Verslag werkbezoek aan Vietnam - Hoofdinhoud
Van 16 tot en met 24 augustus ben ik met de commissie Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van de Tweede Kamer op werkbezoek geweest naar Vietnam. De keus van dit jaarlijkse werkbezoek was specifiek gevallen op Vietnam, omdat onze ontwikkelingsrelatie met het land afloopt en onze handelsrelatie wordt verstevigd. Voor mij was het belangrijk om een beeld te krijgen van hoe het traject van hulp naar handel verloopt en wat eventuele bottlenecks zijn. Onze ambassade in Hanoi en het consulaat-generaal in Ho Chi Minh City hadden een zeer interessant programma opgezet, met bezoeken aan Nederlandse en lokale bedrijven, de overheid en ontwikkelingsprojecten. Nederlandse bedrijven als Damen Shipyards, De Heus, Friesland Campina, Nedspice en Heineken investeren fors in Vietnam. Zij zorgen daarmee voor veel werkgelegenheid, noodzakelijke belastinginkomsten voor de Vietnamese overheid en veel lokale bedrijvigheid. Daarnaast leveren Nederlandse bedrijven op verschillende manieren een maatschappelijke bijdrage.
De economie van Vietnam laat een groei van bijna 6% zien. De Vietnamese overheid ziet graag nog een verdere toename van investeringen en handel, maar ziet ook dat zij daar zelf nog niet helemaal klaar voor is. Procedures op het gebied van investeringen werken belemmerend, banken moeten worden geherstructureerd. Ons bezoek aan de vice minister van Industrie en Handel leerde dat Vietnam hulp vraagt bij het implementeren van het vrijhandelsverdrag met de EU, dat Vietnam eind dit jaar hoopt te sluiten. In gesprekken met onze delegatie gaven Nederlandse bedrijven aan tegen een aantal hobbels aan te lopen, zoals onduidelijke en veranderlijke voorwaarden voor investeringen en lange doorlooptijden voor vergunningsaanvragen. De Vietnamese overheid werkt op dit moment aan een herziening van de ondernemingswetgeving en de investeringswetgeving en zegt dit soort problemen op korte termijn te willen verhelpen. We zullen de voortgang van deze herzieningen samen met onze bedrijven die daar investeren blijven monitoren.
Wat voor Nederland ook nog wennen is, is dat de meeste bedrijven in Vietnam in overheidshanden zijn. Zaken doe je dus meestal niet met een privaat bedrijf, maar rechtstreeks met de overheid. Daarom is het ook goed dat diverse Nederlandse bewindspersonen recentelijk een bezoek hebben gebracht. De aangekondigde privatisering van een groot aantal staatsbedrijven kan de business mogelijkheden daar verder vergemakkelijken, maar deze verloopt nog traag.
Het land laat mooie economische groeicijfers zien, biedt veel kansen voor investeringen die Vietnam nog verder helpen, maar de daarmee gepaard gaande mondigheid van de bevolking blijkt nog een uitdaging. Door alle handel en toerisme opent het land zich naar de buitenwereld, de goede telefonie- en internetverbindingen bieden voor de bevolking de mogelijkheid hun mening uit te dragen. Echter, diverse bloggers belanden vanwege hun standpunten in de gevangenis. Vragen van de kant van de Nederlandse delegatie hierover werden nauwelijks beantwoord.