Hogere politiek - Hoofdinhoud
De meeste mensen buiten de Tweede Kamer denken dat je als je zegt dat je ergens voor bent, je er ook voor stemt. En als je iets niet ziet zitten stem je er tegen. Dat lijkt me ook logisch. Toch komt het in Den Haag om de haverklap voor dat partijen -laat ik ze maar PvdA-partijen noemen- ergens tegen stemmen terwijl ze zeggen ervoor te zijn, en omgekeerd. Het meest recente voorbeeld is het afsluitende motiedebat over aluminiumfabriek Aldel van afgelopen donderdag 23 januari.
demonstratie in Delfzijl tegen de sluiting van Aldel op 3 januari.
Een week geleden lanceerden de ondernemers van het Chemiepark en de provincie een ultiem reddingsplan voor Aldel, gebaseerd op de heropening van de Delesto warmtekrachtcentrale. Het plan was een variant op een voorstel dat ik op 11 november gedaan had om de “must run” warmtekrachtcentrales van de industrie te revitaliseren, door de productie flexibeler te maken. De SP was dus voor het Gronings plan.
Ook PvdA-woordvoerder Tjeerk van Dekken was ook enthousiast tijdens het debat van woensdag 22 november. Na afloop legde ik hem een concept-motie “werk mee aan het Gronings plan” voor. Hij zou de motie met positief advies aan de fractie voorleggen, zelfs voorstellen om deze mee te ondertekenen. Natuurlijk vond ik dat prima. Vervolgens werd het stil, ondanks wat telefoontjes en smssen van mijn kant.
De volgende morgen voor het debat geeft Van Dekken aan dat de PvdA er de voorkeur aan geeft om een eigen motie in te dienen die min of meer hetzelfde voorstelt als die van de SP. Niet zo chique, maar dat kan.
Als eerste spreker dien ik mede namens Agnes Mulder (CDA) een motie in, in lijn met onze inbreng van de dag ervoor: “verzoekt de regering, het voorgelegde plan samen met de initiatiefnemers uit te werken, zodat een doorstart van ALDEL een reële optie wordt voor Noordoost-Groningen”.
Vervolgens komt Van Dekken, als zesde spreker met een motie met de volgende uitspraak: “verzoekt de regering, in overleg met de regio te gaan om alles nog eens goed tegen het licht te houden en de Kamer over de voortgang te rapporteren”. De motie is ondertekend door de leden Van Dekken, Leegte (VVD), Schouten (CU), Dijkgraaf (SGP) en Agnes Mulder (CDA). Saillant detail is dat de naam van Kees Verhoeven (D66) onder de motie is doorgestreept en Agnes Mulder (CDA) handmatig is toegevoegd. Het paars-met-de-bijbel scenario is deze keer dus niet lekker uit de verf gekomen, waarna het CDA als schaamlap is toegevoegd.
(stenogram:)
“De heer Paulus Jansen (SP): De heer Van Dekken had het gisteren over een muizengaatje, maar dit is meer een kruising tussen een open deur en een doodlopende steeg, want het antwoord op de motietekst zoals die door de heer Van Dekken c.s. is ingediend, weet de heer Van Dekken al. Dat is namelijk dat de minister zegt dat hij dat plan heeft bekeken, dat het sympathiek is maar dat het hem niet gaat worden. Waarom steunt de heer Van Dekken niet simpelweg de SP-motie, waarin staat dat de minister het voorgelegde plan samen met de initiatiefnemers verder gaat uitwerken, zodat de doorstart van ALDEL een reële optie wordt? Dat is toch wat de heer Van Dekken gisteren bij voortduring heeft bepleit?
