Beste premier, waar blijven je excuses aan de Koning? - Hoofdinhoud

We hebben een nieuwe begroting, tijd om even terug te kijken. Rutte weigerde dit jaar de begrotingsstukken onder embargo naar de Kamerleden te sturen, zoals tot nu toe gebruikelijk was. De premier was bang dat de oppositie de plannen zou lekken. En dat zou niet netjes zijn tegenover de nieuwe Koning, die met Prinsjesdag oud nieuws zou moeten oplezen. De oppositie kreeg de stukken niet, maar toch lagen alle plannen op straat. Niet wij, maar de ministeries lekten dat het een lieve lust was.

Negatieve gevolgen van beleid zolang mogelijk onder de pet

Ministers zijn omgeven met voorlichters, die de hele dag proberen goed nieuws te slijten aan journalisten. Dat is hun leven en reden van bestaan. Hoe meer van dit soort voorlichters ministers hebben, des te meer wordt er gelekt. Elk jaar verschijnen vanaf halverwege augustus de mooiste plannetjes in de media. De negatieve gevolgen van het beleid worden zo lang mogelijk onder de pet gehouden. Kamerleden hebben onvoldoende informatie om op al die plannen te reageren.

Dat ik de plannen dit jaar niet kreeg is eigenlijk wel goed, nu is duidelijk dat de lekken niet bij mij zitten, maar bij de ministeries zelf - of bij de coalitiepartijen. Rutte mag de rommel die hij heeft gemaakt nu zelf opruimen. Eerst mag de premier excuses aanbieden aan de Koning, die op Prinsjesdag alsnog oud nieuws zat op te lezen. Daarna mag hij de Rijksrecherche opdracht geven alle lekken te onderzoeken, om zo duidelijk te maken wie de boosdoeners zijn.

Namen en rugnummers

Ik ben echt heel benieuwd. Zijn het de voorlichters op de ministeries, in hun ongebreidelde zucht om te ‘scoren’ in de media? Zijn het de Kamerleden van PvdA en VVD, die elkaar de loef willen afsteken? Of zijn het toch de ministers zélf, die menen dat afspraken met de Tweede Kamer voor hen niet gelden? Laten we eens uitzoeken wie nu die politieke spelletjes speelt. Ik wil namen en rugnummers. In plaats van beschuldigende vingertjes naar de oppositie.

Deze column verscheen op 18 oktober op The Post Online