De beste leraren voor de klas - Hoofdinhoud
Leraren krijgen meer geld en tijd voor bijscholing. Leraren krijgen daarvoor een eigen scholingsbudget en meer scholingsuren om in zichzelf te investeren. Deze afspraken, op basis waarvan leraren een persoonlijk scholingsbudget krijgen tussen de 500 en 600 euro, zijn opgenomen in de nieuwe CAO's die in het onderwijs afgesloten zijn.
Zo kunnen leraren er bijvoorbeeld voor kiezen een opleiding te volgen om ICT beter te benutten in de klas, om beter om te gaan met verschillen in de klas of om de resultaten van kinderen te analyseren om zo hun lessen te verbeteren. Leraren krijgen zo meer ruimte om zelf vorm te geven aan hun eigen groei en ontwikkeling.
De maatregelen zijn onderdeel van een breder pakket aan afspraken om verder te investeren in de kwaliteit van het onderwijs waarover de staatssecretaris en ik de Tweede Kamer vandaag geïnformeerd hebben. De investeringen in het basisonderwijs, voorgezet onderwijs en het MBO looen op tot circa 1,2 miljard structureel.
Een substantieel deel van dit geld zal worden ingezet om leraren beter te maken. Want als zij beter worden, krijgen onze kinderen beter onderwijs. Op termijn heeft de hele samenleving daar profijt van. Er rust dan ook een grote verantwoordelijkheid bij de scholen om de extra middelen echt ten goede te laten komen aan beter onderwijs. We zien daar op toe en ook docenten zelf hebben daar een rol in.
Naast het scholingsbudget komt er ook meer geld vrij voor de begeleiding van jonge docenten, het verlagen van de werkdruk door conciërges en klassenassistenten, aandacht voor toptalent en het terugdringen van voortijdig schoolverlaten. Ook komt geld beschikbaar zodat scholen toptalenten meer kunnen uitdagen en belonen. In het mbo zal meer ruimte komen om excellente studenten uit te dagen, bijvoorbeeld door opdrachten aan te pakken die verder gaan dan vereist zijn voor het behalen van het mbo-diploma. Ook komen er naschoolse programma’s, waarin excellente studenten de kans krijgen om zich met hulp van topcoaches uit de branche te ontwikkelen tot het niveau van ‘meester’.
Een ander deel van de totale investering van €1,2 miljard gaat naar behoud van werkgelegenheid en vermindering van werk- en lastendruk. Zo kunnen met de beschikbare middelen 1200 voltijds conciërges en klassenassistenten worden aangesteld en kunnen er 3000 jonge docenten aan het werk gehouden worden.