De heer Van Dekken (PvdA): Zeker. Om op dat laatste in te gaan: ik geloof nog steeds in dat muizengaatje en ik zie ook dat er beweging is, namelijk dat vanmiddag direct al een gesprek zal plaatsvinden met een vertegenwoordiging vanuit het Groningse. Ik denk echter dat de strekking van de motie precies hetzelfde is en vandaar deze motie, die breed gedragen is in deze Kamer. (arcering PJ) Dat neemt niet weg dat ik zo meteen nog wel even wil kijken naar de exacte inhoud van de motie van de SP; daar gaat het niet om.
De heer Paulus Jansen (SP): Dat kan echt niet, want ik heb gisteren de heer Van Dekken al aangeboden om, als hij het zo’n goede motie vindt, die gewoon mede te ondertekenen. Sterker nog, de heer Van Dekken heeft toegezegd dat hij dat aan de fractie zal adviseren. En als hij nu dus met een andere motie komt, heeft dat een politieke betekenis, toch? Of ben ik nu zo naïef dat ik hier iets achter zoek wat er niet achter zit?
De heer Van Dekken (PvdA): Ik zou inderdaad de achterdocht laten varen als ik de heer Jansen zou zijn. Daar gaat het helemaal niet om. Het gaat erom dat er een verkorte versie met een breed draagvlak in de Tweede Kamer ligt. Ik heb inderdaad gezegd dat ik positief aan de fractie wilde adviseren over de inhoud van de motie, maar dat neemt niet weg dat we het ook op deze manier zouden kunnen doen. Ik zei mijn gewaardeerde collega, de heer Jansen, net al dat ik best nog eens naar de motie wil kijken, want hoe concreter hoe beter.
De heer Paulus Jansen (SP): Ik zou graag willen weten of het advies van de heer Van Dekken aan de fractie zal zijn om de SP-motie te steunen, naast de eigen motie. Of heeft hij in wezen toch een vluchtroute gekozen?
De heer Van Dekken (PvdA): Een vluchtroute kiezen we niet. Anders zou ik hier niet op deze manier staan en de motie op deze manier indienen. We gaan ervan uit dat de net ingediende motie krachtig genoeg is om een eventuele doorstart van ALDEL en sowieso een andere situatie op het Chemiepark te bewerkstelligen.”
(stenogram:)
“Mevrouw Klever (PVV): (…) Weer heel veel woorden. Kan ik daaruit concluderen dat de heer Van Dekken van de Partij van de Arbeid het plan om ALDEL te steunen, waarom gevraagd wordt in de motie van de heer Jansen, gaat steunen? Een simpel antwoord, een ja, is genoeg.
De heer Van Dekken (PvdA): Het antwoord is ja. Het staat samengevat in de verkorte motie die net door mij is ingediend. (arcering: PJ)”
Hierna komt minister Kamp aan het woord. Hij reageert op de moties, allereerst op de mijne:
Minister Kamp:”(…) Het plan dat voorgelegd is vanuit Groningen, dat ik gisteren met de Kamer heb kunnen bespreken, kan volgens mij dus niet zodanig uitgewerkt worden dat een doorstart van ALDEL een reële optie is. Ik heb daarvoor de argumenten aangedragen. Om die reden kan ik niet doen wat in deze motie staat en ontraad ik met kracht het aannemen daarvan.”
Vervolgens reageert Kamp op de motie Van Dekken cs.
Minister Kamp: “(…) In de motie op stuk nr. 114 van de heer Van Dekken, de heer Leegte, mevrouw Schouten, de heer Dijkgraaf en mevrouw Mulder staat dat de regering in overleg moet treden met de regio om alles nog eens goed tegen het licht te houden en de Kamer over de voortgang moet rapporteren. Ik heb daarover gisteren ook met de Kamer gesproken. Ik zal loyaal uitvoering geven aan wat wij gisteren in de Kamer hebben afgesproken. Dat houdt in dat ik vandaag met de regio ga praten. Ik ga morgen met de curator praten. Ik zal goed naar alle toelichtingen en aandachtspunten luisteren die zij mij nog over hun plannen willen meegeven, zodat die heel goed duidelijk zijn. Dan zal ik bekijken of alles ook voor mij duidelijk is en of er nog zaken moeten worden uitgezocht, dan wel of wij nog zaken nader moeten overwegen. Als ik dat heb gedaan, zal ik daarop reageren naar de initiatiefnemers. Ik zal de Kamer daarover vanzelfsprekend informeren.
