Weeklog Dennis de Jong: EP-gebouwen als propaganda

Met dank overgenomen van C.D. (Dennis) de Jong i, gepubliceerd op zondag 11 september 2011.
alttekst ontbreekt in origineel bericht
Bron: Blog Dennis de Jong

EP-gebouw Brussel - Wiki Commons

Alle Europarlementariërs en hun assistenten ontvingen deze week een brief van het Secretariaat van het Europees Parlement. In de brief werd het hen verboden in de toekomst nog afkortingen te gebruiken van de gebouwen van het EP, die allemaal vernoemd zijn naar de grondleggers van de Europese Unie. Door die namen voluit te gebruiken dragen we bij aan de naamsbekendheid van deze grondleggers en dat is natuurlijk weer belangrijk voor het gevoel van Europese saamhorigheid. Het moet niet gekker worden!

Als je voor het eerst in het Europees Parlement komt, raak je geheid de weg kwijt. De architect die de gebouwen heeft ontworpen, heeft vooral gelet op de grootsheid ervan en heeft niet echt gedacht aan de vraag hoe je het snelst en het eenvoudigst van A naar B kunt gaan.

De ontwerpers hebben verder bedacht dat al die verschillende gebouwen die via kleine en grotere gangen met elkaar verbonden zijn een aparte naam zouden moeten hebben. De vier hoofdgebouwen in Brussel kregen allemaal de naam van een van de Europese grondleggers, overigens allemaal mannen: Spaak, Spinelli, Antall en Brandt. Het was hun vurige wens dat jongeren zouden willen weten wie dit precies waren. Dat zou kunnen leiden tot boeiende discussies over de waarde van de Europese samenwerking. Maar in de praktijk werd het (Paul-Henri) Spaak-gebouw het PHS-gebouw, en (Altiero) Spinelli werd ASP. En zo ging het hele plannetje de mist in, want wie wil nu weten waar ASP voor staat?

De nu voorgestelde maatregel is onzinnig: niemand gaat in een briefje of e-mail de namen voluit schrijven. Dat is niet meer van deze (twitter)tijd. Ik heb een beter voorstel: laten we de gebouwen gewoon noemen naar waar ze liggen, Noord, Oost, West, Zuid etc. En laat de gebouwendienst dan ook eens zorgen voor normale bewegwijzering, want het is toch raar als, zoals nu echt gebeurt, zelfs Europarlementariërs die al twee jaar in het EP werken, toch nog de weg moeten vragen.