en aflossing van de lening van het DIGH aan de bank. Woningcorporaties verstrekken dus niet zelf de lening en voor die garantstelling hoeven woningcorporaties geen leningen
2 Aanhangsel van de Handelingen
ah-tk-20122013-3124 ISSN 0921 - 7398 ’s-Gravenhage 2013
Tweede Kamer, vergaderjaar 2012-2013, Aanhangsel 1
met WSW-borging aan te trekken. Het WSW staat overigens ook alleen borg voor leningen ten behoeve van de sociale woningbouw in Nederland. De woningcorporaties staan dus garant met hun eigen vermogen. Daarom is het verstrekken van garanties alleen toegestaan aan woningcorporaties die behoren tot de zogeheten A-categorie. Dit is de door het Centraal Fonds Volkshuisvesting gehanteerde categorie voor financieel sterke woningcorpora-ties.
Vraag 3 en 4
Vallen de leningen en garantstellingen onder de formele ODA-criteria voor ontwikkelingssamenwerking, of komen deze nog eens bovenop het huidige budget voor ontwikkelingssamenwerking? Komen de doelstellingen van de leningen en garantstellingen overeen met de doelstellingen van de nota «Wat de wereld verdient» waarin het handels- en ontwikkelingssamenenwerkingsbeleid voor de komende jaren staat beschre-ven?
Antwoorden 3 en 4
De woningcorporaties zijn private instellingen die garant staan voor de genoemde leningen. Deze vallen niet onder de formele ODA-criteria en maken geen onderdeel uit van het kabinetsbeleid voor ontwikkelingssamen-werking.
Vraag 5
Worden momenteel nog leningen voor woningbouw in ontwikkelingslanden met impliciete overheidsgaranties verstrekt? Zo ja, hoe verhoudt dit zich tot begrotingsregel 25 waarin het «nee, tenzij beleid» ten aanzien van garanties is opgenomen?
Antwoord 5
Sinds medio 2012 worden er door heroriëntatie op prioriteiten bij corporaties geen garanties afgegeven en worden er door DIGH geen nieuwe leningen aangegaan. De overheid staat, zoals eerder uiteengezet, niet direct garant voor de lening. Regelgeving inzake directe overheidsgaranties is derhalve niet van toepas-sing.
Vraag 6
Zijn de garanties voor DIGH-leningen onderworpen aan een voor alle garantieregelingen geldende periodieke toetsing op nut en noodzaak?
Antwoord 6
Er is binnen de regelgeving van het ministerie van BZK geen specifieke toets op nut en noodzaak. Ook hier geldt dat de regelgeving voor directe over-heidsgaranties niet van toepassing is.
Vraag 7
Is conform het aangescherpte garantiebeleid voor de garantstellingen een (marktconforme) kostendekkende premie betaald door de eindgebruiker? Waaraan is deze premie ten goede gekomen?
Antwoord 7
De eindgebruiker is de lokale buitenlandse investeerder. Deze is een premie verschuldigd aan het DIGH dat hiermee haar werkapparaat en activiteiten bekostigt. Het DIGH beoordeelt onder meer projectaanvragen op haalbaarheid en financiële risico’s, voert financiële transacties uit, beoordeelt en monitort de projecten gedurende de looptijd van de leningen.
Vraag 8
Hoe beoordeelt u de financiering van sociale woningbouwprojecten in ontwikkelingslanden, via DIGH-leningen door woningcorporaties in het licht van de voornemens in het Regeerakkoord over de kerntaken van woningcor-poraties en de berichten in de medio over stopzetten van investeringsprojec-ten in Nederland door woningcorporaties? Bent u van mening dat dergelijke activiteiten niet tot de kerntaken van woningcorporaties dienen te behoren en
Tweede Kamer, vergaderjaar 2012-2013, Aanhangsel 2
dat woningcorporaties zich nu en in de toekomst alleen op de sociale woningbouw in Nederland dienen te richten?
Antwoord 8
Op basis van de huidige regelgeving passen deze activiteiten in het werkdo-mein van woningcorporaties. Ik constateer dat er sinds medio 2012 vanwege herprioritering door corporaties geen nieuwe garanties zijn afgegeven. Ik zal bij mijn voorstellen in het kader van de novelle bij de Herzieningswet, mede in het licht van de doelstelling van dit kabinet dat corporaties dienstbaar zijn aan het publieke belang in hun werkgebied, nader ingaan op de beperkingen die hieruit voortvloeien voor activiteiten van woningcorporaties ten behoeve van het buitenland.
Bijlage: DIGH garantiegevers 1.YmereAmsterdam2.WoonconceptMeppel3.Woonstad Rotterdam (voorheen Nieuwe Unie)Rotterdam4.Stadgenoot (voorheen AWV en Het Oosten)Amsterdam5.RochdaleAmsterdam6.De AlliantieHuizen7.TBV TilburgTilburg8.Woonbedrijf Ieder 1Deventer9.Allee (voorheen Aramis en Singelveste)Roosendaal10. CasadeWaalwijk11. Wonen BreburgTilburg12. VivareArnhem13. De KeyAmsterdam14. Portaal UtrechtUtrecht15. Bo-ExUtrecht16. SSH UtrechtUtrecht17. GroenWest (voorheen Westhoek Wonen, Groenrand, SWW)Woerden18. WooncompagnieHoorn19. ParteonAlkmaar20. Woonwaard Noord-KennermerlandAlkmaar21. Delta WonenZwolle22. WoComSomeren23. De WoonplaatsEnschede24. StaedionDen Haag25. HabionHouten26. WoonbronRotterdam27. Eigen Haard (voorheen Woongroep Holland)Amstelveen28. WELEttenleur29. Elan WonenHaarlem30. LefierHoogezand31. WoonpuntMaastricht32. DestionGennep33. HavenstederRotterdam34. WBV AmerongenAmerongen35. OmniveraHardinxveld-Giessendam36. SORRotterdam37. De SleutelsLeiden38. Ons DoelLeiden39. SLS WonenLeiden40. Portaal LeidenLeiden41. AccoladeHeerenveen42. Woonservice DrentheWesterbork43. MitrosUtrecht