Ik heb echter gisteren dat lange overleg met de Kamer niet voor niets gevoerd. Ik heb daarbij aangegeven wat er allemaal speelt, wat mijn opvatting daarover is en wat de randvoorwaarden zijn. Ik heb ook gezegd dat ik bij het bedrijf ALDEL en in het bijzonder bij de werknemers van het failliete bedrijf ALDEL geen valse verwachtingen wil wekken. Ik kan niet de regels voor staatssteun negeren. Ik kan ook niet het ene bedrijf of de ene regio iets geven wat ik de andere regio’s onthoud. Over wkk’s hebben wij uitgebreid gesproken. Dat is toch de kern van het plan van de regio. Ik heb dus alle argumenten aangegeven, maar dat weerhoudt mij er niet van om, zoals ik net heb gezegd, te handelen: vandaag, morgen en ook volgende week, wanneer ik zaken nader ga bekijken en eventueel nader ga uitzoeken en vervolgens zal beargumenteren tot welke conclusies ik ben gekomen. Het oordeel van deze motie, op stuk nr. 114, laat ik graag aan de Kamer.
(…) De voorzitter: Mijnheer Jansen, heeft u een vraag in verband met een van de door u ingediende moties?
De heer Paulus Jansen (SP): Zeker, voorzitter.
De voorzitter: Dan mag het.
De heer Paulus Jansen (SP): Ik heb gevraagd naar de samenhang tussen de moties op stuk nr. 108 en op stuk nr. 114. De heer Van Dekken heeft namelijk in een interruptie over zijn motie gezegd dat zijn motie een soort samenvatting is van de motie op stuk nr. 108. De minister heeft de motie op stuk nr. 108 met kracht ontraden. Zit er naar de mening van de minister nu toch politiek licht tussen de motie op stuk nr. 108 en de motie op stuk nr. 114 — daarop lijkt het wel, gezien zijn stemadvies — of komt hij bij nader inzien terug op zijn stemadvies over de motie op stuk nr. 108?
Minister Kamp: Natuurlijk zit er verschil tussen de motie op stuk nr. 108 en de motie op stuk nr. 114. In de motie op stuk nr. 108 staat dat de doorstart van ALDEL een reële optie moet worden. Ik heb gisteren met kracht van argumenten aangegeven waarom ik denk dat het op dit moment niet verantwoord is om te zeggen dat een doorstart van het al failliete bedrijf ALDEL een reële optie is. De gedachten die daarvoor zijn ontwikkeld, verdienen natuurlijk aandacht. Die hebben ook aandacht gekregen. Die hebben ook al aandacht gekregen tijdens de veertien maanden waarin ik mij intensief met deze materie bezighoudt. Om nu na die veertien maanden en na het faillissement te zeggen dat een doorstart van ALDEL een reële optie is … Ik ga de Kamer krachtig ontraden om dat uit te spreken omdat dit valse verwachtingen in het gebied zou kunnen wekken.
De heer Paulus Jansen (SP): De minister bevestigt hiermee dus dat de motie op stuk nr. 114 geen samenvatting is van de motie op stuk nr. 108 — dat zou overigens een parlementair unicum zijn — maar dat ze wel degelijk een andere en, ik vertaal maar even, slappere betekenis heeft.
Minister Kamp: Of iets slap is of meer realistisch, laat ik graag aan de Kamer.”
Bij de stemmingen stemt de PvdA tegen mijn motie 108, die het daardoor niet haalt (anders wel). En de schaamlapmotie 114 wordt natuurlijk wel aangenomen. Zo werkt hogere politiek.
Lees hier het volledige stenogram van het debat: ENK 20140123 VER VAO Aldel