Weeklog: Onrust bij Europees Octrooi Bureau - Hoofdinhoud
Er zullen misschien dagen voorbij gaan dat u niet denkt aan het Europees Octrooi Bureau (European Patents Office, EPO), maar toch is het de moeite waard het nieuws over deze Europese organisatie in de gaten te houden. De ambtenaren die er werken, zijn in opstand gekomen. Hun acties richten zich tegen het in hun ogen dictatoriale bewind van de directeur van EPO, Benoit Battistelli. Binnenkort ga ik met vertegenwoordigers van het personeel spreken. EPO is dan wel geen EU-instelling, de EU wil er wel zaken mee gaan doen voor een nieuw soort Europees octrooi. Dan horen er geen toestanden te zijn waarbij werknemersrechten met voeten worden getreden en er de geur van vriendjespolitiek bij benoemingen en ontslagen heerst.
Net als hun Brusselse collega’s krijgen de ambtenaren van EPO een gigantisch hoog salaris. Bovendien worden zij niet op basis van prestaties maar op grond van dienstjaren bevorderd. Battistelli wil de kosten drukken, ook al omdat de octrooien die zijn organisatie goedkeurt, duur zijn. Dus wil hij af van een flink aantal privileges van het personeel. Op zich kun je je daar wat bij voorstellen, maar dat betekent nog niet dat je het recht op inspraak en op eerlijke, onafhankelijke beroepsprocedures zomaar van je personeel kunt afnemen. Laat staan dat je een cultuur van intimidatie invoert. En dat is precies wat Battistelli volgens de ambtenarenbond van EPO doet.
Omdat EPO een onafhankelijke internationale organisatie is, worden de arbeidsvoorwaarden geregeld via de regels van de organisatie zelf. Er zit bijvoorbeeld een kantoor van EPO in Rijswijk, maar het Nederlandse recht is niet van toepassing. Normaal gesproken, kijken internationale organisaties wel degelijk naar wat voor nationale ambtenaren gebruikelijk is, als het gaat om het recht je als werknemers in een vakbond te organiseren, met elkaar over arbeidsrechten te communiceren, en om, als je verdacht wordt van een overtreding van interne regels, in beroep te kunnen gaan bij een onafhankelijke commissie, maar niet zo bij EPO.
Al deze rechten zijn volgens het personeel van EPO geheel of gedeeltelijk afgeschaft. De vakbond is het verboden binnen de gebouwen van EPO actief te zijn en de bestaande ondernemingsraad is afgeschaft. Er is een interne recherche opgezet die vaak intimiderend te werk gaat en mensen worden aangemoedigd collega’s te verklikken, als die zich kritisch opstellen. Bovendien zijn er vragen over de integriteit van de rechterhand van Battistelli, de Kroaat Topic, die in eigen land beschuldigd wordt van corruptie, maar wiens benoeming er door Battistelli is doorgedrukt.
De deelnemende landen, waaronder Nederland, hebben bij het bestuur van EPO het laatste woord. Onlangs hebben deze Battistelli echter opnieuw benoemd voor een periode van vier jaar. Kennelijk wordt het protest door geen van deze landen serieus genomen. Dat is eerst en vooral een zaak voor de Tweede Kamer, maar door de indirecte betrokkenheid van de EU ook van het Europees Parlement. De ambtenaren met wie ik contact heb, willen anoniem blijven uit angst voor represailles. Maar hun zaak moet in Brussel gehoord worden. Dat lijkt me een betere reactie dan het antwoord van de verzoekschriftencommissie van het EP die na een klacht van de ambtenarenbond de zaak terugverwees naar de interne beroepscommissie van EPO. En dat terwijl de klachten zich juist o.a. richtten op het feit dat die commissie niet langer onafhankelijk kan opereren maar onder curatele is gezet door Battistelli. Wat mij betreft, komt hier de onderste steen boven: vakbondsrechten gelden voor iedereen, ook voor ambtenaren en zelfs voor duurbetaalde.