D66 verwelkomt eerste stap beperken export digitale wapens - Hoofdinhoud
D66-Europarlementariër Marietje Schaake is blij dat er eindelijk stappen worden gezet richting het reguleren van handel in digitale wapens. Een groep van 41 landen waaronder alle EU-lidstaten, de VS en Rusland, heeft besloten om de export van bepaalde ‘indringende’ technologieën te gaan controleren. Schaake: “Het is al jaren een onverantwoord gat in de Europese regelgeving om export van technologie ongereguleerd te laten, die zware gevolgen heeft voor mensenrechten of de strategische positie van de EU. Technologie wordt door autoritaire regimes ingezet om hun bevolking te bespioneren en onderdrukken, maar de systemen die onder andere Europese bedrijven exporteren, kunnen ook tegen ons worden ingezet in een cyberaanval. Digitale wapens kunnen net zo effectief en gevaarlijk zijn als regulier wapentuig.”
Beperkt voorstel
Binnen het zogenaamde Wassenaar Arrangement hebben 41 landen nu afgesproken dat ze de export van technologie gaan controleren die kan worden gebruikt voor hacken en massasurveillance. Schaake: “Het is een belangrijke eerste stap dat regeringen eindelijk de noodzaak van een controle op deze indringende technologieën inzien, maar het voorstel gaat niet ver genoeg. Het mist precisie en de termen die worden gebruikt staan nog te veel open voor interpretatie. Daardoor kan sommige gevaarlijke technologie niet worden beperkt, maar andere ongevaarlijke misschien wel. We moeten zorgen voor heldere definities, zodat we niet ongevaarlijke software gaan beperken die mensen kan helpen bij toegang tot informatie en vrije meningsuiting. We moeten geen regels creëren waar ze niet nodig zijn, zeker niet als we het open internet willen behouden.”
Offensieve capaciteit
Volgens D66 is het vooral van belang dat de EU een duidelijke koers uitstippelt. “Nu EU-lidstaten de export van offensieve cybertechnologie gaan controleren, is het des te vreemder dat EU-buitenlandchef Ashton pleit voor de ontwikkeling van een offensieve cyber capaciteit.” Schaake stelde hier al herhaaldelijk vragen over aan Ashton en de Europese Commissie, zonder een helder antwoord te krijgen. “Het beleid en de doelen moeten duidelijk zijn, zodat we het ook kunnen hebben over de juiste democratische controle en juridische kaders voor een offensieve cyber capaciteit als die ook echt wordt ontwikkeld.”